h rist eft \i d uu e c<y Zesendertigste Jaargang Zaterdag 8 september 1962 Drukker - Uitgever Paul LUYSTERMAN JACOBS Koepoortstraat 10 NINOVE Telefoon 327.27 Postcheckrek. 4786.85 Prijs per Nummer 2 F Prijs voor Jaarabonnement: 85 F VERSCHIJNT ELKE ZATERDAG Vóór 14 dagen hebben we een bondig overzicht gegeven van de versnelling die in de evolutie der omvormingen op velerlei gebied te bespeuren is, zowel op demografisch economisch en medhanisch gebied. v\ ij hebben ons, ter inleiding, de vraag gesteld wat bij al deze omwentelingen het lot is geworden van de enkelingen, die dan toch uiteindelijk ter- zelfdertijd de ontwerper en de onderworpene is van deze snelle vooruitgang. Maai' vooraleer te komen tot de sociaal-culturele omvormingen, moeten we toch nog even de econo mische omvormingen in het licht stellen. Hoe is het levenspeil geëvolueerd Op het individuele plan zou het banaal zijn te zeggen dat wij bijvoorbeeld meer vlees zouden ge bruiken dan onze ouders of grootouders, maar als we even een eeuw teruggaan in de geschiedenis, moet men vaststellen dat de gemiddelde werkman juist genoeg verdiende om zich twee pond broed aan te schaffen, per dag en per persoon ten laste. Indien men nog verder wil teruggaan tot de 18e eeuw, dan leert men ons dat de handarbeider jaarlijks genoeg verdiende om zich 20 liters wijn, 2 kg suiker en 5 kg vlees aan te schaffen. La Bruyère een gekend Frans schrijver sohiideide de mens van zijn tijd af als «des «inimaux bizarres se nourrissant de ra omes». Het hoeft dus geen betoog dat de voeding in hoge mate is vei beterd. Deze verbetering is natuurlijk hc-t gevolg van de verhoging van het gemiddeld inkomen. Van 1759 tot 1956 is de koopkracht van het mi nimumloon verzesdubbeid wat niet alleen toegelaten heeft de eigenlijke voeding te verbeteren, maar tevens een verhoging heeft bewerkt van de cultuur en van de ontepanningsuitgaven. Ook de medische vooruitgang mag hier niet worden vergeten. De verlenging van de gemiddelde levensduur van de mens is een vaststaand feit. Zo geven de cijfers bijvoorbeeld voor Frankrijk in 1750 gemiddelde levensduur omtrent 80 jaar in 1850 gemiddelde levensduur omtrent 39 jaar in 1900 reeds boven de 46 jaar gemiddeld in 1935 bereikte men gemiddeld 55 jaar in 1960 bereikte men gemiddeld 68 jaar up het nationale plan is het verdrag van Rome dat de geleidelijke afschaffing der tolmuren voor ziet en dat voor de landen van de gemeenschappe lijke markt werkelijkheid zal worden in 1970, de meest recente verwezenlijking. De werkkrachten zullen zich dan vrij kunnen bewegen, zodat zij het land zullen kunnen kiezen dat hen het hoogste levenspeil te bieden heeft. De onderneming van haar kant kan heden niet méér worden dan een patrimonium waarvan de eigenaar alleen zorgt voor de vruchtbaarheid ervan. De werknemer heeft medezeggingschap verkregen terwijl een bedrijf niet langer zo maar kan stilge legd worden zonder een voorafgaandelijke vergoe ding van het personeel. De gevolgen van deze economische omvormingen zijn zeer welsprekend de ondernemingen, willen zij in leven blijven, zijn verplicht zich aan te pas sen want men kan niet meer ontsnappen aan de nationale of zelfs internationale mededinging. Ze moeten zich aanpassen om te kunnen voldoen aan de noden van haar personeel deze noden zijn parallel geëvolueerd met de economische omvor mingen en vormen een geheel van sociaal-culturele omvormingen. Sociaal-Culturele Omvormingen De sociaal-culturele omvormingen die we hier bedoelen slaan niet zozeer op het le-venspeil zelf maar wel op de levenswijze, wat dus alvast bete ken i aat hei hier gaat over moeilijke berekenbare verschijnselen. Vermindering van de Wekelijkse Arbeidsduur In het jaar 1900 werkte men gemiddeld 64 uren pei week. In 19o8 werd dit 45 uren per week, ter wijl in sommige sectoren de 40 uren-week reeds volop van toepassing is. Wel te verstaan dat deze verwezenlijking niet zonder strijd vanwege de weiknemers is bereikt geworden en dat anderzijds het probleem van de vrije tijdsbesteding nieuwe eisen stelt voor degenen die zich bezig houden met de ,v eizoiging van de morele gaafheid van het individu. Verlenging van de Actieve Levensduur Op de tijdspanne van 100 jaar is de aktieve Le- enstijd verdubbeld. Eertijds werkte men 25 tot 30 jaar en stierf men betreKkelijk jong tegen woordig werkt men 45 tot 50 jaar terwijl een vele hogere ouderdom wordt bereikt. Het aantal gepensiomieerden is dan ook aanzien- lijk gestegen zodat soms reeds wordt gepraat over een eventuele verschuiving van de pensioengrens. wat volledig in tegenstrijd zou zijn met de mening die de massa er over dit punt op nahoudt. Verandering van het Werkkarakter Het is een feit dat er een algemene strekking bestaat ter vermindering van de aan te wenden spiei ki acht* dit ten gevolge de mecanisatie der productiemiddelen. De meest afdoende illustratie hieian wordt ons de laatste dagen eens te meer geboden op onze rijke landbouwvelden, waai de meest moderne landbouwmachines het zware la- beurwerk der boeren hebben overgenomen. Wij me nen te weten dat onze boeren zich om deze ont lasting in het geheel geen kwaad bloed zetten. In tegendeel. de vrijgekomen tijd heeft hun toegelaten zich bezig te houden met nieuwe culturen, verede ling van gewassen allerhande, alsmede hun eigen comfort te verbeteren. W at men ook nog kan vaststellen is een zekere omvorming der funkties, een soort splitsing zie de specialisatie van de beroepen. an de ketellapper van vroeger is geen sprake meer. Tegenwoordig is men plaatbewerker in de scheepsbouw, in de automobieibouw, in de koper bewerking, in het roestvrij staal enz... esz... Door de grote evolutie die plaats had is eveneens het aantal beroepen in sterke mate toegenomen. Denken we maar even aan de ontwikkeling van de mecanografie, de vliegtuigbouw, de instrumen tatie, de complexe electronische machines en de automatie. "V oegen we er bij dat het in deze sector juist functies zijn die zeer goed worden betaald. Duur der Studies en Ontwikkelingspeil In tegenstelling met de toestand voor 50 jaar, kan tegenwoordig iedereen lezen en schrijven. .De schooltijd is verplichtend tot 14 aar en het wordt hoog tijd deze op 16 jaar te brengen. De schoolbevolking neemt jaarlijks in grote ma te toe, terwijl het hoger onderwijs voor bijna ieder begaaid student in het bereiK ligt. De keuze van onderwijsinrichtingen is zo groot geworden dat een degelijke voorlichting meer dan ooit rekening dient te houden met de toestand die we over een 20tal jaren zuilen bereiken. Verandering in de Familiale Verhoudingen Eertijds, wanneer men rekening houdt met de kleinere gemiddelde levensduur, was de grootvader de man van de voorlaatste generatie de «over levende» die een grote levensonderving bezat en zich hierdoor aan zijn nakomelingen logischerwijze opdrong. Dit gaf aan de familie haar patriarchale structuur. Deze structuur in het biezonder is tegen woordig bijna uitzondering geworden. Er wordt thans jong getrouwd, meestal zonder enige levensondervinding, terwijl het samenleven door de verhoging van de gemiddelde levensduur, steeds langer wordt. Anderzijds is het prestige van de ouders tegen over hun kinderen in grote mate verminderd door het feit dat hun competentie heel vlug overtroffen wordt op de tijd van een halve generatie. Ze moeten nochtans de vaste lichtpaal zijn waarnaar de aan- komeling met zijn nood aan veiligheid moet kunnen richten indien hij de goede richting dreigt te verliezen. Deze familiale verhoudingen laten niet na hun gevolgen te doen wegen op het gebied van de bevelvoering. Inderdaad, men behandelt de jonge arbeider niet meer als vroeger. Om met hem om te gaan moet men hem ook kunnen begrijpen, at dan ook grote eisen stelt aan ihen die geroepen zijn mensen te bevelen. Verbetering van het Comfort Globaal genomen veropenbaart zich het comfort dooi een vermindering van de arbeidsvermoeienis, tengevolge der inspanningen die werden gedaan op het vlak van de arbeidsorganisatie, alsmede van de bijzondere zorg die werd besteed om systematisch de machines aan te passen aan de mens die er zich moet -van bedienen. Ook op huishoudelijk plan is grote vooruitgang te bespeuren door de verschijning van een lange serie apparaten die aan de huisvrouw toelaten vlug ger en met mindere vermoeidheid haar dagtaak te verrichten. Gevolgen De meerdere sociaal-culturele omvormingen houden de noodzakelijkheid in te mediteren over Lees verder op pagina 2. erin E^6/ Onze Evolutie..

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1962 | | pagina 1