Rods Kamiel klaagt aan
Een ^efoondeelde besohalcUgd
Volksvepteoenvtfoopdi o w
]Woyepsoen in hst d
de ^cninqskw
r~."3
'PIERLALA
EN OMSTREKEN
Nummer 10
Verschijnt den Donderdag en Zondag van iedere week.
Donderdag 2 Februari 1050
BURELEN Kerkstraat 9, Aalst Telef.nr 24.114 P.C. n' 881.72 7° Jaarg. 1-25 fr. 't Nr.
-i-oé Oi L *0 1/ 1.
De socios hielden te Brugge een an-
ti-Koningsmeeting waarop het publiek
vergast werd op het uitgerafeld deunt
je zoals iedereen dit nu genoegzaam
kent.
Als sprekers traden op, de hh. Van
Acker en Huysmans. Beiden deden
dan ook hun best de C. V. P. vooreerst
af te schilderen, als de partij der fascis
ten, zwarten, rexisten, enz.
De socialisten zijn verplicht deze
houdt-den-dief-method.e te blijven toe
passen, om te vermijden dat het pu'
bliek het dossier zou heropenen van
het socialisme. Want in dit dossier zov>
men o. a. kunnen vinden dat het na
zisme gesproten is uit het socialisme,
in andere woorden, dat Hitier uit de
rangen komt der socialisten.
In dit dossier zou men dan ook kun
nen vaststellen dat ook Mussolini, cle
Italiaanse fascist, herkomstig is uit de
rangen der socialisten.
Wij zouden ons dan ook kunnen
herinneren dat het de socialisten wa
ren welke in ons land de grootste ver
rader leverden welke wij ooit geleend, j
'hebben, en deze socialist niet minder i
dan de vroegere voorzitter Rik De
Man, boezemvriend van de sccialisti- i
sche heer Van Lynde, later raadsman j
van Leopold 111. Onze toekomstige j
vorsten zouden er goed aan doen in
de toekomst heel voorzichtig te wezen
wanneer Zij socialisten als raadgevers
zouden nemen, het verleden eist een
dergelijke maatregel i
Wij zouden verder dan ook moeten
.bestatigen dat het de socialisten wa
ren welke het kommunisme hebben
verwekt en gebaard, uit hare rangen
werd de rode kommunistische dicta
tuur en slavernij gebroed....
Voor de rest is er in de sociopartij
geen incivisme te bespeuren
Op voornoemde meeting nam Ka
miel ook het woord om enkele be*
cchuldigingen naar het hoofd van Leo
pold LI te slingeren, 'jammer voor
Kamiel werd' zijn rede niet besloten
met een stormachtig applaus vanwege
het auditorium,een eerder pover hand
geklap (traditioneel) werd hem voor
behouden. Wij weten dat dit pover
succes Kamiel niet zal verwonderd
hebben.
Inderdaad, wanneer er iemand is die
over het oorlogsgebeuren MOET zwij
gen, dan is het Kamiel. Kamiel heeft
geen enkele reden om nü de mond
held uit te hangen. Kamiel die door
het volk reeds werd veroordeeld orn
zijn laffe houding in 14-18 en 1940,
treedt ten onrechte op als aanklager.
Kamiel waarschuwt het volk dat wij,
bij een eventuele volgende oorlog,
geen Koning mogen hebben welke zich
gevangen geeft
Het doet potsierlijk aan dit te moe
ten horen van een man als Kamiel, dit
te moeten vernemen van een man die
nog het EERSTE bewijs van moed eni
weerstand moet leveren, dit te moeten
vernemen van een man welke tot op
heden steeds zijn heil heeft gezocht in
een laffe vlucht wanneer oorlogsge
vaar ons land bedreigt.
Kamiel, de man van Stockholm in
14-18, ging in de eerste wereldoorlog
de strijd tegen de Duitsers voortzetten
in Zweden, ofwel zijn financieel bezit
met ettelijke duizenden aandikken, ter
wijl duizenden arbeiders op de slagvel
den doodbloeden.
Kamiel, de man van Londen in
ZIJN DE KAMERDEBATTEN
OVER DE VOLKSRAADPLEGING
NUTTELOOS
1940. die op 10 Mei'40 wettelijke bur- Bijna drie weken duren de debatten
gemeester van Antwerpen was, maar (n ,/jamer*s' n' altijd maar over
hier geen ogenblik aan dacht toen bij j Pf'
zijne medeburgers laffelijk in de steek Altl)d over de koningskwestie en in
liet en even laf de vlucht nam zonder jdeze ovf. de volksraadpleging. V/eten
zich te bekommeren om het lot der|we.,nu lc'3 meer .Neen - Zijn er
,-*-i "S
Wij hebben verleden Zondag het tegenwoordigers die te Limoges versta-
eerste deel ven de rede van den Heer 1 derden.
Moyepcen overgedrukt. Hier volgt het Dit bewijst dat de kritieken cie
thans tegen de Koning worden weer
houden, niet diegene waren die in aie
tweede deel en het slot
I. LEOPOLD III EN DE
ONAFHANKELÜKHEïDSPOLiTIEK.
houdii
scherp gehe-
mogelijke enihebben steads voor ,do,el Sehad z'in Mi
claar waar de'wet vborschriift* dat'"hi'i OIUn°gelijke, waarschijnlijke en on- j nisters en .e partij eiders te behoeden
waar de wet voorschrijft dat in, waarschijniijke feiten oor voor afwijkingen d.e onbetwistbaar het °P d
uciioiiuiici i.j: uiit iict 1UL UC1 1*1
achtergebleven arbeiders. Kamiel, de j j"je;Sfnwoord'gers van
man welke zijn post verlaten heeft,
oxiiiiogenjKe, waarscnijnnjK
als burgemeester op zijn post diende i wumschijnlijke feiten voor en tegen de
te blijven. j Koning gehoord hebben Waarschijn-
Liever bange Kamiel dan dode Ka- geen enkele,
miel, zei Kamiel destijds als excuus Het hierom dat sommige beweren en
voor zijn wangedrag als burgemees- i ook enke!e bladen schrijven dat al dat
ter gepraat nutteloos is en bijgevolg verlo-
Laat ons lachen. Of wil Kamiel deren.
goei gemeente wijs maken dat de Duit-Hewel, ik ga niet akkoord met der-
sers het op zijn leven hadden gemunt, Se"ike bewering en soortgelijke
Zekere pers heeft d<
de Vorst vóór de oorlo
keld.
Zij verweet Hem zijn dictatoriale
neigingen, zij verweet Hem vooral zijn
opvattingen betreffende het buiten
lands beleid van België.
Dit debat mag geen einde nemen,
zonder dat tegen deze kritiek protest
wordt aangetekend.
i De Koning heeft steeds nauwgezet
i de grondwettelijke regels voor richt-
ijn er J
j 1 "Jn genomen en al zijn tussenkomsten
geudui.i ii 1 j„„il i rv /t:
of hem een kwaad hart toedroegen.
Ook hierover moet Kamiel ons nog
het eerste bewijs leveren.
nier om een besluit te trekken.
Ik beweer dat die debatten geen
verloren tijd geweest zijn en bijgevolg
bewering
Integendeel, "wanneer wij even de wel hun ,nut hebben. Deze
uitstapjes nagaan welke Kamiel vóórsteunt juist op dezelfde gronden als d
1940 ondernam naar Duitsland danbewering der «verloren tijd mannen
zijn wij geneigd om te spreken van
Ik weet wel dat de socialisten hum
zijn Duitse' vrienden. Er bestaan mooie preekbeurten tot in het oneindige rek- j
fotos, zeer mooie zelfs, waarop Ka- ken om z°hng mogelijk de stemming j
miel in Keulen afgebeeld staat, lachend voor 0,(2 volksraadpleging te verdagen. I
tussen zijn Duitse vrienden met en=ee^ insgelijks toe dat er niets i
zonder nazi-uniform, onder het kün- nieuws werd verteld en dat geen enkel
ken der glazen champagne (demccra-yo^ksvertegenwoordiger van zinswijze
tische). j is veranderd ten gevolge van deze de-
Mooie fotos waarop Kamiel knip-1 ka^ten. V. e mogen, dus veronderstellen
mest voor Duitse «heren)) en geunifor - dat ,ds volksraadpleging zal gestemd
meerde militairen, onder de wapperen
de hakenkruis vlaggen...
'Neen, met vijanden or vijandigge-
zir.de lieden zijn, de betrekkingen soms
heel anders, en wij geloven er dan ock
worden.
Het is na de stemming der volks
raadpleging dat het riut der debatten
zal aan het licht komen. Immers eens
de volksraadpleging gestemd zullen het
geen snars van waar Kamiel laat door-1 Dïet meer de volksvertegenwoordigers
schemeren dat de Duitsers het op zijnzi,"n maar wel kiezers die aan het
hadden gemunt. De reden ligtwoord komen. Men zal wel bij middel
:ven
L
elders, maar bestond er in te zorgenvan nieetings, strooibiljetten en aller-
voor de redding van eigen vel, en om!^1.5001' van propaganda de openbare
evenals in 14-18, de strijd tegen de
Duitsers vort te zetten, ver van alle
gevaar en tegen verzekerde wedde.
TA7iot fo Tjovfo 11ar, Kna
I opinie trachten te beïnvloeden én voor
Ja én voor Neen Doch.
en voor
men in de kamers nLts
gezien
nieuws meer
..de .hals ge!ju--.!J. van alle weldenkende
burgers, en God behoede ons, om der
gelijke lieden nog ooit een verantwoor
delijke post toe te vertrouwen. Derge
lijke lieden zijn parade-heren wier enig
doel is, zich spectaculair voor te doen.,
wanneer er geen gevaar dreigt of wan
neer zij geen verantwoordelijkheid
hebben te nemen. In dit geval brengt
een snelle vlucht steeds de oplossing.
Neen, werkelijk, dhr. Huysmans
heeft geen enkel recht om Leopold III
de les te spellen, dit recht ontzeggen
wij hem tegenover eender wie die on
der de bezetting in het land is gebleven.
Want Kamiel moet nog het bewijs le
veren dat, ware hij onder de bezetting
in het land gebleven, geen collabora
teur zou geworden zijn, bijzonder wan
neer men weet dat Kamiel in oorlogs
tijd nog nooit een Duitse militaire uni
form zag.
Het beste wat wij Kamiel kunnen
zeggen is verdwijn in stilte, de eer
lijke burgers ergeren zich aan Uw on
beschaamd optreden en hebben niet de
minste eerbied voor mensen van Uw
slag. U verwijt Leopold III een fascist
te wezen, iets wat U niet kunt bewij
zen; maar dat Uwe partij in de per
soon van Uw vroegere partijvoorzitter,
een fascist primus inter pares heeft
geleverd, dat IS bewezen. Leopold III
heeft bewezen niet te willen regeren
onder Duits toezicht, aldus een eerste
weerstandsdaad stellende over Uw
weerstandsdaden weet ons volk helaas
niets, integendeel... LEO.
gezag van het parlementair regime be
dreigden.
Het is evenmin denkbaar in ons
grondwettelijk regime dat men de Ko
ning zou verantwoordelijk stellen voor
de zogenaamde zelfstandigheidspoli-
tiek.
Stellig heeft de Vorst, naar het voor
beeld van zijn dcrorluchtige voorzaten*
in overeenstemming met een roemrij
ke en niet minder zegerijke traditie der
Dynastie, zich bizonder bekommerd
met de positie van België op interna
tionaal gebied, en zijn voortdurends
zorg besteed aan de handhaving van
zijn onafhankelijkheid. Maar de regel
dat de Koning onschendbaar is, en zijn
minister's verantwoordelijk, lijdt geen
uitzondering, ook niet op dit gebied.
Wij mogen ons niet vergenoegen
met de vaststelling dat de Koning
grondwettelijk gedekt was door zijn
Ministers.
Wij moeten Hem openbaar bedan
ken voor de prachtige krachtinspan
ning die Hij zich getroost om de gru-f
wel van de oorlog aan ons volk te be
sparen, voor de wijze raad die Hij on
ophoudend aan de achtereenvolgende
Regeringen heeft gegeven, voor de
gemoedsterkte met dewelke Hij zijn
zware taak heefc vervuld, voor het
voorbeeld dat Hij altijd heeft gegeven:
voorbeeld dat de eerbied, de bewon
dering en de genegenheid afdwingt.
Dit zijn de eigen woorden met de
welke de Heer Spaak spontaan op 10 onderbroken werd twee dagen voor d
tijd de verbeeldingen het meest heb
ben getroffen. Daaruit blijkt hoefceer
het gewaagd is vandaag de gebeurte
nissen van toen te willen reconstitue-
ren bij middel van geschriften alleen.
Welke methode dient dan gevolgd
om de draagwijdte van de capitu.ctie
en de er mee gepaarde beslissingen van
de Koning om met zijn soldaten te
blij ven, rechtvaardig te beoordelen.
Er is slechts één rechtvaardige me
thode de «daden» zelfs van de Ko
ning nagaan.
De methode die steunt op de ge
sprekken die de Vorst heeft gevoerd,
op de gedachten die Hij heeft geuit
e onoverwogen antwoorden die hij
gegeven heeft, op de vragen die hem
onverwachts werden gesteld, is ver
keerd en bedriegelijk.
In beginsel vooreerst kennen we
die gesprekken niet en hoeven ze niet
te kennen. In de grondwettelijke sa
menspraak tussen Koning en Ministers
genieten beide van de volledigste vrij
heid. Zij moeten er alle meningen tot
uiting kunnen brengen zonder te vre-
sen dat zij ten hunnen laste zullen
weerhouden worden. Zij mogen zich
tegenspreken en na verdere overwegin
gen hun standpunten wijzigen of hand
haven.
Alleen de daad. die ontstaat uit
de samenloop van de wil van de mi
nister met deze van de Koning en die
voorafgegaan wordt van de samen
spraak tussen de Koning en de Minis
ter, is van belang.
Aan die samenspraak, Mijne Heren,
is -n principe geen beperking van tijd
opgelegd. Zij hoeft, zo het nodig
blijkt, voortgezet tot op het ogenblik
dat de "daad» wordt gesteld.
Het is op dat ogenblik dat de sa
menloop van wil moet bereikt worden
en de historicus zoals de rechtsgeleer
de die de uiteindelijke inzichten wil
kennen en naar juiste waarde schatten,
moet zich op dat ogenblik plaatsen.
Wij weten het, Mijne Heren, dat
voor dit tragisch geval, die grondwet
telijke samenspraak waarop de Vors^
en de Ministers normaal recht hebben,
WORDT DE SIEGFRBEDLIJN
GESLOOPT
ZOU WERKLOZEN AAN WERK
HELPEN
Het met Britse vergunning verschij
nende West-duitse blad Die Welt
meldt, dat de bondsregering om de
sloping verzocht heeft van de West-
wall door Hitier langs de Franse, Lu
xemburgse, Belgische en Nederlandse
grens gebouwd.
De uitvoering van dit plan zou het
mogelijk maken grote hoeveelheden
oud ijzer terug te winnen en braaklig
gende grond terug beschikbaar te ma
ken voor de landbouw.
Het zou levens toelaten aan talrijke
Berlijnse werklozen werk te verschaf
fen.
Volgens «Die welt» zou de sloping
van de zogenaamde Siegfriedlijn
aanzienlijk bijdragen tot verbetering
van de Frans-Duitse betrekkingen. Zij
zou bovendien renderend zijn, indien
Frankrijk en Groot-Brittannië afzien
van het hun als oorlogsbuit toekomen
de oud ijzer
KONINGIN ELISABETH TE
MENTON AANGEKOMEN
KORT VERBLIJF TE ANTIBES
VOORZIEN
Koningin Elisabeth van België is
Maandagnamiddag per auto uit Rome
aan het grensstation van Menton aan
gekomen, waar zij begroet werd door
de h. Kubler, eerste adjunct van. de
burgemeester van Menton en door de
h. De Kepper, voorzitter van de «Ami-
tiés Beiges» te Menton.
Twee meisjes in gewestelijke kleder
dracht, overhandigen aan de Koningin
een bloemenstuk.
Alhoewel Koningin Elisabeth geen
bijzonderheden verstrekte over haar
reis, meent men dat zij voor een kor
te tijd zal verblijven in het «Chateau
de Ia Croe» te Antibes, waar thans Ko
ning Leopold resideert en datzij daar
na naar België zal terugkeren, na een
tweetal dagen te Cannes te hebben
doorgebracht, waar appartementen zijn
besproken.
I r.a die debatten - Af -u zal alleen tot,
vervelens toe steeds hetzelfde herha
len.
Van nu af aan dus kan de kiezer als
volgt besluiten
Sedert het ontstaan van het konings-
vraagstuk heeft nog geen enkel politie
ker of niet politieker één doorslaand
en bewezen feit hunnen, aanhalen het
welk de troonafstand van Leopold III
enigszins wettigen kan. Jaren reed:
werd alles wat maar mogelijk is opge
rakeld wat van dicht bij en van ver
de koningskwestie raakt. Bladen, voor
drachten. boeken, kamerdebatten, enz.
hebben alles gewikt en gewogen. Alles
is vruchteloos gebleven opdat een on
partijdig mens overtuigend zou kunnen
beslissen «Neen, de Koning is de man
niet meer om te regeren; Het is op
zo'n feit dat we wachten en zo lang
ons dat niet gebracht wordt zwart op
wit is er ook geen reden om tegen de
Koning te stemmen.
Laat ons dan, in volle vertrouwen
op het gezond verstand en op het eer
lijkheidsgevoelen van ons volk, de ko
mende volksuitspraak te gemoet zien
overtuigd dat deze uitspraak het ver
stand onzer volksvertegenwoordigers
zal verlichten en dat de kiezers hen
zullen bewijzen dat al die debatten be
wezen hebben dat Leopold III wel de
Koning is die ze begeren.
PIERLALA.
BELGISCHE TEGOEDEN
SN WEST-BERLIJN.
OMREKENING IN DUITSE MARK
OVERSCHRIJVING NAAR BELGIE
MOGELIJK
Het ministerie van Buitenlandse Za
ken deelt mede. dat krachtens een be
sluit van de militaire bevelhebbers van
West-Berlijn, de tegoeden die toebeho
ren* aan Belgische onderhorigen en die
voor die datum gedeponeerd of inge
schreven waren op een spaarboekje,
of op girorekeningen zullen omgere
kend worden van rijksmark in Duitse
mark op basis van 20 voor 1.
De omrekeningsaanvragen moeten
vóór 30 Juni ingediend worden bij het
bestuur van de betrokken credietinstel-
ling, ofwel, wat betreft de tegoeden op
de girorekening of op de spaarbank
bij de postcheckambt van West-Ber-
lijn. Deze aanvragen dienen gebeurlijk
vergezeld te zijn van de bewijsstukken.
Hoewel bepaald is, dat de gevalori
seerde tegoeden beschikbaar zullen ge
steld worden in drie gelijke jaarlijkse
schijven, zullen zij evenwel naar Bel
gië kunnen overgeschreven worden,
dank zij de thans op wisselgebied van
kracht zijnde bepalingen^
December 1939 van op deze tribune
de heerlijke rol van Koning Leopold
heeft gehuldigd.
Dit getuigenis stelt een einde aan
elke betwisting over deze kwestie.
II. DE GEBEURTENISSEN VAN
MEI 1S40.
De tragische gebeurtenissen van
Mei 1 940, welke aan de oorsprong lig
gen van onze huidige moeilijkheden
worden al te dikwijls slechts aange
haald om de polimiek tegen de Vorst
te voeden, en haast nooit om dit ge
beuren in zijn diep menselijke tragiek
te peilen.
Van ieder mens, van ieder Belg,
kan dit ten minste geëist worden dat
hij namelijk die gebeurtenissen zou be
oordelen. zonder eigen waan en met de
betrachting de houding en de drijfve
ren van al de acteurs van deze natio
nale tragedie edelmoedig te begrijpen.
Dit blijkt me niet alleen een plicht
van rechtvaardigheid, doch ook een
plicht van nationale solidariteit.
We mogen immers niet vergeten dat
al diegenen die bij deze gebeurtenissen
werden betrokken, België vertegen
woordigden... en dit alleen reeds
dwingt een minimum eerbied af en
vooral dat zij die zware verantwoorde
lijkheid droegen in een tijd dat de
sterksten. bezweken, en er geen- mens
is geweest hoe klaarziende hij ook
wezen die niet zoals de Heer Pier
lot op 10 September 1944 verklaarde;
«zijn eigen begrensdheid heeft aange
voeld» en in deze ervaring een reders
tot nederigheid heeft moeten vinden.
Indien we deze begrijpende houding
aan de dag willen leggen tegenover al
de acteurs van deze tragedie dan past
het dat die acteurs, vooral diegenen
die gedurig het voordeel van, dergelij
ke houding voor zich opeisen, het
voorbeeld zouden geven van ruim be
grip en eerbied voor diegenen die meer
dan zij het land vertegenwoordigde,
die het symbool was van het strijdend
Vaderland, de opperbevelhebber van
het leger, en die door zijn woord en
door de beslissi^- die hij bekend
maakte het lot zijner soldaten te delen,
«hun weerstand heeft bezield en ge
stijfd tot de uiterste grens van het re
delijke» zoals Minister Schumann zich
nog onlangs uitdrukte te Brussel.
Het hoogtepunt van deze tragedie is
de overgave geweest van het Leger en
van zijn Opperbevelhebber.
Niemand meer twijfelt thans nog
aan de onafwendbaarheid van de capi
tulatie. Zij werd zolang uitgesteld als
de weerstand van het Belgisch Leger,
het Franse en het Britse nuttig kon we-
Zij kwam op tijd om een onmen
selijke slachting te vermijden.
Het is nochtans de capitulatie zelf
die gebrandmerkt werd door de ver-j
daad die thans wordt gehekeld.
Het heeft geen belang voor mijn be
toog te onderzoeken of .de Ministers
die heengegaan zijn, daarvoor vol
doende redenen hadden.
Het is echter zeker dat op dat ogen
blik het mecanisme van de grondwet
telijke samenwerking tussen Koning
en Minister, werd vervalst.
Men mag derhalve niet om het ge
drag van de Koning op 27 Mei en de
volgende dagen te beoordelen verwij
zen naar zijn uitlatingen van twee da
gen te voren, of hetgeen men uit zijn
woorden had menen te verstaan.
Alleen de daden zullen ons openba
ren wat de Koning werkelijk en na
overleg heeft gewild.
Dit betoog zou wellicht aanleiding
kunnen geven tot misverstand, indien
ik er deze bemerking niet bij aan
knoopte Indien men de Ministers die
tot 25 Mei 1940 bij de Koning zijn
gebleven, en diegenen die hun overtui
ging hebben moeten vestigen op het
verhaal van hun collega's, moest he
kelen, dan zouden zij, de eerste en a
fortiori de tweede het recht hebben te
eisen, dat men wel zou rekening hou
den met de gesprekken die gevoerd
werden, en van alle andere gegevens
die bij hen de overtuiging hebben doen
ontstaan dat de Koning anders zou
handelen dan Hij werkelijk heeft ge
handeld.
Doch het gaat daar niet over.
Wij hebben nochtans deze verkla
ring gedaan omdat wij tegenover de
Ministers hetzelfde begrip aan de dag
willen leggen en volledig objectief wil
len blijven en anderzijds ons niet om
de tuin laten leiden door de dialectiek
van onze tegenstrevers die ieder af
weer van aanvallen op de Koning ai9
een aanval op de Ministers voorstellen.
Wat de beoordeling van de Koning
betreft, gelden alleen zijn daden.
En welke zijn die
En vooreerst, wat deed de Koning
toen zijn Ministers op 25 Mei waren
weggegaan, wat deed de Vorst, van
wien Spaak dierf te schrijven dat Hij
reeds vijf dagen na het begin van den
oorlog plannen beraamde om de geal
lieerden in den steek te laten Op 25
Mei richt Hij zich tot zijn leger om een
uiterste inspanning te vragen. Zo han
delt Hij, op het ogenblik dat de Brit
ten reeds hunne troepen terug trokken,
en de Franse Hogere oorlogsraad op
zelfde 25 Mei beraadslaagde over de
vraag of Frankrijk afzonderlijk mocht
capituleren in weerwil van zijn allian
tie met Engeland. Ik zeg dit niet om
aan de Regeringen van die landen een
verwijt te sturen; maar wel omdat wij
moeten betreuren dat er Belgen wor
den gevonden, om juist aan den Koning
ZIE VERVOLG 3de BLADZ,