Vlaamsche Academie. LIEFDESAVONTUREN Het oud regiem, le Jaar. Nummer 20 Zondas 18 Juli 1886. Buiteulaudscli politiek nieuws. LIBERAAL M'UEKRLAI) VOOR - 5 fr. voor de stad. Abonnementsprijs 5 fr 60 VOOI. den buiten> voorop betaalbaar. PRIJS PER NUMMER 10 CENTIMEN. Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten voor de stad, ten kantoore van het blad, 40, Korte Zoutstraat, 40, Aalst. KTec '80S metu. HET Prijs der annoncen ARRONDISSEMENT AALST. Gewone, 15 centimen Reklamen, 75 centimen per drukregel. Vonnissen op tie derde bladzijde, 50 centimen. Men maakt meldins van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden wordt. Handschriften worden niet terug gezonden. AALST, 17 JULI. De kiezingen in Engeland blijven voortdurend gunstig aan de conserva tieve partij Tot heden is de uitslag de volgende 307 canservateurs, 73 liberalen-unionis ten, 170 Gladstonisten, 81 parnellisten. Er blijft nog te kennen den uitslag van 39 kiezingen. Om door haar zeiven de meerderheid in de kamers te hebben, zou de conser vatieve partij 336 zetels moeten bezit ten, wat onwaarschijnlijk is. Toch schijnt het voorals nu zeker dat Mr Gladstone zal aftreden moeten Wel is waar schijnt deze laatste aan het hoofd van 't ministerie te willen blijven hij zou namentlijk zijn wetsont werp van Home Rule in eenen zoo gema tigden zin opstellen dat ook de afge scheiden liberalen er voor zouden stem men. Of hij gelukken zal valt te betwij felen, daar lord Hartington, een der hoofdmannen der afgescheiden liberalen zich vrij ongustig gestemd toont jegens Mr Gladstone. De Engelsche kiezingen hebben, in Ierland tot erge wanordelijkheden aan leiding gegeven, namentlijk te Limerick en Belfast. In deze laatste stad bleven er twee dooden en waren er een honderd tal gekwetsten. Ingevolge de wet op de uitdrijving der fransche pretendenten, heeft de Mi nistervan Oorlog aide prinsen die eenen graad bij het leger bezatten, van de ka ders afgeschrabt, onder andere de her tog van Aumale, oom onzes Konings. Deze, sinds ruim 40 jaren divisie-gene raal, schreef eenen brief aan de voorzit ter der Republiek waarin hijop tame lijk hoogen toon, tegen zijne afsckrab- bing protesteei'de. Die brief heeft tot voorwendsel gediend om hem ook uit het land te bannen. Over eenige weken heeft men te Gent het Standbeeld onthuld van Metdepen- ningen, Groot-Meester der Yrijmetse- laarslogie, oudstokhouder van het orde der advokaten waarvan hij een der uit- stekendste leden was. Dit standbeeld, opgericht door eenige vrienden en vereerders van den beroem den man, zonder tusschenkomst van Staat of pro vin tie, heeft de woede ver wekt van sommige klerikale bladen, die hun spijt niet konden verkroppen over al het kwaad dat Metdepenningen aan de klerikale leerstelsels heeft toe gebracht. Zij willen 's mans verdiensten te kort doen met hem aan hunne lezers voor te stellen als geweest zijnde een aanklevcr van de liollandsche regeering en een tegenstrever der omwenteling van 1830. Maar verre van aldus blijken te ge ven van on vaderlandsliefde, heeft hij getoond dat hij zijn land lief had, liever dan zij die, om nietige belachelijke re denen de scheuring tusschen Noord- en 14. van eenen Geleerden. Naar het Fransch. X. Bij liet eerste onderzoek reeds, stelde de ge neesheer de damen gerust, en beloofde dat de zieke in eene maand zou te been zij a. Harrison, die in de voorkamer verborgen zat en met angst op het antwoord des heelmeesters wachtte, opende de deur met voorzorg, en het oogenblilc gunstig wanende Het zal nog niets zijn, sprak hij, met zijne gewone onhendigheid. Gij hebt meer schrik gehad dan pijn. Bij die w'onrden, sprong de gekwetste met zooveel vuur in zijn bed recht, dat de ongeluk kige Harrison terugweek. Meer schrik dan pijn riep bij. Beul, gij wilt mij dan afwerkenga uit mijne oogen, booswichtga ga Alice deecl hem teeken dat hij zou vertrek ken en volgde hem. Zuid-Nederland hebben teweeg gebracht en het prachtige werk van het Weener- Congres hebben vernietigd. Wij zijn er verre van af te beweeren dat Willem I geene redenen tot klagen heeft gegeven, dat hij in alles getrouw de ingevingen eener wijze staatkunde heeft gevolgd, maar de feilen door den Neêrlandschen vorst begaan zijn over dreven geweest van den eenen kant door de walen, grootendeels om eene taal kwestie, van den anderen kant door de Geestelijkheid die begeerde, en de blij ken ervan bestaan, terug te keeren tot den tijdvan tiendens en gewetensdwang. Willem Iwas een overtuigd voorstaan der van onderwijs en beschaving, een krachtdadig, misschien wat al te lials- starig verdediger der wereldlijke Macht tegenover de geestelijke overheersching. De vlaamsche liberalen van dien tijd waren over die strekkingen van den vorst te vreden, zij waren het hollandsch regiem genegenomdat zij zich niet te be klagen haddenover eene schijnbare taai- miskenning en zij met gunstige blikken de pogingen gadesloegen aangewend om onderwijs en beschaving te verspreiden. Veeleer dan reden lot klagen te heb ben moesten zij zich verheugen over de pogingen die aangewend wierden om pet stoffelijk en zedelijk welzijn der Ne derlanden te verzekeren. Niets wierd in dien zin verwaarloosd en met genoegen herinneren zich nog de ouderlingen dier tijden toen, op een vijftiental jaren, de wonden geheeld wa ren, door liet fransch regiem geslagen en Belgie tot eenen ongewonen trap van bloei en welvaren was geklommen, toen het onderwijs alhier op en eenen dege- lijken vo.et was ingericht en ons land dapper vooruitging op de baan der be schaving. Daar zijn de reden waarom Gent zoo lang Orangist is gebleven, waarom de uitstekendste mannen van Vlaanderen de omwenteling van 1830 als eene ramp aanschouwden. Zij ten minste begrepen dat uit de omwenteling een werk van reactie moest ontstaan zij voorzagen de staatkundige stoornissen die de scheu ring der Nederlanden moest teweeg brengen. Niet zonder reden had het Wee- ner-Congres de beide deelen der Neder landen vereenigd, gelijk zij, in de Ge schiedenis vereenigd waren. De veree- nigde Nederlanden waren een rijk van aanzien dat eenen krachtdigen sluit- boom daarstelde tusschcn twee mach tige en vijandig gestemde landen Prui sen en Frankrijk. Hoe schoon waren niet de vereenigde Nederlanden, sterk door den handel en de uitheemsche bezittingen van het Noorden, door de Nijverheid en de mij nen van het Zuiden. De Nederlanden wa ren geroepen eene eerste plaats in te ne men thgschen de Europeesche Natiën en er eenen weldadigen invloed te bezitten. 1830 is dit alles komen te niet doen. Wat wonders is er dan ingelegen dat klaarziende mannen die omwenteling beweenden en geen betrouwen stelden in het gesticht dat er 't gevolg van was. Varhaal mij toch, als "t u belieft, beste Har rison, sprak zijwaarom gij met Mijnheer Quaterquem twist gezocht hebt Ik heb geen'twist gezocht, sprak Ilerculos, ik heb hem onderstaan. En hij verhaalde de samenspraak welke hij met zijnen mededinger gehad had. Gij zijt twee zonderlinge, buitensporige menschen, sprak zij al lachend ik vergeef u omdat men geen bloed vergoten heeft, maar kom nooit meer onder mijne oogen. Alice, gij zult mij helpen om uw' vader tot bedaren te brengen. Dat is onmogelijk hij is te zeer tegen u verbitterd. Of wel zij t gij te zeer ingenomen met den Franschman V Ik sprak zij, rood wordende. Waar hebt ge dat toch gehaald, als 't u belieft - Hij zelfheeft het mij gezegd. Mijnheer Quaterquem is te zeer met zich zeiven ingenomen en gij zijt wel stoutmoedig te durven raden wie ik bemin en wien ik niet bemin. Alice, ik heb u zoo lief en ben zoo onge lukkig 1 in Gods naam, vraag mijne vergiffe nis aan utv' vader. Zij zweeg. Hercules was veroordeeld. Hij gevoelde heten zonder meer smeeken, vertrok hij den zelfden avoud naar Calcutta. Maar wanneer zij zagen dat de terug keer dat den vorigon toestand onmoge lijk was en de Nederlanden voor goed gescheiden waren, zijn zij niet langer meer in oppositie gebleven en hebben zich geschikt naar den zakcntoestand uit de Omwenteling voortgesproten. Zoo natuurlijk was de houding van eenen Metdepenningen, vaneenen van Crom- brugghe, dat er sinds eenige jaren eene beweging is ontstaan om de zoo nauw mogelijke toenadering der beide Neder landen te bewerken en liet kwaad van 1830 te "herstellen. J. J. De weledel-geboren c-n zeer vermo gende hertog d'Ursel, goeverneur voor Henegouw, heeft bij de opening der zittingen zijns provincieraacls eene rede voering uitgesproken welke een diepe indruk gmaakt beeft op de aristocra- tieke wereld waarvan zijne Hoogadel- hcid deel maakt. En inderdaad, deze aanspraak is noch min noch meer dan de openlijke verdediging van het oude staatsrecht tegenover liet hedendaag- sche. \olgens dit Heerschap, ware niets beter om de Maatschappij te redden, dan de herinrichting van werk en loon zoo als deze bestond voor de fransche omwenteling. De vrijheid van han deldrijven, dwaling! De wedijvei onder fabricanten en kooplieden, zottigheid Het recht van werkstaking! onzin - Het is tijd dat wij terugkomen tot do gilden en Ambachtentot de jnranden of regeling van koop en verkoop als in den ouden goeden tijd, wanneer iedere provincie zich steunde op hare fiscale •echten, op hare verbodswetten tegen over naburige provinciën, en toen de steden en de burgten den kooplieden de strengste voorwaarden oplegden, niet alleen .onder eikanderen maar zelfs aan de koopers uit vreemde gewesten. - Wanneer de groote economische her vorming zal voltrokken wezen, dan zal men bij uitbreiding moeten denken aan een dergelijk plan van politieke hervor ming, wier noodzakelijkheid meer om mëer bewezen wordt. De belgïsche werkman, zegt de ge nadige hertog d'Ursel, is door zichzeï- ven weinig revolutionnair. Aan zijne ingevingen overgelatenaan allen vreem den invloed onttrokken, wars van alle marchieke propagande, blijft hij zacht moedig, verduldig, gevoelig aan goeden raad, bezield met'goeden wil en eerbie dig aan de sociale standorden, n O ja, liét zijn eigenlijk deze hierar chies sodales die weder zouden moeten ingericht worden. De maatschappij an niet heropgetlmmerd worden zoo lang wij de drie orden niet zullen zien opdagen, zoo als ze bestonden voor de afschuwelijke proclamatie van het men- schenrecht. Wat meer is, zulks zal wel dra niet heel moeilijk meer wezen. De geestelijkheid en de adel zijn om zoo te 8 Anderendaags ontving Quaterquem van zijne vrienden den volgendén brief; Man van vernuft Laat uwe Engelsehmans en hunne dochter varen en neem afscheid van uwe reisgenot n. Verspil uwen tijd niet aan het in stukken hak ken van eenen iloiamen Harrison'. Dat is tijd verloren en gij zijt den uwen aan het mensch- dom verschuldigd. Uwe uitvinding wordt door alle geleerden grootsch genoemd. In min dan eene maand zal uwen b illop-omnibus aan het uiteinde der wereld gekend zijn en wij mogen u reeds meer dan zes honderd duizend frank aanbieden. De som is gereed en is ia do handen van eenen Notaris. Dezen avond, overgroot vernuft die Christof- fel Colombus ver achter zich laat, verwachten wij u aan het station van Orleans. Uw toegenegen. De Zeventien. Hij liet zich onmiddelijk aandienen hij den ouden Hornsby. Zijne dochter ontving hem alleen. Alice, sprak bij, ik vertrek dezen middag, en zal u misschien nooit wederzien. Bemint gij En gij antwoordde zij Tot der dood. Nu, heb vertrouwen in mijen kom terug; water ook gebeure, ik zal nooit eenen anderen dat on- ka- nog zeggen meester over den toestand. De derde orde ons volk in twee vijan delijke legers verdeeld, ligt verlamd en krachteloos en kan zich maar weinig verzetten te-gen hetgene het de twee op- perorden belieft te ondernemen. Wie zou nog kunnen loochenen het groote leger onzer buitenlieden der den pantoffel ligt van kerk en steel Waarom zouden zij dan aarzelen Nimmer heeft de gelegenheid voordeeliger aangeboden om liet oude feodaal gebouw, dat de omwenteling- doen instorten heeft, weer op te richten. NV at vraagt de geestelijkheid O bijna niets de herinrichting der doode- liand, de vrijheid voor de liefdadigheids gestichten gelijk in den goeden ouden tijd en de ontheffing der belasting voor de geestelijke goederen. En de adel dom Wel, lieve God, die vraagt nog minder Zijne oude privilegiën, zijne oude rechten van liooge en lagere vierschaarj de aflegging van den leens- eed, zijne corvees, zijne tienden, en al liet overige. Het valt niet te betwijfelen, dit alles zal wederkomen, eens dat de staatslniis- houdelijke hervorming volgens den adelijken d'Ursel zal verwezenlijkt zijn, eens dat het hedendaagsche' regiem zal omgeworpen zijn, dit verfoeide regiem van 89, dat zich steunt op eene onbe paalde vrijheid in werk en gedachte. Dan zal het verleden de toekomst zijn en de toekomst het verleden, Doch nog zoo gauw niet, wat dunkt u, Land van Aalst De flaminganten hebben reilen om tereden te zijn zegt een fransch brusselsch blad. Ehweija, do vlaam.schgezinde harten hebben er alle zinsreden toe. M ij zegden het nog Het daghet in den oosten. Ja, ea niet alleen is de dageraad aangebroken, maar om het aan gehaalde te voliedigen, mogen wij er bijvoegen Het lielitet overal en onze schoöne moe dertaal, ondanks den spottenden glimlach dien dit woord op de lippen van Franschgezinde l-'ranschverknoeiers roept o Jeune llelgi- que» qu'as-tu taitde la languede Chateaubriand de Lamartine, de Hugo - onze schoone moedertaal weet ivel waar dat sie henen sal.n Ja, want nu toch blijit zij de verstootene niet meer, niet meer de verachte die men Uit leeraarstoel en rechterzaaln Als ruw en onbeschoft, misdadig [liet verdringen. Ze heeit haar burgerrecht herwonnen voor fhemis vierschaar en ze geraakt weer in eere op den leeraarstoel. En daarbij blijft het niet nevens de Fransche Academie die hier bestond, is er eene Vlaamsche ingericht. Het staatsblad heelt de kouingiijke besluiten afgekondigd die 'ze in 't hebt roept en er de achttien eersUiiedun van noeiut. Lang wierd het vraagstuk besproken of liet niet goed ware enkel eene Ylaatnsche klas bij de bestaande Academie te voegen. Maar het Bestuur heelt het zoo niet gewild, en heeft volgens ons wel gedaan. Op te merken :s het, dat een Maalsch minis ter, Heer de Moreau, het koninglijk besluit heeft mede onderteekend. Voornoemd besluit bevat eenige punten welke op te merken zijn. Iedere klasse der Belgische Academie telt dertig le 'enen daarenboven vijftig vreemde vennoten en ten hoogste tien inheemsche briefwisselende echtgenoot hebben dan u.... Maar waarom gaat gij heen Quaterquem toonde haar den brief zijner vrienden, zij las dien en sprak Gij hebt gelijk, gij moet vertrekken. Ik gelast mij met de zorg mijnen vader te overha len. Zij reikte hem de hand. Qua'erquem vertrok vol liefde en koop en verscheidene dagen ver liepen zonder dat Miss Hornsby van hem hoorde spreken. Intusschen genas de oude Engelseh- man spoedig, en hij verwonderde zich over de neerslachtigheid der schoone Alice. Treurt gij om Harrison, vroeg hij haar eens. In 't geheel niet, lieve vader, antwoordde zii- erveeit gij u in Frankrijk Nog minder. - Wilt gij Napels en den Vesuvius gaan zieu Neen. V iltgij naar Louden vertrekken Neen, vader Londen verveelt mij. Ah Hij zweeg, daar hij de gedachte zijner doch ter wel kon raden. Beminde zij dan waarlijk dien Fransch man dacht hijDen zoon van Nelson 's moor denaar huwen, dat ware heiligschennis Wat zijnde vaders toch ongelukkig leden De laamsche Academie za! slechts vijf- e.i-twiutig titelvoerende leden tellen, waaron der vijl mogen gekozen worden tussehon de Nederiaiidsche letterbeoefenaars en geleerden welke in Belgie wonen. Daarenboven zal men eereleden mogen noemen ouder de bejaarde Academieleden en onder de vreemde geleerden; briefwisselende leden moeten inboorlingen Het koninglijc besluit kent aan den Koning de benoeming der achtten eerste leden toe welke kunne toekomstige medeleden zullen kiezen. Zooal - te vreezen was is er liet klerikaal ele ment wel vertegenwoordigd. Nochtans is de wenseh der klerikale bladen dat men er de geu zen moet uitsluiten niet heel en al vervuld. Naast eenige namen welke zich opdrongen, als die van an Beers, de eerste onzer lyrische dichters Emanuel Hiel de vaderlandsche zan ger Frans De Potter een kundig Vlaamsch geschiedschrijver en een knappe werker die de geschiedenis der laamsche gemeenten we der heeft opgemaaktMax Roosea, een uitste kend letterbeoordeelaar treft men de namen aan van Jan De Laet, die goed dichter was.... over veetig jaar Eugene Stroohant, drama tisch schrijver die lang reeds de pen liet rusten; Désiré Dclcroix, door zijne bestuurlijke wer ken verslonden.; 1'. Millems, genoemd omdat hij professor is aan de Loven whenscka Hooge- sehool en bestuurder der klas van letteren aan de Belgische Academie II. Claeys, een pas toor; Guido Gtselle, een ander gezalfde die den wesivlaamschcn tongval schrijft. De Academie zal zich ook met taalkunde en escliiedkundige vraagstukken onledighouden. Onder dit opzicht zijn de benoemingen goed te keuren van L. De Ilomlt, advocaat te Gent, den gukerdeu verta er van het burgerlijk wet boek van Napoleon Do Pauw, procureur des konings to Brugge, een ernstig taalkenner, en die van professor Iïoersch van Luik. Blijven dan nog de hamen van Jan Nolet de Jou were van Steeland eenen gevreesden beoor delaar en suedigen dichter en van August Snieders. eenen vruchtbaren romanschrijver die de klerikale partij te Antwerpen vele dien sten bewees als hoofdopsteller van liet Handels blad. Die twee letterbeoefenaars verdienen allezins van in de Academie té zetelen maar heiden zijn Hollanders en daarom heeft Heer Beer- uaert (le benoeming toegelaten van vijf titel voerende Neder', andsche leden welke in Belgie wonen Nu had men de Vlaamsche letterwereld ge raadpleegd voor hut noemen van het bureel, gewis had zij eenstemmig de bediening van bestuurder aan Jan Van Berrs toegekend, die Van onderbed uurder aan Emanuel Hiel, en die van geheimschrijver aan Frans De petter. Maar iu Heer Peernaert moet toch de klerikaal om den höok glurenhij noemt de Lovensche Iloog- leeraar bestuurder daarua komen Van Beers en Frans De Potter. Er blijven din nog zeven leden te kiezen. oomitspriugende namen doen zich voor Dr. Sleeckx. Amand De Vos, Emmanuel Van Driess.he, Julius Yuyl-teke, Pieter Geiregat, Pol de Munt en dien vah den kundigen Hoog- Ueraar Paul Fredeiicq voor de geschiedenis. Zullen er ouder die mannen eenige genoemd worden .J Er zijn uitstekende letterbeoefenaars ouder, maar het zijn liberalen, en dat is ge noog.... Vlaamsche Jongtn. Provintiale Raad van Oostvlaanderen. De bijzonderste werkzaamheden van den raad hebben zich bepaald bij het veiTeenen van subsidiën aan deze kerk lier, aan deze pastorij daar. Op het bud get der provintie heeft men noehtlians 50,000 franken gevonden om eenige openbare werken in de provintie uit te In die verlegenheid, besloot hij naar Londen te vertrokken en hij ging den zelfden avond nog naar Parijs. Toen hij daar aankwam, vond hij in een dagblad de volgende tijding Men spreekt van eéne grootsclie uitvinding welke wij aan het vernuft van eenen onzer be roemde processors verschuldigd zijn. Mijnheer Quaterquem he.rfr eenen ballon-omnibus ge vonden, welken hij naar goeddunken weet te richten en die in weinige oogenblikken over- groote af banden doorloopt. l)e eerste proefne ming, die gisteren voor eeue commissie der Academie der Metenschappen plaats greep, is volkomend gehikt. Nooit heeft het mensche- ijk vernuft op nuttiger en schooner uitvinding mogen wijzen. VaartwG spoorwegen e n vaar tuigen. Iu eenige uren zal de mensch om zijne planeet kunnen reizen. Het dagblad viel uit zijne handen en Alico raapte het op. Hewelsprak zij, bemin ik hem ten on rechte Gij bemint hem dan toch V Als antwoord sprong zij aan zijnen hals, ett overlaadde hem met kussen. Hij liet zich bewe gen want de oude Hornsby, van het huis Hornsby, Harrison en O had geen slecht hart hij was noch een slechte mensch, noch «en wreed e vader, noch een onbehendige reken meester. en hij wist wel dat de uitvinder van' ayaMgfihHBaary-g O O i!i

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1886 | | pagina 1