Alleen na Verkiezingen?
TWEE ONDERWIJSTAKKEN
M SM*
Door de Periscoop
Dertigste Jaargang
Prijs per nummer 1,50 fr.
2onclag 13 mei 1956
CHRISTEN, VLAAMS EN VOLKSGEZIND WEEKBLAD VOOR HET KANTON NINOVE
Postcheckrekening 1862.54 Drukker-Uitgever R. LUYSTERMAN-H AELTERM AN, Koepoortstraat, 10, Ninove Handelsregister Aalst 'OM
De geruchten die rondgaan over mo
gelijke onderhandelingen tussen de ver
schillende instanties voor een goede op
lossing van de schoolkwestie in ons land
gaan hun gang. Er worden proefbalon-
netjes opgelaten, er lekt al eens iets uit,
en démenti's worden bij de vleet gege
ven waarin het woordenspel wijst op
een verlangen zoveel mogelijk mistgor
dijnen op te trekken.
■Dhr Eyskens, die men kortelings gaat
huldigen, heeft duidelijke taal gespro
ken op de groepsvergadering van de
CVP-kamerleden. We onthouden
1) Er zijn geen onderhandelingen met
de CVP-kamergroep.
2) Geen onderhandelingen voor de
verkiezingen.
3X We moeten een positief programma
opmaken.
Het is duidelijke taal, maar ze is di
plomatisch. Geen onderhandelingen met
de CVP-kamergroep wil niet zeggen dat
er geen onderhandelingen zijn. Hieruit
moet men weer niet besluiten dat er, ons
inziens, wèl onderhandelingen zijn. Wij
weten het niet, maar de verklaringen
van dhr Eyskens sluiten hen niet uit.
We weten uit ervaring dat dhr Struye.
voorzitter van de CVP-fractie van de
Senaat, het niet altijd eens is met de
beslissingen van de Kamergroep en dat
hij zijn wil weet door te zetten. We
denken terug aan de verzoeningspoging
tijdens het Senaatsdebat over de wet
Collard en aan de reis naar de Sovjet-
Unie.
Dit is geen kritiek, het is een vaststel
ling.
Meer nog. De CVP is niet alléén uit
sluitend het organisme dat namens het
katoliek volksdeel kan spreken inzake
de schoolkwestie. Het is maar uit nood
zaak dat ue schoolkwestie een partij
politieke kwestie is en ze is dit maar
gedeeltelijk. Het katolieke volksdeel zal
de oplossing van de schoolkwestie aan
vaarden van ieder die deze verwezen
lijkt. Wordt het katolieke volksdeel tot
partijpolitieke eenheid gedwongen, dan
ligt de oorzaak niet bij de katolieken,
maar bij de niet-katolieken.
En zoals voor Kongo het geval is ge
weest, kunnen ook de Bisschoppen on
derhandelen met de Regering. Ze «kun
nen». Of dit het geval is, weten we niet.
Ook de ouders en vooraanstaande kato
lieken kunnen onderhandelen. Dit is
hun goed recht. De niet-katolieken kun
nen de schoolkwestie oplossen ZONDER
onderhandelen. Dat ze aan de katolie
ken hun recht geven en de schoolkwes
tie is van de baan. Dit is ter zake onze
enige zorg.
Voor de ouders is de oplossing van de
schoolkwestie geen partijpolitieke aan
gelegenheid. Voor de Kerk evenmin. De
oplossing kan niet komen van de par
tijen. Als zij wetten maken, mogen ze
dit niet doen als «partij», maar als ge
zagdragers van de gehele natie.
Daarom kunnen we niet akkoord gaan
met de slogan onderhandelingen na de
de verkiezingen, dus een oplossing na
de verkiezingen.
Steeds onderhandelen om een oplos
sing van de schoolkwestie te bereiken,
liever vandaag dan morgen, dat is onze
plicht.
Komt er geen oplossing, dan moet dit
uitsluitend de schuld zijn van de niet-
katolieken.
En intussen wachien we met ongeduld
op een positief programma dat de school
kwestie oplost. Men mag aan de studie
diensten wel zeggen dat ze moeten op
passen voor de mensen, die allerlei
kwesties moeilijk maken om ze niet te
moeien oplossen.
En dit is niet alleen waar voor de
schoolkwestie
Indien men eerlijk een positief pro
gramma zoekt dat de schoolkwestie voor
goed van de baan ruimt, moet men iede
re verwarring wegwerken.
Er is schoolstrijd omdat er twee on
derwijstakken zijn. Als er maar één on
derwijstak was in het land, zou men
wellicht kunnen spreken van onderlinge
concurrentie tussen bepaalde scholen,
maar niet van een schoolstrijd zoals wij
die in ons land kennen.
Om een oplossing te vinden, moet men
eerst de reden kennen waarom de on
derwijstakken er zijn, want het is de
kennis van de reden der splitsing, die
de weg moet wijzen naar een nationale
oplossing.
De bestaansreden van twee onderwijs
takken ligt niet bij de inrichtende mach
ten. In ons land wordt onderwijs inge
richt door de Rijksregering, de Provin
cie, de Gemeente, dus door de openbare
besturen. Er wordt onderwijs ingericht
door de kerken, in hoofdzaak door de
Katolieke Kerk, en door private perso
nen of verenigingen, en dit alles noemt
men vrij onderwijs.
De indeling is dus onderwijs inge
richt door de openbare besturen en on
derwijs ingericht door andere instanties.
Ligt bij de inrichtende instanties de
oorzaak van de schoolstrijd of is het
onderscheid van inrichtende instanties
een gevolg van de schoolstrijd
Het antwoord is het onderscheid in
inrichtende instanties is een gevolg en
niet de oorzaak van de schoolstrijd. Er
zijn openbare besturen die katolieke
scholen inrichten, denk maar aan de ve
ie gemeentescholen, en er zijn vrije in
stanties die niet-katholieke scholen in
richten, denk maar aan de Vrije Uni
versiteit van Brussel. Het feit dat er
twee verschillende instanties het onder
wijs inrichten, heeft een diepere oor
zaak dan concurrentie tussen twee
machtsgroepen.
De oorzaak van het bestaar. van twee
onderwijstakken ligt dus elders; ze ligt
dieper nl. in de wijsgerige en godsdien
stige overtuiging enerzijds, en ander
zijds in de onmogelijkheid in onderwijs
en opvoeding ieder godsdienstige en
wijsgerige overtuiging gelijktijdig te
respecteren in één klas of school. De
Belgen zijn op wijsgerig en godsdien
stig gebied verdeeld. Dit is hun goed
recht, dat practisch door niemand be
twist wordt. De Belgen zijn verplicht
hun kinderen naar school te zenden, ge
deeltelijk omwille van wettelijke schik
kingen en gedeeltelijk omwille van de
toekomst hunner kinderen, dit is de toe
komst van de natie. Zoals zij vrijheid
hebben van godsdienst en politieke over
tuiging, zo moeten zij vrijheid hebben
van onderwijs, dus vrijheid van school
keuze.
De inrichting van het onderwijs in
alle graden door de openbare besturen
enerzijds en door de vrije instanties an
derzijds is dus een practisch gevolg van
de verdeeldheid in godsdienstig-wijsge-
rig en politiek opzicht van de Belgen.
Een definitieve oplossing van de
schoolkwestie is niet mogelijk wanneer
het onderwijs ingericht door de open
bare besturen van aard kan veranderen
volgens het wisselend spel van de partij
politieke meerderheid. Bvb. een gemeen
teschool is «katoliek» als het gemeente
bestuur een CVP-meerderheid heeft
ze is «neutraal» of een lekenschool als
dit gemeentebestuur een linkse meer
derheid heeft, zoals te Geraardsbergen
of bij een coalitie tussen rechts en links
zoals te Antwerpen. Een school inge
richt door het provinciaal bestuur is ka
toliek als er een CVP-meerde.rheid is,
zoals in West-Vlaanderen ze is een
lekenschool als er een BSP-meerderheid
ip, zoals in Henegouwen. Deze toestand
is verderfelijk voor onderwijs en opvoe
ding. De schoolwetgeving moet, zoals
de sociale wetgeving, op alle Belgen ge
lijke plichien leggen en hen gelijke rech
ten geven, ngeacht de partijpolitieke
meerderheid.
Een logisch gevolg van de gelijkheid
voor de wet van het onderwijs ingericht
door de openbare besturen en het vrij
onderwijs, is de afschaffing van de leer
gang van godsdienst in de lekenscholen
van de openbare besturen. Theoretisch
is er niets tegen dat de openbare bestu
ren scholen inrichten op grondslag van
de lekenmoü-aal en andere op grondslag
van de godsdienstige moraal. Het prin-
Wij, de bewuste kristenen, hebben deze
week de Hemelvaart van Kristus gevierd,
't Is voor ons, in zekere zin, de voornaamste
van het kerkelijk jaar.
Kerstdag is het groot familiefeest met zijn
vreugdevol en vriendelijk uitzicht, maar het
verloopt averechs. Het is een feest dat oe-
gint in een apotheose van licht en muziek
hemels licht en hemelse muziekmaar ge
leidelijk verdwijnt de betovering van het he
mels feest. De lichten gaan uit en de mense
lijke miserie begint. Het sprookje van de
liefelijke prins die zijn herderinnetje komt
halen heeft nog altijd bijvalzij wordt im
mers prinses. Als de prins arme herder wordt
omwille van het herderinnetje, is de charme
eraf.
Pasen is het Hoogfeest, 't Is de grondslag
van ons Geloof. Kristus zelf heeft het zo ge
wild. Toen zijn vijanden een «teken» vroegen
dat zijn zending en zijn eenzelfvigheid zou
bewijzen, kregen zij als antwoord dat zij geen
ander teken zouden krijgen dan het teken
van Jonas de profeet. Zij hadden het goed
begrepen en toen ze Hem vermoord hadden
deden ze zijn graf verzegelen en deden het
militair bewaken om te beletten dat hij er
zou uitkomen.
Toch is Hij er uitgekomen, maar zijn ver
schijning was niet spectaculair. De Engelen
hebben boven zijn graf niet gezongen gelijk
ze het deden boven zijn kribbe. Ze hebben
zijn belagers niet samengeroepen om het
schouwspel van zijn wederopstanding te zien.
De soldaten van wacht hebben wel de engelen
gezien en zijn daarop gaan lopen alleen zijn
vrienden kregen Hem te zien en dan nog
maar bij tussenpozen.
Bij zijn hemelvaart ging het er anders toe.
Ongeveer vijfhonderd mensen waren samen
geroepen voor een laatste onderhoud en een
laatste eetmaal. Reeds vroeger had Hij hun
veiteld dat Hij terugging naar de Vader en
dat het goed was voor hen dat Hij zou gaan.
In het huis van zijn Vader waren veel
woonplaatsen en Hij ging voorop om hun
verblijf voor te bereiden. Hun gemeubeld ap
partement zal gereed staan als zij zelf zul
len aankomen.
Zii zien Hem tegen alle wetten van de na
tuur in. zachtjes opstijgen. Ze staan te zien
en nog te zien en als een wolk Hem aan hun
oog onttrokken heeft staan ze nog te kijken
in de hoop Hem nog en weer te zien. De
ciep van de twee stelsels heeft niets te
maken met de inrichtende macht. De
zelfde inrichtende macht kan scholen
inrichten volgens de twee stelsels. Prac
tisch is in ons land de toestand zó, dat
de meeste scholen met lekenmoraal in
gericht zijn door de openbare besturen
en dat de meeste vrije scholen opgericht
zijn door de katolieken.
Theoretisch is er wel bezwaar tegen
de inrichting van het godsdienstonder
wijs als leervak in de lekenschool, om
dat voor de katolieken de godsdienstig-
wijsgerige overtuiging niet als «vak» te
beschouwen is, maar als zuurdesem van
gans het onderwijs. Practisch is het on
derwijzen van de godsdienst als leervak
in de lekenschool een werfmiddel voor
deze laatste, een oorzaak van verwar
ring bij de katolieken. en een van de
verwijten die de niet-katolieker. ons toe
werpen. nl. dat we in «hun» scholen
binnendringen.
De aanvaarding van de dualiteit van
het onderwijs sluit deze concurrentie in.
In de praktijk wordt ze aangenomen
door de stad Antwerpen in voorwaarden
die van ver lonken naar de gelijkheid
in .rechten en plichten.
Tegen deze opvatting worden bezwa
ren gemaakt. Geen principiële bezwaren
want die zijn er niet. Practische bezwa
ren wat gaat er gebeuren met de kin
deren in de lekenscholen die thans de
katolieke godsdienstleergang volgen9 Ja,
die vraag stelt zich inderdaad, Maar er
is slechts één antwoord nl. dat de school
strijd moet blijven duren omwille van
degenen die vrede nemen met gods
dienst als leervak
De volledige gelijkheid van beide on
derwijsstelsels zal het vrij onderwijs in
de mogelijkheid stellen om de financië
le redenen, die thans opgeld maken, weg
te werken.
Er gaan katolieke kinderen naar de
lekenschool, omdat vader ambtenaar is,
omwille van een diploma, om een zoge
naamd beter gewaarborgde toekomst,
om financiële voordelen enz. Na invoe
ring van de dualiteit vallen deze rede
nen weg. Het feit dat er geen priester
in de lekenschool komt, zal vele kato-
engelen in 't wit komen hen verwittigen dat
zij nutteloos staan te zien. Hij is weg. Maar
Hij komt terug. Ten gepasten tijde zal Hij
weer verschijnen in de wolken...
De mensheid heeft uit het Paradijs de nos
talgie naar hogere sferen meegedragen. Hij
is de droom blijven koesteren van de ruim
te te veroveren. Van het paradijs over de
legende van Dedale en Icare die met was
vleugels aan hun schouders plakten en op
vlogen zo hoog. dat de zon het was deed
smelten en zij te pletter vielen. Tot de mo
derne mens die met zijn straalvliegtuigen en
raketten de ruimte beheerst, is het één wil
en één droom...
Voor de kristenmens is die droom een ze
kerheid geworden. We zullen vliegen, zonder
ons te verongelukken. Ons luchtruim zal niet
beperkt zijn. De Verrijzenis van Kristus is
het onderpand van onze verrijzenisZijn He
melvaart de zekerheid van onze hemelvaart.
Kerstfeest wordt nog gevierd door mensen
die nog maar aan Kristus vasthangen gelijk
een geel blad, in Oktober, aan de boom. Zij
zijn vallens gereed, maar trillen toch nog
eventjes mee.
De Hemelvaart vieren ze niet. Ze hebben
er schiik van en proberen ze te vergeten.
Kristus is er te veel bij. Kristus is de kam
pioen van de Waarheid. Hij kan niet om met
totentrekkerij en Hij is niet te bedotten. Hij
ziet er los door en Hij zal er met vuile voe
ten doorgaan. Hij is heengegaan om de ap-
ken. maar voor zijn vijanden heeft Hij niets
ken, maar voo rzijn vijanden heeft Hij niets
dan «daarbuiten» de eeuwige duisternis.
Aan de eerste medewerkers van Kristus
moesten de engelen komen zeggenge moet
daar zo niet naar omhoog staan... ze moesten
zich beginnen gereed maken voor het grote
werk dat Kristus hun had opgedragen. Zij
droegen de hemel in hun harte, maar hun
zending lag op de wereld. Nu zouden de en
gelen moeten komen om sommige mensen
te doen naar omhoog zien. Maar Kristus laat
ze doen. Een mens die iemand erg misdaan
heeft, komt die niet gaarne tegen. Hij zal,
als hij kan, een straatje alom gaan. Dat pro
beren ze met Kristus ook. Erg voor hen. Ge
lukkig zijn ze die, in volle vertrouwen, om
hoog zien om Kristus te gemoet te lopen
gelijk klein kinderen doen als ze, van ver,
moeder zien aankomen die terugkomt van
de markt
lieke ouders ervan terughouden hun
kinderen naar deze school te zenden.
Zijn er dan nog gedoopte kinderen die
naar de lekenschool gaan, dan is het
een heerlijke apostolaatstaak deze bui
ten schoolverband te organiseren voor
de catechese.
We zijn het ermede eens dat men de
oude schoenen die men bezit niet moet
op de vaalt gooien voor er nieuwe voor
handen zijn nl. volledige gelijkheid voor
de beide onderwijstakken. Maar om dit
doel te bereiken moet men wel de be
reidheid opleveren om zo'n oud betwist
bezit af te geven
De erkenning van de beide onderwijs
takken moet steunen op de wettelijke
gelijkheid. Ieder wettelijk onderscheid,
hetzij in plichten, hetzij in rechten, tus
sen beide onderwijstakken sluit in zich
de kiem van een schoolstrijd.
We weten dat or mensen zijn die me
nen dat de vrijheid toe op eeri zekere
hoogte moet betaald worden, en zij be
vinden zich niet alleen in het kamp van
de lekenschool. Vruchteloos zoeken we
naar steekhoudende argumenten. Er
blijft ons inziens het feit dat niemand
het recht heeft de ouders in een ongelij
ke positie te plaatsen tegenover de open
bare besturen, tegenover de wet. De
vrijwillige bijdrage van de katolieken
verdient ongetwijfeld een eresaluut,
maar ze heeft ook recht op een betere
beoordeling dan deze, dat ze best blijft
duren.
Wie als verdediger van het recht op
vrijheid inzake schoolkeuze, reeds bij
voorbaat opkomt als verdediger van de
ongelijkheid, plaatst zich op het hellend
vlak van het. compromis tussen «zwak»
en «sterk». Wie bij voorbaat reeds af
stand doet van zijn recht, wekt geen
waardering bij de tegenspeler. Er ligt
iets gluiperigs in zo'n s'andpunt, het
ruikt naar het verlangen om de school
strijd in het leven te houden. Misschien
is het een onbegrip dat groeide, omwille
van de jarenlange bedeltochten, waar
aan men siilaan is gaan houden als aan
een tweede natuur. Het is mogelijk dat
de «ongelijkheid» wordt aangepredikt
door bepaalde mensen omdat zij schrik
Alle automobilisten, op zondag 1 juli, a.s. te 10 uur 's mor
gens, ter St. KRISTOFFELBEOEVAART te Pollare.
De Dender klok