m De Gek van 's Gravenhage BAASKE STEK 18d« Jaar. Nummer 50 Zondag 15 December* 1ÖÖS* LIBERAAL WEEKBLAD VOOR Willemsfonds. Turnclub Help U Zelve. Liberale Werkmanskring Leerplicht. Werkeloosheid, Abonnementsprijs 4 fr. voor de stad .A l voorop betaalbaar 4 fr. 50 voor den buiten PRIJS PER NUMMER 10 CENTIEMEN. Ma n boiiDcert zich op alle postkantoren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, Vrijheidstraat, 58 AALST. Nee spe nee metu. HET ARRONDISSEMENT AALST Gewone, 15 centiemen Prijs der Annoncen Reklamen 75 centiemen Vonnissen op de derde bladzijde, 1 franki per dru Men maakt melding van elk werk waarvan een exemplaar aan het blad gezonden tferrdt Handschriften worden niet terug gezonden; AALST 12 DECEMBER. De boekerij van het Willemsfonds, Graaf van Egmont Groote Markt, ingang langs de Leopoldstraat, waar iedereen kosteloos sclioone boeken kan ter lezing bekomen is alle Zondagen open van 10 tot 11 uren voormiddag. Zondag 13 December ten 6 ly'2 uren 's avonds, Groot Tnrn- en Dansfeest in Concordia. Prijzen der plaatsen Be- schermingskaarten 2,00 fr. Eersten rang 1,00 fr. tweeden rang 0,50 fr. Schouwburg van Aalst. VOOR TAAL EN VRIJHEID Op algemeene aanvraag opvoering van Drama in vijt bedrijven door II. Van Pbene. ZONDAG 20 DECEMBER 1903, mot de welwillende medewerking van Mevr. Iiocls-Fauconnier en Mej. li. Van Heddeghem «n de Symphoniekring Door Eendraiht Groot 1* Bedrijf. De Blijde Inkomst, 2' Bedrijf. De Droom. 3e Bedrijf. De Bijeenkomst. 4e Bedrijf. De Slaapdrank. 58 Bedrijf. De Jèloedprijs. Opening des Bureels 5 1/2 ure. Gordijn 6 ure. •Benedeplaatsen 2-00 fr. Balcon 1-00 fr. Gaanderij 50 centiemen. Vrijdag 25 December, eersten Kerst dag kostelooze tombola voor de wer kende leden van den Kring in het lo kaal Concordia. Schoone prijzen. De Eereleden en Bestuurleden nemen geen deel aan de trekking. mf door L. V. O. onderwijzer. Schompermuilend trok Belleken af: haar fcin haren ijver waren gebroken. Baaske ging in Marjannekens huis toebe reidselen maken voorde plechti ge ontvangst der ontvangst der grappenmakers. 't Was ee,n echt kermis weer een heerlijke namiddag der oogstmaand. De zon goot licht eu leven over 't schoone Roesbeke. Lief soesden in 't lichtgetintel de ruime hutteu met hunne netgekalkte leemon muren, hun bemoste strooien daken, hun reingewasschen ruitjes eu huun'e groene blaffetuurkens. De breede krui nen der dikke olmen bulden de heela kasseide in hunne weldoende schaduw. Er was veel volk. Als de stoet uit de schuur van De Piot kwam was 't een gejuich, een gejoel, een ge lach zonder weerga. Vooraan giDgen vier trommelaars met hoo- geu hoed en oude lakenjas met breedeu kraag zij sloegen op vier versleten emmers een marsch of iets dat er aan geleek, dan volgdeu een tiental boeren met dorschvlegels op de schouders ze droegen den blauwen kiel eu den strooien hoed. Een zware vierduimer getrokken door twee kloeke Brabantsche paarden, volgde daarop zat Bus, de smids- gast, die tandentrekker was achter den wa- De liberalen vragen eerst en vooral dat de leerplicht wet worde. Hoe is 't mogelijk dat in een land als het onze,.dat in 1830 aan de spits stond der beschaafde lauden der wereld door zijne grondwet en zijne instellingen, zich door bijna ul de andere natiën in dat opzicht heeft laten voorbijstreven. Waarlijk't is onbegrijpelijk. Men spreke gemeenzaam met ver standige lieden van alle partijen, met katholieken, demokraten en socialisten allen zullen het er over eens zijn dat de kinderen onderwezen moeten wor den. Maar de katholieke partij is tegen den leerplicht, omdat het reac- tionnairste deel dier partij den leer plicht als gevaarlijk beschouwt en al de aanhangers der klerikaien in 't gareel loopen van het groepje achteruitkrui pers. De vader moet zijne kinderen voe den. Waarom zou hij ook niet verplicht zijn voor het geestesvoedsel van zijn kruost te zorgen, dat hun overigens niets kosten moet. Men raadplege over dat punt de on derwijzers zoowel katholieke als aange nomen eu officieele zullen antwoorden de leerplicht iu Belgie is eene behoefte en eene uoodzakelijkheid. 't Is ongehoord met al welke drogre denen de klerikale bladen die het orde woord volgen der Woeste-dweepers het verplicht onderwijs bestrijden eu welke argumonten ze opdisschen om werklie den en landbouwers iu't harnas te ja gen. Tot de arbeiders der steden zeggen ze Ge zoudt dus geen meester zijn over uw eigen kind, ge zoudt het moeten ter school zenden, als het zijne eorste com munie heelt gedaan en het reeds eeuigeu onderstand zou kunnen verschaffen zou lt gij het nog moeten missen om het naar school te laten gaan. Ze zouden tot die ouders ook kunnen zeggen de wet verplicht u uwe kinderen zoover het in uwe macht is behoorlijk te onderhouden, dat is eene slechte wet die u uwe vrijheid eu uw recht van va der ontneemt, gij zijt dus geen meester over uwe kinderen. Wij antwoorden wie vrijheid en rechten wil genieten moet ook plichten vervullen, wie zijne kinderen voedsel weigert en onderwijs, verzuimt eenen plicht welken de wet hom dwingen moot te vervullen. De wet verbiedt de ouders hunne kin deren te doea arbeiden voor den ou derdom van 12 jaren. Wat moetenwat kunnen die kinderen dan anders doen dan op straat loopen, wat kunnen ze dan anders doen dan slechte leden worden der samenleving als ze niet iu de klasse komen. De wet op den kinderarbeid is dus gansch onvolledig en als ze zegt de plaats der kindereu is niet in de fabriek moet ze er bijvoegen hunne plaats is in de school. Tot de landbouwers zeggen de kleri kaien de liberalen willen den leer plicht invoeren ze willen u het kind ontrukken dat in oogstijd u reeds zoo vele diensten kan bewijzen. We weten dat sommige ou lers hunne kinderen uitbuiten, dat zij de kinderen beschouwen als een kapitaal dat zoo spoedig mogelijk intrest moet opbren gen en over wier toestand men niet be kommerd moet zijn, 't wordt helaas al te dikwijls gezegd Dat ze werken ge- Iijk ik. Welnu de wet gestemd door de ka tholieken, waarbij de uitbuiting der kindereu van min dan twaalf jaar ver hinderd wordt is dwaas en dom als men er den leerplicht niet van toevoegt. Overigens eene wet op den leerplicht kan rekening houien van de omstan digheden en uitzonderingen bepalen volgens de plaatsen, de seizoenen enz. om het toekennen van verlofdagen vast te stellen. Men bestudeere de wet op den leer plicht in Nederland gestemd door de liberalen. Wellicht brengen de veroe- nigde protestantsche katholieke be waarders eene wijziging aan de wet, maar het verplichte onderwijs afschaf- en zullen ze nooit meer doen. Reeds geruimen tijd wordt de kwestie fle# werkeloosheid in den Liberalen Werkmaus- kring onderzocht en besproken, in't Hoofd- bestuur en in 't Bestuur van den Ouderlingen Bijstand Emiel Meert. Het vraagstuk is niet zoo eenvoudig als 't bij eene oppervlakkige beschouwing blijken zou, maar onoplosbaar is het niet. lot een artikel getiteld De openbare liefdadig heid, dat als inleiding tot de kwestie der wer keloosheid in Dender galm verscheen, werd er gewezen op de noodzakelijkheid de hulp behoevenden door eene uoodige tegemoetko ming niet te verlagen in hun eigen oogen of in de oogen van anderen. De ondersteuning, zegden wij, moet de ge holpene veeleer verheffen en opbeuren andeisr is de hulp ondoelmatig en heett een veront- zedelij kend karakter. Niets is b. v. zoo verlagend, als de wef- kiug der openbare liefdadigheid in onze stad» Men doet de ondersteunden voelen, dat ze op* den laagsten sport staan der samenleving eö doet weinig, laat ons maar zeggen niets onaf daarin verbetering te brengen. Na de serenade gebracht aan onzen gekozen' werkman Louis Verbestel, toen al da gekoze nen en do hoofdeu der liberalen vergaderd wal ree ten zijuen huize zegde de redenaar die den heildronk bracht aan het nieuw raadslid Het is onzen plicht de oorzaken der ellende' van het volk dat Gij vooraf ia den gemeente raad vertegenwoordigen zult op te sporen 'j wanneer da oorzaak der kwaal gekend is, kan bet geneesmiddel gemakkelijk gevonden wor den. De spreker duidde verscheidene dier oorza* zaken aan de onwetendheid, de overlast van kinderen, de hooge ouderdom eaz. Tot die oorzaken behoort natuurlijk ook dn werkeloosheid Waar niet gewerkt wordt is geen inkomen en sluipt weldra de armoede en de ellende binnen, wat de ongelukkige wroeter ook pogo om zich te weer te stellen, hij be* zwijkt en stoffelijk eu zedelijk verval overwel digen hem te gelijk. Want meD vergete het nietde ellende, zoo* wel als de overtollige weelde is een voorname factor van den materieelen en zedelijken on* dergang van een monscb, van een volk.- Duizenden iranken worden in Aalst verlo ren geworpen in den kolk der ingekankerde' bedelarij die door ons arinandienst-stelsal niet wordt gehinderd integendeel, en die duizenden1 zouden beter kunnen besteed worden, door zff aan te wenden tot geschikter doeleinden,, waar ze goed zouden stichten, oneindig veel goed'.- Hierbij dacht de spreker aan de werkeloos heid, waarover in de bovengenoemde besturen reeds dikwijls svas gesproken en waarover hij gen stapten een twiutigtal hoppeplukkers met schort, plukaiouw, mand, zilt en sulferklom- pen daarachter reed een hondenkar met mos selen geladen, Venken eu Tist Slaaplang gin gen er neven zij riepen uit al hun kracht Mosselen Dan volgde Jantje de liedjeszan ger en zijn trawant Manke Peet, met zijn harmonica eu Nellus met zijn viool dau het fijfelmuziek, de suuifverkoopster, de sledo met Baasken eu Marjan, de ijsstoel met Fieken Huisepot en Roneldeken Suikerboon op een net wagentjo. Een troepje gewezen soldaten onder bevel van een korporaal sloten den stoet. Voor Marjannekens hu.skeu hield de voor hoede stil: de acht jongens die Baaske en Marjanneke zouden vertoonen reden met hun slede en trokken de woning in. Baaske en Marjan op hun zondags gekleed zaten aan de tafel. Zij bleven zitten als de ploerten binnenkwamen met de slede, Marjan zag er heel vrienulijk uit, maar Mandas lachte en zijn schelmenoog blouk. Is 't goed Baaske Niet slecht gelukt die makelarij maar mijn vrouwtje ziet er niet heel pront uit.. Zoo is ze niet 1 Als gij zulke toeren uitsteekt dan moet gij de menschen verbeelden zoo zo wezenlijk zijn dat is kunst. Had zij nen po- chel,dan moest gij haar een maken, een dikke kaak, een gezwollen oog, een plompen neus, dat mag zijn op een kermis moet men im mers van allo figuren zien maar iemand voor een slavets uitgeven als die wezenlijk zin- delik is, dat is niet meer in regel Nu is het maar eene opmerkiug voor later. Wacht even ik ga u met ueu pot tracteereu M »rjan, haal de glazen, 't Vrouwkeging in de kamer ea greuoelde stilde deur, Baaske ging meteen kan heen, deed de buitendeur stevig op slot en sloop den zolder op. De bijzonderste ploeg der Baa8kenskermis was opgesloten. De acht pagadders dachten dat Baaske alle moment ging terugkeeren, maar hij was en bleef weg. Ei, Mandus, waar blijft ge 'i Pst Hoort eens Zij kek n op eu bemerkten Baaske voor een gat dat in den zolder was gemaakt. Ge kunt niet meer buiten Wat Gij zijt mijn gevangenen Vermille 1 Steekt uw Baas eu Marjan hier door 't sleutelgat en ontsluit de deur. Allen schaterden zij het uit Gij wilt niet Neen Wij zullen wel buiten geraken wij breaen hier uw kot af en leggen het in den neusdrup. Dan blijft gij hier Buiteu zullen wij schreeuwt Wannes Dubbels, een groote «ierkante kerel eu met zijn breedeu rug druischt hij tegen de deur aan of hadde men er met een zware slegge op gebeukt, maar de deur hield goed lutusschen begonnen de anderen het huis raad klein te slaan hoponde Baaske te doen zwichten, maar hij vaagde er zijne polivien aan. Mandus had onder de tafel een korf gezet uit Marjannekens bijenhal, de opening was dicht gestopt en de korf, een der meest be volkte onder de tafel gebracht en er zoo ge steld dat een enkelen ruk aan een koord hero kon doen klinken. Wannes Dobbels nu, die vloekte en tierde als een bezetene, sprong onverhoeds naar het venster eu wierp de tafel en mede den bijen korf omver. Duizenden bijen vulden de kamór en over laadden de jongéus met hunne brandende ste ken. Razend bonkten zij op de deureD, spron gen tegen de muren op, huilden van dolle pijD, sloegen scharrelden, krabden en juist dat maakte de bijen nog woedender. Eindelijk greep Wannes Dobbels die nog een oog vrij had, een stoel en stampte daarme de een venster, kasseien en ruitjes het hofgat op. In min tijd dat men zon gedacht hebben wa ren de boeren buiten en huilend liepen zij do kasseide op. Wannes Dobbels die de voorcte was had tea minste vijf duizend bijen op zijn lijf, op zijn gezicht en in zijnen hals zaten er wel tien dik, tot in zijn neusholten en tot in zijne ooren wa ren ze gekropen. Hij ruchelde als een ezel en zoo jnaar kermde hij, dat het volk in stede yap hem te helpen, op dd vlucht ging. Eenige moe digen alleen liepen bij met natte loovertakken eu meten die zij in aer haast in den elskant der beek hadden afgesneden en na een half uur werken, vangen en slaan waren de jongen verlost. (Wordt voortgezet).

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Dendergalm | 1903 | | pagina 1