d Bhb/ ZIJN WE ZO RIJK t DE WEEK IN BEELD Tweeënveertigste Jaargang Zaterdag 16 november 1968 U.S.A. MIDDEN-OOSTEN Drukker - Uitgever PAUL LUYSTERMAN - JACOBS Koepoortstraat 10 - NINOVE Telefoon 327.27 - Postcheckrek. 4786.85 Prijs voor Jaarabonnement 110 fr. Prijs per nummer 3 fr. VERSCHIJNT ELKE ZATERDAG Dat is een vraag die we ons zelf wel eens stellen als we in de krant lezen dat een of andere negerkoning, president van een verarmde Zuid- Amerikaanse republiek of staat van een onderont wikkeld Aziatisch gebied bij de regeringen van West-Europa komt aankloppen om een of ander handelsakkoord af te sluiten. We zijn wijs genoeg om te beseffen dat het in werkelijkheid gaat om hulp te vragen in het kader der hulp aan ontwik kelingslanden, en we hebben daar absoluut niets tegen. Integendeel, want het is beter te kunnen helpen dan zelf te moeten geholpen worden. Dat sluit evenwel niet uit dat we ons zelf wel eens afvragen zijn we, hier in West-Europa, dan zo rijk dat we van onze overvloed anderen kunnen helpen Wel, alles goed ingezien, geloven we daarop een bevestigend antwoord te kunnen geven. Om zich van dit feit goed bewust te zijn volstaat het een kaart van Europa te nemen, één been van een passer op Antwerpen te prikken en een cirkel te draaien met een straal van 500 km. vogelvlucht - één uur ken vliegen per jet - en ge omschrijft met een het rijkste en werkzaamste deel van de ganse wereld. Binnen dit kader vindt ge op het vasteland de havens van Amsterdam, Rotterdam, Hamburg, Le Havre en Antwerpen. In het westen Londen, Sout hampton en Liverpool, allemaal voorkomende op de lijst van de tien grootste havens ter wereld, om niet te spreken van het groot aantal havens van minder, zij het dan nog van groot belang. de leider van dit oppermachtig Westers blok zal worden, iets waarover we het wel een andere keer zullen hebben. Het is derhalve niet zo verwonderlijk dat de minderbedeelde landen zich tot ons wenden met de goede bedoeling om, dank zij onze hulp, net eisen volk tot een hoger levensniveau te brengen en het is en blijft onze plicht te helpen waar het kan. Hier willen we terloops toch opmerken dat zij die om onze bijstand vragen ook moeten dulden dat nauwkeurig toegekeken wordt in welke mate de bevolking van onze hulp geniet. Het is met e eerste maal dat tientallen miljoenen, overgeveld naar bepaalde landen, verdwenen in de zakken der regeerders. Niet zonder sporen achter te laten in Zwitserland, of nog schandaliger, te Brussel zelf. Wij houden het, voor ons part, meer bij tech nische hulp onder vorm van leraars en bedrijfs- machines, zodat de verarmde bevolking m eigen behoeften kan voorzien. Want de behoeften zullen de vraag scheppen, de vraag schept de productie en de productie het werk. En precies dit laatste is iets waar de bevolking der warme landen met al te scheutig op is. Deze mensen het nut van een werkzaam leven te doen inzien is niet ons, wel het werk van opvoeders en missionarissen. Dat is dan weer een ander zicht op de hulp aan ontwikkelingslanden waarover we het. ook la- ter eens, zullen hebben. Diegenen die tegen het federalisme zijn roepen nu van alle daken dat het systeem niet deugt. Ze willen er echter op wijzen dat federalisme met betekent dat twee ministers eenzelfde portefeuille beheren, maar wel integendeel dat zij gans afzon derlijk kunnen optreden, elk in hun gebied. Verder staat de regering Eyskens-Merlot voor vele moeilijkheden. De oplossingen die voorgesteld worden voor de grote vraagstukken, kunnen alleen maar in praktijk omgezet worden na een grond wetsherziening. Hier heeft men de medewerking van de P.V.V. nodig om tot een tweederde meer derheid te komen in het Parlement. De liberalen eisen echter dat zij in de regering zouden opgeno men worden alvorens hun steun te verlenen. Van daar de impasse. Binnen dezelfde omtrek vinden we industriële gebieden als Rotterdam en Antwerpen - petro chemisch de sterkste ter wereld de Ruhr met zijn zware industrie en autofabrieken, de Saar, het sterke industriële gebied rond Parijs, en last bul not at least London, Leeds, Coventry, Manchester en Birmingham. En we noemen dan nog alleen maar de voornaamste. Samengeperst binnen deze op wereldvlak gezien zeer enge kring, zit de dichtste bevol- EIGEN LAND king, gewend aan een zeer hoge levensstandaard, met een elders nooit gekende scheppingskracht op elk gebied. Het is onbegonnen werk de namen te noemen van ganse ritsen universitaire centra, la boratoria allerhande, technische hoge scholen en dies meer, evenmin als het mogelijk is de finan ciële macht van deze werkelijke navel van de wereld te schatten. Hierbij vergeleken zijn zowel de U.S.A. als de Russen maar kleine kinderen, dit weze gezegd zonder overmoed. Jammer genoeg is voor het ogenblik een strijd aan de gang om te zien wie Aangezien de Kamers nu terug samen komen vragen we ons natuurlijk af wat de toekomst ons kan brengen. Op de eerste plaats kunnen we opmerken dat het verdelen van zekere ministerportefeuille geen goed resultaat afgeworpen heeft. Onze ekonomie wordt geleid door drie ministers die hun tijd ver liezen met oneindig redetwisten onder elkaar zon der iets positiefs op te leveren. Hetzelfde kan aan gehaald voor onze ministers van openbare werken, van kuituur, enz... Toekomend jaar krijgen we dus een Richard Nixon aan het hoofd van de Verenigde Staten. Ve len menen dat hij misschien een gevaarlijke poli tiek zou kunnen inluiden. Laten we hiei toch op merken dat de republikein Nixon zal moeten re geren met een kongres waar de meerderheid toch demokraten zijn. Anderzijds gebeurt het ook wel vaak dat iemand zijn koers wijzigt eenmaal dat hij voor zijn verantwoordelijkheid wordt geplaatst. In ieder geval zal het geen gemakkelijke taak zijn om de expansie van het kommunisme in de wereld in te dijken. Dan hebben we nog de ekonomische moeilijk heden die misschien hun oplossing zullen vinden in de omvorming van het monetair stelsel. Dit dan uitsluitend om te wijzen op een paar problemen op het internationale vlaK. Een oplossing voor het geschil tussen Israel en de Arabische landen zal nog zo spoedig niet gevonden worden. Op de eerste plaats lopen de Arabieren meer en meer over naar het Sovjet- kamp. Jordanië, een van de laatste landen dat min of meer een koers volgde gericht op Londen en Washington, gaat nu misschien ook van kamp ver wisselen. Kan men het Koning Hoessein kwalijk nemen Hij bevindt zich in een zeer moeilijke politieke positie aangezien zijn land ekonomisch zeer verzwakt werd na de zesdaagse oorlog. An derzijds kan hij in het Westen nergens wapens •bekomen terwijl Israel een belangrijke levering gevechtsvliegtuigen krijgt uit Amerika. De Joden geven er zich ook rekenschap van dat vroeg of laat hun leger het onderspit zal moeten delven. Het schijnt dat zij een ernstige inspanning leveren om zeer binnenkort de atoombom te ontwikkelen. Zeer gevaarlijke taktiek om een nieuw kon- flikt te vermijden. e^n

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1968 | | pagina 1