Doortasten a. u. b.
Naar eene totale fievrijdiag
het hoekje van den arbeider
waet\r,cm Maar vola:„r?rBons^arbeideis'
en d« IT 'T" hUn g0es"ng draait
kanof tf f ZIJ" om allen «n alles
kapot te slaan wat onder hun handen
d» If' Z0Udt'n ze het °nta*
Mij driemaal verloo- meening
Prijs per nummer Ifr.
Drukker-Uitgever
R. LUYSTERMA N-HAELTERMAN
Koepoortstraat, 10,
Postchekrekening n' 1862,54
Aalst nr 10S3
We hebben dus een nieuwe regeering
gekregen ze is niet op gejuich en luid
hoera-geroep onthaald geworden en als
men v/eet op welke manier zij tot stand
gekomen is, weet men meteen ook, dat
haar beleid heel aandachtig en waak
zaam zal gevolgd worden.
Haar taak zal anders niet gemakke
lijk zijn België moet van een door vier
jaren bezetting uitgeplunderde economie
overgeschakeld worden naar actieve
deelname aan den oorlog en gereedge
maakt worden voor het naoorlogsch her
stel en er zai veel kennis van zaken, veel
doorzicht en veel doortastendheid van
de ministers vereischt zijn om de admi
nistratieve gelederen van hoog tot laag
aan dit grootsche werk aan te passen
en doeltreffend in te spannen.
Inderdaad kan de thans bestaande toe
stand van het land niet langer voortdu
ren er moet verbetering, snelle verbe
tering aan gebracht worden.
De eerste taak van een regeering in de
huidige omstandigheden is te zorgen
voor een behoorlijke ravitailleering van
de bevolking. We moeten het onder geen
stoelen of banken steken, in opzicht van
ravitailleering, is onze positie slecht
uiterst slecht.
Wel is er brood, althans een redelijk
rantsoen, doch "t is ook het eenige.
Er is geen vleesch voor al de afgele
verde zegeltjes, er is geen boter, het mar
garinerantsoen valt op een ongelooflijk
laag cijfer tusschen haakjes, waar
blijft het rantsoen voor Januari-Febru-
ari er zijn geen kolen, er is geen zeep
geen zeeppoeder, geen zout (waar blijft
die kilo van minister Delsinne
Wat betreft de kleeding dient men
toch van hoogerhand te weten dat vrij
wel iedereen in België met zijn laatste
stel draaglijke kleeren aan het lijf loopt
en dat voor de onderkleeding sedert
lang al wat eenigzins bruikbaar is werd
opgesleten.
't Is dus tijd. meer dan tijd dat in al
die nooden wordt voorzien.
Ben ander niet veel minder belang
rijk arbeidsveld ligt voor onze nieuwe
ministers in het terug tot het leven roe
pen van onze stilgelegde fabrieken en
handelsondernemingen. Hier ook is het
een kwestie van ravitailleering mits
aanvoer van grondstoffen en kolen, kan
worden voorzien in de duizenden be
hoeften van het dagelijksch leven en
worden op slag de tienduizenden dop
pers terug tot bedrijvige, werkzame bur
gers, hetgeen aan de schatkist, behalve
de inkomsten aan taksen, een dagelijk-
sche uitgave van ettelijke millioenen
zal besparen.
Eens gezorgd voor onzen nooddruft
en onze nijverheid en handel op gang,
kunnen we dan ook op effectieve en ge
voelige wijze medehelpen aan de oor
logsinspanning, ten einde den ons opge
drongen oorlog tot een zegevierend ein
de te helpen brengen en de dagelijksche
dreiging van dood en vernieling te doen
ophouden.
Zoowel de ravitailleering in voedsel
als deze in grondstoffen moeten evenwel
van overzee ingevoerd worden en daar
in ligt voorzeker de zwaarste moeilijk
heid voor de regeering, de moeilijkheid
die over haar lot zal beslissen.
We moeten invoeren, dringend en
veel en velerlei stoffen gelukt de re-
geeringsploeg hier niet in, dan is zij op
voorhand veroordeeld.
Daarom dat er venvacht wordt dat
zij niet zal aarzelen kordaat op te tre
den en krachtdadig onze belangen te
verdedigen waar het behoort.
België bezit zeeschepen en het is niet
meer dan billijk dat deze, onze schepen,
ingezet worden om ons ten spoedigste
van het hoog noodige en onontbeerlijke
te voorzien.
De vereischte tonnage MOET gevon
den worden om de voorraden voedsel
en nijverheidsgrondstoffen die, door
Belgen, voor België, werden aangekocht
en opgestapeld, zoo spoedig mogelijk
hierheen te brengen en te verdeelen of
te verwerken.
We zijn geen land van bedelaars en
voelen niet bijster veel voor gekregen
brokken. We zijn het steeds gewoon ge
weest op eigen beenen te staan en ons
eigen potje te koken en, waar we over
eigen voorraden en eigen vervoer be
schikken. wenschen we niet afhankelijk
te blijven van goedgeefschheid of edel
moedigheid, hoe goed ook bedoeld.
Gedurende 52 maanden hebben we
ondervonden wat het is in een land te
leven dat zijn vrijheid verloren heeft.
We hebben ondervonden hoe smadelijk
het is te moeten buigen onder het juk
van een bezetter. Een juk dat nog on
j W1 JU,V "°g on- we zijn bevrijd van vervolgingen en
g ijker wordt naarmate eigen men- concentratiekampen. We voelen de mi
schen er aan mee werken om anderen traiWom voelen <*e mi-
schen er aan mee werken om anderen
te knechten.
En hier was de bezetter fijn in de
middelen om iedereen naar zijn goed
dunken te laten dansen. Daar weten de
arbeiders over mee te praten. Niets
heeft hij onverlet gelaten om hen tot
zijn doel te kunnén gebruiken. Door
lokaas, de vooruitzichten van een schoo-
ne toekomst, en een hoog loon heeft hij
getracht ze in te schakelen in het oor
ten goede komen. En nog zegt men dat
de boeren niet willen leveren, dat de
handelaars geen produkten hebben ten
zij... aan zwarte marktprijzen. Is dat
dan bevrijding
We zijn bevrijd van vervolgingen en
trailetten der nazi's niet meer op ons
geiicht. En toch Andere mitrailetten
werden uit hun schuilplaats gehaald.
Zij die vanaf het eerste uur der bevrij
ding de zuiveringsaktie in handen heb
ben genomen, zij die willen doorgaan
als de verdedigers van den arbeider
hebben de kleinen achter slot en
grendel gedraaid, hebben veel ge
schreeuwd op de groote colaborateurs,
maar hebben ze tenslotte rustig hun
OP DEN UITKIJK
i u j r in net oor- maar iieoben ze tenslotte r^ti#
logsbedrijf van zijn eigen land. Weini- gang laten gaan. Hoe zei REPORTER
1,e,en z,ch hia»a» echter beetne. dat ook weer Pas op oH sS
naar de Roode Vaan Was dat de
bevrijding
Dat moet eindigen. Want weer eens
zijn 't de arbeiders die onder al deze ge
volgen van een verkeerd opgevatte be
vrijding het meest moeten lijden.
Ja, veel goed heeft de bevrijding ons
gebracht, rnaar veel meer nog blijft er
te ordenen. De arbeidersstand vooral
heeft het recht te hunkeren naar een
totale bevrijding.
Gedaan met den oorlog Dat onze
duizende krijgsgevangenen en wegge
voerden spoedig mogen terug keeren.
Vrij van bedreiging en vernieling door
V 1 of V 2. Vrij van honger en rant
soeneering. Vrij van gebrek aan kolen
en kleederen. Gedaan met de werkloos
heid, de verduistering en electriciteits-
beperking. Gedaan met de miseries op
de treinen. Gedaan met de ophitsingen
van een 5e kolonne. Kortom, vrij van
alle lasten en ellende welke den oorlog
gen lieten zich hieraan echter beetne
men.
Ging dit evenwel niet goed, andere
middeltjes zouden beter werken.
En zoo groeiden verschillende erzats-
bewegingen, waarin velen verloren lie
pen, aangelokt door de verschillende
voordeelen welke eraan verbonden wa
ren.
Nochtans, het grootste deel onzer ar
beidersmassa bleef trouw aan Volk en
Vaderland.
Zij zijn het die den grootsten tol heb
ben betaald in dezen oorlog
Zij zijn het die meest honger en kou
de neoben geleden 1
Zij zijn het die naar Duitschland
moesten gaan werken Vrijwillig
Ja... van honger
Zij zijn het die als wilde dieren opge
jaagd werden door Gestapo en Feld-
gendarmen
Maar zij waren ook de saboteurs en
helden van den echten weerstand dllt; jasten
Met vreugde en volle dankbaarheid meebrengt
Dat de bevrijding ons veel goei' zaken old(^\nde Bevrijding wil ook zeggen
teruggebracht 'heeft 7aa71lTel^n kenn'tT df ™rnedering' d*
mensch aan twijfelen. Maar het staat leven Ultbmting m ons ai'beids-
meteen vast dat van den beginne af - Gedaan met de vernederende vast-
Figuren uit het Lijdensdrama.
2. H. Petrus.
«Vader, ik mag u verzekeren dat
ge van mij geen schrik moet hebben, ik
kan daar tegen, en voor mij kan dat
geen kwaad
En de groote jongen, de opgeschoten
dochter gaan hun gang, vermaningen en
verwittigingen zijn voor hen overbodig.
Gevaar kunnen zij trotseeren. Neen,
weest gerust vader en moeder, wij ken
nen dat, en gevaar bestaat er daar voor
ons niet in.
En ik denk nu aan dien hof in dien
avond zilver verlicht van den glans der
maan. In de verte onderscheid ik een
witte gedaante. Een lange man stapt
traag, men ziet het dat Hij diep denkt
en zwaar bekommerd is. Hij nadert een
groepje van drie menschen die ineenge
rold op den grond in een rustelooze
slaap zijn gevallen. Men voelt een nij
pende benauwde atmospheer die hier
tot de natuur toe drukt en bedekt met
een nevel van droefheid
Een zachte stem breekt de drukkende
stilte. Zij is vol vermanende zachtheid
vol bezorgde liefde Waakt, en bidt,'
opdat ge niet in de bekoring zoudt be
zwijken.» Petrus, een der drie, hadt het
pas één uur vroeger nog beweert :«Zelfs
indien al de anderen op den loop gaan
en vluchten, ik ik zal u nooit verlaten!»
En de Meester die de duivelsche gang
van Judas kent, en zijn nakende aan
komst met de bende, geeft hem nog
maals dien gouden raad Waakt, en
bidt.»:Let toch op, Petrus, wees voor
zichtig. De Meester heeft het u voor
speld Vannacht nog eer de haan zal
kraaien, zult ge -
Neen. voor hem was die verwittiging
niet hij kende zich zelf genoeg, en de
raadgeving moest hij niet volgen. Hij,
maar hij was toch niet lijk de anderen
hij was toch reeds aangesteld als de eer
ste onder de Apostelen. En daarbij, hij
zijn Meester verlaten hij een lafaard
zijn. en zijn Meester dien hij zoo lief
had Neen, zelfs als al de anderen...
ik zal U nooit verlaten Hij had het
's avonds nog gezegd, hij herhaalde het
nog eens bij zich zelf, maar die raadge
ving Waakt en die andere «Bidt
neen die was niet voor hem.
Die zoon en die dochter vonden vader
en moeder verouderd, ouderwetsch
kleingeestig. Die plaatsen of die verma
kelijkheden afraden of verbieden Ja
't is waar er gebeurd daar slecht, maar-
Zelfs als de anderenIk zal nooit
En ze gaan, gedreven doorom 't
even welke reden dien ze zoeken te ver
bloemen. Petrus ook ging tot op de
Plaats waar 't gevaarlijk was gedreven
door nieuwsgierigheid en ook daarbij
door zijn groote liefde voor zijn Mees
ter. En daar Hoe 't kwam Petrus zal
het zich achteraf zeker dikwijls afge-
vraagd hebben Had dan nog den Hoo-
genpriester hem aangesproken of een
dier hooge geestelijken, maar, daar aan
den ingang, ver van de triestige bedrij
vigheid die zich daar afspeelde, half
verdoken, en... door een meid En toch
was ;t gebeurd 1 En tot driemaal toe had
hij zijn lieven Meester verloochend, zijn
goeden Meester, en dan r.og eens met
vervloekingen bij.
Petrus, hadt ge geluisterd Hadt ge
gewaakt Hadt ge gebeden Zijn bedoe
ling was zoo goed, 't was met de beste
dat hij O. L. Heer volgde en hij
enoim veel verkeerd werd aangepakt en
dat is desmeer te betreuren.
We zijn verlost van den onmensche-
lijken dwang van een bezetter. Daar is
iedereen tevreden over en niemand zou
willen dat die dwang terug komt. Maar
dat die vrijheid aanleiding moet geven
tot losbandigheid is allerminst in het
beiang van het volk. Dat op aanstoken
van enkele politieke woelmakers sta
kingen losbreken welke gansch het eco
nomisch leven in ons land in den war
biengen, is dat soms... «bevrijding»
We zijn vrij ons gedacht te zeggen
en neer te pennen. We kunnen luiste-
len naar allerhande meetings en de
meest onderscheiden dagbladen lezen.
En weeral maakt men hiervan gebruik
om het volk op te hitsen, om beroering
te verwekken, om Vlamingen en Walen
tegenover mekaar in het gelid te jagen.
Is dat soms bevrijding
De bezetting is voorbij. Alles wat
vroeger naar Duitschland werd ver
voerd kan thans aan eigen bevolking
stelling welke wij iederen dag moe
ten maken dat wij werkloos moe
ten blijven toezien en kunnen gemist
worden op het Arbeidsfront, om den
oorlog te helpen winnen.
Gedaan met de miskenning van den
wil onzer arbeiders om te werken
We stelien vast dat geallieerde sol
daten steenwegen herstellen, puin
opruimen, waar werklooze arbeiders
met de handen in de zakken, moeten
blijven toezien.
Gedaan met de uitbuiting onzer ar
beiders. We kunnen niet meer aan
vaarden dat de patroons millioenen
verdienen en de arbeiders integen
deel niet genoeg om behoorlijk te
kunnen leven.
We hebben niets
«We zijn niets
«We worden niet geteld
Dagelijks hooren we dit zeggen door
de arbeiders.
Door een totale bevrijding moet dit
anders worden (vervolgt).
geen kwaad zou gedaan hebben. Ja hij
meende het goed.
Er zijn er nog zooveel anderen die 't
zoo goed meenen. Vraag eens aan een
jongen den dag van zijn Plechtige Com
munie, wanneer hij terugkomt van de
kerk, en zich in den huiselijken kring
zoo gelukkig voelt, vraag hem dan eens
of. hij altijd braaf en gehoorzaam wil
zijn. En zijn ja antwoord zal zoo vast
en zoo goed gemeend zijn, en nochtans
Of vraag eens een jonge advokaat of
geneesheer, of andere jonge man die
zijn eindexaam komt af te leggen en
zijn beroepsleven aanvang, met welke
idealistische opvattingen hij bezield is,
ver verheven boven het loutere geldver-
dienen, en nochtans
En zie maar naar jonggehuwden, hoe
dikwijls hebben zij niet een ee
zoo gemeend, en nochtans
En hoe komt het - Neen, veel eer
moeten wij de vraag stellen, hoe zou het
niet komen, wanneer niet met de noodi
ge voorzichtigheid wordt gehandeld -
het geluic aan anderen overlaten en niet
gelet wordt op juist hetgeen meest de
aandacht vergt.
Er zijn plaatsen, er zijn omstandighe
den waar men moet vallen. Ook Petrus
heeft het ondervonden. Zijn val weze
ons een les, en zijn bekeering en later
leven ons een voorbeeld.
REGELMATIGE VERVOERDIENST
Ninove -Brussel Brussel - Ninove
M J0Z£F FARO AI NS
122,
<U»a
Er is weer wat schoons uit ens straten
verdwenen.
De kranige jongens, de boy-scouts die
weken lang te Ninove in garnizoen
nebben gelegen, in dienst van de Hol-
ïandsche vluchtelingen die naar onze ge
westen werden overgebracht, zijn weg
naar nieuw werkterrein.
Noch bloemen, noch kronen, zegden
ze bij hun. afreis.
ïk kan ze niet laten gaan zonder ze
een bloempje mee te geven.
't Was schoon omzien als ze bezig wa
ren, aan het trekken en sleuren, slepen
dragen en voeren gelijk wat, pakken *n
valiezen van vluchtelingen, bakken en
kisten met eetwaar, zakken met kolen.
En dat bij alle weer, in regen en wind,
in harde vrieslucht, onder dwarrelende
sneeuw bij gevaarlijken ijsgang als haast
niemand op straat dierf kornen om geen
armen en beenen te breken.
Hun lenige veerkrachtige jongenslij
ven waren in hun element en 't was
klaar en duidelijk te zien dat krachtin
spanning voor hen een genot was.
Als de taak af was, en 't was niet hard
geweest, konden ze stooien en spelen
gelijk kwaajongens.
Waren ze afgetobt ze lagen op hun
stroozak, rustten en sliepen om 's ander-
daags weer klaar te staan in dienst van
de lijdende menschheid.
Ze waren buitengewoon verhard te
gen het gure weder. Als ze met ver-
leumde handen hun pakken hadden af
geleverd waren ze voort, weer de straat
t^n' 2e ,ruP6n met bij de St00f en moes
ten nooit hun handen warmen.
Hoe ze gehard en gestaald waren was
voor I6" D;nSdag n°g eens te *enj^
voor hun afreis.
Ze stonden met tweeën aan de Den-
~r ge durft niet ik durf wel
gtwed En een twee drie de frak uit
gespeeld, op den kop de Dender in en
langs den anderen kant er uit
zicht. dat aIlemaal met een lachend ge~
Noon zaagi ge bij hen van die harde
hetarht gfZiften van menschen die
het achter stoelen noch banken steken
plaren 71^' Zekere "«^exem-
P ren ,van ons verwijfde boemeljeucd
t. hn *r Wlllen nevens gaan om ze recht
e houden, zoo zeer geven ze den indruk
at ze gaan van hun stekken draaien of
iTzelïï??; de z(™<™aanden"„°f
voor Tarzan e" ermeerschen wel gaan
zoo n c u li P en' maar ze hebben toch
schrik van de koude.
Wat nog meest opvallend was bij deze
de mp°UtS 26 hadden geen succes bij
de meisjes - 0f als ge 't liever hebt de
meisjes hadden geen succes bij hen
ke7e^tralnV0"d,Wandeling door de d<>n-
mir rn entmoettet gij honderd en
meei meisjes elk met haar soldaat.
Scouts met hun meisje kwaamt ge met
Fier op hun eigen persoon, en fier oo
den hebben op gelijk welke manier me
de te werken aan de redelijke or.ta" r-
ding van ons volk.
erGkeudrU!f jongens- zoolang
het Land K aI§ de uwe kan
komst PCn °P een Schooner toe-
De belangrijkste en beet iagerichta
nistafo^ "treek voor het
- V
»ndp .S9. maarirlon i.1
iueii<
viiuv. VOóL
lI, cht gezwaaid,