\J Qtf EDITORIAAL KARDELOET - CARELHOOFT Het verhaal van een reeks vergissingen, 9 fe. Zesenvijftigste Jaargang Vrijdag 24 december 1982 Kerstmis 1982. IV. CAERLOOT: DEKAPELANIJ EN HAAR GESCHIEDENIS. Drukker - Uitgever PAUL LUYSTERMAN - JACOBS Koepoortstraat 10 - 9400 Ninove Tel. (054) 33 27 27 - Prk. 000-0478685-87 Prijs voor Jaarabonnement 550 F. Prijs per nummer: 11 F. VERSCHIJNT IEDERE WEEK. 50. Voor wat volgt is het belangrijk een onderscheid te maken tussen een kapel en een kapelanij. Een kapel is een gebouw, een kapeianij een stichting. Zulke stichting kon tijdelijk of eeuwigdurend zijn. Ze had tot doel het in stand houden, verzorgen en financieren van een aantal religieuze diensten. Hier toe werd een eigen kapelaan aangesteld, betaald met de fondsen van de stichting. Deze fondsen kwa men voort uit de goederen die de stichters of latere weldoeners hiertoe afstonden. Elke kapelanij had ook een begever of collator; dit is de persoon die het recht had de kapelaan te benoemen. Het recht tot benoemen dat meestal in handen van een abdij of kapittel was, bleef gewoonlijk door de eeuwen heen ongewijzigd. Vaak is het dan ook een aanwij zing omtrent de oorsprong van een kapelanij. Belangrijke kapelanijen hadden ook een eigen kapel of een eigen altaar in een parochie- of abdij kerk. Het onderhoud daarvan viel eveneens ten laste van de stichting. De taxatielijsten (in deze lijsten werd de taks geregistreerd die het bisdom hief op alle kerkelijke beneficies) van het oude bisdom Kamerijk waartoe Ninove tot 1599 hoorde, vermelden in het middel eeuwse Ninove vier kapellen met een kapelanijhet begijnhof, later ook grauwe zusters of zusterhuis genaamd, het hospitaal of gasthuis, de burcht of de kapelanij van het H. Kruis en carloet of de kapelanij ter ere van Onze-Lieve-Vrouw. Over de kapel en kapelanij van kardeloet is het ons te doen. Over de oorsprong van de kapel of kapelanij weten we weinig of niets met zekerheid. Daarover later meer. Het eerst wordt de kapelanij vernoemd in twee testamenten, respectievelijk uit 1332 en 1333. In deze teksten ligt de kapel duide lijk in Ninove, waar de Norbertijnerabdij alle kerke lijke beneficies in handen had. Desondanks staat de kapelanij in de zes oudste taxatielijsten van het bisdom Kamerijk (tussen ca. 1363 en einde 1400) vermeld onder de parochie Viane, met als collator de abdij van Ghislenghien. Dit is des te merkwaardiger, omdat de latere taxa tielijsten de kapelanij - zoals men het normaal ver wacht - onder Ninove klasseren, met de plaatselijke abt als collator. De vreemde relatie van de Caer- lootkapel met Viane vormt, zoals we verder zullen zien, een belangrijk moment in de zoektocht naar de betekenis van het woord kardeloet. Uit het genoemde testament van 1332 en uit de taxatielijsten vernemen we ook dat kapel en kapelanij aan Onze-Lieve-Vrouw toegewijd waren. Vanwaar dan de benaming kapel van Sint-Joris die ondermeer Sanderus gebruikt heeft? Diverse documenten maken duidelijk dat de gil de van Sint-Joris, de schuttersgilde van de voet boog, eigenaar van de kapel en beheerder van de kapelanij was. Sint-Joriskapel betekent duskapel van de gilde van Sint-Joris en niet kapel ter ere van Sint-Joris. Toch heeft later, toen de kapel verdwenen was en de oude kapelanij werd voortgezet in de parochiekerk (ditmaal wel ter ere van Sint-Joris, en niet meer ter ere van Onze-Lieve-Vrouw) de ver keerde opvatting wortel geschoten dat ook de oude kapelanij in de kapel van het caerloot. toegewijd was aan Sint-Joris. Deze vergissing wordt onder meer begaan ca. 1710, in het Register van benefi cies van de abdij, waar men het heeft over een eeuwigdurende kapelanij, gesticht onder aanroeping van Sint-Joris in de kapel van Carelhooft en later overgebracht naar het altaar van Sint-Joris in de parochiekerk Dat de kapel van de Sint-Jorisgilde en het kar deloet één en hetzelfde zijn, staat buiten kijf. De naam kardeloet of variante is in alle kerkelijke do cumenten gedurende vijf eeuwen met de kapel en de kapelanij verbonden geweest. En niet alleen daar. Van de geschiedenis van de kapel is voor de rest weinig geweten. De capelle wordt nu en dan eens - zonder meer - vermeld in documenten uit de vijftiende en zestiende eeuw. In 1595 wordt bevestigd dat de kapel verwoest is. Als oorzaak van de verwoesting wordt een windhoos of storm genoemd. Maar in 1601 gaf men de oorlog als reden van de verwoesting op. Hoogstwaarschijnlijk is de kapel verwoest ca. 1580 door de geuzen, zoals zo veel andere religieuze gebouwen te Ninove, en dan verder door het weer afgetakeld. Sanderus (1644) meldt dat in zijn tijd enkel nog de grondvesten over bleven. Toen had de Sint-Jorisgilde al geruime tijd een aanvraag gedaan om de kapel te kunnen verko pen en om uit de afbraak ervan geld te kunnen ha len. (Lees verder op pagina 2) Misschien is er niets zo moeilijk als schrijven over Kerstmis. Er gebeurt nochtans zoveel met Kerstmis. Voor velen van ons - spijtig genoeg niet voor allen - is het adempauze na een paar lastige maan den van hard werken. De gebronsde tint, soevenir van een mooie zomer, is met het vallen van de bla deren van de gezichten verdwenen. De werkdagen zijn kort en donker geworden. Wie een hele dag op kantoor blijft ziet vóór noch na het werk het daglicht. Nu het vriest en er sneeuw in de lucht hangt loopt iedereen met opgezette kraag, gehaast en zwijgzaam over de straat, een lange avond tegemoet. Een avond TV - zwijgzaam onder elkaar - toont dat de wereld niet alles meer is. De crisis, een half miljoen werklozen in eigen land, het geweid in Noord-lerland, Afganistan, Guatemala,... de politie ke verdrukking in zovele ontwikkelingslanden, de waanzinnige bewapeningswedloop... maken het le ven niet gemakkelijk. Dan maar even Dallas kij ken want de boog kan niet altijd gespannen zijn... Met Kerstmis doet iedereen een inspanning om er het beste van te maken. Stad en huiskring worden feestelijk ingericht. Door de radio en door de luid sprekers klinkt vrolijke kerstmuziek. De wereld toont opnieuw een zekere - soms wel kunstmatige - teder heid, iets die in onze wereld echt zeldzaam is ge worden. Niets is echter mooier dan de adventskaarsen één na één te zien aansteken en het licht te zien groeien en te zien schitteren zoals alleen het licht van een kaars in het duisternis kan. Kerstmis blijft nog steeds voor een groot deel van de wereld het licht in de duisternis van het he dendaags tranendal. Puer natus est - een kind wordt ons geboren - wordt overal gezongen. Een Kind dat het licht is en de hoop voor elk van ons. Hoop dat iedereen, van welke gezindheid ook, nodig heeft om door het leven te gaan. ledereen wenst iets van dit Kind in zich te dra gen. Want zoals een spreuk van de Bond Zonder Naam zegtAls het kind sterft in de mens, sterft de mens en sterven al zijn dromen. Hierin ligt de boodschap en het succes van het Kerstfeest. ZALIG KERSTFEEST!

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

Denderklok | 1982 | | pagina 1