e
en
Vlaams
IN MEMOKIAM
D' Fr. Hemerijckx
Zevenenveertigste Jaargang
Vrijdag 13 juli 1973
D HEMERIJCKX WERKT IN INDIE
Drukker - Uitgever
PAUL LUYSTERMAN - JACOBS
Koepoortstraat 10 - 9400 NINOVE
Tel. 054/327 27 - Postcheckrek. 4786 85
Prijs voor Jaarabonnement 170 Fr.
Prijs per nummer 5 Fr.
VERSCHIJNT IEDERE WEEK.
Vervolg van de lofrede over wijlen D Frans
Hemerijckx uitgesproken door P. G. Janssens ter
vergadering van de Koninklijke Vlaamse Academie
voor Geneeskunde van België op 16 december 1972.
IV.
De uiterst vruchtbare loopbaan van Frans He-
merijcikx kende door het samenvallen van een
reeks toevallige omstandigheden een tweede en
verrassende fase. De aanleiding was een onvei-
wachte milde gift van de Indische regering ten
bate van de Belgische slachtoffers van de over
stroming van februari 1953. Koning Leopold ging
hiervoor Ambassadeur Malik zijn dank betuigen
op een bijeenkomst in Parijs. Het verloop van hun
conversatie bracht hem er toe Indie hulp aan te
bieden bij hun leprabestrijding. Hunnerzijds had
den de EE. PP. Moyersoen en Falon aan de Indi
sche regering éénzelfde voorstel gedaan. Dit idee
zou een vaste gestalte krijgen tijdens een bijeen
komst op het Kabinet van de Hr Ludovic Moyer
soen, toenmalig minister van Binnenlandse Zaken.
Aldus was de weg opengesteld voor dit nieuw ini
tiatief dat, onder hoge bescherming van Koning
Leopold, zou opgericht worden onder vorm van een
Fondation Beige pour la Lutte contre la Lèpre
voorgezeten door Prof. Maisin en mei de nodige
gelden voorzien door een milde steun van giaal Dl-
launnoy en een aantal begit tigers.
De naam van Frans Hemerijckx wordt vooruit
gezet als mogelijke leider van dit project. In de
loop van zijn dienstverlof, 1954, wordt hij aange
zocht door de Koning om deze opdracht te aanvaar
den. Niet zonder een begrijpelijk langdurig aarze
len aanvaardt hij deze nieuwe taak. Zodra de be
slissing was gevallen vertrekt hij naar Indië. Aldus
legt hij vanaf december 1954 zijn eerste contacten,
basis van een volstrekt noodzakelijke prospectie.
In januari 1955 wordt hij ontvangen door Mevrouw
Raj Kumar 1 Amrit Kaur, discipel en gewezen se
cretaresse van Gandhi, nu Minister van Volksge
zondheid en als dusdanig verantwoordelijk voor de
gezondheid van méér dan 500.000.000 mensen. Frans
Hemerijckx wordt onmiddellijk ingenomen door
de waardige eenvoud en de hartelijke welwillend
heid van deze grote dame. Zij bezorgt hem dadelijk
de onmisbare administratieve steun voor zijn vei-
dere besprekingen. Na discussie van zijn opdracht
met de Directeur-generaal voor Volksgezondheid,
Lt. Generaal Dr. Laskmanan, later Secretaris-gene
raal van het Indische Rode Kruis en de Indische
Anti-Lepraliga (Hind Kusht Nivasan Sangh) on
derneemt hij een rondreis door West-Bengalen, met
Calcutta, Orissa en de staat Madras.
Na zorgvuldig overwegen van de adviezen van
leprologen en anti-lepra organisaties, laat hij zijn
keuze vallen op Polambakkam, nabij Tirumani-
Chingleput. Op deze plaats stond het verlaten,
bouwvallig Night Segregation Center of Polam
bakkam gesticht in 1939 door Cochrane. Gelegen
op 75 km ten zuiden van Madras, bevond het zich
verder in de buurt van het Groot Instituut voor
Lepra research van Chingleput. De ligging was der
halve zeer voordelig. De opdracht zeif w as e^htei
weinig enthousiasmerend. W at betekent het toevoe
gen van nog maar één leprozerie aan de bestaande,
dit kon evenmin een oplossing brengen voor de
2.000.000 Indische melaatsen. Het objectief werd
beperkt tot een gebied dat 'binnen een radius van
30 tot 45 km 885 dorpen met 500.000 inwoners telde,
maar dit zou dan ook volledig onder controle wor
den gebracht, zodat een vroegtijdige specifieke be
handeling het ontstaan van nieuwe mutilaties en
het verschijnen van nieuwe gevallen zou kunnen
voorkomen.
De Indische autoriteiten gaven de toelating om
bij dit werk een groep van drie A.F.I.-leden te
mogen inschakelen, die ter beschikking waren ge
steld van de Indische geneeskundige dienst.
Op 12 mei 1955 komt deze vierkoppige ploeg
te Madras aan, alwaar ze met de gebruikelijke bloe
menkransen worden bedacht, maar vooral met
enorm veel vriendschap ontvangen, o.m. door Sir
Shri Tachakardunatera Jagadisan, de eerste secre
taris van de Hind Kusth Nivaran Sangh.
Dr. Claire Vellut en de verpleegsters Hélène
Eenberg en Simone Liégeois beginnen ter plaatse
nun leprastage, terwijl Frans Hemerijckx naar Po
lambakkam vertrekt. Het centrum moet zo goed
mogelijk hersteld worden en ten spoedigste bedrijfs
klaar gemaakt. Het wordt voor hem een zeer be-
diijvige periode ter plaatse is er geen nagel te vin
den. Dit kan hem niet verhinderen het eerste dak
reeds op 6 juni 1955 klaar te hebben. Cp 7 juli Kan
de A.F.I.-ploeg zich definitief installeren en op 9
juli wordt de eerste klinische zitting gehouden voor
167 leprozen.
Bij de overname was er nog een ayurvedische
arts aanwezig, die zowat 600 melaatsen verzorgde
en drie subcentra bediende. In de loop van de eerst
volgende week richt de ploeg vijf nieuwe subcentra
in. De verveelvuldiging gebeurt verder in snel tem
po waarbij gebruik wordt gemaakt van verandahs,
van community centers van pandas van de
dorpstempel of meestal zelfs een oude statige ooom.
De 'klinieken onder de bomen waren geboren.
Op 19 september 1955 wordt het Belgian Le
prosy Center officieel ingehuldigd door de Gou
verneur van Madras. Sri Shri Praskassa op dit
ogenblik waren reeds 2.400 mensen in behandeling.
Na één jaar 'bedraagt dit aantal 10.700 en ligt nu
rond de 20.000.
Het vermenigvuldigen van behandeLngs-
posten is op zichzelf niet voldoende, ze moeten ook
stipt bediend worden. Daartoe is organisatie, maar
ook personeel nodig. Het onontbeerlijke parame
disch personeel was onbestaande in Indië. De ploeg
neemt dan ook hun opleiding prioritair in handen.
Naarmate dit hulppersoneel zijn vorming heeft ge
kregen, worden ze over de 54 zones verdeeld. Deze
hulpkrachten worden de speerpunten van de orga
nisatie. Hun opdracht is de medische volkstelling,
het vroegtijdig depisteren en diagnosticeren der ge
vallen, het schoolonderzoek naar lepragevallen, de
huisbezoeken bij de wegblijvers, alsook de speciale
behandelingen. Zij verzekeren drie van de vier
maandelijkse klinieken, terwijl de arts de vierde op
zich neemt. Alsdan onderzoekt de leproloog de pa
tiënten volledig, regelt hun behandeling, inbegre
pen de aanleg van lpop-plaast er verbanden en het
nemen van moulages voor orthopedisch schoeibel.
In 1958 wordt de pleeg versterkt met de twee
Indische artsen, de Drs. E.P. en S.I. Vaïdynatnan,
man en vrouw. Zij is dermatologe, hij hao zich ge-
spepcialiseerd in herstelchirurgie te Vellore, onder
leiding van de befaamde chirurg Brand. Het eerste
gedetailleerd verslag over de werking van het Cen
trum verschijnt einde 1958. Het is een uiterst be
langrijk document op gebied van leprabestrijding.
De Minister van Volksgezondneid Siari Karmarker
geeft er zich rekenschap van en iaat dadelijk 1.000
extra exemplaren drukken om ze te verspreiden in
alle anti-lepracentra van het Indische subcontinent.
Deze verbazingwekkende dynamische anti-le-
pracampagne speelt zich nochtans at in hetgeen
men eens de grootste anti-lepra eenheid tei ereld
heeft genoemd. Het centrum oedient i 50 dorpen,
behandelt meer dan 40.000 leprozen, verzekert te
vens de controle van een 7.000 niet-actieve gevallen
Deze indrukwekkende activiteit berusi op een ijf-
tigtal landelijke hulpposten, veelal teruggebracht
tot openlucht-boomklinieken en een cottage hos
pital van 45 bedden. Dit laatste is voorzien van
een laboratorium, een afgekoelde operatiekamer,
een Röntgeninstallatie en een eenvoudige fysio-
therapeutische afdeling.
In juli 1960 wordt, zoals voorzien, het Centrum
officieel overgedragen aan de Indische regering. De
vier artsen, 50 hulpkrachten, de 54 hulpklinieken
on de behandeling \an 25.000 leprozc-n wordt nu
volledig gefinancierd door de Indische regering. De
ze heeft daarenboven de verantwoordelijkheid op
zich genomen van de betaling der drie Europese
personeelsleden, Dr. Claire Vellut wordt als direc
trice van het Centrum behouden.
Wanneer een dergelijk bilan wordt voorgelegd,
rijst telkens onwillekeurig de vraag hoe is het mo
gelijk geweest om zulk een organisatie operationeel
te maken in een dergelijk korte tijdslimiet en dit
met een handvol medewerkers. Het antwoord is
eenvoudig door de volledige, enthousiaste en nooit
versagende inzet van een uiterst bekwame ploeg,
die duidelijke objectieven nastreeft met beproefde
en lokaal aangepaste middelen. De geest van deze
ploeg kan niet beter worden geconcretiseerd dan
met de nu befaamde slagzin een ploeg waar nie
mand beveelt, maar iedereen gehoorzaamt De
(Lees verder op pagina 2)