LIEFDESAVONTUREN Ie Jaar. Nummer 15 Zondag II April 1886. Wijverw ittigenonze nieuwe abonnenten dal hun abonne- ment begint te loopen niet den I" van eiken trimester. Al de verschenen nummers van dien trimester zullen bun toegezonden worden. Buitenlandse!! politiek nieuws. LIBERAAL WEEKBLAD YOOR 5 fr. voor de stad. Abonnementsprijsvoorop betaalbaar. r 5 fr 50 voor den buiten, r PIIIJS PER NUMMER 10 CENTIMEN. Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten voor de stad, ten kantoore van het blad, 40, Korte Zoutstraat, 40, Aalst. HET ARRONDISSEMENT AALST. - Gewone, 1-5 centimen Prijs der annoncen J Beklamen_ 76 centim8n Per drukregel. Vonnissen op de derde bladzijde, oO centimen. Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt. Handschriften worden niet terug gezonden. Nee spe nee metu. AALST, 10 APRIL. De toestand in het Oosten blijft nog altijd even duister. Deze week zijn de Europeesche Mogendheden in Constan- tinopel bijeen geweest en hebben er het Turksch-Europeesch protocool getee- kend, waarbij prins Alexander van Bul- garië, Gouverneur van Rumelië benoemd wordt, maar slechts voor een tijdperk van vijf jaren hij, integendeel, en het Rumelische volk, willen zijne benoeming- zonder tijdsbepaling. De prins protes- teerd hevig tegen de beslissing der Euro peesche Mogendheden, maar hij zal er toch eindelijk moeten toe besluiten zich aan den wil van Europa te onderwerpen. Groote feesten hebben, verleden maan dagge Sofia, ter gelegenheid van 's prin sen verjaardag plaatsgehad. Meer en meer toont Griekenland zich oorlogszuchtig het denkt dat de prins van Bulgarië zich naar het protocool niet zal schikken en dat Rusland van die weigering zou gebruik maken om Bulga rië te bezetten. Daaruit zou natuurlijk de oorlog tusschen Rusland en Turkije voortspruiten alsdan zou Griekenland Turkije in den rug vallen en met meer kans van gelukken den strijd kunnen aangaan. Verledene week had het ministerie Garaschanine, in Serbië, zijn ontslag gegeven. Koning Milan had M. Risties, Rusland aangekleefd, met het maken van een ministerie belastdeze heer is daarin niet gelukt de Koning heeft alsdan M. Garasclianine weder met die taak belast hij is er in gelukt, zoodat de Serbische politiek, die scheen naar Rusland over te hellen, Oostenrijksch gezind zal blijven De Tzar en de Tsrarin van Rnslant houden thans hun verblijf te Livadia, in den Krim. In de kiezingen die verleden zondag- in Spanje hebben plaats hebben gehac zijn gekozen 310 ministerieëlen en 120 afgevaardigden der oppositie. De duitsche kanselier gaat onverbid delijk voort met het germaniseeren der poolsche provintiën en wordt daarin, door den kroonprins van Pruissen aan gemoedigd wij verhopen dat de onge lukkige poolsche natie de slagen von Bismarck zal weten te weder staan. De Fransche Kamers houden zich met de bespreking der leening bezig de werkstaking te Decazeville wekt nog immer de aandacht van Frankrijk op nog is er geen bloedige opstand los ©borsten, maar toch zijn de gemoede ren in gisting. Twee dagbladschrijvers, volksmenners, zijn aangehouden. Het valt te betwijfelen of M. Gladstone er wel zal toe kunnen geraken zijne Ier- sche plannen te doen doorgaanhij zal bezwaarlijke een meerderheid vinden om zijne ontwerpen aan te nemenzelfs zijne oudste en trouwste partijgangers keereu hem den rug toe. Argus. van eenen Geleerden. Naar het Franscli. I. Ja, zei Quaterquem, zijne pen op de tafel neerleggende, het vraagstuk is opgelost en de luchtbal zal vliegen als de zwaluw en alle andere vervoertuigen vervangen.... Ik zal millioenen bezitten.... (God wat is dit brood hard!) De dochters der grootste adelijke huizen zullen mij ten huwelijk toegeworpen worden.... (die smee- rige Auvergnaat zou mij ook wel zuiverder water kunnen bezorgen). Aan mij de wereld A propos, wat ga ik er mede doen Daa ar trad de poortier binnen. Mijnheer, zei hij, wij zijn vandaag den 15n April. Dat doet mij plezier. Is 't warm huiten Ja, tamelijk zoo, Mijnheer. Ik breng u het kwijtbrief jen.... De bladeren beginnen zeker reeds te schieten Ja, Mijnheer. De eigenaar.... En de vogelen zingen ia het woud Dat denk ik wel, Mijnheer. Ik was geko men.... O krachtige natuur, altijd schoon, altijd lachend in uwe onsterfelijke jeugd Wij lezen ia de Flandre Libérale De concurrentie der kloosters. De Chronique komt terug op de kwes tie der oneerlijke concurrentie onze vrijë werkmeisjes aangedaan door de klooster orders. Wanneer deze niet werken waarbij leven zij Van het werk van andere. Zooals alle bedelaars. Wanneer eene nonnengemeente eene nijverheid in hare sterkte opricht, be taalt zij hare werksters een belachelijk loon Het is dus nogmaals op het werk van andere dat zij leeft, met e.ene woeste ikzucht, gewoonlijke vrucht van het onder eene strenge tucht gebrachte godsdienstig gevoel. Die vormen van het vraagstuk worden heel graag door de schrandere Staathuis houdkundige van den Bien Public niet bemerkt wij zullen de vrijheid nemen aan die heeren nog eenige kleine opmer kingen te onderwerpen. De nonnen die zich bezie houden met den linnennaad, bij voorbeeld, betalen geen hoegenaamd patent. Zij betalen schier niets aan hunne werksters die zij als kleine negerinnen doen werken. Zij hebben geene huishuur te betaler, daar godminnende zielen overgroote ge bouwen ter barer beschikking stellen. Zij hebben geenen familielast, hoege naamd, want zij zijn niet getrouwd en leren buiten den wereld aan denwel ken zij verzaakt hebben. In één woord zij hebben met geenen enkelen der lasten, die op gewone han delaars of handelaarsters drukken, af te rekenen. Op hunne duizend gemakken dus doen zij aan die lieden ©ene doodende concur rentie, omdat zij het werk aan eenen spotprijs kunnen leveren en voor haar alles winst is. Ook doen de meeste onzer groote lin nenhandelaars hun werk in de kloosters af maken. En het klaarblijkendste gevolg daarvan is, dat onze vrijë werksters, getrouwd of niet, bijna geen werk meer vinden of wel moeten werken aan een loon dat haar niet toelaat eerlijk door den wereld te komen Van daar alles wat wij weten en alles dat wij niet weten. Van daar de verschrikkelijke uitbrei- Mijnheer, het is twee honderd franken.... Dat gii mij brengt? Welkom, vriend. En wie is de milde man.... Mijnheer, 't is de eigenaar.... Die ze mij zend? Oh waardig man... Neen, Mijnheer.... Wat,uw eigenaar is geen waardig man?... Dat zeg ik niet, Mijnheer. Maar gij hebt het mij gezegd. Mijnheer, neem het niet kwalijk, maar ik heb het niet gezegd. Dus heb ik gelogen riep Quaterquem rechtspringende. Dit ziende ojiende de poortier de deur en deinsde achteruit tot aan den trap. Mijnheer, stamelde hij, om Gods wil toch maak u niet kwaad. Ik wilde alleenlijk u zeggen dat mijn eigenaar mij tot u zend niet om u twee honderd franken te geven, maar om ze u te vragen. Oef <*ed Quaterquem. En ter welker gelegenheid, a's 'tu belieft? Is 'tvandaag zijn feestdag ding der prostitutie, of ten minste van het slecht gedrag tusschen de meisjes der volksklas, die aan de ontucht de hulp middelen moeten vragen die zij door het werk niet vinden kunnen. Dit alles dank zij de kloosters. En wat waar is voor den linnenhandel is evenzoo waar voor een aantal andere vrouwelijke bedrijvigheden. Zagen wij, destijds, zich niet, aan de poorten van Brussel, een klooster vesti gen waar men zich met het linnenwaschen belastte Men houd zich, op onze dagen, veel bezig om tot de oplossing van het sociale vraagpunt te komen. Dat men de nijverheidskloosters, die het handwerk in de huisgezinnen doen verkwijnen en vergaan, aan de verplich tingenvan hetgemeenerecht onderwerpe. Dat men een einde stelle aan de uitbui ting der kinderen in de kloosters. Ik zeg niet dat alsdan het sociaal vraagstuk volkomen zal opgelost zijn maar het zal eenen goeden stap voor waarts gedaan hebben. Elkeen die eenen aandachtigen blik op den toestand onzer buitengemeenten slaat, zal de gegrondheid van dit schrijven herkennen moeten. De talrijke vrouwen kloosters die sinds eenige jaren in het land van Aalst oprezen leggen zich, op groote schaal, op handel en nijverheid toe en doodden reeds menigen klein han del, reeds menig klein nijverheids ge sticht zij zijn er in gelukt zich den bijna uitsluitelijken .alleenhandel der kant- nijverheid toe te eigenen, naar wij ver nemen maken zij zich meester der meka- niekkoussenmakerij die, met deze tijden van krisis, zooveel lijden en zooveel ellende heeft verzacht. ITet is op de dorpen meest, waar het onderwijs de geestesontvoogding nog niet heeft kunnen te weeg brengen, waai de mensch nog immer onderworpen blijft aan den invloed van enkelen, dat nijverheids kloosters hunne bedrijven uitoefenen. Werksters krijgen zij zooveel zij maar begeeren, want de boer zou niet durven weigeren zijne meisjes aan de klooiter zusters toe te vertrouwen; en wat winnen die kinderen in die kantfa- brieken, op die winkels van naaiwerk Eenige centen daags, die, ten einde dei- week in de handen der zusters terug- keeren, want in het klooster is een win kel waar de kantenwerkster, waar de naaister zich alle hare benoodigdheden moeten aanschaffen. tijd, aan het hoofd van machtige ka pitalen die,aan de circulatie onttrokken, de bezittingen der doode Hand komen verm eederen. De kostgangers, worden aan den veld arbeid gebruikt, het klooster moet geen graan, geene aardappelen, geene groen ten aankoopen uit de stallingen komen boter en melk het klooster brengt geen hoegenaamd voordeel aan den handel, wel integendeel. Meer nog. Niet zelden gebeurt het, en deze week nog deed een buitenmensch ons daarover bittere klachten, dat per sonen die als kostgangers in zulke kloos ters treden, nog eenige honderde fran ken overhouden. De familie denkt daar zal ik later nog eens wel meê zijn. Ja, maar zij rekenen zonder den waard zij krijgen oom of moei moeiëlijk te zien, en, wanneer het hun eindelijk gelukt bij hun familielid te geraken, waken er al tijd twee kristelijke oogen om te belet ten dat de kostganger eigenhandig zijne overgeblevene oordjes aan zijne familie leden overlevere of een testament ten hunnen voordeele sclnijve.Wanneer oom of moei sterft zullen de erfgenamen best zich alle moeite sparen om in bezit van zijne erfenis te komen 't ware toch te vergeefs. feestdag Neen, Mijnheer. Of die zijner vrouw met haren gebakken kreeftkleurigen neus Neen, Mijnheer 't is.... Denkt hij dan dat ik geld leen op wek lijksche afkortingen? Mijnheer, gij zijt hem eenea termijn huis huur verschuldigd. lteeds Ja, Mijnheer, gij zijt hier den 15 Januarij Op weinige jaren ook veranderen som mige kloosters in groote boerderijen. Die kloosters hebben zich als kost huizen ingericht. Mits eene zekere som, eenmaal gestort, en die men vaststelt naar den ouderdom en den maatschap- pelijken toestand der kostkuisgangers, worden deze voor hun gansclie leven in het klooster onderhouden. Zoo be vinden zich die kloosters, op weinigen Onze buitenlieden, onze ambachters weten genoeg wat nadeel de nijverheids kloosters, de kloosters-kosthuizen hun berokkenen, inwendig vervloeken zij diein stilte weenen zij over het verlies dat zij hun deden ondergaan. En toch, in 't openbaar ondersteunen en bescher men zij die; wanneer een vrijzinnig blad, den vinger in de wonde stekende, hunne oogen tracht te openen en hun tot eene meer redelijke handelwijze aanzet dan wordt dit blad van kant, in het vuur ge smeten, omdat de pastoor het op den waarheidsstoel als slecht afschilderde en er de lezing van verbood. Arm Vlaanderen wanneer zult gij uwe oogen openen, en inzien dat de kloosters u de tering op het lijf halen. J. J. 1859 gekomen dat i-i vandaag drij maanden. Drij maanden Hoe snel toch vervliegt de tijd. La vie est un vase fragile Le hriser, hélasest facile. Het leven, mijn arme vriend, is een muur gelijk waarin men van afstand tot afstand, eenen spijker sla tDie spijkers zijn de dagen van goluk. Van verre schijnen zij ontelbaar trek ze uit den muur en gij zult er nog geen handsvol hebben. Weet gij wie dat gezegd heeft Neen, Mijnheer. Het is Bossuet. Hebt gij Bossuet reeds gelezen. Neen, Mijnheer. Zooveel te slechter. Het was een groot man, een prachtig genie, een arend van Meaux. Mijnheer, ik ben haastig, indien gij mij wildet.... Bèta'en Of ik het wil Welmijn beste toch Waarom spreekt gij niet eerder. Quaterquem trok den sleutel zijner geldlade uit den zak. Op het punt hem in het sleutelgat te steken, keerde hij zich om, wijl de poortier van ongeduld beefde. Zijt gij wel zeker, vroeg hij, dat wij den 15 April zijn. Mijnheer, ziehier den almanak. Gij kent 't liedje Almanak, Leugenzak. Ik mistrouw de almanakken. Ziehier de courant van dezen morgend. Het lager onderwijs in de vereenigde Staten. Wij zagen in ons nummer van zondag laatst over welke middelen het openbaar onderwijs in de Vereenigde Staten be schikken kan Wij zullen nu nog eenige inlichtingen geven over de manier waa rop het is ingericht. Het boridschappelijk bestuur, dat is te zeggen de eigenlijke Staat, heeft buiten eene geldelijke tusschenkomst niets te zien in het daarstellen of besturen dei- scholen. Nochtans, is de krijgsschool onder zijn hoog toezicht geplaatst dit is de eenigste uitzondering. In 1870 wierd een nationaal bureel vau 't onderwijs ingericht, dat alleen lijk gelast is met het inwinnen van Staat huishoudkundige en andere inlichtingen. Er bestaat geen bondschappelijk mi nisterie van onderwijs maar iedere der Staatskundige verdeelingen heeft in de Vereenigde Staten eene inrichting van onderwijs. Ieder Staat der Vereening heeft zijn bureel van onderwijs (State board of education). Daarna komt het graafschappelijk bu reel '(Country board) dan het plaatselijk bureel, in de steden City loard, in de groote landelijke gemeenten school board genoemd. Ook bestaan er in sommige Staten distriktbureelen (district school board). Het Staatsbureel heeft het toezieht over alle openbare scholen van den Staat. Het heeft het bureel der normaalscholen die van den Staat afhangen. Het regelt het programma van de examen der on derwijzers. Het bestuurt de erfelijke grondgoederen der scholen. In de Vereenigde Staten bestaan twee soorten van scholen :1° degene die ver scheidene trappen van onderwijs bevat ten, 2° degene die geene trappen van onderwijs hebben (ungraded schools). De graded schools of gewone scholen bevatten meestal drie trappen 1° De lagere school (primary school) 2° De middelbare school (grammar school) 3° De lioogere school (high school). Ieder van deze trappen telt drij school jaren; dus zijn er aan den leerling twaalf jia-en noodig om al de trappen te door- loopen Eindelijk wordt het lager onderwijs bekroond door do (normaalschool). Tegenwoordig wordt de kwestie van de vakatiën veel besproken de Ameri kanen hebben reeds 1 mg het vraagpunt in eensn verstandelijken zin opgelost bij hen begint het schooljaar op le Sep tember en eindigt op 30e Junij want zij hebben nooit gedacht dat het aan den leerling mogelijk ware iets goeds te ver richten binnen de lieete dagen van Julij mi Augustij. In Belgenland waar wij na genoeg hetzelfde klimaat hebben is men altijd aan 't ernstig bespreken van de kwestie. Over het algemeen is de zaterdag, ver lofdag. Dan zijn er evenals bij ons ver- ofdagen op groote godsdienstige of na- ionale feestdagen, zooals de verjaring der geboorte van Washington. De schooluren zijn van 9 tot 12 en van 2 tot 4 uren 's namiddags. In de Vereenigde Staten is het lager onderwijs in alle trappen, van de be waarschool tot de normaalschool heel en al vrij, en dit onderwijs kan tot 15 schooljaren tellen. De boeken worden verschaft door de gemeente. De vakken die onderwezen worden zijn over 'talgemeen dezelfde als bij one. Zij bestaan in lezen, schrijven, reken kunde van de beginselen tc t de wiskunde algebra en meetkunde in de lioogere klassen, de spelling in de moedertaal die het Engelseh is, de spraakleer, stijl en voordracht, geschiedenis, aardrijkskun de, praktische en bespiegelende zedeleer, taatlmishoudkunde, de talen, bijzonder- WelGelooft gij dan alles wat de kranten zeggen Ja,Mijnheer, ik geloof alles wat gedrukt is. Eb wel, mijn beste, ik ga u een zeker bewijs geven dat de krant gelogen heeft. Zet u hier, op dezen stoel, en luister aandachtiglijk toe. Mijne geschiedenis zal niette lang duren. Mijnheer, de eigenaar wacht op mij. Ga, zeg hem dat hij eene flesch Sauterne- wijn ontkurke,dat zal hemdoen gedu'd krijgen. Mijnheer.... Ah op het einde begint gij mij te vervo- len. Wilt gij op mij luisteren, ja of neen Mijnheer, ik wil betaald zijn. Wel, ik ben niet doof. Aanhoor eerst mijne geschiedenis. Zij heeft meer betrek met uwe vraag dan gij wel denkt. Ik beu geboisn aan de oevers der Rance, die de schoonste rivier is van Bretanje en, bij gevolg, der gansche wereld Mijn vader, die verleden jaar gestorven is, heeft mij acht a tien hectaren heideland nagelaten dat ik, voor zes duizend franken, verkocht heb. Ik verwachtte het geld den 14 April. Nu, het is nog niet gekomen, dus zijn wij nog den 15 niet. Ergo, gij moet dus geduld hebben, en torugkee ren wanneer de 15 April zal gekomen zijn,'t is te zeggen wanneer ik mijne zes duizend franken zal ontvangen hebben. Begrijpt ge Ja, mijnheer en ik ga.... Goeden avond, mijn vriend. Ik ga bij deu eigenaar. Bied hem mijne groetenissen aan. Ja, Mijnheer, en ik zal hem zeggen dat gij weigert uwe huishuur te betalen, en hij zal u aan de deur doen zetten. Wat belieft er u Hij zal u an de deur doen zetten ja, Mijnheer, aan de deur, riep da poortier, in alierhaast weg'oopeude. Quaterquem achtervolgde hem niet. Met ge kruists armen, de been n uitgestrekt, vlijde hij zich in zijnen zetel en zc.nk weg in diepe gepein zen. Ja, mompelde hijde toestand eens huuraars is onverdragelijk. Ik moet mij volstrekt een huis doen bouwenBah waartoe zou 't mij dienen Als men, geli k een zwaluw het lucht ruim doorklieven kan, moet men zich dan, als eene vink, in eene kooi opsluiten? Maar ho» kunt ge verstaan dat die notaris mijne zes duizend franken koude Onze vriend wierd, in zijne overwegingen, gestoord door drie tokjes op de deur. Binnen, riep hij. Aanstonds vertoonde zich een man met een zacht en beleefd voorkomen. Mijnheer, zei hij, den stoel weigerende dien Quaterquem hem aanbood, het is wel aan M. Ivo Quaterquem, leeraar in natuur- en schei kunde, dat ik de eer heb te spreken. Ja, Mijnheer, aan hem zeiven. Mijnheer, ik ben wel gevleid uwe kennis temaken, 't Zijt gij wel die de zeer geleerde opzoekingen hebt gedaan over de wijze om lucht ballen te besturen Ja, Mijnheer, ey die opzoekingen zijn DE DENDERGALM O

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1886 | | pagina 1