Een Belangrijke Redevoering
WAAROM WERKEN
,1
Negentiende (Jaargang,
Zondag 18 Maerf 1949.
Prijs per nummer Ifr.
Drukker-Uitgever
R. LUYSTERMAM-HAELTERMAN
Koepoortstraat, 10,
NINOVE
Postchekrekening n' 1862,54
Handelsregister Aalst n' 1093
De heer De Schrijver, oud-minister,
sprak jl. Woensdag een prachtige rede
uit in de Kamer waarin hij de reden
uiteenzette waarom bijna heel de rech
terzijde aan de regeering de volmachten
- door haar gevraagd - zou toestaan. Wij
denken dat onze lezers met belangstel
ling zullen kennis nemen van deze rede
voering en drukken ze hierover zooals
zij verscheen in het Beknopt Verslag
Aanstaande week zullen wij op sommige
belangrijke passages terug komen.
MAAELIEFJES
HET HOEKJE VAN DEN ARBEIDER
De mensch eet en drinkt, en hij moet
de middelen hebben om zijn honger te
stillen en zijn dorst te lesschen. Hij gaat
en wandelt en, op onze dagen althans,
zou hij dat niet kunnen zonder schoenen
Het slechte weer bedreigt hem ver
moeidheid is zij# deel te felle inspan
ning breekt hem hij moet zich kleeden
moet rusten en ontspanning zoeken. Op
onze dagen -'en dit is een vorm van
vooruitgang - heeft hij een dagblad noo
dig. electriciteit, een velo, een radio,
weldra een badkamer en een automo-
biel. En omdat hij al deze zaken noodig
heeft werkt de mensch.
Hij draait vijzen vast, bewerk den
grond, vaagt de schouwen, pleit de pro
cessen en schrijft boeken de wet van
den arbeid is een wet welke geldt voor
ons allemaal.
De mensch werkt om den kost te ver
dienen. Wil dit zeggen dat alle werk be
roepsarbeid is Geenszins Aan poli
tiek doen. een economisch tijdschrift le
zen (en zelfs andere...), dit artikel schrij
ven... en het lezen zijn ontegenspreke
lijk min of meer pijnlijke werkzaam
heden die laten we het tenminste ho
pen een nuttig doel hebben, maar
heelemaal geen beroepsarbeid zijn Ze
zouden dit ten andere kunnen zijn naar
gelang de personen die er zich aan over
leveren. Het is klaar dat «Boerke
Beeckman geen velo rijdt gelijk de man
die profiteerend van de Engeische
week, 's Zaterdags namiddags een fiets
tochtje doet dat een hovenier en ik op
een heel verschillende manier onzen
tuin omspitten en dat zelfs een wande
ling een werk of een ontspanning kan
zijn denk maar aan een gezelschaps
dame.
Dit alles is volkomen juist. Niettemin
blijft het waar dat zelfs bij de rijksten
de uitoefening van een vak een aan
zienlijke plaats bekleedt in hun leven
en dat de invloed en het belang ervan
grooter zijn naargelang de belangheb
bende er meer van af hangt, naar gelang
hij het min of meer noodig heeft om te
voorzien in zijn bestaan.
Wat volgt daaruit Dit dat het be
roep van den mensch. evenmin als ge
lijk wat hij doet, zijn eigen ontwikke
ling niet mag beletten, maar deze inte
gendeel moet dienen en in de hand wer
ken en dat dit opvoedend karakter van
het beroep des te meer moet geëerbie
digd worden, dat het bedrijf meer in
vloed uitoefent op het leven van den
persoon. De arbeid is dus geen doel op
zichzelf het is een middel dat den
mensch moet toelaten zijn eindbestem
ming tenvolle te bereiken. De mensch
moet arbeiden om voor zichzelf, voor
vrouw en kinderen de noodige bestaans
middelen te verwerven om het leven
zijner broeders schooner te maken om
zijn natuurlijke vermogens te ontwikke
len en een sterker en beter mensch te
worden.
De eenige rijkdom van den arbeider
is zijn arbeid de eenige manier om te
leven is voor hem zijn handen of zijn
geest te verhuren. En indien er voor
zijn handen of zijn geest geen werk is
beteekent dit voor hem eenvoudigweg
en zonder meer armoede, verval.
Wrat vloeit daaruit voort Eerst en
vooral dat de Staat de noodige middelen
moet scheppen opdat iedereen werk zou
hebben vervolgens dat hij, indien er
niet genoeg is voor iedereen, de rest
moet verdeelen over alle arbeiders zoo
als men thans de levensmiddelen welke
men kan verkrijgen moet verdeelen on
der alle burgers. En evenals bet niet
rechtvaardig is binst den oorlog aan
sommigen toe te laten zich vet te mes
ten terwijl anderen sterven van honger,
past het ook den arbeid te verdeelen on
der alle belanghebbenden.
Eén der middelen om de werkloosheid
te keer te gaan is wel zeker de aanpas
sing van den arbeidsduur. Maar voor
aleer een vermindering van den arbeids
duur onder 't oog te zien, schijnt het
verkieslijker aan de arbeidsmarkt te ont
nemen eenerzijds de jonge lieden die
er materieel en intellectueel niet vol
doende op voorbereid zijn en anderzijds
de ouderlingen die heel hun leven lanp
hard gewerkt hebben.
Is het rechtvaardig, is het redelijk, is
het sociaal, arbeid te ontnemen aan een
man in de kracht zijner jaren om hem te
geven aan 'n jongen of 'n meisje die nog
niet sterk genoeg zijn, die niet opgewas
sen zijn voor hun taak en die, amper ge
vormd. ten onder gaan in de lichame
lijke en moreele verbeesting Is het
rechtvaardig, is het redelijk, is het an-
derszijds sociaal, een oude arbeider te
verplichten te blijven zwoegen en wroe
ten terwijl zijn jonge werkmakkers de
armen moeten kruisen Op die manier
zou men verscheiden problemen oplos
sen dit van de vorming en de bescher
ming van den jongen arbeider dit van
de pensioneering der ouderlingen die,
vol angst voor de komende ellende van
den ouden dag, hun treurig lot afwach
ten.
Ziedaar de eerste plicht van den Staat
en vóór alles eischen de werkliedenor
ganisaties de vervulling van dien plicht,
wat lasteraars of onwetenden daar ook
over zeggen. Eerst en vooral moet de
Staat arbeid bezorgen aan de werkloo-
zen. liever dan vergoedingen de werk-
loozen zelf hebben ook veel liever werk
dan vergoedingen, daar ze de voorkeur
geven aan een leven dat hen toelaat zich
zelf te ontwikkelen, bewust te worden
van hun eigenwaarde, mee te werken
aan den arbeid van generaties, zich een
vrij en waardig bestaan te verzekeren.
En alleen wanneer het werkelijk on
mogelijk is hun arbeid te verschaffen,
eischen de werknemers het stelsel der
verzekeringen tegen werkloosheid, waar
aan niet alleen de arbeider als recht-
streeksehe belanghebbende moet deelne
men. maar ook de werkgever ter wille
van de diensten die hem bewezen wor
den en de Staat, ter wille van den heili
gen plicht die op hem rust het absoluut
noodzakelijke levensminimum te waar
borgen aan hem die zijn plichten ver
vulde tegenover de gemeenschap:
In 't bezit van het recht op arbeid,
moet de arbeider het kunnen uitoefenen
in voorwaarden die het doeltreffend
maken.
Svndikalist.
OP DEN UITKIJK
De katholieke Oud-strijders hun se
cretaris moet mij op mijn chef-de-file
zetten. Hij heeft ons verleden Zendag
zijn artikel voorgelezen en gevraagd of
hij het in ons allernaam ter opname
mocht sturen naar de Denderklok.
Ik heb de eerste ja gestemd.
Ik ben geen majesteit, zelfs geen ka
bel van de hoogspanning die u neerblik-
semt ais ge er aankomt.
Daarbij daar zit zwier en stijl in ge
lijk er ras zit in den man.
Daar het gaat om den weerstand zal
iedereen daarmee beter onthouden
1) dat er eens een weerstand was
waar iedereen fier op was.
2) dat er eens een weerstand was
waar iedereen vies van was, en door een
néo-democratische partij misbruikt werd
om een greep te doen naar het gezag.
3) dat er nu, na epuratie, weer de ou
de weerstand is.
rt Is die weerstand die hem gaat be
zig houden met 's Lands epuratie en de
magistraten van allen rang op de vingers
gaat kijken.
Wij wenschen hem veel succes, en ho
pen
1) dat hij het kluwen, door zijn val-
sche broeder achtergelaten zal helpen
ontwarren.
2) dat hij gansch de vijfde kolom die
de Duitschers hierbinnen hielp en die
bestond uit V. N. Vers. Rexisten en com
munisten zal onschadelijk maken,
3) dat hij ALLE collaborateurs, mili
taire economische en politieke van AL
LE kleur die de bezetting hielpen ver
lengen bij de kraag zal vatten.
Maar zonder complimenten hoor De
Weerstand staat op het tooneel. Doet hij
het goed. hij krijgt applaus doet hij
het slecht ik fluit
En nu schakel ik over naar onzen se
cretaris allez-y-Albert.
Ik wensch kortbondig de redenen uiteen te
zetten waarom velen van mijn vrienden dit
ontwerp zullen stemmen. Maar vooraf wil ik,
volgens de parlementaire gebruiken, hulde
brengen aan den verslaggever, den achtbaren
heer Bohy, die met zooveel kunde de betee-
kenis van het onderhavig ontwerp heeft uit
eengezet.
In welken geest zullen velen van mijn
vrienden nun goedkeuring verleener. Hier
op kan ik antwoorden in een geest van ver
trouwen. Wij hebben een nationale regeering.
in haar samenstelling en in de nagestreefde
doeleinden. Dat alleen volstaat om ons ver
trouwen te vestigen. Wij zullen in een geest
van gezonde samenwerking met de regeering
den ons voorgelegden tekst goedkeuren. Wij
moeten op dit oogenblik uitmaken op welke
basis deze samenwerking moet berusten.
Ik begrijp volkomen dat sommige leden be
zwaren koesteren tegen den tekst, omdat zij
meenen dat hij in tegenstrijd is met de Grond
wet. Ik deel hun meening echter niet. Wij
moeten in de Grondwet vooral den geest
zoeken die bij de grondwetgevers heeft voor
gezeten. Ik heb, ook tijdens den oorlog, in
Engeland, mij dikwijls met het grondwette
lijk recht beziggehouden. Het is de zin van
de grondwet welke belang heeft. Onze Grond
wet wil ons een grondwettelijke monarchie
waarborgen. De regeering werkt. Het parle
ment controleert. En de Grondwet heeft tot
doel deze wisselwerking te bevorderen.
In Groot-Brittanië zijn tijdens dezen oorlog
insgelijks speciale machten aan de regeering
toegekend geweest. De regeering werkte op
volle kracht. Maar dit belette niet dat het par
lement geregeld bleef bijeenkomen en dal de
ministers voortdurend rekenschap gaven van
hun beleid.
Het essentieele van dit systeem ligt in de
uitleggingen die de regeering aan de Kamer
verschafte over haar beleid. Het is die samen
werking en die wisselwerking tussehen de re
geering en de volksvertegenwoordiging die de
continuteit verzekeren van het grondwette
lijk regime. Dit zou kunnen geïllustreerd wor
den met de spreuk die aan den grond ligt van
de Engeische grondwet King's goverment
must be carried on
Omdat wij die samenwerking wenschen, zul
len Wij den tekst van de regeering goedkeu
ren. En om deze stelling nader te motiveeren
wil ik even den tekst van het ontwerp toe
lichten. Er worden waarborgen gegeven.
Wij stellen vast dat de regeering geen ple-
no-volmachten vraagt. Die zouden haar trou
wens waarschijnlijk geweigerd worden. De
tekst die ons voorgelegd werd. gaat tot de
grens van wat de Kamer kan aanvaarden.
De regeering. zegde de eerste-minister in
de commissie, ziet er van af gedurende de
toepassing van deze machten ingetrokken te
w den. Ik betreur het. nu dat ik meen dat de
telust veel klaarder zou zijn, moest de regee
ring dezen wensch inwilligen. Waarom Wel
omdat alinea 3 van artikel 1 de verzekering
voorziet van 's lands ravitailleering. Maar na
het verstrijken van dit termijn van zes maan
den zou de regeering toch nog verder vol
machten bezitten.
De beperking tot zes maand, de eerste moei
lijkc periode, is voor ons een tweede waar
borg De derde is de verzekering dat de par
lementaire commissies geregeld zullen zete
len. Daarenboven heeft de regeering uitdruk
kelijk verklaard dat de zittijd van het parle
ment niet zou opgeheven worden.
Controle zal dus steeds mogelijk zijn. Maar
ik hoop dat de regeering zelf vóór het parle
ment zal verschijnen om af en toe de Kamers
uitleg te verstrekken over haar beleid.
Maar er is een waarborg die alle andere
in belangrijkheid overtreft. Zij bestaat in den
door de regeering gegeven waarborg dat alle
grondwettelijke regels zullen worden nage
leefd. Het belang van die plechtige ver
klaring dient niet onderlijnt. Eindelijk ver
klaarde de achtbare heer eerste-minister in
de commissie dat van deze bijzondere mach
ten slecht» een matig gebruik zal worden ge
maakt. Er zal dus enkel ingegrepen waar het
volstrekt en dringend noodig is. Om die ver
schillende redenen zullen wij dus ons ver
trouwen verleenen. ons vooral steunende op
de vijf verleende waarborgen.
Tenslotte wensch ik uw bijzondere aandacht
te vestigen op alinea 4 van artikel 1. Het
geldt hier goed te begrijpen waar het om gaat
Het gaat hier niet hoofdzakelijk om de ambte
naren, welke een bepaald statuut bezitten en
waartegen de minister eventueel maatregelen
kan treffen.
Evenmin gaat het om de parlementairen,
want hier is het de Kamer of de Senaat die
beslist. Het gaat dus om andere personen die
een openbaar ambt vervullen of zouden kun
nen vervullen. Ons accoord hieiover is af
hankelijk van de blijvende toepassing van ar
tikels 92 en 93 van de Grondwet. Wij vroegen
de regeering of zij wel degelijk dacht zich
te houden aan de integrale toepassing van ar
tikel 92 der Grondwet.
De regeering heeft ons hierover allen waar
borg gegeven door te verklaren dat geen ex
cepties per besluitwet zullen worden vastge
steld en de verslaggever heeft er aan toege
voegd dat de redenen van de verdediging op
elk gebied volledig zullen gevrijwaard worden
Wij staan voorzeker hier voor een kiesch
probleem. Vele ciuasirechten. die gij niet in
de wetteksten zult vinden, worden thans op
geworpen. Ik hoop dat het gezond verstand
de bovenhand zal behalen op elke juridische
spitsvondigheid. Wij rekenen op het gezond
verstand van den heer eerste-minister. van
den minister van justitie en van zijn collega
van binnenlar.dsche zaken om een werk op te
bouwen waarover zij. ook in de toekomst,
fier zullen kunnen blijven, en hetwelk aan
den tand des tijds zal kunnen weerstaan
Men zal opwerpen dat deze tekst schikkin
gen overneemt die reeds voorkomen in de vo
rige ontwerpen. Juridisch is dat juist. En
toch keur ik dezen tekst goed. Ik doe dit om
politieke en psychologische redenen. De re
geering vraagt ons een nieuwen tekst in een
nieuw kleed, omdat zij een eigen tekst wil.
Zij wil afzien van het verleden om op een
nieuwe basis te vertrekken.
De eerste-minister is een psycholoog. Hij
zegt terecht Ik wil de volmachten Pierlot
1939 en 1944 niet. Ik wil de volmachten Van
Acker 1945 en hij heeft gelijk. De eerste-
minister komt ons. met een breeden glimlach
en met een sympathieke naiviteit. de goedkeu
ring vragen van zijn regeeringsprogramma
dat hij in zijn volmachtsontwerp heeft samen
gevat in vijf punten.
De regeering heeft ondervonden dat men
zich soms zoo eenzaam voelen kan in een re
geering. Ik spreek uit ondervinding. En de
eerste-minister heeft zeer goed begrepen dat
hij van deze gelegenheid gebruik moet ma
ken om in volle klaarheid een zuiveren steun
te vragen voor zijn nieuw vertrek.
Ik ook meen dat de geest de letter moet
dooden, en ik hoop dat de geest van vastbe
radenheid en eerlijkheid het halen zal. Som
mige domeinen, het financieele, b. v.. blijven
buiten dit ontwerp. En in dit opzicht wensch
ik er den nadruk op te leggen dat de Kamer
de gelegenheid zal hebben, binnen kort, de
begrootingen ofwel voorloopige kredieten te
bespreken. Daarbij zal zij ook critiek kunnen
uitbrengen op het regeeringswerk.
Deze controle zal er de waarborg voor zijn
dat zuinig met de uitgaven zou omgesprongen
worden En hier wensch ik terloops een groet
te richten tot mijn vriend den heer Eyskens.
Nog een ar.der noinein van het ontwerp is dit
van 's lands zedelijken en stoffelijken herop
bouw. De stoffelijke heropbouw zal ongetwij
feld vooral moeten goed maken wat de oorlog
verwoestte.
Maar laten wij boven alles den zedelijken
heropbouw behartigen. Overal kan men vast
stellen dat hartstochten ontketend zijn die
men vroeger op veel kleinere schaal kende.
En laten wij hier vooral denken aan de jeugd
die moet beschaamd worden en tevens gewon
nen voor het land. De jeugd dient zich meer
te bekommeren om het openbaar leven.
Ik wil geen profeet zijn. maar het is duide
lijk dat voor de toekomst zeer veel voor de
jeugd zal te doen blijven. De zedelijke herop
bouw zal voornamelijk van daar moeten uit
gaan. En kan de regeering daar thans aan
vang mede maken, dan zal ze zich zeer ver
dienstelijk hebben gemaakt, ook in dit opzicht
Omdat ik weet dat de geest de letter zal
dooden. zeg ik u. mede uit naam van vele
mijner vrienden Werkt, brengt verslag uit,
beantwoordt onze vragen. Vele mijner vrien
den van de rechterzijde zullen u steunen.
Wellicht verwerft gij zelf de stem van allen.
Dat zal afhangen van hetgeen gij straks zult
zeggen.
Maar vooral, laten wij boven de partijen
mekaar de hand reiken en samenwerken om
iets duurzaams tot stand te brengen, om Bel
gië weer op te bouwen en vooruit te brengen,
laten we mekaar helpen, omdat wij ons Va
derland lief hebben.
Lief, bevallig,
Duizendtallig
Zie ik u alom verspreid...
Klein gezichtje.
Lijk een dichtje,
Aan de eenvoud toegewijd.
Beeld van 't fijne
En het reine
Zijt gij, kleine, teere bloem.
't Blank van blaadjes,
Rank van draadjes
Draagt het beeld van, wat ik noem
Echte waarde
Is op aarde
Aan de eenvoud steeds gepaard
En de tijnheid
Vindt in reinheid
Steeds de macht, die haar bewaart.
Deze schoone
Eed'le krone
Siert uw teere bloemen hoofd,..
Maaeliefjes -
Hartediefjes -
Ja, gij hebt. mij 't hart geroofd
A. Maris.
boel Voorzeker bevonden er zich onder de
leden aanhangers van alle politieke partijen,
ook van de communistische partij. Maar in
hun groepeering werkten deze elementen dan
broederlijk samen voor het algemeen wel
zijn van het vaderland, niet alleen met ka
tholieke leeken. maar zelfs bijna altijd met
katholieke priesters. En we vonden ook in de
weerstandsgroepeeringen de waardige opvol
gers van dezen die in den oorlog 1914-1918
ten strijde trokken met als leuze Allies
voor Vlaanderen. Vlaanderen voor Kristus.
Zoo zijn duizenden kathoiieke volksjongens
en studenten toegetreden tot den Weerstand
geleid door dezelfde gedachte, bezield met
dezelfde betrachting België ten bate, Vlaan
deren ter eere
Spijtig dat er katholieken zijn die dien
communistenboel weer willen in het zadel
helpen Niet verwarren, heer Uitkijker Ja
wel, leve de Weerstanders, van welke kleur
ze ook zijn en toch zijn we katholieken en
nog wel katholieken van het zuiverste wa
ter. Vooruitstrevende katholieken, die niet
van hun katholieke overtuiging een spring
plank probeeren te maken, maar die er prat
op gaan met demokratische gedachten be
zield te zijn.
En, Uitkijker, het gelieve U er den Kardi
naal en de Bisschoppen niet bij te sleuren.
U handelt zeer onvoorzichtig, want we zou
den vele teksten uit Hunne brieven kunnen
aanhalen en tegen U uitspelen. Lees AL de
brieven van onze Geestelijke Overheid en
lees ze onbevooroordeeld en niet door een
grijze bril... want deze laatste doet U al te
gemakkelijk Hun woorden uitleggen naar ge
lang zij de wederrechtelijke vrijlating of ont
slaging van rechtsvervolging van uw zwarte
vriendjes bevoordeeligt.
IJ hebt verkeerd gehandeld. Heer Uitkij
ker, U kent nu ons standpunt kom er niet
op terug want het ligt niet in onze bedoeling
te solemiseeren. Wij hebben er den tijd niet
voer zooals U en we kunnen geen vergade
ringen beleggen om een tekst te bespreken
en goed te keuren. U zoudt toch niet meer
van antwoord gediend worden en het ware
dus niet fair er verder op in te gaan, want «A
vaincre sans péril
De Katholieke Oudstrijdersbond,
Onder de hoofding Op den uitkijk ver
scheen in Uw blad van Zondag 4 Maart een
artikel waarin op een echt gemeene wijze de
weerstand werd aangevallen en bezwadderd.
De leden van den Weerstand werden bij
Ministeriëel Besluit gelijkgesteld met de an
dere strijdende lichamen van ons land en dit
organisme werd dan ook als dusdanig opge
nomen in den schoot van het Verbond der
Ninoofsche Oudstrijders. In die gedachteor
de zien wij ons, katholieke oudstrijders,
ook aangesloten bij genoemd verbond in
geweten verplicht openlijk stelling te nemen
voor den Weerstand en ons met hem solidair
te verklaren.
Wij weten niet of de schrijver van dit ar
tikel een oudstrijder is. Is hij het wel, dan
moeten wij met spijt vaststellen dat zijn eer
gevoelen, zijn solidariteitsgevoel laag gezon
ken zijn. En wij verkondigen het luide wij
weten wat het beteekend heeft tot den Weer
stand te behooren wij weten hoevelen hun
leven gewaagd hebben en hoevelen er door
de Gestapo werden doodgemarteld of neerge
schoten wij weten hoevelen er nog op dit
oogenblik in de duitsche gevangenissen op
gesloten zijn. ook stadsgenooten. en wij be
seffen wat het voor velen onder hen, ook
hier in onze stad. zou geworden zijn hadde
de strijd gedurende enkele dagen in onze
streek gewoed en ware net bevrijdingsleger
niet als een weerlicht door ons land geflitst.
En, wij buigen diep voor dezen die bereid
waren hun offer te brengen op het altaar van
het Vaderland. Handen af van den Weerstand
handen af van dezen die hun leven veil had
den voor het Vaderland.
Voorzeker er gebeurden missingen. De toe
gepaste zuiveringsmethode ten volle goed
keuren, zullen we niet doen. Integendeel, we
weten dat er in de eerste dagen, wanneer
alle geesten na vier jaar verdrukking door
de te groote vreugde ten zeerste opgewonden
waren, en grove fouten begaan zijn. Heeft
de Uitkijker nooit een missing begaan in zijn
leven En we drukken er op het was beter
dat er tien, ia honderd verdachten per mis
sing zouden in verzekerde bewaring gebracht
zijn. dan dat er één schuldige zou vrij geble
ven zijn en aldus een gevaar zou daargesteld
hebben voor het bevrijdingsleger. Dit hadde
het leven in gevaar kunnen brengen, niet al
leen van ontelbare gealliëerde soldaten, maar
ook dat van zoovele landgenooten in de dee-
len van ons land die slechts maanden na ons
volledig werden bevrijd. Maar dit heeft waar
schijnlijk geen belang voor don schrijver van
dit artikel.
U heet den Weerstand een communisten