vu
u'QQms bh
Ekonomische
DIEFSTALLEN
IN GEMEENTEHUIZEN
TwMinvijftlgste Jaargang
Vrijdag 5 mei 1978
Jaar
1973
1974
1975
1976
1977
Totalen
EN NOG DE RAADSZITTING
VAN 30 MAART 1978
Drukker - Uitgever
PAUL LUYSTERMAN JACOBS
Koepoortstrael 10 - 0400 NINOVE
Tel. (054) 33 27 27 - Prk. 000-0478685-87
Prijs voor Jaarabonnement 395 Fr.
Prijs per nummer: 9 Fr.
VERSCHIJNT IEDERE WEEK.
Dagelijks kan men vaststellen hoe onrustwek
kend onze ekonomische toestand blijft en men kan
zich wel degelijk afvragen hoe deze situatie terug
kan opklaren.
Vroeger beheersten enkele monopolies alle ak-
tiviteiten. Tijdens de Middeleeuwen lieten de groot
grondbezitters de laten voor hen werken voor
een hongerloon. Enkele tientallen jaren terug be
heersten enkele families onze ekonomie en lieten
de werknemers voor een klein loon werken.
Inmiddels is er bij ons veel gewijzigd en men
zou nu bijna durven te beweren dat de zaken precies
andersom zijn en een van de gevolgen hiervan is
de huidige krisistoestand.
De belastingen zijn zeer zwaar voor iedereen.
Een familie waar man en vrouw loontrekkende zijn,
moet vaak vijf of zes maanden per jaar voor vader
tje Staat werken. De belastingen zijn nog veel zwaar
der voor diegenen die na betaling ervan ook nog
moeten zorgen voor de nodige investeringen in een
bedrijf.
Uiteindelijk is het monopolie nu verschoven naar
de Staat waar het dan moeilijk wordt de nodige
kontroles uit te oefenen, met ais gevolg dat er veel
van onze mogelijkheden verloren gaan.
Men zou moeten betrachten het evenwicht te
herstellen tussen Staat, werkgevers en werknemers.
Ook op het wereldvlak lijkt de toestand niet nor
maal. Honderden miljoenen mensen in de onderont
wikkelde landen leven in abnormale omstandigheden
en deze die werk vinden ontvangen vaak niet meer
dan 50 fr. per dag.
Vergeleken met die toestand leven wij werke
lijk in een luilekkerland, en dit niettegenstaande de
krsis. Deze onderontwikkelde landen beginnen
stelselmatig onze ekonomie te boycotten, wat dan
tenslotte ook geen oplossing is. Beter zou het zijn
een toestand te scheppen om tot een kiimaat van
samenwerking te komen in het voordeel van elke
partij.
Meer en meer zullen wij moeten aanvaarden
dat sommige basisindustrieën grotendeels zullen ver
plaatst worden naar andere landen waar talrijker
en goedkoper werkkrachten voorhanden zijn. Men
denke vooral aan die industrieën die kunnen werken
met weing hooggeschoold personeel.
Anderzijds zullen we bij ons deze takken van
de industrie moeten uitbreiden die zeer veel gespe
cialiseerde vaklui tewerkstellen. Maar vaak worden
hier dusdanige technologische eisen gesteld dat
men zeer dikwijls ook tot internationale samenwer
king moet overgaan, bijvoorbeeld in het kader van
Euromarkt en zo ook blijft het eerder een status quo.
De oplossingen bestaan om de toestand te nor
maliseren; de moeilijkheid zal er eerder in bestaan
de leiders te vinden die werkelijk de nodige maat
regelen kunnen opdringen.
Hieronder een tabel waarin, wat de Belgische
identiteitskaarten betreft het aantal diefstallen en
de hoeveelheden tijdens de jongste 5 jaar ontvreem
de stukken zijn vermeld.
Naar aanleiding van diefstallen van identiteits
kaarten op gemeentehuizen, stelde een volksverte
genwoordiger een reeks vragen aan de bevoegde
minister.
De kwestie belangt ons ook aan vermits het
stadhuis van Ninove bezocht werd door dieven die
er van onder muisden met de droogsiempel van de
gemeente, die weken nadien toevallig te Brus
sel ontdekt werd.
Het ANTWOORD van de minister
Sinds verschillende jaren maakt mijn departe
ment zich bezorgd om het toenemend aantal dief
stallen van Belgische identiteitskaarten in de loka
len van de gemeentebesturen.
Zo wordt bij omzendbrief van 24 april 1974,
bekendgemaakt in het bestuursmemoriaal van elke
provincie, aan de colleges van burgemeester en
schepenen de strenge verplichting opgelegd alle no
dige maatregelen te treffen ter voorkoming van ver
lies en vernietiging van de identiteitskaartformulie
ren, waarvan de voorraad voortdurend achter slot
moet worden bewaard.
Bij rondschrijven van 31 januari 1977 werd door
mijn ambtsvoorganger aan die omzendbrief herin
nerd en tevens aangedrongen op strikte naleving
van de volgende voorschriften
1) De voorraad identiteitskaarten moet in een
safe worden bewaard.
Voor zover de schikking van de lokalen zulks
mogelijk maakt, moet de toegang tot die safe zoveel
mogelijk worden bemoeilijkt
2) De safe moet worden geplaatst in een lo
kaal dat van de politiepost afhangt, tenzij die in
een ander gebouw is ondergebracht
3) De droogstempel (reliëfstempel) die het ge
meentezegel reproduceert (rf. nr. 182, 11° van de
Algemene Onderrichtingen van 31 december 1970)
moet op een andere plaats achter slot worden be
waard
4) Uit de safe mag slechts de hoeveelheid
kaarten worden genomen die strikt noodzakelijk is
voor de dagelijkse afgifte.
De toepassng van die voorschriften blijkt doel
treffend te zijn aangezien het aantal diefstallen in
1977 merkelijk is afgenomen.
Aantal diefst.
5
11
14
26
4
60
Aantal I.K.
1.073
2.231
1.539
2.206
1.005
8.054
Vanwege C.V.P.-Raadslrd CLEMENT PRIIELS
ontvingen wij nog enkele aanvullingen omtrent zijn
tussenkomst tijdens de gemeenteraadszitting van 30
maari 1978 betreffende de adyiezen van de Kulturele
Raad inzake betoelaging en de houding van het Col
lege daartegenover
1) Wij hebben de aandacht gevestigd op de
verslagen van de vergaderingen van de Kulturele
Raad. Of deze verslagen de weergave zijn van de
beraadslagingen moet in de K.R. zelf beoordeeld
worden, maar aangezien de verslagen telkens goed
gekeurd werden mag een positief antwoord gegeven
worden. Wij hebben NOOIT gezegd dat de K.R. zijn
bevoegdheid te buiten ging. Integendeel.
2) Uit deze verslagen blijkt dat de Schepen van
Kuituur de adviezen overgebracht heeft en dat de
K.R. opdracht kreeg een voorstel van betoelaging uit
te werken.
Dat was de reden waarom wij aan de Schepen
van Financiën gevraagd hebben of hij de verslagen
uit de K.R. gelezen had. Daaruit kon hij de goede
trouw van de K.R. aflezen. Het College kon ingaan
(geheel of gedeeltelijk) op de adviezen van de K.R.
door een begrotingswijziging voor te stellen.
3) Discussie over kulturele kredieten had ook
plaats bij de bespreking van de begroting 1978 (in
commissie en openbare zitting). Wij hebben toen
voorgesteld
de kredieten bestemd voor de socio-cultu-
rele sector te globaliseren. Hieraan werd gedeelte
lijk gevolg gegeven. Toelagen voor ontspannings
verenigingen (vrouwenbonden en bejaardenbon
den werden overgeheveld.
en ze te verhogen teneinde een rechtvaar
dige betoelaging van de verenigingen te bekomen,
ook in vergelijking met andere sectoren (o.a. feeste
lijkheden en sport). Hieraan werd geen gevolg ge
geven.
4) Wij hebben aan de Schepen van Financiën
ook gevraagd of de rechten van de Gemeenteraad
in acht genomen werden, gezien de bepalingen van
het decreet op het cultuurpact. Hierop kwam geen
antwoord.
d
e^n
