ONS HUIS 9de Jaar. Nummer 8 Zondag 25 Februari 1894. Z'hcbben ze kruipen. Een gedacht. Nog al een Uit Denderbode. LIBERAAL WEEKBLAD VOOR Abonnementsprijs: so^oo^den^uiten, voorop betaalbaar. PRIJS PER NUMMER: 10 CENTIEMEN. Men abonneert .[zichop alle postkantoren voor den buitenvoor de stad, ten kantore van het blad, 10, Vooruitgangstraat 10, Aalst. Nee spe nee metu. HET ARRONDISSEMENT AALST. Prijs der Annoncen Gewone, 15 centiemen Reklamen, 75 centiemen per drukregel. Vonnissen op de derde bladzijdefrank. Voor d'annoncen buiten de Vlaanderen, zich te wenden tot den AGENCE HAVAS, Madelenastraat, 32, Brussel. AALST, 24 FEBRUARI. Liberale Associatie van Aalst. Algemeene Vergadering op Zondag 25 Februari 1894, om 10 1/2 ure 's mor gens, in den Graaf van Egmont. W ij doen een dringend beroep op al de Leden der Vereeniging om op deze vergadering tegenwoordig te zijn, daar er punten moeten besproken worden, welke van het allergrootste gewicht zijn. Wij hopen dus dat ieder lid de belang rijkheid van deze vergadering zal be grijpen en op post zal wezen. De kieswet voor de gemeente. Volgens wij uit schrijven der voor naamste klerikale bladen kunnen aflei den eou de Regeering eerstdaags een voorstel doen om de evenredige verte genwoordiging alleen op de kiezingen voor de Kamer toe te passen, en wel op zulke wijze dat het maar een schijn van evenredigheid zou hebben. Het ministe rie zou, namelijk, het meerderheidsstel sel behouden voor de kleine arrondisse menten, die maar twee vertegenwoor digers benoemen en in overgroote meerderheid clericaal zijn, en het even redig stelsel toepassen op de groote arrondissementen waar de clericalen dan nog eenige zetels konden winnen. Hieruit blijkt dat onze regeerders een rechtvaardig princiep willen verwurgen en verknoeien tot een ellendig partij wapen waarmede zij ten eeuwigen dage de meerderheid zouden behouden. De groote Waalsche nijverheidsarron dissementen, alsmede die van Brussel en Luik, zouden dan eenige clericalen naar de Kamer zenden, en de kleine arron dissementen van Limburg en Vlaande ren, allemaal clericalen. Alleen Gent en Antwerpen zouden door eenige liberalen vertegenwoordigd zijn. En op die wijze ware dan wellicht de groote clericale Kamermeerderheid behouden, ons door het cijnsstelsel opgedrongen. De combinatie getuigt van het poli tiek vernuft en de doortrapte oneerlijk heid onzer tegenstrevers. Doch er is meer Voor de gemeentekiezingen broeit er nog iets schandaliger. Uit Brussel wordt aan verschillende bladen geschreven, dat het ontwerp van kieswet voor de gemeente zal gegrond vest zijn op de vertegenwoordiging der belangen alweer op de clericale ma nier opgevat. Het kiezerskorps zou verdeeld zijn in drie groote groepen capitaalweten schap en arbeid. Van de eerste groep zouden deel ma ken al degenen die werklieden gebrui ken of die geene werklieden gebruiken de, van hunne renten leven. De tweede groep zou bevatten al de zen die een diploma van middelbaar of hooger onderwijs bezitten. Eindelijk, de groep van den arbeid zou samengesteld zijn uit allen die. het zij werken onder het bestuur van eenen meester, hetzij een ambacht uitoefenen zonder behulp van werklieden. Elke groep zou recht hebben op een derde der zetels en de volstrekte meer derheid zou vereischt worden om geko zen te zijn. Dit stelsel zou ingevoerd worden in al de gemeenten waar de drie hooger ge melde groepen voorhanden zijn.° Overal elders zou het tegenwoordig meerderheidsstelsel alleen toegepast worden. Wij hebben reeds doen uitschijnen want reeds vroeger is er van dit stelsel sprake geweest dat zulke belangen- vertegenwoordiging feitelijk de verwur ging van 't algemeen stemrecht wezen zou. Moest de Kamer zoo iets aannemen waren de meeste gemeenteraden, voor namelijk in de nijverheidsgemeenten, feitelijk in de handen van enkele perso nen en was de groote massa de speelbal van eenige grooten. 't Zou wat moois wezen en wij begrijpen dat velen op dit schoone stelsel verlekkerd zijn Inderdaad, genomen eeue nijverheids- gemeente waar een half dozijn groote nijveraars een paar duizend werklieden bezigen, waar weinig kl ine burgerij i$ en de vrije beroepen door wei nigen uitgeoefend worden. Die zes groote oazen zouden het derde van den raad benoemen de kleine burgers, direct af hankelijk van de groute fabrikanten, zouden creaturen der grooten voor het tweede derde benoemen, en het laatste derde zou misschien uit vrij gekozenen van de volksklas bestaan. Over een paar jaren werd te Leuven het klooster der Cellebroeders totaal in assche ge legd. 1q dit gesticht werden waauzinnigon en onnoozelen verzorgd, en de paters stonden als arme sukkelaars te boek. Lij het ruimen der puinhoopen vond men echter twee geldkoffers, waarvan de eene meer clan 2 millioen in bank brieven en actiën be vatte welke niet het minste van den gloed ge leden hadden, en de andere 18 honderd dui zend franken ofte nogmaals bijna twee millioen, insgelijks in papier en actiën, doch welke min ot meer door het vuur beschadigd waren. Die arme broeders!!! die groote sukkelaars, welke honger en dorst leden en groote verster vingen moesten doen lagen, met'ne klont van bijna 4 millioen op hun kot, zooveel als een ge woon mensch in 3 weken tijds met 5 frankstuk- tellen' «its 9 uren per dag te werken en 400 fr. per minuut. Ge ziet, vriend lezer, dat vier millioen geene kleinigheid is en deze kolossale som bezaten onze arme cellebroeders Van waar was al dat geld gekomen Hadden zij dit eerlijk en met werken verdiend Dat laten ''ij aan uw oordeel over, maar als cellebroeder spelen zulk winstgevend postje is dan raden wij onze fabriekwerkers aan ook den papenrok aan te trekken en fortuin te maken door het verzorgen van eenige onnoozelaars. Zedeles De liberale bladen hebben onge- ijk, liegen wetens en willens, als ze zeggen dat de kloosters en de doode hand allen open baren rijkdom opslorpen, want ze zijn zoo arm als Job, getuigen daarvan de Cellebroeders van Leuven. NOVELLE. Naar het Duitsch door Kapitein Van Acker, fot herinring heb ik u een ringje gegeven. o, Het kleine dorre ringje, thans daaraan te denken en aau een paar kelder-bruine oogen die zij zoo stralend en zoo vol vertrouwen had aangezien Mijnheer Everts hand voelde zij op haren schouder. Marie zegde de oude heer waarzijt gij dan Ik spreek u aau en krijg nooit autwoord... Nu, nu, ik kan mij voorstellen waaraan gij denkt... Ja, handwerk heeft wel is waar een gouden bodem, maar dit huis hier schijnt toch op vasteren grond te staan, en de eigenaar is een man van eer, geloof mij kind, ik weet het. Zuchtend wendde Marie het gelaat af. Zij begreep het, iedereen wilde haar geluk, o In dien ook zij onbekommerd veheugd hadde'mo- gen zijn De maaltijd liep vi'oolijk af. Mijnheer Evert schertste en lachte vrouw Reinkert zag er op geruimd uit als zij met haren vriendelijken gastheer sprak. Sedert langen tijd had Marie hare moeder zoo welgezind niet gezien, en een gevoel van dankbaarheid jegens den 'stichter van deze gelukkige gemoedsstemming steeg in haar op. Na den maaltijd leidde mijnheer Mellijn de dames door de prachtig verlichte zalen, Overal was het even schoon en behagelijk. En terwijl vi ouw Reinkert de jiracht en de schoonheid dezer zalen bewonderde, dacht zij aan de moge- Jijkaeid dat dit hnis voor haro dochter en voor Onnoodig verder hierover uit te wij den. De onrechtvaardigheid van zulk stelsel is al te schreeuwend maar, juist omdat het zoo onbillijk is, heeft het kans aangenomen te worden,tenzij het volk nogmaals wakker worde geschud en, gelijk op den 18 April, aan de Ka mer de les voorleze. Maar 't volk slaapt.... hen allen wel Ons Huis zou kunnen worden. blechts Anneken was teleurgesteld. Hebt gij hier iu uw huis geene kineren, mijnheer Mellijn vroeg zij en verdriet het u niet zoo altijd alleen te zijn "/een, Anneken zegde hij en ik ben altijd alleen. Maar ik zou het willen anders nebben... Zult gij mij dikwijls komen bezoe ken De kleine knikte hem geluklachend toe. Welzoo mijnheer, altijd alleen zegde vrouw Reinkert gij hebt toch wel bloedver wanten hier in de stad en krijgt toch somwijlen wel bezoek J Neen zoo antwoordde Mellijn be halve met eenen neef, neb ik met niemand eemge betrekking. Het is een jongen dien ik buiten mijn huis heb laten opvoeden anders ik kennemij zeiven genoeg, zou ik hem te veel ingevolgd eu hem bedorven hebben.. En die komt u somtijds bezoeken Nooit hij woont te verre van mijnent af. Zijne ouders zijn niet meer in 't leven Neen, reeds lang zijn zij overleden. Zijne moeder mijne eenige zuster trouwde met eenen dokter die vroeg stierf en haar zeer jong weduwe liet. Later {rouwde mijne zuster voor de tweedemaal doch zij verloor ook haren tweeden man en kort daarna stierf ook zij met achterlating van eenen zoon. Sedert haar twee de huwelijk woonde mijue zuster te Erfurt Erfurt I Dat woord viel gelijk eeu last op Marie s hart. Hare levendige phantasie was reods begonnen met de hier aangehaalde be trekkingen op den jongeling over te dragen, had r tlJC*s van ziJneü onkel gesproken En hoe heette uwe zuster, mijnheer vroeg zij schielijk. Albrecht Helena Albrecht.., Ik denk met dat gij u den naam kunt herinneren, want mijn zwager heeft niet lang te Erfurt ge woond6 Hot klooster was dus 4 millioen rijk. Maar als de broeders, ten getalle van 40, zulks ver namen clan werden zij allen van de geldkoorts geslagen en dag en nacht zagen zij niet anders dau hoopen goud en bankbrieven voor hunne oogen dansen. Ha men had hen jaren en jaren van dien overgrooten rijkdom onwetend gelaten, hun arme zinueloozen doen verzorgen, hun niet be hoorlijk gevoed en gekleed, en men zat met eenen ponk van 4 millioen in de kas, het eigen dom van t gemeenschap 11 Nu moesten zij een prachtig gebouw hebben, rijke en betalende zinueloozen zouden alleen aanvaard worden, zelfs het kon krakt met de stad Leuven aango- gaan om de behoeftige waanzinnigen dier ge meente te verzorgen werd, mits eene storting van 100000 fr., verbroken. ader overste, welke in al die grootsche plan nen niet wilde deelen, werd afgezet en met een jaar!ijksch pensioentje van 20u0 fr. naar Lier verplaatst. Een paar broeders vroegen hun paart van den koek, wierpen de kap over d'haagen schoten er elk met 100000 franken van onder. Nooit zouden wij van die 4 millioen iets kun nen schrijven hebben, zoo een wisselagent en een advokaat, twee volbloedige klerikalen, welke de beschadigde actiën moesten kunnen geldig maken, huune rekeningen van onkosten met te zeer gepeperd en gekonkelfoesd hadden. M. de overste wilde die overdreven kosten, beloopende tot meer dan honderd duizend franken niet betalen, vooral daar hij beweerde dat er meer dan 300000 fr. iu titels wareu achtergehouden. Ge ziet dus, eene vuile zaak, die deze week voor de correctionneele rechtbank van Leuven is opgeroepen en welke men nog al eens zal bepleiten, alvorens tot eene definitieve uit spraak te komen. Neen, hij was het niet het was Willem Eerman niet met de helder bruine oogen eu het groen ringje dien. zij nimmer wederzien zou. Als een goede geest was hij haar verschen om haar den weg ter bereiking van hare reeds als verloren beweende wenschen aan te toonen. Waarom moest zij heden zooveel aan hem den ken en toch daarbij zoo treurig zijn ?o, Indien zij maar vreugd hadde mogen vinden in al de vriendelijkheid die haar hier bewezen werd Als zij rondblikte, was het niet als of slechts om harentwille alles hier een zoo feestelijk ka rakter droeg Was het niet meer dan deelne ming die in de oogen van don minzamen gast heer te lezen stond Met angst vermeed zij Mellijns blikken zij was ongerust, verlegen. Iets bezwaarde haar gemoed hier, iets dat iu strijd was met haar hart. Eindelijk, eindelijk nam men afscheid. Met enkele woorden werd er wederzijds dank ge- zegden t was als ontheven van eeu zwaren last dat Marie op straat de vrije lucht in ademde. Moeder-lief zegde zij zoohaast ze te huis waren geef mij uwen zegen ik ben vermoeid en verlang zeer naar rust. Met treurigen blik zag vrouw Reinhert hare dochter naar haar slaapkamertje gaan. Ach, mijn kind zoo dacht zij het zal nooit uwe moeder zijn die u in eene zoo gewichtige zaak als het huwelijk dwingen zal. VI Toen zijne gasten vertrokken waren en hij zijne kamers rondwandelde, had de heer Mel lijn nooit zoo zeer als op dien stond de een zaamheid gevoeld waarin zijn leven voorbij ging. Achteloos had hij zijne jonkheid overge bracht zonder aan trouwen te denken. Toen hij ouder eu me', zijnen handel rijk was geworden was het hem aangeraden naar eene vrouw uit Onze Aalstersche werklieden hebben het veel lastiger dan deze van den bui ten om de eindjes aan elkander te knoo pen. Huishuur, levensmiddelen, klee ding en manier van leven, alles is hier dubbel kostelijk dan het zelfde te lande. Dat men ons het denkbeeld -Aiiet toe- schrijve de werklieden, die van den buiten hier dagelijkstoekomen, hetwerk eenigzins te willen beletten of tnoeie- lijker te maken. Van alle uitsluiting of wat er maar aan gelijkt, zijn er geene vastberadener tegenstrevers dan wij. Doch, mits de armoede onder onze werkersbevolking gedurig aangroeit, meenen wij dat het tijd wordt naar mid delen uit te zien om dien toestand, zoo mogelijk, te verhelpen. Tegenwoordig, wanneer eene entre- prise van eenig openbaar werk plaats heelt, staat men stom over de on,e- hoorde afslagen (op de bestekken), welke er aangeboden worden. Zijn de bouwstoffen zooveel van prijs verminderd Hoegenaamd niet daar van zou men toch ook in de bestekken zelve rekening houden. 't Is dus opliet werk-, den handenar beid, dat de ondernemers spekuleeren. Het is algemeen gekend, dat de werk lieden van den buiten hier meestal tegen een spotloon komen werken, zoowel omdat zij als bovengezegd, met veel minder kunnen klaar komen, als omdat zij in hunne landelijke gemeenten geen werk vinden kunnen, daar alles er ver kwijnt, aan 't wegsterven is. De ongehoorde mededinging tusschen ondernemers, eu die spekulatie op den arbeid, vallen dus regelrecht op den werkman terug, vooral op dezen van de stad. In eenige groote centrums, zooals B, V. Antwerpen, heeft men pogingen ten goede der arbeidende klas aange wend namelijk door het vaststellen van minimum vau dagloon bij werken door de stad in aanbesteding gelegd. Dat men het hier ook eens beproeve. Dat men het minimum van dagloon in de lastenkohieren schrijve eu liet lioog genoeg stelle, om onze werklieden toe te laten er door in hun onderhoud te voorzien. Daarentegen zou niemand kunnen of durven protesteeren. De ondernemers zouden hunne aan biedingen er naar schikken. Do goede werklieden van ovwal zou den er baat bij vinden. A ij durven hopen dat onze gemeente vaders, die zoo hoog oploopen met hunne menschenlieide, hunne bezorgdheid voor de werkende klas, het minimum van dagloon in de aanbesteding van 't nieuw gasthuis zullen schrijven, zoo niet zijn het meesterlijke volksbedriegers Len onzer vrienden overhandigde ons onlangs eenen omzendbrief uitgaande van zekeren Michel Rua, priester te lurijn waarbij deze eene klopjacht op de centen aankondigt. Lehoorende tot het order van Don Losco richt hij expedities in om in andere werelddeelen het ware geloof te verkondigen. Daartoe is geld, veel geld noodig en daarom moet dan ook ieder ware christen» en die belang stelt in de verspreiding van den godsdienst volgens zijn vermogen bijdragen tot het vullen der geldkast. Benevens giften in geld zal hij ook juweelen klee Ieren in goe den staat, enz. met welbehagen ontvan gen. Giften in natuur te zenden aan Mon seigneur Lagliero te Marseille om doua neposten te vermijden de specien aan Dou Rua te Turijn per postmandaat of aanbevolen brief want het ware onvoor zichtig zulks met eenen gewonen brief te verzenden. (Het complement is vleiend!) Indien priester Rua centen noodig heeft geven wij hem den raad bij Leo XIII aan te kloppen die heeft eon goed gevulde coffre-fort eu kan meedeelen van de oordjeswelke kwezels van alle landen hem voor zijnen St. Pieterspen ning en Nieuwjaar zenden. De demokratische kring der wijk te Ant- %eiTr3n m 1 algemeene stemmen de E. V. verworpen Z oo scH ij ft Denderbode Hij zou er wel mogen bij voegen hebben dat dit de klerikale demokratische kring van de 5° wijk is met M. Delbeke aan 't hoofd Gelijk onze konfrater bet nu opdischt zon men wel kunnen veronderstellen dat die stem ming van eenen liberalen demokratische kring komt, niet waar Slimmerik te zien maar dm bad hij het ondervonden allen hadden het meer opzipien rijkdom dan op zijnen persoon gemunt. Daarom had hu be sloten ongehuwd te blijven. Zoo was hij veertig jaar geworden. Hij leefde in eenen kring van begaafde en vroolijke men- schen hij zelf was vioolijk van zin en onbe- zorgd bij werd door iedereen bemind en ge acht. Wat verlangde hij meer Maar ja, was als hij het meest *t jonkmans leven op prijs stelde en zijn hart in vrijheid achtte, dat het vlam had gevat. Hij beminde het stille zedige meisje met die klare oogen, met die ernstige en onschuldige uitdrukking op bet mijmerend gezicht, met die onvermoeibaar scheppende hand -n, met die edele gevoelens voor bare bejaarde moeder en bare jonge zus ter. Hoe meer bij in hare nabijheid was, boe waardiger en boe edeler zij hem voorkwam, te waardig, te edel om door bet uitzicht op rijk dom zijue hand voor Gods altaar aan te ne men. Berekening en genotzucht waren haar vreemd en zijn rijkdom baatte hem weinig, wilde hij dien als tegenwicht in de weegschaal werpen waarmede hem dit wijze schoone meisje schatten zou. De onzekerheid waarin hij verkeerde bekwel- de den man. Hij had niemand om zijn hart te openen, geen vriend om hem raad te geven, geene moeder om hem moed in te boezemen en den stap te doen wagen. Morgen zoo sloot de heer Mellijn einde lijkden loop van zijne gedachten morgen zal ik mijnheer Evert gaan spreken. Indien hij mij slechts een vonkje moed kan inblazen, dan wil ik het wagen en zien of Marie mij ouden jon gen wil voor haren man. VII Den ganschen nacht had Marie wakker ge legen. Welke beweegredens had zij om Mellijns vrouw ta worden De wensch om de toekomst vau hare moeder en hare zuster voor altijd te verzekeren Ook de wensch naar rijkdom Neen, zulke lage berekening was verre van haar. Zoo min als zij de macht van den rijk dom miskende, zoo weinig overschatte zij hem in de armoede had zij een hemelsch genot ge vonden, het genot voor hare moeder en hare zuster te mogen werken en aangenaam te zijn aan God en God dankte zij omdat Hij haar werk gezegend had. Zou zij Meilij u's hand wei geren Ha, 't was toch de hand van een recht schapen man, het was eene weldoende hand, eene hand gezegend door armen eu ongeluk- kigen... Zijn lof lag iu aller mond, zelfs hier mijnheer Evert, in wien zij volle vertrouwen had, roemde hem als een braaf eu edelmoedig mensch hare moeder vond behagen in zijn ge- zelschiip en hare kleine zuster aanzag hem als haren hesten vriend. Ieder meisje moest fier «n gelukkig wezen door zoo een man tot zijne vrouw te zijn gekozen. Ja, ieder meisje... die niemand anders in haar harte droeg. Maar zij was haar hart daarvan vrij Dacht zij niet meer aan den jongeling, wieDS open blik zij even zoo weinig vergeten kon als den frisschen klank van zijne vriendelijke woorden ?o Ja, maar was dat daarom liefde Beminnen zou zij dien jongeling misschien moest zij hem weder ontmoeten, met de oude hartelijkheid iu zijne bruine oogenindien het verdorde riugje in zijne baud haar bewijzen zou dat hij haar ook nimmer vergeten had. Maar zou zij hem wel ooit wederzien Ha, als zij Mellijns vrouw wierd, dan moest zij wenschen hem nooit meer te zien. Met Mellijn dacht zij gelukkig te kun nen worden maar zou dat geluk kunneu voortduren indien zij toch de herinnering aan die mei-morgend niet geheel uit haar harte kon verbannen Zou zij er vast kunnen op rekenen dat plichtgevoel haar tegen alle verbodene ge- daeuten zoude wapenen (Wordt voortgezet.)

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1894 | | pagina 1