i
I
i)e Huishuurwei.
i
Eerste Jaar Nr 9
Prijs per nummer 25 centiemen.
Ninove 27 Februari 1927
Katholiek Vlaamsch en Volksgezind Weekblad
R. LUYSTiRMAN-UIMAtRI
Beschrijving» van de Stadt Nienove
LANDBOUWERS
TABAKTEELDERS
3. De Rijke Stand.
U3
Postoheckrekeningr 1862,54.
VOOR HET KANTON NINOVE
Abonnementsprijs
3 maanden fr- 3,50
6 maanden 6,50
i jaar 12,50
Drukker-Uitgever
NINOVE, Koeipoortstraat, 10, NINOVE
Aankondigingen
Gewone per regel 1 fr.
dikwijls te herhalen vol
gens overeenkomst.
(Vervolg)
Wanneer ik in het tweede ge
deelte van deze beschouwingen,
sprak over den werkliedenstand,
heb ik er reeds op gewezen in hoe
verre de rijke liberalen en helaas
ook wel sommige rijke katholiek n
de schuld droegen aan het ont
staan van het socialisme
Wanneer de werkman van enke
le jaren vóór den cor'iog, aan 't re-
denceren viel cn zich zelf moest
afvragen, wat die of die rijke
mensch toch wel meer mocht heb
ben gedaan dan hij, om geboren te
worden in een rijk-getooide wieg,
die een zekeren waarborg was van
overvloed en genoegens vooi* het
latere leven, dan viel het hem
natuurlijk op, dat daar waar hij in
zwaren arbeid, een armzalige korst
mncst voor zich
zelf en de zijnen, de rijke men-
schen zonder tellen altijd maar
putten konden in hun brandkast en
weelderig van 't leven mochten ge
nieten. En lijk Pater Van Tricht,
waarover ik het reeds vroeger had,
het zoo prachtig zegde dan voelde
die arme werkman al het onrecht
vaardige van dien toestand en dan
vloeide het bloed naar zijn kop en
dan werd hij zelf, wat hij helaas
niet had mogen worden, ook on
rechtvaardig.
Die groote Fransche geleerde
heelt erin zijn tijd den rijken
voor gewaarschuwd dat ze niet zoo
zielloos en zoo harteloos door het
leven zouden gaan, want dat er
wel eens in het brein vandie massa
werklieden, die toen onder hun
stonden, iets zou kunnen gaan
gisten, dat diezelfde massa onver
biddelijk tegenover hun rijkdom,
misschien wel tegenover hun leven
zou kunnen brengen.
En het was werkelijk geen
zwartkijker, die geleerde pater.Hij
kende het werkvolk. Hij las in hun
ziel. Hij wist dat de haat begon op
te Hakkeren in de harten van die
menschtn die armoe leden en rond
zich toch de verkwisting hoogtij
zagen vieren.
Hij kende aan den anderen kant
ook, de groote hoop van rijke
menschen, patroons, bazeD, die
teerden op 't zweet van hun sla
ven, die een fortuin bouwden op
die 'wezens, waarvan ze dachten
dat het machines waren.
Het gaat niet op, binnen het be
stek van een weekbladartikel, hier
ai het hatelijke op te sommen, dat
vóór den ooriog althans van
sommige patroons werd in 't werk
gesteld, tegen den werkman, tegen
een beter bestaan van dien werk-
man
Maar dat Pater Van Tricht ge
lijk had met zijn waarschuwing,
dat is naderhand het socia
lisme, en nu ten dage nog
het communisme,komen bewijzen.
Dat is de groote schuld van het
liberalisme, zooals het hier in
Vlaanderen werd opgevat en welks
programma gedragen wordt door
mannen, wier mentaliteit genoeg
zaam bekend is. Het libcialisjne
heeft bij ons het socialisme in
't leven geroepen. Eerst en vooral
door de private levenswijze van de
rijke liberale bazen en ten tweede
door het ondemokratische van het
libera!* programma.
Waar eene actie is,komt natuur
lijk reactie. En zonder te willen
onderzoeken in hoeverre, in dit
geval de reactie berechtigd is, toch
weten wedatdeactiehetliberalisme
was en dat de natuurlijke reactie,
de werkliedenbeweging moest wor
den. Het n©in of meer rechtmatige
van de actie, brengt daareaboven
meê het minder ot meerder recht-
matig-zijn van de reactie. En alzoo
komt het dat,daar waar de liberale
actie niet goed te praten viel, noch
onder privaat, noch onder gemeen
zaam opzicht, de reactie er door
uitgelokt, ook niet altijd rechtvaar
dig bleek en bleef.
De werklieden hadden nood,
scherpen nood. De rijke kapitalis
ten die teerden op dien nood, be
kreunden er z. ch niet om. En waar
de christelijke leer van naasten
liefde ontbfak, ontstond natuurlijk
het princiep en de daad van den
klassenstrijd.
En toen het te laat werd, wou
het liberalisme zich in ons land
redden door een middel dat we
terecht kunnen noemen een groo
te klucht, n.l. het in 't leven roe
pen van liberale werkliedenboliden
en vakvereenigingen.
Onze streek, onze stad, is een
genoegzaam bewijs van de waar
heid dezer bewering. Wat hebben
we immers de laatste jaren kunnen
nagaan Dat daar waar voor den
oorlog, al de fabrieken in handen
zaten van liberale patroons, er veel
zoogezegde liberale werklieden
warenomdat ze er zich toe genood
zaakt zagen immers Diens
brood men eet, diens woord men
spreekt en dat daarentegen, nu
de liberalen niet meer beschikken
over die beïnvloedende macht hun
ner werkhuizen, er van geen libe
rale werklieden meer wordt gespro
ken.
Weer kunnen we hier terecht
met fierheidwijzen op den heer
lijken Rerum-Novarum brief
van den Paus der Werklieden.Niet
alleen werden voor den werklie
denstand de plichten en de rechten
vastgesteld, maar ook voor den
patroonsstand werd dit gedaan.
En Goddank. Het wijze woord,
het woord van liefde en van recht
vaardigheid van dien grooten Paus
is niet op de rots gevallen. Zeker,
in alle standen zijn schurftige
schapen, maar toch mogen we ge-
reedelijk zeggen dat de katholieke
bazen over 't algemeen, aan de
rechtmatige eischen van hun
werklieden en in de mate van het
mogelijke, voldoening weten te
schenken Niet altijd gaat het vlot
van de hand.Daarom is er ook nog
eene beweging,want waren er geen
grieven meer en geen onrechtvaar
digheden, er zou ook geen werk
liedenbeweging dienen te bestaan,
maar vee) toch is de toestand er
op verbeterd. De hatelijke menta
liteit van voor den oorlog, is ge
weerd uit het brein van de patroons
de katholieke althans en is er
soms nog eens een moeilijkheid,
we weten toch wel dat ze dikwijls
berust op een meeningsverschil,
dat, al komt het dan ook soms
scherp tot uiting, naderhand dan
toch wordt bijgelegd.
En hoe verleidend het ook moge
schijnen, rijke patroon te zijn, we
weten toch allen best, dat het verre
van gemakkelijk is en dat ken
nen de rijke menschen geen geld
gebrek de zorgen daarom toch
niet ontbreken.
En de grootste zorg zal mis
schien wel zijn het goed gebrui
ken van hun geld. Onze Lieve Heer
heeft het reeds gezegd toen Hij
Zijn openbaar leven hier leidde
t Het is gemakkelijker voor een
kemel door het oog van een naald
te kruipen, dan voor een rijke
mensch in den hemel te komen
Die woorden doelden voorzeker op
de verantwoordelijkheid over het
toevertrouwde goed, dat enkel
maar in bewaring werd gegeven,
dat aan hun hoede en aan hun be
leid, hun bestuur werd toever
trouwd en waarover ze eenmaal,
de scherpste rekening zouden heb
ben te geven.
Daarom brengen we hulde aan
die rijke ir.enschr i die deze woor
den hebben begrepen En ze zijn,
Gode zij dank, talrijk onder de
katholieke bazen. Daarom brengen
we hulde aan hen, omdat ze hun
rijkdom aanwenden tot lenigen van
zooveel nood, tot 't steunen van
zooveel goeds, tot 't helpen daar
waar 't past, al zij het dan ook in
't geniep, zoodanig Jat niemand
het weet.
We huldigen eer des *e meer,
omdat hun goede werken nog dik
wijls op kleinzielige kritiek worden
onthaald en als loon, veelal de
grofste ondankbaarheid oogsten.
En we wenschen ze ook geluk
dat ze hun rol, hun maatschappe-
1 ij ken rol, in het kader van onze
samenleving, wel weten te begrij
pen en te vervullen.
(Wordt voortgezet).
(Vervolg)
De dagvaardingen voorde rechtbank van
eersten aanleg rechtsprekend in hooger be
roep in huishuurzaken, moeten geen ande
re vermeldingen bevatten dan die voorge.
schreven bij artikel 61 van het Wetboek
van burgerlijke rechtsvordering.
De gedaagde in hooger beroep wordt
gedagvaard overeenkomstig het eenig ar-
tikel, derde paragraaf,derde lid,van de wet
van 25 October 1919,verlengd bij de wetten
van 20 Juli 1921, 9 Augustus 1922, 7 Au
gustus 1924 en 21 Augustus 1925.
Zoo de gedaagde, die geen pleitbezorger
heeft aangesteld, niet verschijnt ter terecht
zitting door de dagvaarding bepaald of op
een latere terechtzitting naar dewelke zijne
zaak zal verwezen zijn, zal de rechter in
beroep niet kunnen recht spreken bij ver
stek, tenzij de gedaagde door den griffier
van de rechtbank werd opgeroepen,
Die oproeping geschiedt bij ter post aan
gerekend schrijven, postvrij gestuurd ten
minste vijf dagen voor den datum der te
rechtzitting en plaats, dag en uur der ver
schijning vermeldend.
Art. 33. 1' Bij de geschillen, waartoe
de toepassing van deze wet mocht aan
leiding geven .zullen al de akten van rechts
pleging, de vonnissen en de exploten be
treffende de tenuitvoerlegging dezer von
nissen, zoowel in de eersten aanleg als in
aanleg van beroep,op straffe van nietigheid
gesteld worden
1* In de Vlaamsche taal wanneer de
verwerende of gedaagde partij woonachtig
is in een der gemeenten, als Vlaamsche
gemeente aangeduidbij Koninklijke beslui
ten genomen ter uitvoering van het eerste
artikel der wet van 3 Mei 1889.betreffende
hat gebruik van de Vlaamsche taal in straf
zaken, gewijzigd bij de wetten van 4 Sept
1891 en 22 Februari 1908, en samengeor-
dend bij Koninklijk besluit van 10 Sept.
1908
2- In de Duitsche taal, wanneer de ver
werende of de verdaagde partij een der
gemeenten bewoont, vermeld bij artikel 2
van het Koninklijk besluit van 4 Oct. 1925.
De exceptie van nietigheid moet, op ge
vaar van vervallenverklariag, voor alle
overige exceptie, zelfs van bevoegdheid,en
voor de behandeling vpn den grond der
zaak, worden aangebracht.
2' Partijen mogen, bij overeenkomst
of voorafgaand akkoord, afzien van 't voor
recht der bepaling van de eerste paragraaf.
Deze bepaling moet niet worden toege
past, indien de huurovereenkomst in de
Fransche taal was gesteld.
3* De in het Vlaamsch of in het
Duitsch aangevangen rechtspleging wordt
verder in de Fransche taal behandeld, in
dien da verweerder den eisch daartoe op
stelt ter terechtzitting tot inleiding van de
gerechtszaak.
Voor de gerechtsmacht van beroep, zal
gebruik worden gemaakt van ie taal aan
genomen voor da rechtspleging, voor den
vrederechter.
Art. 34. Bij de geschHlen betreffende
de verlenging of het bedrag der huurprij
zen, en vallende onder de toepassing dezer
wet. kunnen df bewijzen door alie rechts
middelen, ook door getuigen en vermoe
dens' bijgebracht worden.
Art. 35. Zijn tot het voordeel dezer
wet alleen toegalaten
1. Da Belgen.
2. De burgers der landen die in den oor
log aan uc *ijde Belgis streden.
3. De onderdanen van de natiën die
onzijdig bleven gedurenden den oorlog.
bieden welke voor den oorlog, aan mat
Belgie vijandige natiën waren gehecht en
die, sinds den vrede,voorgoed zijn gehecht
geworden aan bevriende of neutrale natiën
of tot van deza natiën onafhankelijke Sta
ten werden gevormd.
De onder nummers 2,3 en 4 bedoelde
personen hebben op het voordeel dezer
wet slechts aanspraak, indien de in hun
land geldende huishuurwetten toepasselijk
zijn op de Belgische onderhoorigen.
Art. 36. Zoolang deze wet van toe
passing blijft, en te rekenen vau naar in
werkingtreden, mogen de tot woning be
stemde lokalen, dia gewoonlijk in huur
gegeven worden an als zoodanig op 1 Maart
1922 werkelijk bewoond waren en niet on
der het beheer van het gemeen recht te
ruggekeerd zijn, niet veranderd worden in
tooneel-, dans-, of bioscoopzalen, restaura
ties of drankgelegenheden.
De overtredingen van dit artikel worden
gestraft met een geldboete van 50 tot 10.000
frank.
Bovendien kan de rechter, in voorko
mend geval,van ambswege bevelen dat net
perceel op kosten van den overtreder zijn
vroegere bestemming moet herkrijgen.
In afwijking van artikel 100 van het
Wetboek van Strafrecht, is Hoofdstuk VII,
boek I, van dat Wetboek toepasselijk op
de overtredingen bij dit artikel voorzien.
Art. 37. - Alle bedingen en voorwaar
den, die strijdig zijn met de bepalingen
dezer wet, worden geacht niet te bestaan
en geen kracht te hebben, behoudens het
bepaalde in paragraaf 2 van artikel 12.
Art. 38. De huurder heeft aanspraak
op de terugbetaling der dooi hem onver
schuldigde betaalde sommen. Op straf van
verval moet de vordering tot terugbetaling
ingesteld worden binnen zes maand na de
betaiing. Geenerlei latere betaling kan aan
leiding geven tot eene vordering tot terug
betaling ter uitzondering, echter, van de
hangende het geding gedana betalingen.
Vervolgt.
plaetse met Bolwerken versterkt, en tot
een staat opgeregt ten tijde van Henrius
van Vlaenderen. Sij is gelegen op den
Dender tusschen Brussel en Oudenaerde
ende twee mijlen van Enghien. Sij wert
bespoelt van een rivierken, het welk zig
daemaer in den Dender ontlast, de
vesten eerst met water voorzien hebben
de. Sij wert doorsneden met twee armi
van den Dender, dewelke seer dienstig
zijn tot de water-molens.
Deze stadt is ook van alle kanten
bevest en wordt geopent met vier poorten
de welke bij-nae noyt gesloten en worden;
waer van het spreekwoort is. De oudste
stoutste en wijste stadt is Nienove. Sij
heeft eertijds haer selfs wet gehadt en
afgezondert geweest van het graefschap
van Vlaenderen, tot dat Guydo van
Dampiere, het zelve gekogt hebbende,
met deze provincie heeft vereenigt.
Wij en vinden hier maer een Paro
chiale kerk toegeheyligt aan O.L.Vrouw,
eertijds buvten de mueren gebouwt, ende
herbouwt 'in 't jaer 1222, haere choor
in 't jaer 1530 een abdije van het
Ordre van Premonstreyt gestigt in 't jaer
1157 door Geraert. Heere van Nienove
welkers kerke zeer treffelijk herbouwt is
in 't jaer 1718; beneffens een klooster der
Penitanten, ende een der sieke-zusters
Na de reeks artikeltjes in De Dender-
kluft over Ninove's kerk verschenen, zal
't wellicht ook genoegen doen eens na
te gaan hoe men over twee eeuwen
Ninove's geschiedenis en beteekenis
samen vatte.
Onderstaande tekst is overgenomen uit
de Chronijcke van Vlaenderen, gaande
van 021 tot 1725.
Het is onseker van waer dese plaets
haeren naem heeft gehadt Maer haer
beginsel is geweest een Casteelken ge-
bouwt van de Gotthen, en welke hier
door de Riviere den Dender veisterkten
ende bewaerden, omtrent het jaer 490.
Dogh dit Gasteel is dikwijls afgeworpen
en wederom herbouwt sen lesten is
het zelve bewaert en met twee thorens
versterkt alswanneer den Heer van
Loven den oorlogh aen dede aen den
grave van Vlaenderen.
Zommighe zijn van gevoelen, dat
in het jaer 1194 do vlakte, dewelke voor
dit Casteel was, tot meerder sekerheyt
is bewalt geweest. Voorders is deze
De magistraet bestaet in eenen Hcog-
Baiiu, Poort-Baiiu, Borgemees+er ende
zes schepenen.
bl. IXXX Y -1XXXIY
Aan de Heeren
Kanton Ninove en dendervallei.
Vervoeg.
M. Housiaux denkt niet dat er bedrog
mogelijk is op het oogenblik dat men alles
per jalant stelle.
M. Bologne herhaalt dat hij zich gauw
een nijverheid zou oprichten waar hij in-
landsche tabak met vreemde zou menge
len. Al de verkochte tabak 't zij vreemde
of inlandsche moet in pakken gedaan wor
den voorzien van een banderol gelijk
welk ander syoteem nadeelig zijnde voor
de belasting op gebiea-van gelijkheid.
M. Bologne zie: niet hoe de bevoegd
verklaarde formuul te vereenigen met de
inrichting der wet die het aanplakken der
banderols voorschrijft. Deze zou dan ook
moeten afgeschaft zijn voor de vreemde
tabak.
M. Rosier verklaart dat dit wel het doel
is van zijn voorstel.
M. Hanstraete verklaart dat de planters
geen voorrecht vragen, maar een gelijk
vormig regiem die zou gezamentlijk vast
gesteld worden op de pijptabakken. Dit
regiem moet gesteund zijn op den vrijen
verkoop.
Het tegenwoordig systeem krenkt de
inlandsche teelt en mag niet behouder
worden van af de wet van 1919 is deze
cultuur vervallen, de cijfers van het voor
stel Rosier bewijzen het genoegzaam.
Indien de inlandsche tabak geen groote-
re waarde heeft, is het omdat men over
al denzellden prijs betaalt Het zou anders
zijn indien men hem rechtstreeks bij den
landbouwer mocht koopen. e liefhebber
zou zich naar de hoeven begeven waar
men bijzonderlijk de teelt verzorgt en
waar men zich wel wacht overmaat van
vetten te geven, enz.
Indien er voorrecht is in de soort ;s het
ten voordeelf der fabrikanten. a*n wie
men alleenlijk de tabak mag verkoopen.
Van den anderen kant. niet het systeem
der wettige opbrei gst, is men verpucht
een recht te betalen op eeo hoeveelheid
tabak die men niet geoogst heeft.
M. Hanssen denkt dit gedacht te moe
ten rechtvaaidigrn. vo'gnns dewelke het
proportionneei recht z<>u rischbaar zijn op
een hoeveelheid t»b n die niet zou voort
gebracht ziin
Voor het >ccy s c - bei si r
het mn-imum 5 centiemen P gt. ogs.^
plant deze basis komt overeet met ••en
wezenlijk bestaan 'v plan- ••-' h.t
verbruiksrecht moet maar betaald worden
op de echte hoeveelheid geoogste tabak,
dan wanneer zij zelfs minder is dan de
wettige opbrengst 1 kgr. per 16 planten
M. Hanstraete eindigt zijn voorstel er
bijvoegende dat het tegenwoordig regiem
andere ongemakken voordoet, dan wan
neer de tabak zijn oveigegeven gewich
L/
fr
m
U.
mm
DENBERKLOK
STANDEN
ut wu V w» W -
A Ha /%r./lAe^nrf Vflft Has fffAnHffA
~m*^v wssuv«uw*- O*
EN
VAN HET
-.d I l'3l