Wat ieder Aalsteoaar zou dienen
te weten nope :.s DIRK MARIENS
Bah
j
Ëelaqer's van het Vlaamse Volk PIERLALA
Li&kss houding dep
Vlaamse Socialisten
De grootste beroemdheid die
ooit in Aalst het lieht zag
■£3
~a fe,
EN OMSTREKEN
Nummer 12
BURELEN Kerkstraat 9,
Verschijnt den Donderdag en
Donderdag 9 Februari 1950
Aalst Telef.n' 24.114 P.C. n' 881.72
Zondag van iedere week.
Jaar
ksh
t. 1,25 fr. 't Nr.
i ^rasa
GEEN 2ELFRESPEC
De Kamer heeft op Woensdag 1 Fe
bruari 11. het debat over de Volksraad
pleging voortgezet. Als naar gewoonte
hebben de socialisten zich doen opmer
ken door hun hatelijke en lasterende
uitlatingen aan het adres van koning
Leopold 111, doch deze maal hebben)
zij zich zelf overtroffen in hun agitatie
om de twee landsgedeelten tegen el
kaar in het harnas te jagen.
In de vaste overtuiging dat het mis
selijk proza der rode pers evenmin suc
ces heeft dan het rode gezwam in da
Kamer; goed voelende dat de publieke
opinie de rug keert aan schaamteloze
lasteraars; en ten slotte de heilige vrees
voor de uitslag der volksraadpleging)
zijn de socialisten gaan woelen in een
andere modderpoel. Zij vallen nu Leo
pold III niet verder meer aan, maar
sturen er op aan om de Vlamingen te
gen de Walen uit te spelen, aldus uit
ing gevende aan hun wil om wanorde
en tweedracht te zaaien. Wij bedoe
len hier de zeer suspecte tussenkomst/
van dhr Merlot tijdens de Kamerzit
ting van 1 Febr. 1.1.
De laureaat der verdachte Waalse
Congressen, hield vooreerst een plei
dooi pro domo, om daarna zijn aan
vallen te concentreren op de C.V.P.
Voor zovér zouden wij het gezwam
van dhr Merlot kunnen aanvaarden]
van deze man zijn wij toch geen grote
dingen gewoon. Doch de vlaamshaten-
de heer Merlot vond het ook nodig
zijn verregaande vlaamshatende ge
voelens tot uiting te brengen door in
volle zitting uit te roepen dat allèèn bij
de Vlamingen het grote incivisme te
vinden was onder de bezetting
De cynieke heer Merlot werd na zijn
rede, of schaamteloze scheldpartij,door
zijn rode broeders stormachtig toege
juicht
Ook door de Vlaamse socialisten,
ook door een man welke vroeger steeds
de mond vol h\d over (.Vlaamse groot
heid en Vlaamse rechten dhr Huys-
mans. Evenwel werd Merlot s satire
toegejuicht dotor de rode baas Ganzen-
donck van de rode Vlaamse Volksga
zet de blunderkampioen Jos. Van
Eynde.
Waar bleven zij. de Vlaamse so,
cialisten, om te protesteren tegen de
schandelijke aantijgingen van dhr Mer
lot
Waar bleef Uw protest heren Huys
mans en Van Eynde, tegen de smaad
Uw Vlaamse Kiezers en Vlaamse le
zers aangedaan
Had gij de moed niet de sinistere
heer Merlot te wijze op zijn eigen, se-
paratische drijverijen en zijn anti-na
tionale houding in de Waalse congres
sen
Met verontwaardiging heeft het
Vlaamse volk kennis genomen van Uw
zeer lakse houding tegenover een be
lager der Vlaamse gemeenschap. Of
offert gij de eer van Uw Vlaamse me
deburgers op, om Koning Leopold III
des te erger te kunnen lasteren
En wat gezegd van de Antwerpse
Zuurpruym Van Eynde, die het in zijn
blad verwonderlijk vindt dat de C.V.
P. heftig protesteert tegen de schaam
teloze uitlatingen van dhr Merlot aan
het adres van de Vlamingen
Voorwaar, na de lakse houding dei
Vlaamse socialisten zou het geen ver-
wondering baren indien het Vlaamsd
volk de Vlaamse socialisten ging be
schouwen als een kudde huichelaars,
met de hh. Huysmans en Van Eynde
aan het hoofd.
Een paar vraagjes. Zou Kamiel een
even lakse houding aangenomen heb
ben indien een dergelijke belediging
werd toegestuurd aan het adres van de
joden
Zou de boertige heer Van, i_ynde,
die anders zo gemakkelijk schuimbekt
van woede, in zijn joodse Volksgazet
even hard zwijgen over smaad de
joodse gemeenschap toegebracht, dan
zulks nü het geval is met de belediging
aan de Vlaamse gemeenschap In
geen. geval
Doch niettegenstaande alles heeft
dhr Merlot de Vlamingen nog deze
dienst bewezen dat zij nü weten wat
zij aan de Vlaamse socialisten heb
ben; de Vlamingen weten nü wie er
met hun eer en recht solt. en dat is
toch al heel wat
LES IN VADERLANDSLIEFDE.
Het zijn doorgaans weg de grootste
woelmakers welke zich uitgeven als
hyperpatriotards, maar het zal
dhr Merlot niet zijn welke gerechtigd
is de C. V. P. lessen in vaderlandslief
de te geven, de vent heeft als hoogste
plicht te zwijgen in alle talen.
Zijn triestige houding op de Waal
se congressen, waarop hij ieder jaar
hete tranen stort omdat Wallonië nog
niet bij Frankrijk geannexeerd werd
waarop hij ieder maal zijn diep leedwe
zen uitspreekt omdat Wallonië nog
steeds bij België behoort, om dan een,
hoogdravende lofzang te houden te
ere van «la douce France.
En wat te zeggen van de triestige
bedevaarten van dhr Merlot naar de
Leeuw van Waterlo, waar deze vent
insgelijks hete tranen stort om de ne
derlaag van de Franse despoot Napo
leon. Zijn. zulks uitingen van Belgische
nationale gevoelens
En mogen dergelijke lieden spreken
over Belgische eenheid, O spot, O
huichelarij
Daarom ook ontzeggen wij dhr
Merlot het recht de Vlaamse gemeen
schap te beledigen en te beschuldigen
van collaboratie. Dit tragisch heer
schap kan zich best met het geiaa
naar Wallonië keren... en er collabora
tie ontdekken méér dan hem lief is de
Waalse industrie^ de legers van de
Waalse Divisie (in Vlaanderen bleef
deze sterkte slechts beperkt tot le
gioen») de goede*®* onderhandelingen
van socialistische senatoren met de col
laboratieregering van Vichy; de smeek
bede van de ^Vaalse socialistiscne se
nator Thorn, tot de regering van Vichy
tijdens de bezettingsjaren om Wallo
nië bij Frankrijk te annexeren, enzo
voort, enzovoort. Belieft U nog méér,
mijnheer Merlot
Wij betreuren het dat een heerschap
van het slag Merlot ons verplicht som
mige onaangename feiten op te rake
len, doch het weze Vlaamshaters a IeV
Merlot eens en voor altijd gezegd, dat
de Vlamingen de suspecte uitlatingen
aan hun adres zo maar niet kunnen
aannemen, en zeker niet van doodgra
vers der Belgische eenheid, aan wier
hoofd zich een zekere socialistische
heer Merlot bevindt. L t, O.
DE TWEEDE
ZALIGVERKLARING VAN
HET H. JAAR
MARIA DESOLATA TORRES
ACOSTA
Zondagvoormiddag heeft in de St.
Pietersbasiliek de plechtige gelukzalig-
verklaring plaats gehad van Maria De-
solata Torres Acosta. De plechtigheid
begon met een défilé van de leden der
geestelijkheid, waarna voorlezing is ge
geven van de desbetreffende verzoe
ken ingediend bij kardinaal Micara, de
prefect van de Congregatie der Riten
eerst, en bij Kardinaal Tedeschini, de
aartspriester van de Basiliek vervolgens
om te bekomen dat wordt kennis gege
ven van de pontificale Breve, waarbij
de gelukzaligverklaring wordt gepro
clameerd.
Nadat de breve was voorgelezen
door Mgr. Anichini, de kanunnik van
St. Pieters, werden de relikwieën van
de gelukzalige op het altaar geplaatst,
terwijl door het koor het Te Deum
werd gezongen.
Terzelfdertijd werd het doek neer
gehaald dat de grote standaard be
dekte boven het altaar aan het einde
van de absis en waarop Maria Desola
zij ten hemel stijgt.
Honderden bedevaarders waren ge
komen uit Spanje, het geboorteland
van de nieuwe gelukzalige en de verte
genwoordigers van de afdelingen van
het instituut der Dochters van Maria,
dat door haar is gesticht, juichten de
gelukzaligverklaring toe.
Mgr. Beretti, aartsbisschop-kanunnik
van St. Pieters, bewierookte de reli
kwieën, waarna hij de H. Mis opdroeg,
na afloop waarvan exemplaren van de
(levensbeschrijving van de gelukzalige
aan de aanwezige kardinalen en hoge
prelaten werden aangeboden.
GEEN ZELFRESPECT ZONDER
RESPECT VOOR ANDEREN.
Ik zat in de spreekkamer van Mijn
heer X... te wachten op Mijnheer X..
Wat doet ne mens zoal in een
spreekkamer alvorens er te spreken
valt Rondkijken en... zich vervelen.
En toch... het wachten in die wacht
kamer van Mijnheer X. was niet ver
velend.
In die wachtkamer hing een spreuk.
Misschien hangt die er nog. Het is een
spreuk die mijne verveling den pas
afsneed. Ik las GEEN ZELFRE
SPECT ZONDER RESPECT VOOR
ANDEREN Ik dacht onmiddellijk
aan Spaak.
Aan. Spaak
Ja weeral aan Spaak
Wie hoort over respect en zelfres
pect die denkt toch aan Spaak Die
moet aan Spaak denken. Zo niet is die
van zijn tijd niet of begrijpt niks van
zijn tijd.
Heeft die man, ook bij dezen die
vroeger nog een pluimpje over hadden
voor Spaaks groten hoed, niet al zijn
prestige verloren
Zijn houding ter gelegenheid der
debatten over de volksraadpleging is
die daar de schuld niet van
Ik herinner het mij nog heel goed.
Het zal nu twee jaar geleden zijn.
Een niet te onderschatten C.V.P.ër
verklaarde in verband met Spaak en
de koningskwestie Laat Spaak maar
doen. We mogen hem gerust vertrou
wen. Zo'n dwaasheden passen alleen
de mond van een politieker. Mis
schien zijn die mensen soms, om ene
niet uit te drukken reden, verplicht
naieve zaken te vertellen.
Heeft die BETROUWVOLLE Mijn
heer Spaak nu niet bewezen dat zijn
«zoeken» naar een grondwettelijke op
lossing van het koningsvraagstuk wel
degelijk een «zoeken» was Doch het
was geen zoeken naar een mogelijke
terugkeer van Leopold III. Wel was
het een zoeken naar de grondwettelij
ke troonafstand.
Zou diezelfde C.Y^.ër nu nog be
weren dat SpaakTj.el le vertrouwen is?
Paste in den van een man als
Spaak niet wat oneer respect tegen
over de persoon van den Koning
Op ondervrage/ide toon de Koning
van dit of dat beschuldigen. Veronder
stellen dat in zekere belangrijke zaken
de Koning zou gefaald hebben en la
ten doorschemeren dat het mogelijke
falen met opzet gebeurde, bewijst al
les, behalve respect voor de persoon
die men aanvalt.
Mannen als Spaak die in 1940 mi
nister was, als Minister gedurende de
oorlog in Londen verbleef, die na de
oorlog eerste Minister werd en zovele
jaren Minister van buitenlandse za
ken, mogen in ondervragende vorm
geen insinuaties doen. Die zijn veron
dersteld te moeten weten wat ze zeg
gen en beweren. Zo n wijze van spre
ken betekent voor de gewone man een
beschuldiging.
Past dan die spreuk GEEN ZELF
RESPECT ZONDER RESPECT VOOR
ANDEREN op dhr. Spaak niet
Is het dan te verwonderen dat Dhr
Spaak die zichzelf niet respecteert ook
alle respect bij wel denkende mensen
verloren heeft
Dhr. Spaak kan gerust zijn gal uit
spuwen op de pers. Hij kan beweren
dat de pers zich te buiten gaat in haar
aanvallen. Dhr. Spaak mag heel gerust
zijn eigen borst overkloppen. Al de
herrie rond Spaak en al het crediet dat
hij verloren heeft mag hij gerust op ei
gen rekening nemen.
Bij deze titel spreuk voegen we ter
overweging nog een andere
«WIÈ EEN PUT GRAAFT VOOR
EEN ANDER
PIERLALA.
Binnen enkele maanden zal de stad
Aalst plechtig de herdenking vieren
der geboorte van Dirk Martens. Daar
om willen we xn korte trekken het le
ven en het werk van deze figuur nog
maals in het daglicht stellen. Veela
ontbreken officiële gegevens, maar in
zijn geheel is er genoeg kunnen worden
achterhaald om een haast volledig
denkbeeld te kunnen geven, van wat
Dirk Martens is geweest, niet alleen als
vakkundige, maar ook als geleeroe.
Dirk Martens, (zoon van Joost ei)
van Joanna de Proost) werd te Aalst
omstreeks 1450 geboren. Zijn ouders
waren welstellende lieden en verwant
met de edelste familiën der stad Aalst.
De kwestie, dat Aalst de geboortestad
van Dirk Martens was, kan niet m
twijfel getrokken worden: immers, zijn
ouders, grootouders en overgrootou
ders hadden steeds te Aalst gewoona
al het familiebezit was te Aalst geleger]
theek en zelfs drukkersgerief waar hij
bijzonder aan hield, zal hebben in kun
nen onderbrengen. Daarom heeft men
aan het gedeelte van het sticht, door
Dirk Martens betrokken, ook de naam
gegeven Martensbouw of Martens-
pand.
Het was daar dat Dirk Martens over
leed op 28 Mei 15 34, juist 60 jaren
nadat z'n eerste getekende uitgave van
de pers kwam. De paters Wilhelmie-
ten hebben voor Dirk Martens een
bijzondere grafsteen laten maken, die
heden nog te zien is in de St. Martens-
kerk te Aalst (III).
DIRK MARTENS
ALS DRUKKER EN GRAVEERDER.
Na deze zeer korte levensbeschrij
ving, willen we er de aandacht op ves
tigen dat de verdiensten van Dirk Mar
tens niet enkel bestaan in het feit dat
en verder tekende Dirk Martens al zijni
j hij hier de eerste gewerkt heeft met
uitgaven en schriften duidelijk ^^t de
naam Dirk Martens VAN AALST.
Het blijkt dat Dirk eerst ter schole
ging bij de paters Wilhelmieten
Aalst waar hij de eerste beginselen van
Grieks en Latijn zou hebben aange
leerd. Waar hij daarna verder studeer
de kan niet met zekerheid worden be
paa'ld en men verliest zijn spoor tot in
het jaar 1474 wanneer te Aalst een
boek wordt uitgegeven getekend door
Jan van Westfa/in en Dirk Martens.
(26 Mei 1474). Als onderschrift las
men het volgende gedrukt in da,
stad Aalst, graafschap Vlaanderen,
door Jan van Westfalen van Paacr-
born met zijn deelgenoot Dirk Mar
tens.
beweegbare letters, maar wel, dat hij
gedurende 55 jaren er steeds naar ge
streefd heeft om de techniek van het
drukken te verbeteren, immer nieuwe
te letters heeft gegraveerd en gegoten, en
de bestaande letters heeft aangepast
en verfraaid. Ja, we mogen wel met
reden onderstellen dat zelfs de persen
en het gewoon drukkersmateriaal, als
gevolg van zijn onverdroten zoeken en
beproeven ook verschillende verande
ringen en verbeteringen zullen onder
gaan hebben.
We weten nu dat de eerste boeken
te Aalst gedrukt, verschenen ten jare
1473. Ze gaven geen vermelding van
de drukker, enkel jaartal en plaats van
uitgave. Maar het jaar nadien ver
schijnt het boek waarin sprake is van
Op 1 Oktober van hetzelfde jaaril Jan van Westfalen en Dirk Martens
1 I 1 A 1i-i I r n niwiv.) 9 A Ji 1 a 1 an
drukte Dirk Martens te Aalst n nieuvjf
werk dat eindigde als volgt Dit
heb ik te Aalst gedrukt, ik, Dirk Mar
tens, die den Vlamingen al de weten
schap der Venetianen. aanbreng.
Deze zinsnede heeft aanleiding ge
geven tot allerlei gissingen, en ve^en
menen hierin het bewijs te zien, da J
(26 Mei 1474) enkele tijd nadien (1
Okt. 1474) gevolgd door een uitgave
waarop de naam van Dirk Martens al
leen als uitgever voorkomt. Dit heeft
aanleiding gegeven tot de meest vinni
ge pennetwisten. De ene partij nam
het op voor Dirk Martens, (en natuur
lijk in eerste instantie zijn stadsgeno-
:n, da J ,J.
t 1 atx Venetië i ten) terwijl anderen zxch uitputten om
Dirk Martens voor 1473 xn Venede, d Jan Westfalen de
zou hebben verbleven om de druk mvoerde.
kunst aan te leren. Spijtig genoeg rept
Dirk Martens zelf nergens een woord We wensen voikomen onpartijdig te
over zijn verblijf aldaar en is er ner- zijn, maar wij moeten ons aansluiten
"ens iets ontdekt dat op betrekkingen bij dezen, die er vast van overtuigd
wijst tussen Dirk Martens en drukkers j zijni dat de eer van eerste drukker in
aldaar. Toch is het heel -goed aan te België aan Dirk Martens, en aan hem
nemen, dat Dirk Martens in Italië zou ALLEEN toekomt. Immers, indien die
hebben verbleven daar te dien tijdc|,Jan van Westfalen hier werkelijk de
veel geleerden 'n verblijf aldaar nood- drukkunst zou willen invoeren hebben,
ikelfjk achtten om zich op gelijk weltl dan vragen we ons af waarom hij juist
terrein van kunst of ambacht te vol i Aalst ging uitkiezen om zich te vesti-
VcUl Ue ctUSIS CU vv aaiwp -
a Torrest Acosta is afgebeeld, terwijl treft -v en I,
ONZE MARINE IN HET
BUITENLAND
Op de begroting van Landsverde/
diging waarvan het verslag thans door
de Senaatscomissie werd goedge
keurd zijn credieten uitgetrokken voor
militairen die die cursussen volgen.
Wat de Zeemacht betreft, wordt
verklaard dat 68 officieren en man
schappen in de leer zijn bij de Konink
lijke* Nederlandse Marine; deze cijfers
zijn wat respectievelijk de Nationale
Franse Marine en de Royal Navy bo
GEEN VREEMDELINGEN
MEER TE WERK
In het Staatsblad is een nota ver
schenen van de Min. van Arbeid, ge
richt aan de ondernemingshoofden en
de buitenlandse arbeiders, betreffen
de de tewerkstelling van vreemdelin
gen. Na de bevrijding werd, wegens dc
noodzakelijkheid van een onmiddellij
ke werkhervatting in de nijverheids- en
handelsondernemingen en wegens het
gebrek aan arbeidskracht, de tewerk
stelling geduld op het ogenblik^ dat de
aanvraag om vergunning werd inge
diend. Üit de nota blijkt dat deze
maatregel moet worden afgeschaft
adaar de huidige economische conjunc
tuur het thans mogelijk maakt op nor
male wijze in alle behoeften aan ar
beidskracht te voorzien
Aan de inspectie en contorledienst
zal opdracht worden gegeven proces
verbaal op te maken, zowel tegen de
werkgevers als tegen de werknemers,
wanneer de betrokken werkvergunning
niet worden voorgelegd.
maken.
Van 1474 tot 1487 weet men weei
niets van Dirk Martens. Sommigen mei
nen dat hij te Antwerpen verbleef, an
deren spreken van Leuven en zelfs is
de mogelijkheid geopperd dathij in
Spanje zou hebben verbleven. 1
Vanaf 1487 tot 1490 werkt Dirlx
Martens terug in Aalst, trouwt met n
zuster van Bartel Coucke, verdwijnt in
1490 en duikt terug op in Antwerpen
ten jare 1493. Hier werkt hij samery
met Geeraard de Leeu, en na dezes
dood, (nog in 1493) neemt hij de lei
ding dier drukkerij op zich alleen. 1 ot
in L498 is weer niets meer geweten van
onze drukker, doch in dat zelfde jaar
vinden we hem werkzaam te Leuven.
hij verblijft er drie jaren en verhuist
dan weer in 1501 naar Antwerpen;
waar hij ditmaal gedurende twaalf ja
ren onafgebroken zal verblijven, Ir
1312 brengt hij zijn werkhuis terur|
naar Leuven en blijft er werkzaam tot
1529. (II)
In 1530 is Dirk Martens stellig in
Aalst. Daar hij alleen was, (zijn vrouw
en kinderen waren reeds gestorven)
aina hij zijn laatste jaren rustig slijten
in het klooster der Wilhelmieten te
Aalst. 'Er mag met reden worden on
dersteld dat hij aldaar zal mogen be
schikt hebben over meerdere plaatsen,
waar hij o.a. zijn belangrijke biblio-
1 We laten dienaangaande alle
lange uiteenzetting opzettelijk van
kant, omdat we ons tot een zeer bom
dige levensbeschrijving willen bepalen))
zoals in de titel is aangekondigd. Allfll
bijzonderheden zullen later verschij
nen in een volledig boekdeel.
(II) Hierover zijn alle geschied
schrijvers het eens. Doch de vermel
ding in. 't gildeboek van St.Jonsgilde te
Aalst, waarin geschreven staat dal
Dirk Martens ten jare 1526 in het gil
de werd opgenomen te Aalst doet ons
volgende vraag stellen Zou dan de
mogelijkheid uitgesloten zijn dat D. M.
reeds dan te Aalst woonde en iemand
met de leiding zijner drukkerij in Leu
ven had belast, zich vergenoegende do
uitgaven enkel onder zijn naam tc
doen Op dit punt komen we latei
nogmaals terug
gen, 'n plaats waar hij noch familie,
noch vrienden, noch kennissen bezat.
En, in de onderstelling dat Dirk Mar
tens niets zou afgeweten hebben van
de drukkunst, dan begrijpen we niet
waarom Jan van Westfalen, zover zou
komen zoeken hebben om een deelge
noot te vinden, daar waar hij oneindig
meer kans had geschikter personen aan
te treffen te Luik, te Leuven of te Ant
werpen. Neen, voor ons staat het vast,
dat Jan van Westfalen Dirk Martens
heeft opgezocht en; bij hem is komen
leren. Het is immers gewoonlijk de
leerling die de meester gaat opzoeken
en niet andersom.
Bij zoveel meningen hieromtrent
geuit volgen we er nu ook de onze aan
toe Janvan Westfalen heeft Martens
leren kennen in Italië of in zijn eigen
geboortestreek. Dirk Martens heeft
hem zijn voornemen te kennen gegeven
de drukkunst in België in te voeren. Bij
zijn terugkeer in zijn geboortestad is
hij aanstonds beginnen zoeken, eerst
heel schuchter, (want hij dierf nog niet
zijn naam onder zijn werk zetten) en
heeft drie werkjes uitgegeven. Toen
heeft hij zijn vriend Jan van Westfalen
uitgenodigd naar Aalst te komen,
waar de mogelijkheid bestond een
schitterende zaak op touw te zetten.
Jan van Westfalen heeft niet geaarzeld
en is aanstonds naar Aalst afgereisd,
om zich met Dirk Martens te verbin
den. En toen zijn ze samen beginnen
uitgeven.
En of nu de naam Jan van Westfa
len of Dirk Martens vooraan aat in
de uitgave van Mei 14 74, dit heeft
geen belang wat reeds meermaals is
bewezen.
Dat de tiel «eerste letterdruckere
van Duitschlant, Vranckerycke en de-
sen. Nederlanden... wat ver gezocht
is, zullen we graag toegeven, maar we
houden als bewezen dat Dirk Martens
de eerste Belgische drukker is geweest
en zodoende aanspraak mag maken,
niet alleen op de waardering van zijn
stadsgenoten, maar ook op deze van
de ganse Belgische natie.
(III) Nopens deze grafsteen zal uit
voeriger worden, gehandeld in een dei
volgende bijdragen.
Nadruk verbaden. ('t Vervolgt.