I
J), trail Jülffd
Beschavende Taal.
Zondag 19 September 189*x
5 centiemen het nummer
Jaar IV0 48.
Protestantismus
DE WIJDING
NIEUWE KAPEL VAN MEULESCHETTE
hm
Hl AlLST
Mee Spe. Mee Mfetu.
ABONNEMENTSPRIJS
Dit Blad verschijnt den Zondag van iedere week.
Een abonnement kost 2,50 inschrijving op alle
TIJDSTIPPEN VAN HET JAAR. MEN ABONNEERT ZICH BIJ
DEN UITGEVER, WAAR BRIEFWISSELINGEN MOETEN GE-
TEEKEND EN VRACHTVRIJ TOEGEZONDEN WORDEN.
DRUKKER UITGEVER
GENTSCHESTRAAT. N° 149. AELST.
ANNONCENPRIJS
Per DRUKREGEL 10 CENTIEMEN 2* BlADZ., 0.25 CENT.
Dikwijls herhaalde, bij accoord. Alles ten bu-
BEEI.E GEDRUKT. WORDT KOSTELOOS GEPLAATST. VOOR
DE ANNONCEN BUITEN DE PROVINCIE, ZICH TE WENDEN
Agence de Publicité, R. d. l. Madeleine, Bruxelles.
AeLst, Zondag 19 September 1894.
Onze confrater De Huisvriend schrijft:
Wij hebben het meer dan eens gezegd
dat de kleine pers, de centiemers, zich on
derscheidt in eeiïe 'door en door gemeine
taal. In plaats van beschaving welk
woord zij altijd in den mond heeft en
canailleert zij het volk meer en meer.
Ziehier een liedeke dat wij in een van
die centiemers vinden, en liet is nog een
kindergedichtje in vergelijking van andere
scheldbrokkerijen, die men somtijds aan
treft
Wanneer de kiezing nadert
Is ieder wolf een lam ja lam.
Dan wordt de woeste Woeste
Als poedelhondje tam ja tam.
REFEREIN.
Met zijnen papsmoel, met zijnen japsmoel,
Met zijnen paapkop, met zijnen aapkop,
Met een paar rosse, met een paar vosse,
Met rosse vossensteerten aan.
Maar boerkens wacht uw ganzen,
Als hij de passie preekt ja preekt,
Wanneer hij om uw stemme,
Voor 't zwarte leger smeekt,j a smeekt
Laat woeste Woeste preeken
In eene woestenijHoort mij
Het joodsche ras kan liegen
En foppen u daarbij daarbij
In 'tland der schoonste ajuinen.
Is hij de grootste ajuin ajuin.
De slimste volksbedrieger,
Al draagt hij kap noch kruin, ja kruin
O, Aalstnaars, zendt hem wand'len,
En 't goedje van zijn soortja soort.
De hartsvriend van Peer Goossens,
De jood moet over boord ja boord.
Wij herhalen: door en door gemein
Als M. Woeste den haat der tegenpar
tij opwekt, is dit een nieuw bewijs dat hij
een man van groote weerde, een strijder
is van top tot teen gewapend, en wij be
grijpen dat de liberalen hem bevechten.
Dat een handsvol conservatieven hier
mee instemmen, is voor ons de domste dei-
domheden: M. Woeste is overigons de ee-
nige niet, die zich in dezen toestand be-
vindt.
Dezer dagen sprak M Woeste eene
vlaamsche redevoering uit, en er waren
personen die hem hekelden, omdat zijne
taal niet zuiver was. (Wel ja, de Klodde
BURGER
eene Aalstersche Geschiedenis uit
KEIZER KAREL'S TIJD.
Roeland, orgaan der Volksfoppers-
Seheurmakers, was de eerste om er
meê te spotten. Red).
Wij, wij juichen hem integendeel toe:
het is schoon voor een man als M. Woeste
aan te leeren, wat hem, door zijne opvoe
ding, ontbrak orn alzoo nader met zijne
lastgevers in betrekking le komen.
Spreekt M. Woeste nog niet vloeiend
vlaaiusch, dan gedenken wij nog dat wij
len Victor Jacobs, toen hij zijne allereer
ste redevoering hield, verre van vloeiend
sprak, en nochtans was hij kort nadien
een keurig vlaamsch redenaar.
Wij liopen hetzelfde van M. Woeste.
Bij hem, bij een man van zooveel talent
zooveel helderen geest, is willen kunnen
Een duitsch kerkelijk blad klaagt in een
wijdloopig artikel over het verval van het
protestantism. De hoogere standen komen
in den regel niet meer ter kerke de bur
gerstanden volgen die gewoonte.
Wat den werkmansstand betreft, deze
maakt zich een godsdienstje op zijn eigen,
zich grou< lende op de valsche profeten van
onzen tijd dat zijn de socialisten.
En wat heeft de protestantsohe kerk,
vraagt de Allg. Ev. Luth. Zeit.tegen die
werking gedaan'? Het blad antwoordt
Niets n en het leidt er van af dat de
protestantsclie kerk zelve groote schuld
heeft in haar verval.
De hollandsche Kerkelijke Courant zegt
dat, ook in Nederland, de protestantsclie
kerk zich veel te verwijten heeft.
Ook daar worden de kerken door velen
niet meer bezocht en houden zij niet meer
,vast aan den bijbelhet protestantism is
onmiskenbaar in verval.
Zou het protestantism wel drie eeuwen
ontstaan hebben, indien het niet gedurig
door staatspenningen was gesteund gewor
den
Naar het groot werk van Petrus Van Nuffel.
28
Op zijn geroep ging dc deur eener aan
palende kamer open, en eene vrouw, wel
ke ten minste een vijftigtal zomers achter
den rug moest hebben, verscheen m de
groote keuken. Het was Regina Hoefna
gels, wettige echtgenote van wijlen Lam-
bertus Stujrers.
Goede dag sprak Schutterhoe
stelt het hier vrouw Stuyvers 't
Het mensch was, zooals alle bewoners
van den platte lande, zeer wantrouwig van
a U— Mag ik eerst de reden uws bezoeks
kennen? vroeg zij
Voorzeker.
DER
Nooit gezien zulke troostende Feestvie
ring Nooit gezien een zoo machtigen
Volkstoeloop als zondag, bij de wijding
dier groote prachtige Bidplaats!. Wij had
den het voorzegdAls het yeder goed is,
den helft van Aalst zal er tegenwoordig
zijnEn waarlijk, de straten zagen zwart
van 't volk en men kon op de koppen
Meemt dan een stoel, want gij moet
beiden stevig vermoeid zijn. Naar uwen
tongval te oordeelen, zijt gij van Aelst
Ik, ja, antwoordde Sebastiaan, maar
mijn vriend Lieven is van Lede.
De twee mannen zetten zich neêr.
De nachtwaker hernam
- Wij zijn tot hier gekomen om ons te
overtuigen nopens de echtheid van ver-
schillige gezegdens. Verleden nacht heeft
men hier gepoogd eenen aanslag te ple
gen geheel de stad is er vol van. Gij zult
mij een niet geringen dienst bewijzen,wan
neer gij mij al de bijzonderheden van den
aanslag omstandig wilt verhalen en mij
terzelvertijde het brietje toonen, u door
eene onbekende hand geschreven en toe
gestuurd.
Weihoe? vroeg de weduwe verwon
derd, hoe kwaamt gij ter wete, dat ik der
gelijk schrift in mijn bezit had
Aan eenen Aelsterschen nachtwaker,
zwetste Schutter, is niets verholen.
En gij, ook nachtwaker wees zij op
Vercruysse.
Bosch wachter, verbeterde Lieven.
Vrouw Stuyvers had alle achterdocht
laten varen, en begon den aanslag op hare
gaan, maar ook het zonnekeu glinsterde
vrolijk en zelden zageu wij helder weder
In den morgen nochtans voorspelde ous
de grijze waterachtige lucht weinig goeds,
en dit, verlamde min of meer den iever der
versierders, doch in den namiddag klaarde
het op en werd er fel doorgewerkt.
Ten 4 uren stond alles gereed om Z. H.
den Bisschop en het beeld van O. L. Vr.
op waardige wijze te ontvangen.
De Processie ging uit van het oud Ka
pelleken, waar het mirakuleus beeld afge-
a#!d werd.
Wat gezegd over die Processie? O, zij
was schoon, verrukkend, boven elks ver
wachting
In volgorde kwam, aan het hoofd, den
njkenlieer, het kruis en de koralen der
Siut-Jozefskerkdan volgde de Congrega
tie der Jongens van Sint-Martens, die,
met begeleiding van muziek, hare schoon
ste lofzangen, ter eere van Marla Verhe
ven, aanhief; een puik verzorgde groep,
de teekeus van het bitter Lijden ouzes Za
ligmakers voorstellende, verbeeld door de
leerlingen der Broeders der Christelijke
Scholen; de vijftien Mysterieën van den
H. Rozenkrans; een groote groep van O.
L. Vrouw, Stella Maris, vertoond door
leerlingen uit het externaat der Jufvr.
Snel; daarachter volgde de banier der H.
Maagd met de Congregatie der Jonge
Dochters van Sint-Jozetsparochiever
scheidene groepen maagdekens met keer-
sen en bloemen het eeuwenoud miraku
leus Beeld van O. L. Vrouw vau Meule-
schette, ouder een troouhemelken, gedra
gen door koorknapen, leerlingen der Broe
ders der Christelijke Scholen, en einde
lijk de heeren leden van het kerkfabriek
van den H. Jozef, bijzondere ingezetenen
der Parochie, zangers, priesters en Z. H.
Antonius Stillemans, Bisschop van Gent.
't Was oprecht schoon, en iedereen
drukte zijne hooge tevredenheid uit over
dê bewonderensweerdige orde, welke er
tusschen de kinderscharen heerschte.
De Processie, na haren ommegang ge
daan te hebben, kwam rond 5 uren voor
de nieuwe Bidplaats; daar was eene es
trade opgetimmerd en eene groote plaats
ruimte voorbehouden, waar het beeld tij
dens de wijding werd nedergezet en de
verschillige groepen zich roudschaarden.
Mgr Stillemans, met de Geestelijkheid,
trad in de Kapel, en na er eene wijl in ver
toefd te hebben, beklom Zijne Iloogweer-
digheid de estrade, gevolgd van verschilli
ge ingezetenen der parochie.
Alles zweeg als bij tooverslag en eene
indrukwekkende stilte heerschte in die
dik opeengepakte menigte. De doorluch
tige Kerkvoogd verhief alsdan de stem
BEMINDE DIOCESANEN,
Het is niet zonder een gevoel van aandoe
ningvan oprechte voldoeningdat ik de oo-
gen om mij heen sla Toen ik naar Aalst
kwamhad ik het gedacht hier een klein
Kapelleken tc moeten wijden, dochwanneer
ik hedenhier voor mij, die prachtige en
groote bidplaats zag oprijzen, wanneer ik
die duizenden en duizenden menschen, het
geluk en dc vreugd op het gelaatrond mij
geschaard zag, dan stond ik verbaasd ev op
getogen en vond ik het noodig u een woord
toe te spreken.
Beminde Diocesancn, laat mij toe u uit
den grond mijns harten geluk tc wcnschen
met die schitterende bewijzen uwer liefde en
genegenheid tot onze goede Moeder Maria
laat mij toe u geluk te wenschen met die zoo
schoone nieuwe Bidplaatsopgericht met de
milddadige bijdragen der Aalstersche Geloo-
vigen, en die tot in hei verste nakomeling
schap de getuige blijven zal uwer diepe Gods
vrucht, uwer innige verknochtheid aan den
roomscltengodsdienst... Daar, in dit oud
heiligdom, hebt gij zoo menigmaal troost en
moea, hulp en bijstand gevraagd en verwor
ven hier, in deze nieuwe Bidplaatszult gij
met denzelfden iever, met hetzelfde betrouwen
en dezelfde godsvrucht OLVr. vanMeu-
leschette komen tc voet vallen.
Beminde Diocesancn, ik zal dus deze nieu
we kapel wijden tot uw aller welvarentot
uw aller hulp en troost, in den naam van
God, in den naam van O. L. Vrouw, voor
't welzijn van Godsdienst, Vaderland en
kerk
Daarna begon de wijding. E. H. Wil-
lems, pastoor der Parochie, hief deu Mag
nificat aan, die door beide Congregatiën,
met begeleiding van muziek, uitgevoerd
werd. Toen Mgr, na de wijding, terug op
deu dorpel der Kapel verscheen, ging eeu
luide zegekreet, dien van Leve Monseig
neur uit de menigte op't was de tolk
der dankbaarheid, de weerklank aller
harten.
Zoo eindigde die troostende plechtig
heid, welke nimmer uit het geheugen der
Aalstenaars zal gewischt worden en waar
van het aandenken in de overleveringen
zal blijven voortleven.
Wanneer Z. H. vertrokken was, moest
de menigte natuurlijk tot de Kapel toe
gang verleend worden. Doch dit was geene
gemakkelijke zaak, of laat het ons maar
zeggenin den beginne was zulks gausch
onmogelijk. Onze eerw. Geestelijken, bij
gestaan door policieagenten waren niet be
stand om den volksstroom in bedwang te
houden en men zag zich verplicht de Ka
pel gesloten te houden.
Dat was nu recht aardig! Nochtans, er
i te doen... Eerst nadat een
woning breedvoerig uit te leggendrukte
hare verwondering uit over de verregaan
de stoutmoedigheid eens enkelen binders,
maar ook noe dezo^niet weinig verschoot,
wanneer hij zoo onverwachts de boeren
wacht op de hielen kreeg, die hem dwong
zoo spoedig mogelijk den aftocht te blazen.
Zij voegde er het voorval bij van den j on-
gen knaap, die op wonderbare wijze, met
slechts het wachtwoord uit te spreken, uit
de handen des roovers ontsnapt was, en
eindigde met te verklaren dat het haar on
mogelijk was, den schrijver van het ge
heimzinnig briefje te raden, en veel min
welke de reden was die hem tot zulkdanig
handelen hadde aangezet.
Is dit schrijven nog in uw bezit?
vroeg Bastiaan.
Ik heb het ergens achteloos wegge
legd... Waar Ik weet het zelf niet
Nu, ik behoef het briefje ooinoiet te
zien, om u te kunnen zeggen wie er den
schrijver van is.
Maar gij weet dan alles, gij
Alles? plaagde de Aelstenaar 't is
te zeggen, dat weet ik toch
Dan zult gij gewis den aanvaller ook
kennen
was niets a
-
Inderdaad, ik ken hem
Raadsels Raadsels
Toch niet, alles doodeenvoudig...
Ik redetwist niet, nachtwaker; ik
geloof u... En hier, wat hooger op, heeft
men een poeldenier vermoord.
'k Weet het... 't Is verschrikkelijk
Maar gij zijt van alles om te beter
onderricht! spotte vrouw Stuyvers onge-
loovig grimlachende; achtereen zult gij
zijn moordenaar ook kennen
Wel ja, riep Bast op tafel slaande
welja, ik ken hem van af zijne geboorte
Woorden zijn geen oorden, knorde
de vrouw, die nu oprecht wrevelig begon
te worden. Ik verlang dat gij soortgelijke
dwaasheden elders gaat uitkramen.
Luister eens hier, hernam de oud»
haunekenuit.
Neen, ik heb binnen werk, veel
werk
Gij mistrouwt ons; gij gelooft ons
niet.
Dat heb ik niet gezegd.
Zoodus, gij volhardt iu uw besluit en
indien wij u eens zegden, dat wij tot hier
gekomen zijn in den naam der wet? indien
wij u de verzekering gaven, dat al het