d
e
am
KARDELOET - CARELHOOFT
Het verhaal van een reeks vergissingen.
EDIT ORIAAL
Zesenvijftigste Jaargang
Vriijdag 31 december 1982
Nieuwjaar 1983.
Op het einde
van het oude jaar
danken wij U
voor de prettige samenwerking
en wensen U
en allen die U dierbaar zijn
EEN VOORSPOEDIG
EN GELUKKIG NIEUWJAAR
Drukker - Uitgever
PAUL LUYSTERMAN - «JACOBS
Koepoortstraat 10 - 9400 Ninove
TeL (054) 33 27 27 - Prk. 000-0478685-87
Prijs voor Jaarabonnement 550 F.
Prijs per nummer: 11 F.
VERSCHIJNT IEDERE WEEK.
De herinrichting van de kapelanij van Caerloot
verliep niet zonder moeilijkheden en conflicten. In
1593 en 1596 noteert de visitator dat de kapelanij
geen titularis heeft, lp 1595, 1598, 1601 en 1602
wordt de pastoor van Okegem, Jacobus Goossens,
als titularis genoemd hij kan zijn functie van ka
pelaan echter niet uitoefenen omdat de kapel van
caerloot niet bruikbaar is. De gilde van Sint-Joris
betaalt de kapelaan dan ook zijn jaargeld van 18
florijnen niet uit, maar houdt de inkomsten van de
kapelanij voor zich. Deze toestand is het aartsbis
dom een doorn in het oog. Bij de bemerking van de
visitator in 1598, dat de gilde van Sint-Sebastiaan
(de visitator vergist zich van gilde het geld ach
terhoudt, noteert het aartsbisdom in de marge
Dat de kapelanij in .zover er inkomsten ter be
schikking zijn, moet worden uitgeoefend Tn 1602
schrijft de visitator opnieuw dat de gilde van Sint-
Joris het geld achterhoudt onder voorwendsel de
kapel te zullen herbouwen Het aartsbisdom anno
teert in de marge dat tenminste de inkomsten zou
den worden overgegeven (aan de kapelaan)
Het jaar daarop meldt de deken dat de kapel
nog steeds niet heropgebouwd is en dat de stich
ting verwaarloosd wordt In de marge reageert het
aartsbisdom met de kritische opmerking De de
ken zegt niet wat hij bevolen of gedaan heeft. Zo
zou hij nochtans aan onze opmerkingen gevolg moe
ten geven Het volgende jaar (1604) bericht de
visitator uitvoerigDe kapelanij van Cardolet
wordt beheerd door de gildebroeders van Sint-Joris,
die aanvoeren dat dit heiligdom hen toebehoort en
dat zij van plan zijn de weinige inkomsten voortko
mend uit het niet uitgeoefende beneficie, aan te
wenden voor de heropbouw, restauratie en verfraai
ing ervan, zodat uiteindelijk de priester weer zijn
dienst zou kunnen vervullen Vier jaar later moet
de deken echter noteren De broeders van Caer
loot herbouwen hun kapel niet, zoals ze de Eerwaar
de Heer hadden beloofd en ze aanvaarden niet dat
hun stichting overgebracht wordt naar de parochie
kerk In de marge merkt het aartsbisdom op
De deken heeft hen hiertoe herhaaldelijk aange
spoord, onder dreiging anders de overplaatsing echt
te doen uitvoeren
Nog eens tien jaar later, in 1618, lijkt er een
oplossing in zicht. Vanuit Ninove wordt er tot de
aartsbisschop een verzoekschrift gericht. Gaat het
om een brief van de Sint-Jorisgilde zelf Het docu
ment is door tijdsomstandigheden in te slechte toe
stand overgeleverd om dit uit te maken. Alleen twee
notities door het aartsbisdom aangebracht, zijn dui
delijk leesbaar. Boven de tekst staatWij accor-
deeren dese supplianten haerversueck gedaen te
Ninove den XXV july 1618. (getekend) Matthias».
Deze Matthias is waarschijnlijk Matthias Hove, de
aartsbisschop.
Op de rugzijde wordt het in het Nederlands ge
stelde verzoek in het Latijn samengevat: (Er wordt
gevraagd) door de gildebroeders van Sint-Joris hun
verwoeste kapel met het pand te verkopen en met
de opbrengst ervan een altaar toegewijd aan deze
Sint-Joris) in de parochiekerk op te richten».
Toch moeten er bijkomende moeilijkheden ge
rezen zijn, want in 1620 schrijft de deken in zijn
visitatieverslag De zaak van de kapelanij van Car
dolet wordt behandeld, zoals reeds eerder, voor de
kerkelijke rechtbank. De gildebroeders zijn van plan
hun kapel te herbouwen op de vroegere plaats, ter
wijl de pastoor en de notabelen hen een altaar aan
wijzen in de plaatselijke parochiekerk In 1621 no
teert de deken dat de kapelanij van Cardolet onze
ker is inzake inkomsten en titel, maar hij voegt er
aan toe te kunnen meiden dat een beneficie in de
parochiekerk ter beschikking staat. Toch blijft de
overplaatsing aanslepen. Weer elf jaar later, in 1632,
is de kapelanij nog steeds onbezet In de marge staat
genoteerd Of de aartsdiaken met de doorluchtige
heer (de aartsbisschop?) reeds over de Sint-Joris
gilde gesproken heeft
In 1633 meldt de deken dat de gilde van Sint-
Joris slecht bestuurd wordt, en tot 1642 blijven de
visitatieverslagen ongeveer hetzelfde herhalende
kapelanij heeft geen inkomsten en er worden geen
diensten verricht. Nadien zwijgen de visitatieversla
gen over de kapelanij.
Vóór 1655 moet de kapelanij dan toch in de
parochiekerk van start zijn gegaan, gezien in een
inventaris van het kerkmeubilair van dat jaar het
Sint-Jorisaltaar vernoemd wordt.
(Lees verder op pagina 2)
V. V,-'
i 7. :^-V
51.
En weer gaat een jaar voorbij. 1982, een jaar
als een ander Misschien wel. In ieder geval wezen
de hele reeks rampen, ongelukken, het verder toe
nemend geweld, de aanhoudende crisis maar ook
al die kleine dingen waarin sommige mensen zo
groot kunnen zijn, in die richting.
En toch zijn er een aantal dingen die wij van
1982 niet zo gauw zullen kunnen vergeten. Naast het
spijtig genoeg aanslepend geweld in Centraal- en
Latijns-Amerika, Noord-lerland, Afghanistan en het
Midden-Oosten, was er de echte oorlog tussen
Engeland, op zoek naar zijn verloren trots, en Ar
gentinië, een bankroet land wiens militaire diktatuur
een bliksemafleider zocht voor de binnenlandse
spanningen. De inzet was niet min of niet meer een
godvergeten eilandengroep, totaal waardeloos - ten
zij er olie in de buurt zit - de kostprijs was meer
dan duizend mensenlevens en nog veel meer ge
wonden en ellende.
Voeg daarbij nog de versccrikkeiijke slachtin
gen in de Palestijnse vlucmtelingenkampen - een
moderne versie van de kindermoord te Betlehem -
en de geruisloze wurggreep van het Sovjet-commu-
nisme in Polen, en 1982 is voor eeuwig door het
geweld getekend.
Ekonomisch ging het ook niet fameus in de
wereld. De crisis blijft, ondanks een zeker gematigd
optimisme in 1981, wereldwijds aanhouden. In Ame
rika, met zijn bijzonder zwakke sociale zekerheid,
slapen steeds meer mensen bij gebrek aan beters
op de straat. De verklaringen van filmster Reagan
bevestigen dat volgens de grondwet van het meest
demokratische land van de wereld zelf een
simpele geest het tot president kan schoppen. De
EEG-landen krijgen het steeds moeilijker onder el
kaar. Groot-Brittannië, Denemarken en Griekenland
lieten voortdurend hun ongenoegen horen. Er werd
her en der gedevalueerd. De doilar bleef op een
(Lees verder op pagina 2)
ez>n