Weekblad voor pröcnsehe Vlamingen
Drogreden I
Vóór 33 jaar!
Tweede Jaar n' 19
Zondag 11 Met 1919
5 Cèntiemen.
DE EENHEID
Abonnement 2 fr. 's jaars.
Mededcelingen te sturen uunr
tarisseneaal,Winkelstraat, 1, GENT
Naar aanleiding van een boek van den
brusselscken hoogleeraar A. Prins, komt
't Volk van Gent op (nummers van 29 en
30 April), niet voor de ontdubbeling^ dei-
leergangen in de Universiteit te Gefit,
zooals voorheen, maar voor de volledige
vervlaamsching.
De eerste beweegreden die Volk aan
geeft, is prachtig. Zij pleit zoo klaar mo
gelijk tegen de thesis van.... 't Volk.
Er wonen in België, zegt 't Volk,twee
volkeren, vereenigd door gemeene belan
gen, een gemeene geschiedenis en een ge
meen ideaal van vrijheid en onafhankelyk-
heid, maar toch, in menig opzicht, van
elkander zeer verschillend, namelyk en
ongelukkiglijkin opzicht van taal. Dit
verschil noemen we ongelukkig ten aanzien
van de eenheid des landsde taal is immers
de hechtste cement eener natie.... De lan
den waarin verschillende talen gesproken
werden, liggen ineengestort en men ziet
de volkeren van eenzelfde taal, die sinds
eeuwen gescheiden leefden, zich weder
aaneensluiten in eenzelfde staatswezen.
Waar de taaiband ontbreekt, is de natie
lyk een huisgezin van aankomende kinde
ren zonder gemeene moeder.
Ziedaar de eerste beweegreden van het
Flamingantismus van onzen confrater.
Men kau ze samenvatten in twee woorden.
Ofwel moet er een taaiband bestaan tus-
schen de twee deelen van België, ofwel
moet België ten onder, vaneengerukt,
het eene deel aan Holland, het andere
aan Frankryk
Welnu die taaiband bestond in België
Vb'or üe'n Oorlog. En "Zöhüér kieïïaminga'u-
ten, zou hij van langs om steviger gewor
den zijn. Ziehier hoe Willem De jVreese,
gewezen lid der Vlaamsche Academie, ge
wezen medeweker van Volk gedurende
den oorlog en gewezen voorzitter van den
Raad van Vlaanderen, het bestaan van
dien taaiband beschreef:
Indien de Gentenaar het woord tot
een Maastrichtenaar richt, zal deze hem
ongeveer aankijken als of by een Chiueesch
hoort praten, en' omgekeerd. Bedenk nu,
indien dit reeds het geval is voor een
Gentenaar..., welke moeilijkheden het voor
een mensch uit West-Vlaanderen moet
opleveren om te converseertn met een
uit hetoosten van Brabant... of uitLimburg
beoosten Maze. Onmogelijk is dat wel niet!
Is er (nogtans) iets natuurlijker, dan dat
de lui in zulke moeilyke omstandigheid
grypen naar het middel, dat bovendien al
lerwegen als een kenmerk van hoogere be
schaving wordt aangeprezen, namelijk het
Fransch? Fransch, of althans wat daarvoor
geldt, Fransch wordt immers overal onder
wezen, waar men ook gevestigd zyte
Antwerpen, te Gent, te Brugge, te Pope-
ringhele Zoetenaaie, om het even waar gy
wilt... Maar Fransch kent iedereen... Het
is de taal die iedereen, welke ook zijn
dialekt weze, verstaat of kt et te verstaan.
Ergo iedereen spreekt Fransch en gebruikt
het zooveel mogelijk. (Agelmeen beschaaf
de omgangstaal door W. De Vreese. Am-
werpen, 1914 bl. 22.)
Zoodus een zekere taaiband bestond in
België vóór 1914; en zonder de tegen
werking der taalpolitiekers zou ky van
langs om steviger worden. Dat een derge
lijke taaiband, zelfs zonder oorspronkelijke
taaleenheid, tot zeer sterke natiën kan
aanleiding geven, bewijst namelyk het
voorbeeld vau Engeland en van Frankryk.
In Engeland kunnen Wallisensers en
Schotten, wier volkstaal eene keltische is,
zeer verschillend vau het engelscb, door
gaans allen de gemeenzame engelsche om
gangstaal gebruiken. Evenzoo de Vlamin
gen, de Bretoenen en Basken in Frankryk.
In België vraagt het volk niet beter.
Maar de taalpolitiekers willen het be
letten.
De tweede beweegreden van 't Volk is
even prachtig
Het feit dat men in Vlaamsck-België
genoodzaakt is een vreemde taal aan te
leeren, om middelbaar en hooger onder wys
te kunnen genieten, verspert een groot
aantal jongelingen van minder gegoede
ouders den weg naar hoogere beroepen
Die bewering is teenemaal val6ch. Zijn
er min volksjongens in Vlaamsch-België
ian in het Walenland die middelbare en
vooial die hoogere studiën aanvangen? Wel
integendeel. Hoevele jongens, die in hun
ouderlyk huis nooit niets anders dan
vlaamsch gehoord hebben, zyn tegenwoor
dig geneesheer, ingenieur, advokaat, ja
staatsminister of bis&chop... zelfs in het
Walenland! Belet het latyn of het grieksch
ook vreemde talen dat er jaarlyks
honderde jongelingen van minder gegoede
ouders onze seminariën betrekken? De
kosten van het middelbaar en het hooger
onderwijs niet het Fransch houden
den kleinen burger en den werkersjongeu
van het hooger onderwys terug. En zijn
die kosten kleiner in de eentalige lauden?
In Holland zyn ze merkelijk hooger. Duren
de middelbare en de hoogere studiën er
niet even lang, ja nog langer?
Een derde beweegreden van 't Volk is dat
de moedertaal het geschiktste werktuig
is voor het ontwikkelen van den geest...
Letterkundig of wetenschappelijk onder-
richt geven in een vreemde taal, is de
leerlingen stellen voor een dubbele moei-
lykheid, voor het vak zelf en voor het
voertuig van het vakhet is hen hinderen
in de ontplooiing van hun krachten, lyk
vogels die men de slagpennen uittrekt.
Zoo... zoo... Wat moet men uan denken
van het onderwijs in de groote seminariën,
waar in het latyn gedoceerd wordt? Voor
zeker zjjn onze priesters, na een dergelyk
oüuöïwys, al hou slagpennen kwyt. En ue
protestantsche dominés, die de godsge
leerdheid in hunne moedertaal gestudeerd
hebben, moeten veel sterker zyn dan de
katholieke priesters.
Een vierde beweegreden, wordt door
}t Volk volgenderwijze aangegevenIn
een Vlaamsche hoogeschool zien we de
brug die de klove zal overdekken welke
tegenwoordig gaapt tusschen de hoogere
en de lagere standen.
Het antwoord is eenvoudig. In Duitsch-
land en in Holland wordt het hoogeschool-
onderwys zoogezegd in de volkstaal
gegeven. Gaapt er daar geen klove tusschen
de hoogere en de lageie standen? Zy gaapt
er vry wat breeder dan hier in België.
Drogreden zyn het, waarmede 't Volk
zyn onbeholpen lezers tracht om den tuin
te leidenDe vervlaamsching der Univer
siteit te Gent, in plaats van groote en
kleine burgerij nader tot elkander te bren
gen, zou ze meer dan te voren van elkan
der afscheiden. De ontdubbeling der leer
gangen, zegt onze confrater" zou zeerhin-
derlijk zij n voor de verbroedering der stan-
den, het ware een Vlaamsch onderwys in-
richten voor studenten van minder gegoede
"ouders, en een Fransch voor de zonen
van goeden huize. Maar de vervlaam
sching der Universiteit van Gent zou dat
bezwaar met nog meer zekerheid mede
brengen. Immers de zonen van goeden
huize die geld genoeg bezitten, zouden
naar Brussel, naar Leuven of zelfs naar
Luik hunne studiën gaan afleggen. Zy
hebben de middels om een kostelyk uit
wonen te betalen. Alleen de kleine bur
gers van Gent en omstreken zouden, om
de kosten van uitwonen te sparen, hunne
studiën te Gent, in de vlaamsche Univer
siteit moeten afleggen. Met wat gevolg?
Dat er voortaan een breede kloof zou be
staan tusschen de bestudeerden uit de
hoogere standen en de bestudeerden uit
de lagere standen Advokaten en genees-
heeren voor de ryke klienteel... en andere
voor de arme menschen... Schoone demo
cratie vooi waar
Wij ook zullen met een wensch sluiten,
maar met een wensch die een weinig ver
schilt van dezen van 't Volk: laten we
hopen dat de bestudeerden uit de kleinere
burgery, die tot een koogeren rang ge
klommen zyn met hun tweetalig onder
was... zullen gehoorzamen aan de groote
wet der solidariteit en niet zullen trachten
de deur te sluiten achter hunnen rug, uit
- persoonlijk of politiek belang.
En wij zullen er nog een tweeden wensch
by voegen, namelijk dat onze vlaamsche
leiders, zoo geestelijke als wereldlijke,
feindüiyh. uiwgt.il' Verstakn, netgeen de
medewerker van 't Volk zoo duidelyk uit
eenzet, dat een land waar de taaiband
ontbreekt in de tegenwoordige tijdsom-
standigheden, rapper dan ze wel meenen,
in duigen moet vallen.
Practische wenken
over de taalkwestie.
Onze medewerker, Dr Van den Heede,
van Gavere, zendt ons onder dien titel de
volgende beschouwingen
I. In het lager onderwijs. Heeren
(Flaminganten, laat ons eens ernstig rede-
neeren en alle grootspraak daar laten,
want hoogdravende woorden dienen slechts
om aan waardelooze gedachten een schyn
van belang te geven.
Wat beoogt men meest by het aanleeren
'eener taal?
Het nut dat uit hare kennis voortspruit.
;Geen verstandig mensch zal dit betwisten.
Ware het dus niet redelijk, nopens het
taalonderwys in de lagere scholen, de
zienswijze te kennen van die personen
welke de zaak vooral aanbelangt, de ouders
onzer schooljeugd, en hun dienaangaande
de volgende vragen ter beantwoording te
stellen
1) Verlangt gij, dat men in de lagere
scholen, Fransch aan liwe kinderen leere?
2) Vindt ge zulks nuttig, ja noodzake
lijk, voor hunne toekomst?
3) Waarmede zullen wy, VlamiDgen,
het verst komen, met Vlaamsch alleen of
met Vlaamsch en Fransch
Bevalt u dergelijk referendum, Heeren
Flaminganten, ol hebt ge de knepen weg
van den fameuzen Raad van Vlaanderen,
die zoo maar kort weg, op eigen hand,
Vlaanderens zelfstandigheid uitriep,zonder
zich om de denkwijze der belanghebbenden
te bekommeren
L'Etat beige, c'est moi et l'Europe, c'est
GuillaumeU
II. ln het hooger onderwijs. Ware
het ook niet heel verstandig, nopens de
Vlaamsche Hoogeschool, de zienswyze te
kennen van de oud-studenten der Gentsche
Alma Mater? Aanziet ge deze personen
niet, als verreweg de bevoegdste om, door
eigen ervaring, met kennis van zaken,
volgende vragen te beantwoorden
1) Vindt ge in het Vlaamsch, als voer
taal, eenig wetenschappelijk voordeel of
nadeel? Wettigt desnoods uwe denkwijze.
2) Kunt ge, rechtuit gesproken, het
mislukken in de examens aan het gebruik
der Fransche taal toeschryven?
Persoonlijk heb ik nooit, nog nooit, zoo
iets hooren beweren; hadde, ten mynen
tijde, een gebuisde met dergelyk uit-
vluchtsel voor den dag gekomen, by wiei d
vierkant uitgelachen. Meestal gaf men af
op dezen verweuschten liberaal of genen
fanatieken tjeef, gewoonlijk leeraars van
den moeilijksten leergang 1 Hebt ge 't beet?
Weet ge, waarom vele Collegiestu-
denten, niettegenstaande grondige taal
kennis, struikelen in de Kandidatuur dei-
Wetenschappen de geduchte ingangspoort
voor Ingenieurs, Geneesheeren, Apothekers
en Veeartsen? (N. B. Het is over deze
belangrijke vakken dat ik hier myu ge
dacht neerschrijf.)
Omdat in 't algemeen in de Collegies, te
veel tijd besteed wordt aan taalstudie en
te weinig aan de wetenschappen. In de
Athenaeums, integendeel, pakt men deze
studie aan, van af de ft8, en zoo komt het
dat de leerlingen dezer gestichten in den
beginne den voorsprong hebben. Geen een
van myne vroegere studiemakkers zal deze
bewering weerleggen. De ernstige stu
denten, die al eens mislukten, bekenden
zulks rond uit.
Op de Hoogeschool begint eigenlijk het
grondig wetenschappelijk onderricht en de
verstandelijke ontwikkeling van den leer
ling treedt op den voorgrond; de taal, zoo
juist toertaal geheeten, dient slechts om de
wetenschap aan te brengen. Het is onzin
zovjW. Vejang te willen hechten jwn, dit
voefmiüdel, bestaande uit een aantal ge
bruikelijke woorden en tallooze benamin
gen meestal ontleend aan 't latyn en 't
grieksch, en waarvan men oprecht, slechts
door de wetenschappelijke kennis, de ware
beteekenis vat. Volgend voorbeeld doet
tamelijk wel die ondergeschikte rol uit
schijnen.
Geeft een moeilijk problema aan leer
lingen van verschillende nationaliteitvan
de voertaal hoeven ze maar zulkdanige
kennis om de vraag te verstaan en eenige
zinnen tot uitleg samen te stellen; voor de
oplossing echter, de hoofdzaak, is grondige
kennis in de Wiskunde, gepaard met ver
standsontwikkeling, eene volstrekte ver-
eischte.
Begrijpt ge nu, Geachte Lezers, waarom
zoovele vrepmde studenten in staat zyn,
met geringe kennis der voertaal, de wereld
beroemde Gentsche Genie te volgen, op
voorwaarde de onontbeerlijke weten
schappelijke voorbereiding te bezitten?
Moet ge ook niet bekennen dat de
kwestie der Vlaamsche Hoogeschool dient
behandeld te worden door ernstige en
bevoegde mannen, en door geen dok
werkers en vischwyven van Antwerpen,
waarvan men eertyds de namen zag pry ken
in de aktivistische bladen, als eischeis der
Vlaamsche Hoogeschool?
Die lui hadden waarschynlyk, onder 't
trakteeren met wat borrels, het spreek
woord vergeten Schoenmakers blijft bij
uwen leest
Dokter VAN DEN HEEDE,
Gavere.
Op Zondag, 10D Januari 1886, verscheen
in het destijds zeer gekende gentsch
dagblad LImpartial, waarvan de latere
ministers Albert Nyssens en Jules Van
den Heuvel de bijzonderste opstellers waren,
het volgende artikel dat wij, zoo getrouw
mogelyk, vertalen
De vlaamsche Beweging
De Vlamingen, of liever de Flamin
ganten, maken sedert lang en maken
tegenwoordig nog veel gerucht.
Hunne grieven laten zij hooren zonder
rust noch stilstand, en deze volharding en
koppigheid in den taalstrijd weerspiegelt
wel het nationaal eu historisch karakter
van Vlaamsch-België.
De schaver dezer regelen is een
Vlaming van het zuiverste bloed, en uit
gaDscher harte heeft hy de talryke tege
moetkomingen toegejuicht die de verdedi
gers van de rechten der Vlamingen
bekomen hebben.
Maar de rechtvaardigste zaak der wereld
kan t#t overdrijvingen aanleiding geven,
en altyd zyn het de overtuigdste en ver
dienstelijkste harer voorstanders die door
te grooten ijver in die overdrijvingen
vallen.
Zoo komt het dat, neveus ernstige
grieven, de vlaamsche Beweging soms met
belachelijke en kinderachtige eischen voor
den dag komt, met eischen die haar
schaden.
Op den huidigen oogenblik staan de
jongeren aan het hoofd der beweging.
Een deel der jonge balie van Geut en
Antwerpen schynt de leiding op zich te
willen nemen.
Maar re6ds zyn er nog jongeren die
naar het opperbevel dingen, en de studen
ten zyn het die voor den oogenblik het
meest gerucht maken.
Wy denken er niet aan hier al hunne
grieven samen te vatteD, noch in byzon-
heden te treden over den taalstrijd die
vooral te Leuven en te Brussel woedt.
Maar wy kunnen niet nalaten onze vrees