Middenstandsproblemen
van dezen tijd
Waapom heeft de meerderheid
der C.V.P.-Parlementsleden
<JA» gestemd
V
- Op 20 Juli 11. lieten wij onze beslis
sende «Ja» weerklinken voor de wet
die een einde stelde aan de onmo
gelijkheid van te regeren van onzen
Koning.
Op 9 dezer, minder dan vier weken
later, hebben wij met een gebroken
ihart en op gedempte toon «ja» gestemd
,voor de wet die de Koninklijke mach
ten toekent aan zijn zoon. Prins Bou-
dewijn van België. Tussen deze twee
data liggen een grote hoop en een af
grijselijke teleurstelling.
Op 22 Juli kwam de Koning na 6
jaren terug in het vaderland.
Op 1 Augustus in de morgen on:
het bloedvergieten aan zijn volk tc
sparen bloedvergieten dat het pr(v
bleem der hereniging der Belgen rond
den troon v.ooY altijd zou hebben uit
gesloten liet de Koning weten, on
der verantwoordelijkheid van zijn Mi
nisters, dat Hij wenste dat het Pay
ment een wet zou stemmen die zijne
machten aan zijn zoon zou toekennen
en dat bij deze maatregel als de nood
zakelijke stap beschouwde tot de op
lossing die aan den Prins moet toela
ten den troon te beklimmen wanneer
hij meerderjarig zal zijn geworden, in
dien de verzoening rond hem tot stand
is gekomen.
Niet even zeer deze beslissing als
•wel het feit dat zij door het straatge
weld werd afgedwongen heeft de
gemoederen in en buiten het land diep
geschokt.
Voor al diegenen die aan den Vorst
om zijn edele persoon waren gehecht,
was dit heengaan bovendien een oor
zaak van een ondragelijke marteling.
wordt toegegeven, dan kon Hij niet
zijn woord intrekken integendeel
de geschiedenis bewijst het, de ene machten van de Koning wordt opge-
toegeving brengt de andere mee. I dragen aan de vermoedelijke Troonop-
VERKLARING AFGELEGD
door Volksvertegenwoordiger
Albert VAN DEN BERGHE,
gedurende het kamerdebat van
Woensdag 9 Augustus 1950
Mijnheerde Voorzitter,
Mevrouwen,-1
Mijne Heren,
Ik zal het wetsontwerp waarbij de
uitoefening van -de grondwettelijke
De toestand
slechten.
kon dus slechts
ik
r NIET goedkeuren
|mijn houding, te motiveren.
Ten derde Indien de redenering1 Tijdens het jongste debat over bet
die we thans bestrijden juist is, .waar- hernemen van. 's .Konings prerogatie-
om zou men niet eveneens mogen zeg- ven heb ik in. een-onderbreking op de
o_diegenen die in de Verenigde rede van de achtbare heer Achiel Van
Kamers het'decreet hebben gestemd Acker, waar spreker ons de dreigende
neen» te hebben gestemd op derevolutie voorspelde, gezegd «U or-
wet en van diegenen, onzer vrien-1 ganiseert de revolutie»; dat was toen
den die morgen zullen aanvaarden mi- j mijn eerlijke mening; na alles wat wij
nisters te zijn van de Koninklijken beleefd hebben op 30-31 Juli is het
Prins, dat zij ook de gewelddaad heb-1 mijn diepste overtuiging geworden, dat
ben. bekrachtigd Moet.de C. V. P.al'les wat er gebeurd is, georkestreerd
zich alle deelneming aan js lands, be- is geworden door verantwoordelijke
stuur ontzeggen I politici, die door een eed. gebonden
i i l. ui, ,1 ziin de gronctwcj na te leven.
Alonze woordvoerders hebben dan machtsmisbruik, heelt me diep
ook met kracht en verontwaardig I heeft de wa[? democratie
geprotesteerd tegen de aansla en Vaderland dode-
waarvan ons vnjheiasregime het voor-.
met even veelgewono.
Waar het volk vrije teugels mocht
geven aan zijn droefheid en zijn be
grijpelijke gramschap, werd van de
gekozenen gevraagd dat zij een rol
zouden spelen in deze tragedie.
Van hen werd gevraagd dat zij een
wet zouden stemmen waarbij het eer
ste deel van de beslissing van den Ko
ning zou tot uitvoering komen, name
lijk de toekenning van de Koninklijke
Machten aan Prins Boudewijn.
Dagen lang hebben wij geaarzeld,
geraadpleegd, beraadslaagd^ onder ons,
en met de leden der partij... en wc zijn 1
sivr.—-;rr--sar4
der parlementsleden tot het besluit ge
komen dat wij «ja» moesten stem
men en we zijn daarover verantwoor
ding verschuldigd.
Vooraf dient de vraag gesteld wat
vroeg men ons Dat zelfde wat men
gevraagd heeft aan de Parlementsle
den in September 1 944 wanneer de
'Koning, gevangen zijnde in de onmo
gelijkheid van te regeren verkeerde
een Regent in zijne plaats diende aan
gesteld. Nu ook bestond er een vooraf
gaande feit de beslissing van den Ko
ning plechtig op 1 Augustus 11. mede
gedeeld aan het Land waarbij wordt
vastgesteld dat de hartstochen die de
i-Belgen omtrent zijne persoon verdeel
den verscherpt waren en dreigden ern-
istige schade aan het land te berokke
nen deze beslissing waaraan het
parlement vreemd is bracht met
zich mede, dat aan iemand de Konink
lijke macht moest worden overgedra
gen; alleen de Kamers kunnen dat
doen, en het is hetgeen men ons vroeg
te doen.
Het groot bezwaar dat men tegen de
stemming van deze wet opwerpt is wel
dit met deze wet te stemmen, zwicht
gij mede voor het straatgeweld, be
krachtigt gij wat in zijn oorsprong door
het gebruik van het geweld waarde-
1 loos is, en maakt gij u in n zekere ma-
,te medeplichtig aan de beslissing die
onder den druk van het geweld werd
genomen.
Aan diegenen die deze mening de
len, geven wij de volgende beschou
wingen in overweging.
Ten eerste moeten zij weten dat
twee Ministers de heren De Vleesch-
auwer en Van Zeeland verklaard heb
ben dat zij hunne goedkeuring niet
hechten .aan de beslissing uiteindelijk
door de Koning genomen. Beide noch
tans zijn in de Regering gebleven, bei
de zetten ons aan om «ja» te stemmen,
en doen het zelf. Hoe zouden zij me
deplichtig zijn aan de daad die zij af
gekeurd hebben op het ogenblik dat zij
gesteld werd.
Ten tweede en vooral. Zoals we
hierboven uiteengezet hebben, de wet
komt na de Koninklijke daad, is er
een gevolg van. Indien de wet met
werd gestemd, dan veranderde de ver
werping, helaas niets, aan den toe
stand zoals hij bestond op 1 Oogst 11.
na de koninklijke boodschap.
Iedereen die op de hoogte kon zijn,
die de Koning op de ene of andere
wijze benaderde, iedereen heeft ons
gezegd «er is geen weg terug» «Ge
dane zaken hebben geen keer». Wan
neer door dc Koning op dit punt iets
werp is geweest, en
kracht mogen betogen dat de stem-1
ming van de wet op generlei wijze een
goed praten of goed maken van het
gepleegde onrecht betekende.
Waarom hebben wij dan ja gestemd?
Omdat wij onze ogen hebben ge
richt op de toekomst, ten einde te
vrijwaren wat moest en nog kon ge
vrijwaard worden na deze vreselijke
storm: de Dynastie, en het enig instru
ment dat wij nog bezitten om groter
onheil te keren eene homogene C.V.
P. regering.
Men heeft ons gezegd en herhaald:
Prins Boudewijn moet met de maxima
kansen zijn rijk kunnen beginnen,
daarom is het nodig dat hij niet weze:
de Koninklijke Prins van de linksen
alleen. De wet moest dus gestemd wor
den met de brede steun van de C.V.P.
Van dit ogenblik af had neen
stemmen, ons inziens, geen zin meer.
Want «neen» stemmen, zonder te wil
len dat de wet zou schipbreuk leiden,
is geen houding die té verrechtvaardi
gen is. Zij kon alleen maar de verwar
ring verhogen.
Wij hebben aan de afgevaardigden
van onze partij, in de twijfel waarin we
zelf verkeerden, herhaalde malen de
ze beschouwingen objectief voorge-
jlé'gd; riiedé niet andere beschouwingen
I 7;in deze_ overtuigend geweest voor- het
rootste getal.
Allen hebben anderzijds aangedron-
enheid zou
lk wens er de. meest mogelijke na
druk op te lêgtjÉÉl dat mijn houding
niet is ingegeven; door pro7 óf antileo-
poldisme, maar'door. de gebiedende
plicht de democratie en de eenheid van
het Vaderland te verdedigen.
Koning Leopold III. de regering Du-
vieusart en de Gv V. P. leiding werden
door georganiseerde bedreiging, door
straatgeweld en opstand gedwongen
akkoorden af te':sluiten. Dat is het.
wat mij bloedènd kwetst en mij diep
vernedert. 'V'
Tegen dit terreurprocédé protesteer
ik met al mijn "krachten en ik weiger
een wetsontwerp te stemmen, dat uit
een onwettelijke ^machtsgreep ontstaan
Volksvertegenwoordiger
AWr VAN. DEN BERGHE.
EC H 0' S
20 AUGUSTUS..,
VLAANDEBtÉN'S ANTWOORD
De capituisatijs van 1 Augustus voor
de links-Waalse;'.! revolutie heeft onze
Vlaamse mensen de vraag doen stel
len, of de rode minderheid niet dezelf
de methodes V Pt- toepassen als er an
dere ernstige» r[p^oblepren, lijk het
schoolvraagstu1of' de repressie in het
pai'leménf zulf .V behandeld worden.
Het antwo'l 3j öp dié vraag hebben
WÜ iejf in Wanneer we niets
doeïTöm die'W JëTfeertjés Van hét Z-ui-
den diets '"té mJikeri, dat Vlaanderen
taat isl de' massa te mobilisee-
wel
ALLEEN EEN DURVENDE
ORGANISATIIE KAN BIJTIJDS HET
SOCIALE VRAAGSTUK VAN DE
MIDDENSTAND OPLOSSEN.
r de Senaat werd een wetsvoorstel
ingediend, houdende instelling van de
verplichte Zondagrust voor de midden
stand en vaste bepalingen voor de da
gelijkse winkelsluiting.
Dit voorstel, dat niet het eerste is.
'm 1927 reeds werd erover gesproken,
is vooral van sociale aard, al heb
ben de belanghebbende middenstan
ders het misschien niet steeds en ook
nu nog niet aldus begrepen. De bekom
mering, die erachter schuilt is nochtans,
de middenstander de gelegenheid te
«even, zich buiten de druk van zijn da
gelijkse activiteiten te kunnen wijden
aan zijn gezinsleven, aan zijn persoon
lijke ku'ltuiele ontwikkeling, aan zijn
ontspanningsleven, en voor de bes
elementen aan een verdere uit
bouw van zijn beroeps- of handelsbe
kwaamheid.
Om zover te geraken is echter nood
zakelijk ingrijpen nodig van hoger
hand. In Nederöand, waar een soort;
tijk voorstel werd ingediend, heeft
men tot nogtoe wel een betrekkelijk
interessante wetgeving gekend, op dit
gebied door tevele uitzonderingsbe
palingen echter is de praktische uitslag
daarvan tot een minimum herleid ge
worden. Het is immers best te begrij
pen, dat, wanneer voor een bepaalde
bedrijfstak, of in een bepaalde land
streek, uitzonderingsbepalingen wor
den gedoogd," er noodzakelijk van de
zijde van de anderen een concurrent
tie-instinct wordt opgeroepen, dat de
bepalingen van de wet ongedaan
maakt. Daarom is het een eerste nood
zakelijkheid, wil het thans in de Se
naat ingediende wetsvoorstel vruchten
afwerpen, dat er in de schoot van di
middenstandsklasse waarlijk een geest
ordt
ook i
h in de huidige wereldconjunctuur
niet kan handhaven tenzij door een
zeer efficiente en doelmatige aanpas-
aan de vooruitgang van ,de tech
niek, en van de proefondervindelijke
:tenschap. Het buiteland kan ons
hierin wel een en ander leren. In Han
nover, Duitsland', bijvoorbeeld, is een
nauwe samenwerking ontstaan tussen
de ambachtslieden en hun verenigingen
en het ambachtelijk instituut van de
Technische Universiteit, welke samen
werking de eersten in de gelegenheid
stelt te genieten van de voordelen dei
wetenschappelijke navorsingen. In die
alléén zal men er toe kunnen ko
men het ambachtswezen, dat in hoofd
zaak een kwestie is van precisie en
kwalitéitsproduttie, te handhaven.
ORDENING VAN DE
MIDDENSTAND
Naast het probleem van.de aanlas
sing, dat- evengoed voor- de handelaar?
geldt als voor de zelfstandige am
bachtsman, is er nog het vraagstuk van,
de ordening van de middenstand.
Het is nu eenmaal een feit, dat de
oorlogstoestand, met zijn beperkingen
en zijn daaruit voortvloeiende" zwart
handels-neigingen, psychologisch heel
wat mensen naarhet handeldrijven
heeft gestuwd die voorheen op een an
dere wijze in hun broodwinning voor-
agen. Daaruit is noodzakelijk een on
gehoorde stijging van het aantal han
deldrijvende middenstanders voortge
vloeid. We willen wel nu niet beweren,
dat de zwarthandel de enige oorzaak
„eweest van de aangroei der mid
denstandsbevolking (bijzonder in dé
voedingskleinhandel), maar toch is
het een niet te versmaden stimulans
geweest voor een neiging te overheve
ling naar de middenklasse, die reeds
voor de oorlog in zekere mate bestond
en die nu nog, na de oorlog, verder
haar invloed doet gelden.
Het is eveneens een feit, dat de si-
arkt niet
zodanig
van onderlinge solidariteit wordt aa""ituatjc van de binnenlandse markt nie
gekweekt. Want in feite ligt daar de;zodani„ iS( dat ze die ongebreidelde
kern van het middenstandsvraagstuk,J angroei van het aantal tussenpersonen
ls sociaal probleem. De arbeiders rec£tvaardigt. Wil de middenstand
hebben zich sociaal kunnen ontvoog- -
den. omdat ze die solidariteit in hun
aard dragen zolang de solidariteit
ook niet gemeengoed wordt van de
middenstanders, is er weinig hoop op
;elukkige oplossing van de reële
de middenstand
een g
problemen, die zich i
opwerpen.
ZELF-ONTVOOGDING
en oodat kóst wat kost de eeiumu I
beh0deehom°ogdeen"teei" va, ^Regering! tens hun^ij^^nmén^ wagen.
van' XwetTo"» r'l'tefrdXf'van j 80"^=^" "cï/'a™ bieSt, "aan-
de C.V. P. leden het onmiddellijk ont- grijpen. om zijn macht zijn eenheid
slag van de Regering zou voor gevolg I zijn jóhdantei| en zijn ewu; zijn
„ehad hebben. En wat dan Gans de belijden De Ijzerbedevaart 1950 moet
Koningskwestie kwam opnieuw ter1 de machtigste manifestatie worden d,e
smalte zonder hoop op verbetering, j Vlaanderen 00,t gekend heeft. Dat zal
maar met zeer veel kansen op ve.erge- het antwoord var, Vlaanderen op de
maar met zee uitsla® provocatie van de linkse Walhganten..
ring van de thans voltrokken uitslag. jP^ enige antwoord «fet
Welk aandeel kan een (_.v. rege joejmatig js; het zal tonen, dat bij
ring nog voor zich opeisen, wijl bij deherhaling" van .bun staatsgreep de
uitvoering van de onherroepelijke ko-1 Vlami niet .andermaal lijdelijk zu'l-
ninklijke beslissing de steun van de toezien, maai; alle. krachten mobili-
meerderheid zou gefaald hebben heren.
Onze partijleden te Aalst hebben dit Wat die krachten waard zijn dat zal
zeer goed begrepen met de blikken op £j;ksmuide op20' Augustus aantonen.
BELGISCHE HANDELSPOLITIEK
de toekomst.De eenheid moest behou
den worden dat kost wat kost
een ontbinding moest vermeden wor
den, en daarom ook vroegen de mees
ten onder hen dat één zelfde houding
worden genomen.
In de maand Juni had te Barcelona
in Spanje, een internationale handels
beurs plaats. Officieel waren daar ver
tegenwoordigd Duitsland, Chili, Cu
ba, Nederland,. Ita.lie, Zweden en Zwit
Dit alles heeft niets te maken met seriand... Slecht* schaarse Belgische
een goed- of afkeuring van de huidige 1 privaat-exposanten vertegenwoordig-
regering zoals ze nu is samengesteld.den er ons land. Over de mogelijke
Wij hadden een wet te stemmen, niet handelsbetrekkingen met Spanj-
een vertrouwen uit te
Regering. Wij dienden echter we! be
kommerd te zijn om de mogelijkheden!
spreken in de schrijft het laatste «Bulletir
cial Beige», dat
einig te verwachten
'alt.
Commer-
t ogenblik
de
voor de toekomst van een homogene beperkte dispónibiliteit van Belgische
C. V. P. regering op de ruimst moge-deviezen in Spanje, maar zo gaat
iijke wijze te vrijwaren. i het b'.ad voort «In het licht van nieu-.
Wij willen ten slotte nog een gezags-,we om=-tandighéden eventuele fi-
argument naar voren brengen dat toch nanciele steun van de USA zou dit
voor velen Koningstrouwen van zo niet land belangrijke perspectieven kunnen
overwegend, dan toch van zeer groot openen voor de 'Belgische producten,
belang zal zijn. De Koning zelf vroeg We zouden gev'a
ons met aandrang de wet te stemmen, te missen, indien
Hij vroeg het ons in zijn boodschap,
door den mond
'óhe
lopen deze kans en
ce ons te lang aan
die markt zóudèn hebben gedesinteres-
•an zijn Ministers, die seerd.»
zijn ministers zijn gebleven na 1 Oogst) Wamom hebben de bevoegde instan-
cn dus zijn vertrouwen blijven genie- ties dan -geen moèite gedaan
en door de mond van onze partij interesse voor de, -paanse
voorzitter.
De Koning toch brengt in die zaak
het grootste offer. Zijn persoonlijke p]ab zwaaien op Buitenland
mening is dus van belang. j ^ken, zelfs ten nadele van de be-
Hij geeft ons thans zijn zoon en Hij langen van het land
!f blijft bij ons in volle vrijheid
Hét kón rtrisschieri wel JÓrigewoon
klinken, hét woord sfelfdnftvöogdipg.»
te gebruiken, wanneer, we het over de
middenstand hebben. Ontvoogding im
pliceert immers steeds de notie van een
zekere verdrukking of overheersing
Welnu, in de middenstandsklasse is er
een bepaalde overheersing, die moet
gebroken worden. Het is niet een
groep, het is niet een andersoortig
systeem, het is een overheersing die
van binnenu.it gebeurtde druk van de
jemakzucht, van de «laat maar betij
en mentaliteit. Die geest is het, die
moet worden afgeworpen, wil de mid
denstand waarlijk uil het slop komen.
En dit is geen theorie. Het Informa
tieblad van het Economisch en Sociaal
Instituut van de Middenstand heeft
onlangs enkele gegevens gepubliceerd
over de getalsterkte van de midden
stand in de provincie Luxemburg. Di
provincie is wel bijzonder geeigend om
als voorbeeld te dienen, omdat daar
praktisch geen industriële expansie be
staat, wat uit de aard der zaak altijd
r«'s een opslorping van krachten uit de
middenstand kan worden beschouwd.
Welnu, in Luxemburg, is het aantal
zelfstandige ambachtslieden, die geen
bezoldigd personeel bezigen, van
1937.tot 1947 gedaald van 5.522 tot
8 eenheden. Op zichzelf betekenen
die cijfers niet zo vréselijk veel. Wan
neer we echter constateren, dat er van
die ambachtslieden in 1947 slechts
954 zijn, die zich van motorische
kracht bedienen, dan kunnen we ons
wel de viaag stéllen, in hoeverre het
o-ebrek aan dynamisme, aan initiatief,
in hoeverre de gemakzucht van het
iaat maar betijen» hierin geen grote
rol heeft gespeeld.
Het is een feit, dat het ambachtswe
zen, dat toch een belangrijk aandeel
van de middenstand vertegenwoordigt,
hun
markt
I vertonen c!oor: een officiële deelname
'aan de jaarbeurs van Barcelona Of
zijn het nog steeds de Spaakse vriend
dus zichzelf beschermen, dan dienen
er maatregelen te worden getroffen
om de eigen rangen zuiver te houden.
Wil dit nu zeggen, dat er geen nieuwe
middenstanders mogen toegelaten wor
den Integendeel... Maar de maatre
gelen, die ik voorsta, zouden er toe
moeten strekken de opname in het
korpS' dér middenstanders afhankelijk
te maken van een bek-waamheidsproef,
die zou verhinderen dat hét korps als
dusdanig vaü .binnenuit 1 zou wordej;
aangevreten door onbekwamen.
Is zoiets" niet ondemocratisch? Lijkt
dit niet erg op een fascistisch corpora
tisme Ik meen te mogen veronder
stellen, dat niemand de Zwitsers ervan
zal durven verdenken, ondemocrati
sche of fascistische neigingen aan te
kleven. Welnu, een soortgelijke rege
ling werd in Zwitserland in het leven
jeroepen, althans voor die sectoren
van de middenstand, waar de maferië-
le moeilijkheden het grootst zijn. 'Ook
Frankrijk, en wie verdenkt er de
politiekers der vierde republiek van.
fascistisch te zijn ingesteld gaat
men die weg op. Waarom zou hetzelf
de dan niet in Belgie kunnen geschie
den
Het is echter niet zonder belang, dat
de middenstandsorganisaties zelf daar
voor de nodige initiatieven nemen.
Anders immers loept men gevaar ge
zien het dwingende karakter dat het
middenstandsvraagstuk als sociaal pro
bleem aanneemt, dat het initiatief zal
komen van partijen, die dan nog dik -
ijls heel wat anders dan het heil van
de middenstandsklasse op het oog zul
ten hebben. -
En hiermee raken we de tere plek
aan. We spraken daar van midden
standsorganisaties. Maar welke- macht
hebben die organisaties? Welke macht
hebben de middenstanders tot nogtoe
zelf aan hun organisaties gegeven
Hoevele middenstanders zijn er waar
lijk georganiseerd in een organisme,
dat representatief genoeg is om de
stand te verdedigen Het zou geen
kwaad kunnen, moesten alle midden
standers zich daarover eens zeer ernstig
bezinnen... en de nodige conclusies ha
len uit hun overwegingen. L. V.
min
,an t;tularis<en van bundels die nog
Hij vraagt ons in 't belang van het.
Land ons rond zijn zoon tc scharen.
Wij blijven den Koning trouw, meer
dan ooit gehecht aan zijn persoon,
maar met Hem moeten wij het offer
dragen en aan zijn zoon d>
kans geven.
LENING v. WEDEROPBOUW
TWEEDE SCHIJF
Bij de 80e trekking van de weder-
opbouwleriing '•(6("2e schijf) is een lot
van 1.000.000 1 fr. toegewezen nan
;rootste obligatie Reeks 6163 Ni*. 0841, en een
llot van 500.000' fr. aan obligatie Reeks
Daarom hebben wij ja» gestemd. 5107 Nr. 0908.'
L. MOYERSOEN. De andere ofctögaties van deze reek-
kVoiks-vertegenwocrdiger. sen zijn terugbetaalbaar aan 1.000 fr
OPEISINGEN DOOR DE
WEERSTAND
Door de weerstandsgroeperingen
werden bij de Bevrijding allerlei op
eisingen gedaan, waarvan de betaling
door het ministerie van Landsverdedi-
oing moesten verreffend worden.
In antwoord op een vraag van dhr
Van Royen, hoeveel dossiers nog moe
ten geregeld worden, hoeveel dossiers
er ingediend werden en voor welk be
drag, verschafte de betrokken minister
voÈgerid antwoord
Het totaal van de ingediende aan
vragen tot terugbetaling bedraagt
16.279.
Er moeten nog 6.668 bundels wor
den afgehandeld.
Het bedrag der geëiste vergoedingen
niet afgehandeld zijn, bedraagt onge
veer 198.000.000 fr.
De som tot heden uitgekeerd
draagt 191.622.1 73 frank.
be-
PARLEMENTAIR VERLOF
VAN 18 AUGUSTUS TOT
3 OF 10 OKTOBER
Het bureau van de Kamer heeft Don
derdagmiddag besloten dat de Kamef
van l 8 Augustus tot de eerste of twee
de Dinsdag van Oktober met verlof
zal gaan; Volgende week zal de Ka
mer vermoedéüjk Woensdag, Donder
dag en Vrijdag zetelen om de rege
ringsverklaring te aanhoren, nadat de
huidige regering opnieuw met of zon
der wijzigingen aan hét bewind za)
zijn gekomen.