HET DEVIES VAN ONZE STAD
De lijdensweg van ons
oud gemeentepersoneel
Vrijdag 11 april 1980
Vierenvijftigste Jaargang.
Drukker - Uilgever
PAUL LUYSTERMAN IACOBS
Koepoortstraat 10 - 9400 NINOVE
Tel. (054) 33 27 27 - Prk. 000-0478685-87
Prijs voor Jaarabonnement440 Fr.
Prijs per nummer10 F.
VERSCHIJNT IEDERE WEEK.
Ninove staal verheerlijkt in een juweel van een
wapenspreukde oudste, de stoutste en de wijste
der steden Die spreuk wordt dan ook bij elke ge
legenheid en op ieder ere-plakket in herinnering ge
roepen. Terecht, zo schijnt hetwaarom zou men
niet fier mogen zijn op dit oude compliment
Alleenklinkt het niet een beetje tè fraai om
als compliment bedoeld te zijn En hoe oud is onze
spreuk
Om de laaste vraag het eerst ie beantwoorden
Antoon Sanders, alius Sanderus, citeert de spreuk
in zijn FLANDRIA ILLUSTRATA, - een beschrijving
van Vlaanderen die in 1641 te Amsterdam werd uit
gegeven.
De spreuk is dus iets vroeger betuigd dan de
kapelanie van het veelbesproken Carelhooft. Een ge
luk misschien, want God weet of men anders ook
in deze woorden geen verschrijvingen en negentien-
deeeuwse fouten had gevonden
Dezelfde Sanderus acht het wel nodig zijn lezers
ervoor te waarschuwen dat de spreuk niet ernstig
bedoeld is. Nadat hij de poorten van Ninove heeft
opgesomd, voegt hij er als een curiosum aan toe
dat zij zelden gesloten worden. Hieruit wordt spot
tend afgeleid dat Ninove de stoutste (d.i. de moe
digste) der steden is: de stad wacht immers met
open poorten de vijand op
De geschiedenis die aan de bijnaam Wortel
krabbers vastzit, is een variatie op hetzelfde the
ma wanneer die fameuze Ninovieter een wortel als
sluitpin gebruikte, dan was het omdat het gepaste
tuig al lang niet meer te vinden was. 't Zal verdwe
nen geweest zijn zoals de bloemen van 't stad op
heden. Men kon toen nog niet telefoneren naar de
de Bodtkaai, want die lag er nog niet. En er was
ook nog geen Ninove-info om er allemaal een scho
ne verklaring voor te geven.
Poorten zijn altijd een zwak punt geweest. Wij
houden ons hart vast bij de gedachte aan de restau
ratie van de Koepoortmen heeft het nu met het
abdijpoortje al zo kwaad. Een ontroerende geschie
denis, een dramaatje in vele bedrijven en met on
verwachte wendingen En wanneer ik nu die gevel
zie, dan vraag ik me af of de daklijn zonder boere-
vlechten wel stijlzuiver is, in harmonie met de oude
steen die men per se gebruiken moest
Ninove was dus de stoutste der steden.
Zij was ook de oudste der steden. Sanderus
acht dit al even ernstig Ninove is de oudsre,
omdat zij de naam heeft van de hoofdstad van de
AssyriërsNinive. (Sanderus noemt Ninove in het
Latijn Ninive van Vlaanderen»). Men weet er im
mers, zo schrijft hij, de preekstoel van de profeet
Jonas aan te wijzen, nl. de puinhopen van de oude
burcht. Die puinhopen heeft Sanderus kunnen be
wonderen in de brousse achter de bloemenmarkt
van de 1ste april. Misschien zou hij nu twijfelen of
dit niet eerder de mestvaalt van Job is geweest,
waarop deze afgeschafte heilige scherven vond om
zijn zweren mee te krabben.
En waar heeft Ninove tenslotte de titel wijste
der steden verdient Weer is de verklaring zeer
eenvoudig omdat de burgergilden geen nar heb-
ben en omdat de Vismarkt netjes blijft, door het
feit dat er zelden vis wordt aangeboden.
Wijs wil dus zoveel zeggen als ernstig en op orde
gesteld Dat is raak opgemerkt. Ninove had geen
eigen nar (in 't Ninoofs van die dagen: een sot).
Uit de oude stadsrekeningen blijkt inderdaad dat
men voor professioneel vermaak een beroep deed
op specialisten van elders zo werd ondermeer eens
een vergoeding genoteerd voor eenen sot uit Cude-
naerde Zijn naam wordt niet genoemd, zijn gees
tigheden evenmin. Jammer misschien, maar onge
twijfeld was er ook in die tijd wel een overpampelde
metten en waren er andere landbouwmatenalen om
er een geestige satire rond te monteren.
Tenslotte heeft de verwijzing naar de Ninocfse
zin voor orde en netheid ook nu nog zin. Het grapje
met de Vismarkt-zonder-vis doet het natuurlijk niet
meer. dank zij de vooruitgang die sindsdien is ge
boekt inzake snel transport. Daar staat echter tegen
over dat men met voorbeeldige ijver is blijven op
ruimen wat vuil, lelijk, onpraktisch en hinderlijk werd
geacht. Zoais ons station. - een creatie van Cluyse-
naer in één van zijn mindere dagen het ziet er op
postkaart veel beter uit dan ik het ooit heb ervaren.
En waarom bij het station blijven hangen? Een ander
treffend bewijs van de openbare zorg voor netheid
is toch wel de royale wijze waarop men de vijver
aan de zwemkom van water is blijven voorzien...
tot er een watergat(e) van kwam.
Aldus de verklaring van onze wapenspreuk door
Sanderus, afgerond met enkele beschouwingen.
Men kan zich afvragen hoe deze grap tot
ernstig devies is geworden en wanneer, maar zijn
boertige oorsprong was alleszins het vermelden
waard: weinig blijkt soms zo actueel, als het ver
leden.
Op 1 januari 1977 werd de fusie verwezenlijkt
van de 12 deelgemeenten van Groot-Ninove.
Ons gemeentebestuur zou evenwel wachten
tot 25 januari 1979 om de personeelsforma
ties vast te leggen
tot 26 april 1979 om een reglement uit te
vaardigen betreffende sommige verloven en de dis-
ponlbiliteit
tot 13 september 1979 om aanwervings- en
bevorderingsvoorwaarden vast te stellen
tot 13 september 1979 om het geldelijk sta
tuut te bepalen
-- tot 20 december 1979 om de personeelsle
den van de administratie van de samengevoegde ge
meenten te benoemen in de betrekkingen van het
nieuwe personeelskader
tot 20 maart 1980 om kennis te geven van
het besluit door hetwelk de Gouverneur de politie
commissaris van Meerbeke benoemde tot... adjunct
politiecommissaris-inspecteur... van Groot-Ninove!!
De gemeenteraad moest alles slikken - zonder
onderoek en inspraak van haar sectie personeel -
onder voorwendsel dat de hogere overheid van Gent
en Brussel en. de syndikaten ondubbelzinnig had
den diets gemaakt dat het zó moest om goedkeuring
te bekomen in hoger hand.
Dat zou stroken met de nieuwste opvattingen
over gemeentelijke autonomie.
Spoedig zou nochtans blijken dat alle vraag
stukken daarmee niet van de baan waren.
Reeds op 26 april werd de PERSONEELSFOR
MATIE gewijzigd, die slechts op 25 januari 1979
vastgelegd werd.
Het vergde voor de oppositie weinig moeite
om te doen inzien dat de voor- en vastgestelde per
soneelsformatie voor het politiekorps ontoereikend
was.
Brussel zelf - waar het geval Ninove van zeer
hoog en van zeer ver bekeken werd - dierf de aan
gevoerde argumentatie niet van kant schuiven.
De voorgestelde verhoging met 8 veldwachters
werd niet weerhouden.
Maar reeds op 22 juni 1979 werd koninklijke
goedkeuring verleend voor een verhoging van 'de
vastgestelde effectieven van het politiekorps met
5 politieagenten.
Het regiement betreffende sommige VERLOVEN
EN DE DiSPONIBILITEIT struikelde op 12 juni 1979
op een schorsing door de Gouverneur, omdat de
(Lees verder op pagina 2)
N I V C t L A K K U V M
Vui^u X t c» v r.
k V»