%alig oNieumjaar
Onder
de Antenne
EN WEER STAAT EEN JAAR...
AAN AL ONZE LEZERS
Vierendertigste Jaargang
Zondag 3 januari 1960
WACHTDIENST APOTEKERS
DEZE WEEK
Mr. L. Bogaert
Brusseistraat
wij de intieme overtuiging diep in ons voelen leven
wij hebben ons best gedaan, God doe de rest. Uit
deze intieme overtuiging zal dan meteen de stuw
kracht groeien om in de komende maanden, weken
en dagen, op dezelfde weg voort te gaan, torsend
al de moeilijkheden die er als zovele hinderpalen
zullen oprijzen efi wrochtend tot het bereiken van
dit doel dat ons is gesteld door onze kristel ij kv,
volkse en Vlaamse overtuiging. Niet altijd zal
het ons voor de boeg gaan, wij weten het bij onder
vinding, maar altijd zullen wij steunen op de zo
nodige hulp van de Goddelijke Voorzienigheid, hulp
die ons ook dat weten wij nooit karig noch
gierig wordt toegemeten.
Zo vaak horen wij de woorden doordrenkt
van neurastenieke levensmoeheid Wat is het
leven nog waard In vroeger tijden was 't alles
zoveel en zoveel beter Inderdaad, het leven is
hard, stelt ons haast bovenmenselijke problemen,
eist van ons en van iedereen de volle inzet van
onze persoonlijkheid. Maar precies daarom en mis
schien alleen daarom is het tegenwoordige bestaan
zoveel belangrijker, zoveel meer waard geleefd te
worden dan vroeger. Door een zaak dienen we
VERSCHIJNT ELKE ZATERDAG
Wij hebben verleden week koning Boudewijn
op zijn kruisweg gelaten in Congo. Hij is nu op
zijn 12e statie in Leo.
De auiderlijke uitbundigheid en de geestdrift
wordt niet gemakkelijk vergeten, zelfs niet door
een koning die door zijn functie zelfs gewoon is
aan handgeklap.
De bladen schrijven wel dat de ontvangst
van de vorst te Leo kalm en waardig verlopen is,
maar anderzijds moeten ze wel gewagen van het
groot polit lever toon dat de koning omringt, over
het feit dat Kasa Vubu er niet was om de koning
te ontvangen, en dat er buiten de toejuichingen ook
kreten gehoord werden als Indépendance en
Vive le Roi Kasa
Tussen 1955 en 1959 is er in Congo heel wat
gebeurd. Onder leiding van een minister van de
koning, met name Auguste Buisseret, heeft het
anticlericaiisme hoogtij gevierd in Congo. De
straat werd betrokken in de strijd tegen de
puteis en nonnen van de missies en haar scholen.
Witte en zwarte anticlericalen hebben samen ge
manifesteerd. Het zaad dat toen werd gezaaid is
opgegroeid en heeft rijke vruchten gedragen. Congo
is nooit clericaal geweest. De administratie is
altijd onder de invloed geweest van de loge. Nie
mand heeft vergeten de verbitterde strijd van pater
Cambier tegen minister Renkin die wel katoliek
was, maar toch zijn administratie moest verdedigen.
Iedereen kent ook nog de naam van de dikke
logeman die beweerde dat de rituele geslachtsdan-
sen van de negers, ter ere van de maan, even eer
biedwaardig waren als de processie ter ere van het
Heilig Sakrament.
Dat bleven twisten tussen blanken, en de
zwarten werden er niet bij betrokken. Als de loge-
broeders op reis waren door de Congolese wildernis,
deden ze gaarne beroep op de gastvrijheid der mis
sies...
Ditmaal werden negers omwil! van stoffe
lijke voordelen in het harnas gejaagu tegen de
missies. Zelfs onze nationale majoor is gaan een
handje toesteken... Doe uw ogen toe, denk aan
Brussel waar in 1944 het janhagel naar de Wetstraat
trok onder de kreet Demanv au pouvoir en gij
hebt ongeveer het beeld van Leo op onze dagen.
Onze koning zal thuis komen met lood in
zijn vleugels. Wat er verder gebeuren gaat weten
wij niet. We zijn geen Congelese toveraars. Heel
lang zullen we niet moeten wachten om te zien
welke koers de zaken zullen nemen. Vijf januari
1960 staat voor de deur...
Eén ding weten wij onder de ministers van
de koning komen er te veel namen voor die reeds
voorkwamen in de ploeg die koning Leopold aan de
dijk heeft gezet en ergst van al is de onverschil
ligheid die bij onze massa geestesgenoten heerst
voor de huidige gebeurtenissen
Als de wagen aan 't rollen gaat, kan het een
duizeligwekkende vaart worden...
Drukker - Uitgever
Paul LUYSTERMAN - JACOBS
Koepoortstraat 10 NINOVE
Telefoon 327. 27 Postcheckrek. 4786.85
Prijs per Nummer2 F.
Prijs voor Jaarabonnement85 F.
ons trouwens in deze zware taak te laten leiden
en we steunen daarbij op de zo pas door Zijn Heilig
heid Paus Joannes XXIII uitgesproken woorden
al onze zorgen, al ons trachten, al onze inspannin
gen dienen gericht op de rechtvaardigheid en op
de broederlijkheid.
W7anneer de Paus dit program van een hele
generatie zo bondig en toch zo klaar heeft voor
gehouden. dan is dit niet alleen bedoeld geweest
voor de internationale betrekkingen onder de vol
keren die onze wereldbol bewonen. Dan is dit ook,
en in de eerste plaats, voor ons eigen landeken, voor
onze eigene stad, voor ons eigen gezin, voor ons
eigen zelf geweest. Want aan de bazis van een
rechtvaardige vrede en van een rechtvaardige broe
derlijkheid op internationaal plan, ligt toch de
reehtvaardighed en de broederlijkheid die moeten
uitstralen, van ons eigen ik, naar en tot onze even
naaste. naar onze vrienden, naar onze buren.
Hoe zouden wij immers vrede en broeder
lijkheid. rechtvaardigheid en waarheidszin kunnen
veronderstellen onder de volkeren, wanneer wij
zelf. in 't diepst van ons gemoed, van ons hart en
van onze ziel, kreupel gaan aan eigen haat en vij
andelijkheid, aan leugen, aan laster en onrecht
Laat ons beginnen met ons eigen ik. Laat ons ieder
voor eicen deur vagen opdat de hele straat, de hele
stad, het hele land en de hele wereld, weldra zouden
zinderen van zuiverheid en reinheid, opdat weldra
nergens meer een plaats zou zijn voor de distelen
van de onrechtvaardigheid, voor het gif van de haat.
Alleen een daadwerkelijk samenwerken, een
broederlijk handinhandgaan kan van negen
tienhonderd zestig een beloftevol jaar maken, waar
geen plaats meer te vinden is voor al het kleine,
het onooglijke, het vaak vuile en vieslijke dat in
de petieterigheid van verzuurde egoïisten schuilt.
Op de drempel van dit Nieuwe Jaar zouden
wij deze luttele gedachten willen voorhouden aan
alle mensen van goede wil. Aan deze mensen die
onze vrienden zijn en ook aan die mensen die wij
tot oze tegenstrevers tellen.
Wij zouden wensen dat ze het levensprogram
vormden voor onze eerste minister en de ploeg van
zijn medewerkers, opdat ze zouden beseffen dat ook
de geringste krabbelaar uit hun ministeries, of de
onooglijkste wroeter uit de verwarmingskelders van
hun iuxueuse burelen, mensen zijn en broeders, voor
God even volwaardig als zij zelf. Wij zouden ze
willen zien toepassen door al onze ministrabelen,
of ze nu tot de ene of tot de andere van onze beide
kamers behoren, opdat ze mogen begrijpen dat hun
besturende rol er maar is in functie van de aanwe-
(Lees verder op blz. 2)
Weer staat een nieuw jaar voor de deur. Het
oude jaar is verdwenen in de eeuwig-wentelende
draaikolk van de nooit-stilstaande tijd. Negentien
honderd negenenvijftig behoort tot het verleden
en negentienhonderd zestig staat voor ons met zijn
mogelijkheden, met zijn moeilijkheden, met zijn
beloften, met zijn vragen, met hoop en ook met
ontgoochelingen. Wat hebben wij van het voorbije
jaar gemaakt Wat zullen wij doen met het nieuwe
jaar'' Hoe hebben we in negentienhonderd negenen
vijftig gezorgd en geijverd voor onze eeuwige en
onze tijdelijke belangen Hoe zullen we 't aanpak
ken in negentienhonerd zestig met de zaken van
onze ziel en met deze van ons lichaam
Wanneer wij even de ogen sluiten denderen
al deze vraagtekens als zovele flitsen door onze
geest en wèl ons wanneer we tevreden kunnen
terugblikken op de driehonderd vijfenzestig dagen
die ons zo pas werden gegund. Wel ons, wanneer
i 1