n
DE BOODSCHAP VAN ROME
WERELDMISSIEZONDAG
IN PIENST V/RN PE KONING
PIERLALA
EN OMSTREKEN
Nummer 84
BURELEN Kerkstraat 9.
VAN AALST
Verschijnt den Donderdag en Zondag van iedere week.
Donderdag 20 October 1949
Aalst -- Telef.n' 24.114 - P. C. nr 881,72 - 6e Jaar». 1,25 fr. 't Nr.
VOOR DE
om aan een
MEN VERMALEDIJDT ONS, EN
WIJ ANTWOORDEN MET
ZEGENINGEN
(I Cor. 4,12)
Zoals elk jaar zendt Z. Exc. Mgr.
Celso Cónstantini, Secretaris der Con
gregatie van de Voortplanting de; Ge-
loofs, een oproep tot de Kahtolieke
wereld, ter gelegenheid van de Missie-
Zondag van 23 Oktober.
Dit jaar is het echte noodkreet, ge
zien de verwoesting van vele, zeer
bloeiende missies in het Verre Oosten,
en een herhaald aandringen om gebe
den en stoffelijke hulp,
grotere nood te verhelpen
Hier laten wij die treffende oproep
volgen.
In AFRIK-A vordert het missieapos
tolaat snel en krachtig, en bergt het een
steeds rijker oogst. Overal bloeien
liefdadigheids- en opvoedingswerken,
inzonderheid de Seminaries, die de in
landse priesters vormen, op wie de
meest troostende vooruitzichten mogen
gebouwd worden.
In INDIE plukt het christelijk apos
tolaat insgelijks de vurig verlangde en
lang gerijpte vrucht van de overgang
der vreemde missies naar de inlandse
Kerk. Nochtans blijven de missionaris
sen, om de Indische Bisschoppen te
helpen. Een overprachtige uitslag waar
door zaaier en maaier, vreemde mis
sionaris en inlandse priester, in dezelf
de vreugde delen, volgens het woord
van de Apostel Johannes ".«Opdat én
wie zaait én wie maait zich samen zou
den verheugen (Joan. 4,36).
Doch in sommige istreken van het
VERRE OOSTEN lijdt en bloedt de
missionerende Kerk, zoals vroeger de
Kerk der Catacomben. Een kreet van
lijden stijgt op uit deze vernielde lan
den, een kreet van geloof, en een drin
gend beroep op onze geestelijke en
stoffelijke 'hulp. Het is het Mystisch Li
chaam van Christus dat lijdt, en waar
een lid ervan gewond is, lijdt het in al
le andere leden.
In deze tijd moeten wij sterker dan
ooit een christelijk solidariteit gevoel
beleven, en onze heldhaftige geloofs
boden helpen door gebed, giften en
LIDMAATSCHAP VAN HET PAU
SELIJK MISSIEWERK VOOR DE
VOORTPLANTING VAN HET GE
LOOF.
«Maledicimur et benedicimus (1 Cor.
4, 12). 'Gloriamur in tribulationibus»
(Rom. 5, 3) zegde St. Paulus, en de
ze edele woorden worden heden door
onze missionarissen beleefd «Wij zijn
verwenst, doch antwoorden met zege
ningen en «Onze moeilijkheden wor
den ons tot vreugde.
vangenis gestorven; een inlands pries
ter heeft moedig, als martelaar, zijn le
ven, gegeven midden onmenselijke pij
nigingen. Onze seminaristen werden
verstrooid, maar weerstonden prachtig
alle pogingen om ze tot afval te bren
gen.»
Enkele verdoken inlandse priesters
kunnen nog hun bediening een weinig
uitoefenen. Van onze 40 residenties
werden er 6 afgebrand en bijna volle
dig vernield; een en dertig werden zo
danig verwoest en geplunderd dat
slechts nog de muren overblijven. Al
wat de Kerk toebehoorde werd gesto
len. Zelfs de boeken en registers zijn
verdwenen. De vluchtelingen verkeren
in uiterste nood. Doch wij hebben be
trouwen op God en op de hulp onzer
gelukkiger broeders. Door gebed en
vasten, vragen wij zonder ophouden
dat de storm zou bedaren, opdat wij
ons werk mogen hernemen en al die
puinen heroprichten.
Een ander bisschop schrijft Allen,
priesters en zusters, zullen zolang mo
gelijk ter plaats blijven, want het is de
wil van de H. Stoel en dus van God.»
Bijna gans het bisdom is bezet
door de vijand, die rooft al wat het
volk bezit. Acht onzer priesters le
ven in bezet gebied, en komen grote
moeilijkheden tegen. Tijdens een mis
sie, welke hij in bezet gebied predikte,
werd enkele weken geleden, een jonge,
uitmuntende inlandse priester van het
altaar gerukt juist vóór de Consecretie,
naar het bureel van de bevelhebber ge
bracht, en beschuldigd van verraad.
Hij verdedigde zich zo schitterend, dat
hij eindelijk vrijgelaten werd. Dat de
priesters, zusters en Seminaristen van
Rome voor ons bidden.
Ik hield eraan de eigen woorden der
drie bisschoppen te vermelden, doch
het zou geen eind nemen, indien ik
schrikwekkende verslagen die op de
Propaganda toekomen zou weergeven:
verwoestingen, v 1 uchttochten, ontvoe
ringen, verspreiding van seminaristen
en christenen, plunderingen, moorden,
sterfgevallen tengevolge van ontberin
gen, enz.
Doch indien het vlees zwak is, de
geest is vlug. Over de nacht van deze
omvangrijke en smartelijke vervolging,
schittert de glans van de geest. Geen
enkel woord van haat of ontmoedi
ging is op de Propaganda toegekomen
enkel woorden van diepe godsvrucht:
«Wij zijn veracht, doch wij zegenen-»
Op de Propaganda zijn wij niet al
leen in betrekking met de natuurlijke
doch ook met het bovennatuurlijke.
De Kerk lijdt en bidt. hoopt en biedt
weerstand. Om tussen zijn. gelovigen te
kunnen blijven, werd een inlands bis
schop handelaar in toufou soort
kaas, gemaakt met soja; andere pries
in Gods handen. Ik beken dat de hoop ters oefenen allerhande ambachten uit:
Luister wat een grijze Missiebisschop
schrijft «Wij weten niet welke ons lot
zal zijn, en dit onzer werken. Wij zijn
REVOLUTIE.
Wa ne verschrikkelijken titel Re
volutie J
Bij dat woord denkt men aan bur
geroorlog, brand, moord en lijken.
Gaat het hier revolutie worden
Het en is nog niet helemaal zeker,
maar toch hoogst waarschijnlijk laat
ons zeggen zo goed als zeker.
En voor wanneer is die revolutie
Ja da zal heel in 't kort zijn het
ogenblik is nakend de revolutie staat
voor de belgische deur.
En wat is de reden Welk is het
motief Enfin, de oorzaak
Dat is nu nog een vraag Dat weet
het kleinste kind toch Waarvoor
heeft men al sedert lang de revolutie
beloofd Het is toch wel voor de Ko
ningskwestie
Men zegt en men beweert dat bin
nen enkele weken da spel met Koning
Leopold III opgelost is. Het is die op
lossing ylie de revolutie als gevolg
heeft. Bijgevolg werd de konings
kwestie opgelost en na die oplossing
wordt die oplossing bekrachtigd of van
de hand gewezen naar gelang de uit
slag van de revolutie.
En wie zullen de revalutionairen
zij de communisten, de socialisten
of de liberalen
Dat is nog niet geweten. Dat hangt
af van de uitslag van de volksraadple-
op het martelaarschap velen bekoort
Indien deze genade mij eensdaags zou
weggelegd worden, ik beloof in den
Hemel te bidden voor U allen, bestuur
ders en weldoeners der Paus. Missie
werken
Een ander bisschop schrijft «Vroe
ger was een deel van ons bisdom tame
lijk vrij. Thans is het gans bezet.Mocht
de Goddelijke Voorzienigheid mede
lijden hebben met mijn beproefde kin
deren, missionarissen en christenen.
God is voor ons de beste aller Vaders,
en al wat men om Hem lijdt, kan niet
onbeloond blijven. De Heer weze
steeds gezegend.
De priesters, eerst afgezonderd in
hun missiehuis, mochten niet meer in
betrekking komen met de gelovigen,
noch hun heilig ambt uitoefenen; daar
na werden ze uit «hun eigen huis verdre
ven, en in harde gevangenissen gewor
pen; eindelijk werden zij uit hun eigen
missiegebieden verwezen. Enkele zijn
tea gevolge van ontberingen in de ge-
rondvetter, kaarkapper, enz. 's Nachts
vergaderen zij de gelovigen op een af
gelegen plaats, en dienen hun de Sacra
menten toe.
Z. H. Paus Pius XII, die in, zijn va
derhart diep -lijdt, omwille van de be
klagenswaardige toestand der missio
nerende Kerk, verleende ruime facul
teiten voor het opdragen der H. Mis.
Het is echt de Catacombentijd die her
leeft.
Ik heb de plicht en de vreugde mij
tot tolk te maken van de smekingen
van onze geliefde missionarissen. Nim
mer meer dan nu hebben zij onze hulp
verdiend. Ik richt mij tot de priester-
Missiebond. en groet eerbiedig, in
naam van de Propaganda, de Bisschop
pen, de bestuurders der Missiewerken,
en de geestelijkheid, want zij zijn de
providentiële helpers der missiewerken.
En in naam van alle missionarissen, be
dank ik hem en alle christenen om hun
onuitputteiljke liefdadigheid in gebe
den en aalmoezen.
QlllllIlIlllltillIllllllilllllllllllllllllllllllillllllllllllllIIIIIHiiillllllllllllllllflilililiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitlllllllllltlHlIllllils
Wie uit het Bisdom Gent schikt gedurende het Heilig Jaar 1950
naar ROME te gaan, doe die bedetocht met
DIOCESANE ROMEBEDEVAART
VAN HET BISDOM GENT VAN 10 TOT 23 APRIL
De schoonste maand van het jaar om te reizen in Italië.
Neemt zonder uitstel uw inschrijving, met eerste storting van
1U00 fr. pchn. 129.83, Mevr. Van de Kerckhovs-Cercelet, Aalst.
R. Van Bossuyt, Geestelijk-Bestuurder.
Dus eerst volksraadpleging
Natuurlijk Eerst volksraadpleging;
daarna bespreking van de uitslag dier
volksraadpleging daarna verschillen
de cabinetsvergaderingen; daarna de
batten in de kamers daarna stemming
door het parlement wellicht gepaard
met het stellen der vertrouwenskwestie
en als er dan beslist is wat men eigen
lijk met de Koning zal doen, hem te
rug roepen of verwijderd houden,
dan breekt de beloofde revolutie los!
Dan zal het belgisch bloed bij beken
vloeien Dan zal men zien welk bloed
er door de aderen der Belgen vloeit.
Maar wanneer de Volksraadpleging
tegen de terugkeer van de Koning uit
valt dan zal er hier toch geen revolu
tie zijn Het zijn toch maar de anti-
koningsgezinden die schreeuwen van
staking op staking en van het vuur de
revolutie
Dat is waar. Het zijn alleen de anti-
koningsgezinden die over revolutie
spreken.
Maar kent ge dan het spreekwoord
niet blaffende honden bijten niet
De koningsgezinden spreken zo niet
maar in hun binnenste binnen koken
ze van colère. Opgepast als de koning
niet mag terugkeren dan gaan de ko
ningsgezinden hem halen.
Wee diegene die hem dat durft be-,
letten. Ik zou niet gaarne in diene ca-
dé zijn plaats zijn. Want dan kunt ge
de koningsgezinden niet. En Wanneer
de koning toch mag terugkeren en de
anti-koningsgezinden willen dat belet
ten dan zit het er heelzekers boven
arms op. Dan gaan we wat beleven
Ge ziet het, aan de revolutie is niet
meer te ontkomen. En zeggen dat het
de schuld is aan al deze die het ko-
ningsvraagstuk zolang op een oplos
sing hebben laten wachten. Men heeft
de gemoederen daardoor te veel opge
hitst.
Enfin, nu we toch voor een voldon
gen feit staan, laat ons niet zeuren en
kniezen maar ons aan het onvermijd
lijke onderwerpen. We weten nu toch
wat ons te wachten staat en een ver
wittigd man is er ten minste een kop
pel waard. Laat ons ons preparatieven
nemen en van nu af aan nooit meer
ongewapend op de straat komen.
Bangerikken die blijven voortaan
best binnen of gaan, zo voor de frim,
eens naar het buitenland en blijven
dan natuurlijk weg tot wanneer de
vlaag over is en dan kunnen ze komen
regelen hoe het hier gaan moet.
Roemrijke dagen en daden staan ons
nog te wachten en er zal een prachti
ge bladzijde, bij de zovele andere, in
het belgisch geschiedeniesboek worden
geschreven.
In afwachting zouden we toch 'best
doen van met de aankopen te begin
nen. Het is immers te verwachten dat
tijdens de dagen van de burgeroorlog
de winkels zullen gesloten zijn en de
grenzen ook. Vechten zonder voldoen
de eten dat gaat immers niet. Op een
ding zullen we vooral moeten letten,
een ding waarover én koningsgezinde
én anti-koningsgezinden het vooraf
moeten eens zijn. En dat ding is dat de
vooraanstaande koningsgezinden en
anti-koningsgezinden moeten mee
vechten, anders wordt er niet 'gevoch
ten. Voila I
PIERLALA,
EEN NïEUW LICHT OVER DE
BEVRIJDING.» VAN DE VORST.
Dezer dagen zal het tweede deel
van de gedenkschriften van Graaf Ca-
pelle <.Au Service du Roi van de pers
komen. Het eerste deel, dat verscheen
in Maart 1949 handelde over de ge
beurtenissen van 1936 tot 1940;
tweede deel behandelt de gebeurtenis
sen die zich afspeelden tot op het
ogenblik dat Graaf Capelle van zijn
functie van secretaris des Konings ont-1
last werd.
Het voornaamste gedeelte van de
gedenkschriften van graaf Capelle han-
delt over de bevrijding van de Koning.
Niemand zal nog willen ontkennen dat j
hier de kern ligt van de Koningskwes
tie. De getuigenissen van graaf Capelle
over deze periode zijn dan ook van
het grootste belang. Zo beknopt moge-1
lijk geven we hier onder dit gedeelte
uit Graaf Capelle's gedenkschriften
weer.
SPAAK HEEFT DE TOUWTJES"
IN HANDEN
Begin 1945. Het land is sinds ver
schillende maanden bevrijd. Het nor
male leven herneemt; de krijgsgevan
genen keren terug. Men wacht vruchte
loos op de bevrijding van de Koning
en van de koninklijke familie.
Op 4 Maart 1945 schrijft dhr Ca
pelle aan dhr Pauwels, minister van
Oorlogsgetroffenen om hem te verzoe
ken een of ander initiatief te nemen om
aan het ongeduld van vele Belgen te
gemoet te komen. Dhr Pauwels is ge
neigd iets in die zin te doen.
Terzelfdertijd doet graaf Capelle
stappen bij de hh. Devèze, Carton de
Wiart en Brunet om door de rechtse enjprecj
linkse parlementaire groepen een mo
tie te laten stemmen. Deze personalitei
ten zijn bereid hierop in te gaan.
Doch de vijanden van de Koning
zijn op hun hoede. Op 20 Maart 1945
wordt graaf Capelle door dhr R. Roch,
kabinetschef van dhr Van Acker, des
tijds eerste minister ontboden. Het on
derhoud had daags daarop plaats. Dhr
Spaak was eveneens aanwezig. Het
bleek dat het dhr Spaak was, die de
bijeenkomst had laten beleggen; deze
wilde de touwtjes in handen houden
Dhr Spaak verweet aan graaf Capelh
dat hij aan de eerbied verschuldigd aan
Regent en Regering was te kort geko
men door rechtstreeks met parlements
leden in contact te treden. Dhr Capelle
verwees naar zijn gesprek met de mi
nister van Oorlogsgetroffenen, die zijn
verzoek gunstig had onthaald.
Het gevolg van dit alles was dat de
parlementaire motie er niet doorkwam
alhoewel dhr Devèze aan Graaf Capel
le schreef dat hij met hem de be;te
wensen koesterde voor de Vorst en zijn
gezin en voor een gelukkige terugkeer
in het bevrijde vaderland.
Op 27 Maart werden door dhr Spaak
stappen gedaan bij de Zwitserse
bondsregering en bij de Zweedse Ko
ning in verband met het lot van de
koninklijke kinderen. Over de Koning
zelf geen woord
TUSSENKOMST VAN HET
RODE-KRUIS VERBODEN
In dezelfde periode werd uit Gene
ve door het Rode-Kruis bericht dat het
ogenblik gunstig was om stappen te
doen voor de bevrijding van de Ko
ning. De directeur-generaal van het
Rode Kruis van België, dhr Dronsard.
spoorde op 25 Maart dhr Bolle, hoofd
n de dienst buitenlandse betrekkin
gen. aan een Frans en een Zwitsers
visum aan te vragen. Reeds 's middags
had dhr Bolle zijn twee visa en berust
te zijn paspoort op de Nationale Bank
om een Zwitserse checque te bekomen.
Te 3 u. ontving hij een telefoontje van
de Nationale Bank waarin hem werd
medegedeeld dat zijn paspoort was in
beslag genomen door dhr Behin, direc
teur-generaal van de Staatsveiligheid.
Dhr Behin liet naderhand weten dat
hij het paspoort slechts mocht afleve
ren op vertoon van een persoonlijke
toelating van eerste minister Van Ac
ker. Dhr Bolle kreeg zijn paspoort
slechts terug nadat de Koning te Sals-
burg bevrijd was.
Toen dhr De Vleeschauwer op 24
Juli 'l 945 hiervan in de Kamer gewag
maakte antwoordde dhr Van Acker
OeS't faux. C'est tout f
HET DOSSIER CAPELLE
Op 2 Mei 1945 ontving Graaf Ca
pelle het bezoek van dhr Pirenne. pro
fessor aan de Brusselse Universiteit,
die toen nog geen secretaris des Ko
nings was. Deze overhandigde hem een
brief van eerste minister Van Acker
wr^rin Graaf Capelle uitgenodigd werd
op zijn kabinet te komen. Dhr Pirenne
voegde er aan toe dat dhr Van Acker
hem zou verzoeken hem a!!e documen
ten over de Koning te overhandigen
om de Koning aldus beter te kunnen
verdedigen Dhr Pirenne zette dhr
Hetvurig aan hierop in te gaan.
I Toen Graaf Capelle zijn dos-:ier aan
dhr Van Acker overhandigde verklaar-
de de eerste minister dat hij zeer be-
I scheiden zou zijn en dat de documen-
j ten zouden dienen om de Koning te
i verdedigen
Op 12 November l 945 sprak dhr
Spaak in de Senaat over het dossier
j Capelle
HOE MEN DE KONING
VERHINDERDE TERUG TE KEREN
Op 8 Mei 1945 meldde een Reuter-
bericht dat de Koning bevrijd was, nl.
op 7 Mei te Strobl bij Salzburg door
het 7e Amerikaanse leger. 's Middags
sprak de Brusselse radio over deze
gelukkige boodschap, die met het feest
van de zegepraal samenviel Avonds
sprak de eerste minister voor dezelfde
micro doch zegde geen woord over
deze gebeurtenis
Ondertuss;en worden te Strobl alle
aanstalten gemaakt om terug te keren
naar Laken. Doch plots komt er een
telegram uit Brussel met de aankondi
ging dat de Prins- Regent met een de-
legatie pp weg was naar Salzburg.
iDie nvolgens werd het vertrek uitge-
jsteld. Woensdag 9 Mei 1945 vertrok
j de Regent uit Brussel, samen met vier
j mini; ters, de hh. Van Acker. du Bus
I de Warnaffe, Lalmand en Mundeleer,
behorend tot de vier partijen, en dhr
ericq, het enig lid uit de koninklij
ke omgeving dat bij de Koning werd
toegelaten.
Terwijl de besprekingen aan gang
waren zette «Le Peuple zijn oprui
mingscampagne voort.
GEEN CONTACT MET HET HOF
TE BRUSSEL
De leden van het Koninklijk Hof te
Brussel vonden het ten zeerste wense
lijk aan de Koning een verslag aan te
bieden over de jongste gebeurtenissen
in het land, zo o.m. over de herhaalde
sympathiebetuigingen, bloemenhulden.
enz.
De groot-maarschalk van het Hof
graaf Cornet de Ways-Ruart, legde
met dit doel een objectief ver;lag aan
dat hij door bemiddeling van een offi
cier van het Militair Huis van de Ko
ning per vliegtuig naar Salsburg wilde
laten brengen. Doch generaal Erskine
hoofd van de geallieerde missie te
Brussel, weigerde de toelating. Nie
mand mag naar Salzburg zonder de
toelating der Belgische regering, aldus
de generaal, en vermits de Belgische
regering te Salzburg is. kan die toela
ting niet gegeven worden.
Toen de groot-maarschalk het doel
van de reis uiteenzette antwoordde de
generaal dat de Koning voldoende zou
ingelicht zijn door de leden van de re
gering. De opmerking van de groot
maarschalk dat hij alleen van de Ko-
ning afhing mocht niet baten. Op de
vraag of hij dan een revolutie wilde
zien ontbranden in Belgie antwoordde
generaal Erskine Liever een revo
lutie dan dat we ons zouden mengen
in Belgische binnenlandse aangelegen
heden
Graaf Capelle leidt hieruit af dat
de terugreis van de Koning door Lon
den niet gewensst was.
HET KABINET VAN DE REGENT
KOMT TUSSEN
Graaf Capelle en de leden van de
omgeving van de Koning verzochten
dan het N.I.R. boodschappen bestemd
voor de koninklijke familie uit te zen
den. De eerste reactie was gunstig doch
onmiddellijk daarop werd meegedeeld
dat alle boodschappen eerst moesten
voorgelegd worden aan het kabinet van
de Prins Regent.
Op 13 Mei 1945 verzocht de Ko
ning zijn broeder het regentschap voort
te zetten daar zijn gezondheidstoestand
hem niet toeliet naar Brussel terug te
keren.
Graaf Capelle betwist de officiële
verklaring als zou de Koning aan een
hartcrisis geleden hebben; zijn over
spannen toestand, schrijft hij, vergdr
volledige rust.
Op 14 en 15 Mei eisten de Brussel
se liberalen de troonafstand; de com
munisten vroegen hetzejfde. Het is
slechts van af I 5 Mei dat graaf Capel
le opnieuw in contact kon treden met
de Koning.
LENING tot WEDEROPBOUW
le SCHIJF
Bij de 98ste trekking van de weder-
opbouwlening (1ste schijf) is een lot
van 1 millioen frank gevallen op obli
gatie nr. 772 van de reeks 1104.
De overige obligaties dezer reeks
zijn terugbetaalbaar tegen 1.000 frank.
400 MILLIOEN...
mensen zijn katholieke gedoopten. ken
nen Christus als hun Verlosser. Ook
gij zijt er één van erkent gij Christus,
uw Koning metterdaad Ja
Dan zult U Zondag 30 October a. s.
Y RIJ houden en deelnemen aan de
grote interparochiale Volk;hulde ter
ere van Christus Koning op Zondag 30
October a. s. op het grondgebied van
de parochie MIJLBEEK I Bevlagt uwe
buizen