mpmimmmsmttixmsfm
HET COLLEGE DER
STAATSMINISTERS
23.784
Kan afhangen van een biljet
van de
Ja, zelfs het tweede groot
lot van twee en een half millioen
kunt gij er bijwinnen,
of het groot lot
van een millioen
VOOR Di DilhSTIPUOHTi&IN VAN DE LICHTING
KLAS ,1 9 5 5
AANVRAGEN OM UITSTEL
OF VRIJSTELLING.
Het Ministerie van Landsverdedi
jging deelt volgend bericht mede voor
«de dienstplichtigen van de lichting
,1955
De dienstplichtigen van de lichting
J195 5, die een aanvraag om uitstel of
Vrijlating op morele grond, om vrijstel
ÜJng of voorlopige afkeuring op liciha
anelijke grond wensen in te dienen,
moeten, op straf van onontvankelijk
heid, hun getekende en gemotiveerde
aanvraag in de loop van de maand
Januari op het bestuur van de gemeen*
te waar zij voor de militie zijn inge*
schreven, doen toekomen.
Bij deze besturen liggen formulieren
tc hunner beschikking. De belangheb
benden worden verzocht het militiemo
del nr. I 0 dat hun door de gemeente is
ter hand gesteld, aandachtig te lezen en
eventueel zich tot het gemeentebestuur
te wenden om dit stuk of nadere inlich
tingen te bekomen.
Behoren tot de lichting 1955 de
dienstplichtigen geboren in 1936 en
degenen die, vroeger geboren zijnde,
ingevolge uitstel, voorlopige afkeuring
of op een andere manier bij de lichting
1955 zijn ingedeeld.
De aandacht van de dienstplichtigen
die ingenieur van het mijnkoros of on
dergronds mijningenieur zijn, ofwel
studiën doen met het oog op het beko
men van het diploma van burgerlijk
mijningenieur, wordt gevestigd op de
wet van 22 December 1953 waarbij de
Vroegere wetgeving te hunnen opzichte
is gewijzigd.
De dienstplichtigen kunnen voortaan
uitstellen bekomen zolang zij in aan
merking komen voor de samenstelling
van het contingent ener lichting ge
noemd naar een van de jaren waarin zij
de leeftijd van 19 tot 30' jaar bereiken.
Zij kunnen de vrijlating verkrijgen,
wanneer zij geen aanspraak op de eer
ste vijf uitstellen meer kunnen maken
bijaldien zij tenminste sedert twee jaar
ingenieur van het mijnkorps of onder
gronds mijningenieur zi>jn, op het ogen
blik van het indienen der aanvraag om
vrijlating.
Deze dienstplichtigen die tot lichting
195 5 behoren, moeten hun aanvraag
bij het gemeentebestuur indienen in de
Joop van de maand Januari 1954 even
als de andere dienstplichtigen van 1955
Deze dienstplichtigen die tot een
vroegere lichting dan 195 5 behoren, en
die zich bij hun eenheid met het oog op
hel vervullen van de werkelijke dienst
tijd nog niet hebben moeten vervoegen
mogen op grond van de overgansbepa'
ling, hun aanvraag aangetekend indie
nen bij de gouverneur van de provincie
waaronder het militiedomicilie ressor
teert, voor de datum waarop zij zich
bij hun eenheid moeten vervoegen.
VRIJSTELLING WEGEN DRIE
BROEDERDIENSTEN
In het bulletin Vragen en Antwoor
den geeft de minister van Landsverde
diging uitleg over artikel 12 van de
jongste dienstplichtwet. Bedoeld arti
kel zegt
...2e. De ingeschrevene van wie
drie broeders hun actieve dienst vol
bracht hebben.
Worden geacht hun actieve dienst
volbracht te hebben, de broeders in
werkelijke dienst, met bepaald: of onbe
paald verlof, op ncm activiteit gesteld
Wegens ziekte of lichaamsgebreken,
gepensionneerd of bij reforme ontsla
gen, enz.
Len senator deelt echter mede dat in
de laatste maanden in die gevallen ver
schillende besluiten werden genomen,
het ene tegenstrijdig met het andere,
die aan de belanghebbenden veel
moeilijkheden berokkenen.
Het gaat wel over de woorden «ac
tieve dienst volbracht hebben aldus
de senator. In sommige gevallen, omdat
de derde broeder nog niet volledig zijn
dienst heeft volbracht, wordt de vierde
opgeroepen. Er zijn dan ook moeilijk
heden als de derde uitgesteld wordt,
enz.
DE VOORWAARDEN
In zijn antwoord verklaart de minis
ter
Opdat de dienstplichtige de vrijlating
wegens drie broederdiensten kunne be
komen, is vereist dat het bevoegde
DE BEWEGING DER
WERKLOOSHEID
Tijdeen ds week van 27 December
tot 2 Januari 1954 werden er per dag
gemiddeld 162.660 ten volle arbeids
geschikte volledig werklozen gecon
troleerd onder wie 109.494 mannen
en 54.166 vrouwen.
Tegenover de vorige week wordt een
vermeerdering waargenomen met 5471
ten volle arbeidsgeschikte volledig
werklozen.
Er werden 15,012 volledig werklo
zen (1 1.550 mannen en 3.462 vrou
wen) gecontroleerd die wegens een
afneming vin hun lichamelijke ge
schiktheid gedeeltelijk arbeidsgeschikt
rechtscollege, op het ogenblik dat het
geval onderzocht wordt, constateert dat
deze drie broeders in een van de mili
taire toestanden verkeren, bedoeld in
artikel 12, 2e, lid 2, van de wet of
overleden zijn wanneer zij zich in een
van deze militaire toestanden bevon
den.
Deze toestanden zijn
1De activiteit, d.w.z. de toestand
van de militair in werkelijke dienst;
2. Met bepaald of onbepaald verlof,
d.w.z. de toestand van de militair met
verlof;
3. De non activiteit, d.w.z. de toe
stand van de militair op non activiteit;
4. Gepensionneerd of bij reform
ontslagen wegens ziekte of lichaamsge
brek, d.w.z. de stand van degene die.
als militair bevonden werd niet in staat
te zijn zijn dienst voort te zetten en
gepensionneerd werd wegens invalidi
teit of afgedankt wegens reform;
5. Ter beschikking gesteld zijn van
de minister van Koloniën overeenkom
stig artikel 63 4 van de wet, d.w.z. de
toestand van degene, die na het vol
brengen van zijn werkelijke diensttijd
bij een onderdeel van de moederlands*
basis in Kongo definitief uit het moe
derlandse leger ontslagen is door zijn
op non 'activiteitstelling ten behoeve
van de minister van Koloniën;
6. De afdanking na het verstrijken
van dc duur van de dienstverplichtigen,
d.w.z. de toestand van degene, die mi
litair in werkelijke dienst, met verlof of
op non activiteit zijnde, definitief ont
slagen wordt na het verstrijken van zijn
wettelijke of contractuele militaire
dienstverplichtingen.
EEN MOEILIJKE TOESTAND
Wat betreft de toepassing van arti
kei 1 2, 2e, tweede lid van de wet, zou
den er geen moeilijkheden zijn zo de
inlijving van de dienstplichtigen van
ieder jaarcontingent volledig beëindigd
was vóór een aanvang gemaakt wordt
met de verrichtingen met het oog op de
samenstelling van het volgende contin
gent, enerzijds en zo de militaire toe
stand van de drie broeders, wier dienst
aangevoerd wordt, kon bepaald worden
door een bewijskrachtig uittreksel uit
het stamboek anderzijds.
Doch geen van beide vereisten is ten
deze vervuld.
De verrichtingen in verband met de
samesstelling van de opeenvolgende
contingenten lopen dooreen, en alle
dagen worden nieuwe recruten bij het
leger ingelijfd, zodat er alle dagen
dienstplichtigen zijn, die een broeder
rpeer hebben die zijn werkelijke dienst
tijd heeft volbracht.
De rechtstoestand van de dienst
plichtigen moet evenwel vastgesteld
worden in de loop van de verrichtingen
welke aan hun overgifte aan het leger
voorafgaan, vermits deze overgifte uit
eraard voor het leger het recht tot lich
ting en voor hen de verplichting tot
dienen inhoudt.
Anderzijds, is het militair matrikel
zeer onvolledig wat de oudere militie
klassen betreft en dikwerf bezitten de
belanghebbenden geen enkel militair
stuk meer; derhalve moet het bewijs
geleverd worden door middel van at
testen, waarvan de waarde twijfelach
tig en gans relatief is.
Onder deze voorwaarden is het
geenszins te verwonderen dat de recht*
spraak in feite verschillend is en dat
een zeker aantal belanghebbenden, er
slechts in slagen aan de bij de wet ge
stelde vereisten te voldoen op een
ogenblik dat hun rechtstoestand met de
lichting waarmede zij verplicht zijn te
dienen, definitief is vastgesteld en dat
zij onherroepelijk voor het leger zijn
aangewezen.
Om alle misvatting te voorkomen
mag niet uit het oog worden verloren
dat de dienstplichtwet sedert 1913 ge
grond is op het beginsel van de alge
mene dienstplicht, d.w.z. op het begin
sel dat alle jongelingen op militie
leeftijd verplicht zijn samen met de
uitgestelden en de voorlopig afgekeur-
den van de vorige lichtingen, deel te
nemen aan de samenstelling van het
jaarlijks contingent, dat allen dus voor
de dienst kunnen aangewezen worden
en dat aan de wet geenszins het begin
sel van de dienst naar rato van drie zo
nen per gezin ten grondslag ligt, aldus
de minister.
zijn, alsmede 45.549 volledig werklo
zen (30.343 mannen en 15.206 vrou
wen) die voornamelijk wegens hun
leeftijd als «moeilijk te plaatsen» be
schouwd worden.
Verder werden er tijdens dezelfde
week wegens toevallige of tussenpozen-
de onderbrekingen van het werk per
dag gemiddeld 107.730 (67.829 voor
de mannen en 39.901 voor de vrou
wen) dagen van niet tewerkstelling
opgetekend.
Tegenover de vorige week wordt een
vermeerdering waargenomen met 29
duizend 993 dagen.
Het ongunstig verloop van de werk
loosheid gedurende de beschouwde
week is te wijten aan de invloed van
het jaareinde, tijdens welk talrijke on
dernemingen tijdelijk het werk onder
breken.
Een kijkje achter de schermen,
PRESIDENT CÖTY
HOEFT NIET BANG TE ZIJN.
Haast elke natie heeft haar bijzonde
re veiligheidsdiensten, die voor de vei
ligheid van het staatshoofd instaan. In
dit verband lijkt het ons thans meer
dan ooit opportun eens na te gaan
welke methodes die Franse Sureté
die thans de veiligheid van dhr Coty,
de nieuwe president der Franse Repu
bliek moet waarborgen er op na
houdt.
GEEN PUBLIEKE
MACHTSONTPLOOIING
In tegenstelling tot hun Amerikaanse
collega's, die zich liefst in een waas van
vaak overdreven en daardoor in 't oog
springende geheimzinnigheid' hullen,
gaan de leden van de Franse veilig
heidsdiensten zo onopvallend mogelijk
te werk, zonder er nochtans iets van
hun oplettendheid bij in te schieten.
Nemen we bijvoorbeeld de Ameri
kaanse «G men», allen rijzige robuuste
kerels, die Eisenhower op zijn reizen
vergezellen en meestal door hun origi
nele kleding en dito houding hun ware
identiteit verraden.
De leden van de Franse veiligheids
dienst daarentegen vatten hun taak op
een sobere en meer bescheiden ma
nier op, zonder dat hun activiteit daar
om enigszins wordt beperkt.
De eerste zorg van de veiligheids
dienst van het Elysée bestaat er in zich
te mengen onder de menigte officiëlen
en ministers die de Franse president bij
zijn reizen vergezellen. Zo kan men
het Franse staatshoofd op een of an
dere plechtigheid aantreffen te midden
van een groep eerbiedwaardige heren,
onder wie men naast ministers en hoge
functionarissen, moeilijk de lijfwach
ten van d'e president zou herkennen.
EEN WANDELEND ARSENAAL...
De Franse veiligheidsdienst is samen
gesteld uit een dertigtal commissarissen
en inspecteurs die onder leiding staan
van een divisiecommissaris, en die de
Franse president zowel te Parijs als op
zijn reizen vergezellen. Het zijn allen
fijn getrainde elementen, die bij hun
«uitstapjes» bovendien een waar arse
naal bii zich dragen. Zo treft men in
hun zakken aan; een gummiknuppel,
bestemd voor lijf aan li if gevechten
een revolver van het kaliber 7 mm 35,
verborgen onder de linkeroksel en een
revolver, kaliber 7 mm 65 in de broek
zak, en in zowat alle zakken de nodige
munitie voor de beide wapens.
Het doeltreffendste wapen blijkt wel
de gummiknuppel ;te zijn, die om veler
lei redenen wordt geprefereerd. Ten
eerste omdat hii JÉen lawaai maakt en
ten tweede omtlfc^PTefr sne'lle slagop
een hand, die metWevolvér op mes ge
wapend is, de aanrander ertoe noopt
het wapen te lossen.
Aan de physieke conditie van de le
den der veiligheidsdiensten wordt
eveneens een bijzondere zorg besteed.
In het paleis van de president beschik
ken zij over een speciale zaal waar ze
onder leiding van bevoegde leermees
ters tweemaal per week lessen in judo-
worstelen ontvangen.
INSPECTEUR PIETRI, DE
«SCHUTSENGEL», VAN DE
PRESIDENT
In inspecteur Pietri, een man van
kleine sobere gestalte, zou men nauwe*
liijks een veiligheidsagent herkennen.Hij
is het nochtans die met de permanente
bewaking van de eerste magistratuur
der Republiek gelast is.
Zijn misschien ie wat zosdferlinge
opdracht bestaat er inderdaad in,
zo er gevaar dreigt, de president bij de
benen te grijpen, hem ten gronde te
werpen, en hem met zijn eigen lichaam
te dekken.
Ees der sterkste wapens die inspec
teur Pietri in de uitoefening van zijn
taak van groot nut zijn, is ontegen
sprekelijk zijn scherpzinnigheid. Voort
durend zal men hem aantreffen in de
onmiddellijke nabijheid van de presi
dent en bekijkt hij iedereen die het
staatshoofd nadert; hij bewaak t de
handen, de zakken, alsmede elke be
weging, hoe onschuldig ook. Hij be
schikt over een paar kijkers, waaraan
weinig of niets ontsnapt.
Uit dit alles kunnen we afleiden dat
de voorbehoedende techniek der Fran
se Sureté ten heden dage dermate ge"
perfectionneerd is, dat bij een even
tueel beraamde aanslag de kans op
slagen practisoh onmogelijk is gewor
den.
'Dhr Coty, de nieuwe president dër
Franse Republiek, kan er dus van op
aan dat wat zijn persoonlijke veilig
heid althans betreft hij niets of nie
mand te vrezen heeft.
Of hij op politiek plan even veilig
staat, dat valt nog te bezien.... W. S.
oOo
LENING tot WEDEROPBOUW
TWEEDE SCHIJF.
De 25 7e trekking van de tweede
schijf van de Lening voor Wederop
bouw heeft een lot van een millioen
toegekend aan obligatienummer 368
van de reeks 6108.
De andere obligatienummers van
deze reeks zijn terugbetaalbaar tegen
1.000 fr.
oOo
LOTENLENING 1953
De uitslag van de 4 l ste trekking
van de Lotenlening van 1953 luidt
1.000.000 fr. Reeks 3291 nr. 236.
500,000 fr. Reeks: 1035 nr. 870,
WERVING VAN
MILITAIRE GENEESHEREN
APOTHEKERS
Het ministerie van Landsverdediging
richt in 1954 toelatingsexamens in
met een geneeskundig onderzoek en
een onderzoek over lichamelijke ge
schiktheid voor de opname in het eerste
jaar van de school voor officieren van
de gezondheidsdienst en voor de op
name in het tweede jaar van de school
voor leerling apothekers.
Voor de gezondheidsdienst kunnen
15 leerlingen geneesheren (9 in de Ne
derlandse afdeling) en 3 leerling apo
thekers (2 in de Nederl. afdeling)
aangenomen worden. Zij moeten in
Juni'Juli 1954 met sukses de eerste
kandidatuur beëindigd hebben.
Voor het tweede jaar werden 2
leerling apothekers gevraagd voor de
Nederlandse afdeling die in Juni Juli
1954 hun kandidatuur in de weten
schappen behaald hebben.
De aanwerving die op 30 Januari
afgesloten wordt, moet gericht worden
tot de commandant van de school voor
officieren van de gezondheidsdienst,
Troonstraat 154, te Brussel.
oOo
HAAR MOOISTE ROL
HAAR MOOISTE ROL
HAAR MOOISTE ROL
NAAR NIEUWE BENOEMINGEN
Volgens de traditie, zal het einde der
legislatuur gepaard gaan met een reeks
benoemingen van volksvertegenwoor
digers en senatoren in de nationale rid
derorden, alsmede met de benoeming
van verscheidene staatsministers of
zoals de taalpuristen beweren juister
gezegd «ministers van State».
Tot «minister van state» worden,
volgens de politieke traditie, benoemd
vooraanstaande en ervaren politieke
leiders, wier advies en raad de Koning,
de regering of ook het parlement wen
sen te kunnen inroepen in bepaalde be
belangrijke en uitzonderlijke omstan
digheden. Aldus werd het college der
Staatsministers geraadpleegd in de
nacht van 3 op 4 Augustus 1914, op
10 Mei 1940 en na de oorlog in ver
band met de grondwettelijke crisis
rondom de Koningskwestie.
De Staatsministers hebben geen
wedde of vergoeding.
Het Staatsministerschap is een ere
ambt. De Staatsministers hebben noch"
tans recht op een voorbehouden plaats
in de officiële plechtigheden en zij
hebben ook recht op bizondere eerbe
wijzen vanwege de openbare besturen.
Het aantal der Staatsministers is niet
beperkt; het situeert zich echter ge"
woonlijk tussen de twintig en dertig.
Traditie is dat de voorzitters van
Kamer en Senaat (of de gewezen
voorzitters) alsmede de gewezen Eer'
ste ministers steeds tot Staatsminister
worden benoemd na verloop van tijd.
Op dit ogenblik zijn er 24 Staatsmi
nisters; wij geven hierna de namen in
de volgorde van de datums hunner be
noeming
Aloys Van de Vyvere (gewezen
Eerste minister) Geogres Theunis,
(gewezen Eerste Minister) Albert De"
vèze (gewezen minister); Frans Van
Cauwelaert (voorzitter van de Kamer
en gewezen minister) graaf Maurits
Lippens (gewezen voorzitter van de
Senaat en gewezen minister)Cyriel
Van. Overbergh (gewezen ouderdoms
deken van de Senaat) Achillë Delattre
(gewezen Minister) Octave Dierckx,
(gewezen minister^. Robert Gilon (ge
wezen voorzitter van de Senaat) Ca"
mille Gutt (gewezen minister)Hen
drik Heyman (gewezen minister); Ka'
miel Huvsmans (gewezen voorzitter
van de Kamer en gewezen Eerste mi
nister) Victor Maistriau (gewezen mi
nister) Joseph Merlot (gewezen mi
nister) Hubert Pierlot (gewezen Eer
ste minister) Fugène Soudan (gewe
zen minister); Paul Tschoffen (gewe
zen minister) baron Romain Moyer'
soen (gewezen voorzitter van de Se
naat en gewezen minister) Henri Rolin
gewezen voorzitter van de Senaat en
gewezen minister)Paul Van Zeeland
(gewezen Eerste minister) August De
Schrijver (gewezen minister); Max
Buset (volksvertegenwoordiger)Al
bert Edouard Janssen (minister en ge
wezen minister)Paul Henri Spaak
(gewezen Eerste minister).
Volgens de traditie, komen nu in, elk
geval in aanmerking de voorzitter van
de Senaat, de h. Paul Struye en de ge
wezen eerste ministers Achille Van Ac
ker. Gaston Eyskens, Jean Duvieusart
en Joseph Pholien.
Maar het spreekt vanzelf dat de
keuze bij deze personaliteiten niet
moet beperkt blijven. Voor de h. Du
vieusart is er nochtans deze moeilijk
heid: dat hij minister is en dat men
nooit iemand tot Staatsminister be
noemt terwijl hij minister is.
NOG TWEE VERTONINGEN VAN
HAAR MOOISTE ROL
door GROEP TIJL
Op Zondag 10 Januari.
Maandag 11 Januari.
Bespreek tijdig uw plaatsen.
Kaarten te bekomen; Sint Martinus'
kring. Korte Zoutstraat; Telefonisch
Secretariaat Groep Tijpl, nr. 237.38.
BIRIA ZOU VOOR ZIJN
DOOD BIJBEL HEBBEN
GEVRAAGD
Radio Vatikaanstad maakt melding
van een bericht uit Wenen, volgens
hetwelk Beria om een bijbel zou ver
zocht hebben, vooraleer hij werd te
rechtgesteld.
Ook in het Ierse blad «Standard» is
een artkiel verschenen in die zin, onder
het opschrift «Is Beria als Christen ge
storven 7»
«Het gerucht doet de ronde dat de
machtige Beria, de beul van miiiioenen
slachtoffers, die op zijn beurt het
slachtoffer is geworden van het regime
aan de versteviging waarvan hij met
zoveel bloedvergieten heeft medege*
werkt, kort voor zijn terechtstelling,
welke daags voor Kerstdag plaats had,
tot het christelijk geloof is teruggekeerd
Het is de prior van kardinaal Wys"
zynski, die volgens nog niet bevestigde
berichten, in een cel zat naast die van
Beria, in de beruchte LoeDianka ge
vangenis, die van de goddelijke barm
hartigheid een dergelijk wonder zou
hebben gekregen.
Er bestaat echter een positief feit
Professor Joedm, voormalig leider van
het Kominform te Boekarest, lid van, de
Hoge Sovjetcommissie in Duitsland en
onlangs benoemd tot Sovjet ambassa
deur in China had verklaard verschrik
kelijk verontwaardigd te zijn geweest
bij het vernemen van het nieuws, dat
Dena, aan wien de direkteur van de
gevangenis had gevraagd of hij geen
wens had kenbaar te maken, een exem
plaar zou hebben gevraagd van het
iNieuwe Testament, waarvan hij in zijn
prille jeugd had gehouden.
Onder de gevangenen van de Loe
oianka gevangenis zou dit nieuws de
uitwerking hebben gehad van een bom.
Bij het overbrengen van dit bencht
zou Joedin uiting hebben gegeven aan
zijn diepe verontwaardiging ovef het
feit dat het christelijk geloof bij Beria
het zou hebben gewonnen van de Mar
xistisch Leninistische ideologie.
oUo
GEMEENTERAADSLEDEN
Er zijn in Belgie 23.784 gemeente
raadsleden, die per provincie als volgt
zijn verdeeld
Antwerpen 2.776
Brarrbant 1.773
West Vlaanderen 1.766
Oost Vlaanderen 3.171
Henegouwen 3.903
Luik 2.853
Limburg 2.443
Luxemburg 3.390
Namen 1.703
RIJK... TE ZIJN,
OF NIET TE ZIJN...
KOLONIALE LOTERIJ
TWEE EN EEN HALF
MILLIOEN
KUNT GIJ WINNEN
BIJ DE TREKKING
VAN 16 JANUARI
of een der 45.410 andere loten
van 200 tot 500.000 fr.
WANT, MEN MAG DE LOTEN
CUMULEREN
KOOP UW BILJETTEN
oOo
ER WORDT MINDER
GEFIETST
Gezien de stijging van het verkeer
per motor en bromfiets, is het begrijpe
lijk dat er minder wordt gefietst.
Het rijwielverkeer bedroeg in 1949,
806 fietsen per telpost.
In 1952 telde men slechts 727 fiet
sen per post.
De vermindering is het meest uitge
sproken in de provincies Luik (23 t.h.)
en Henegouwen (22 t.h.)
De provincie Oost Vlaanderen, met
een lichte vermeerdering van 3,2 t.h.,
vormt een uitzondering.
Zowel in 1949 als in 1952 stond de
provincie Antwerpen aan de spits met
onderscheidenlijk 2.124 en 1.987 fiet
sen per post, gevolgd door Oost Vlaan
der$n met onderscheidenlijk 1.361 en
1.405 rijwielen.