en omstreken
m
TE VEEL MENSEN?
Werkkring St-Job - Aalst
TOEGANG VRIJ
Diocesane Lourdeshedevaart
van liet Bisdom Gent.
Van 16 tot 26 juli 1957.
Zondag 4 augustus 1957 van 16 u. af
Maandag 5 augustus 1957 van 19 u. af
in de hovingen van het klooster der EE. PP. Capucijnen
van
VERSCHIJNT DE DONDERDAG EN ZONDAG VAN IEDERE WEEK.
Burelen St. JORISSTRAAT, 25, AALST. TEL. nr. 241.14 P. C. nr. 881,72 14» JAARGANG: 1,50 Fr. het Nr.
DONDERDAG 1 AUGUSTUS 1957
NUMMER 62.
Eenieder weet dat er op dit ogenblik lan
den bestaan die overvloedige bronnen van
levensmiddelen hebben, die hen in staat
stellen hun gehele bevolking behoorlijk te
voeden. Naast deze bevoorrechte staten zijn
er andere waarvan de voorraad aan levens
middelen ofwel van eigen bodem of door
ruilverkeer verkregen onvoldoende is om
een normale voeding aan de inwoners te
verschaffen.
Onwillekeurig stelt men bij deze vaststel
ling de vraag Zijn er dan mensen te
veel Sedert het verschijnen van het eer
ste werk van Malthus over de bevolkings-
leer (1798) werd deze vraag reeds op hon
derd verschillende manieren gesteld en be
antwoord. Zeer veel onbegrip heerst er in
derdaad inzake «overbevolking», «wereld-
honger» en de middelen om de wereld daar
van te verlossen.
Een brochure «Zijn er teveel Mensen
werd over dit probleem geschreven in op
dracht van de Unesco door twee bekende
demografen, mevrouw Alva Myrdal en de
heer Paul Vincent. In deze studie wordt op
de ingewikkeldheid van de demografische
problemen gewezen, zoals ze zich met een
grote verscheidenheid over de gehele we
reld voordoen en geen kans laten aan ex
tremistische oplossingen. Deze twee wereld
bekende demografen zien de oplossing in
een konsekwent doorgedreven gezinspoli
tiek.
OPVATTINGEN VAN MALTHUS
De opvattingen van Malthus zijn genoeg
zaam bekend de voorplantingsmogelijkhe
den van de mens zijn zo groot dat bij een
onbeperkte vermenigvuldiging, zijn aan
groei niet alleen onbeperkt zou zijn, maar
dat hij tevens in een buitengewoon snel
ritme zou voltrokken worden en op een
wijze die herinnert aan de wet op de sa
mengestelde rente, tegenover deze, in prin
cipe oneindige aangroei van de mens, stelde
Malthus de onvermijdelijke begrensde
aangroei vast van de levensmiddelen.
Deze opvattingen hebben aanleiding gege
ven tot heel wat verkeerde gevolgtrekkin
gen en interpretaties. Men dreigde met het
spookbeeld van de «overbevolking» en een
wereldhongersnood.De geschiedkundige fei
ten hebben Malthus echter ongelijk gege
ven.
De systematische fout in deze teorie, zo
als ook in de meer modern malthusiaanse
teorieën, is dat de mensen hoofdzakelijk als
verbruikers worden beschouwd en de le
vensmiddelen als een onveranderlijke voor
raad die verdeeld moet worden.
Ter verdediging van Malthus en zijn vol
gelingen mag misschien worden opgemerkt
dat er in zijn tijd redenen waren om de
toekomst voor de West-Europese volkeren
donker in te zien. De ekonomisten van zijn
tijd waren de mening toegedaan dat het
tijdperk van de grote ontdekkingen achter
de rug was en dat de komende vooruitgang
erin zou bestaan de reeds gedane uitvindin
gen en ontdekkingen verder te ontwikkelen.
De ontdekking van de atoomkracht werpt
thans een gans ander licht op deze proble
men. Vandaag weten we allen dat wij in
dien de vrede bewaard kan blijven een
wonderbaarlijke vermenigvuldiging van
energie en voedsel tegemoet kunnen zien.
Ook in de minder-ontwikkelde gebieden zal
de bevolkingsaangroei, dank zij de techni
sche vooruitgang en de daaraan verbonden
verandering in de opvattingen, stilaan een
faktor van rijkdom en welstand worden.
PESSIMISTEN EN OPTIMISTEN
Nochtans is de opvatting bij velen nog
blijven voortleven dat de ontwikkeling van
de landbouw gebonden is aan wetmatigheid
in de tijd. Maar niemand kan de ontwikke
ling der wetenschap voorspellen. De hou
ding die men aanneemt ten opzichte van
de bevolking en voedselproblemen is daar
om grotendeels subjektief.
De pessimisten benadrukken het feit dat
de landbouw beperkt is door uitputting en
erosie, maar terzelfdertijd vergeten zij dat
een aangroeiënde bevolking niet alleen be
tekent dat er meer mensen moeten worden
gevoed, maar ook dat er meer handen en
hoofden zijn om te werken.
Daartegenover wijze de optimisten erop
j dat het juist de ekstensieve bebouwing, die
toegepast wordt in landen met een kleine
bevolking, is die de grond uitput maar dat
de intensieve methodes, die gebruikt wor
den waar een dichte bevolking leeft, niet
alleen de grond niet verarmen maar juist
verbeteren en verrijken.
Zij verhopen een of andere dag uitge
droogde en bevroren woestenijen om te vor
men in weelderige streken, en de toekomst
wordt door hen als een onmetelijke Tuin
afgebeeld.
Boven alles geloven zij in de mens als de
meest belangrijke «hulpbron» van de we
reld. Zij kijken eerder naar de scheppende-
dan naar de komsumptiemogelijkheden van
de mens en zij geloven dat hij zich kan
aanpassen en evengoed sociale problemen
kan oplossen als materiële; daarom is de
armoede in een land geen noodlot waaraan
men zich moet onderwerpen maar een prik
kel tot hervormingen.
De toekomst alléén kan beslissen of de
pessimisten of de optimisten gelijk hebben;
wij merken alleen maar op dat de ervaring
de laatsten gelijk schijnt te geven: de mate-
riële vooruitgang van de wetenschap heeft
jnog nooit hen teleurgesteld die daarop ver-
J trouwen. Spijt de sombere voorspellingen
van de Malthusianisten en niettegenstaande
een nooit geziene aangroei van de wereld
bevolking neemt het aantal landen, waar de
bevolking onder de periodieke voedselte
korten, hongersnood of een bestendige on
dervoeding lijdt, gedurig af. I. D.
SCOUTSJAMBOREE
Op 25 juli kwam te Wolverhampton de
eerste groep Belgische scouts aan, om deel
te nemen aan de Jamboree (internationaal
congres) gehouden in het Soutan Park na
bij Birmingham.
Deze scouts van Hofstade bij Aalst, onder
leiding van commissaris Et. Geerinckx, aal
moezenier Callant, E. Baeyens, H.De Schrij
ver en M. De Wael, werden in het station
verwelkomd door commissarissen Sankey
en Buckingham. Zij kwamen uit Londen,
waar ze twee dagen verbleven hadden.
Ook de pers was aanwezig en reeds
's avonds verschenen interview en foto's.
De scouts werden per autocar naar het
«GAY HILLS-LOWER PENN» gevoerd,
waar ze zullen samen zijn met duizenden
padvinders uit alle landen.
Groot was de belangstelling der bevol
king, die onmiddellijk voorstelde enkele
scouts in familie op te nemen. Toen bleek
dat het juist de soldaten waren uit deze
streek, die Hofstade bevrijden in 1944, ver
scheen weldra gewezen commandant Maley
op het terrein om de jongens te begroeten.
De volgende dag stuurde Bridmorth een
car om de jongens op te halen en dit zeer
oud stadje te verkennen. Gans Bridgnorth
was te dier gelegenheid bevlagd en de
scouts werden er ontvangen door de magis
traat, de deken en de voorzitter der Rotary
Club in volle ornaat. Na bezoek aan stad
huis en Gerechtshof werden de scouts uit
genodigd tot een coffee-party in de salons
van een prachtig hotel.
De jongens waren ten zeerste getroffen
^door dij machtig onthaal en de gastvrijheid.
(SLOT).
VERBLIJF TE LOURDES EN TERUGKEER
Maandag 22 juli 's Morgens aan de Grot
wordt de Communiemis opgedragen voor al
de zieken en de gezonde bedevaarders van
ons Bisdom. Onmiddellijk na het ontbijt en
niettegenstaande de motregen was iedereen
op post voor de H. Kruisweg. We klimmen
in groepen van ongeveer honderd man de
berg op in overweging van het lijden Chris-
ti. In levensgrote beelden zijn de veertien
staties aangrijpend uitgedrukt, langs een
steile, adembenemende helling. Zingend en
biddend trekken de groepjes omhoog, en
hun innige medidaties bouwen voort op de
diepzinnige gedachten over lijden en kruis,
die hun zo juist door de predikant werden
medegegeven. Alles eindigt met een geza
menlijk lied en een bezoek aan de Missie
tentoonstelling.
Volgt in de namiddag de Sacramentspro
cessie geleid door het Bisdom Gent. Over
de hoofden van de duizende bedevaarders
en zieken (er zijn er vele gekomen uit ver
scheidene landen van Europa) klinkt de
stem door de luidsprekers in 't Vlaams, in
't Frans, in 't Engels, in 't Italiaans «Heer,
maak dat ik zie! Maak dat ik hoor Maak
dat ik wandel Onze Lieve Vrouw van
Lourdes, bid voor ons. Zij alleen die te
Lourdes geweest zijn kunnen het aanvoe
len wat die heerlijke processie van het H.
Sacrament beteken1^J?,e doet denken aan de
Evangelische toneiëri toen de Godmens
rondging, en de zieken en kreupelen genas.
Langzaam gaat de zegenende monstrans van
zieke tot zieke. Wie de stralende hoop, het
betrouwen en de ontroering op de gezich
ten van al die zieke kinderen en grijze men
sen heeft gevolgd, kan onmogelijk zijn tra
nen weerhouden. De smekende stem van de
lijdende mensheid is nergens zo tragisch,
zo overrompelend als op deze gezegende
plaats.
's Avonds, in de kaarskensprocessie is
Gent nog eens aan de kop. Als een slang
van licht, als een stroom van glimwormen,
slingert zich de lange rij lichtjes door de
duisternis, rond de verschillende beelden
vóór de Esplanade, om in steeds machtiger
samenzang vóór de kerk samen te stromen
in een zee van licht, aan de voet van de
feëriek verlichte kathedraal. Machtig weer
klinkt het Credo, geloofsbelijdenis van dui
zende pelgrims, en alles eindigt met een on
troerend «Salve Regina». In stilte gaan al
len ter rust, maar een onvergetelijke in
druk blijft diep in het gemoed gedrukt.
Ave Maria.
Dinsdag 23 juli Als een dierbare plicht
van dankbaarheid werd een plechtige Re
quiem-mis gezongen in de parochiale kerk
tot nagedachtenis van al de overleden bede
vaarders van het Bisdom Gent. Onze kleine
zangertjes lieten voor de zoveelste maal
hun rijke talenten bewonderen. Na het Li
bera, de vlaggen voorop, gaan wij in tragen
stoet naar het kerkhof, waar een hoekje
speciaal is voorbehouden aan de overlede-
1 nen van ons bisdom. In 't midden staat een
I prachtig beeld van de Moeder van smarten,
(houdend in haar armen het ontzielde li
chaam van haar geliefde Zoon. Z. E. H.
Lippens houdt een innige meditatie over de
zin van leven en dood. Een heerlijke zon
is van de partij, terwijl de hartelijke woor
den diep inslaan in ieders gemoed. Voor een
christen mens is sterven: leven. De dood is
niet het einde, maar de inzet, het begin, de
toegang tot de eeuwigheid. Met het bezoek
aan «Le Cachot» en het versterkt kasteel
eindigt de voormiddag.
Het gemurmel en geprevel van duizende
Weesgegroeten weeft een onophoudende
krans van verering en kinderlijke vroom
heid rond het heiligdom der Moeder-
Maagd. Zelfs de nacht stelt geen einde aan
de smekingen der pelgrims. Zo was het
Dinsdagavond onze beurt voor de nachtelij
ke aanbidding. Kwart voor elf hielden wij
een ingetogen avondwake, en om midder
nacht begonnen alle priesters het H. Misof
fer. Na de algemene Communie, gevolgd
door een vurige dankzegging, gingen allen
een welverdiende rust nemen, om morgen
fit te zijn voor de uitstap naar Gavarnie of
de Pont d'Espagne. Het werd een prachtige
tocht, met epische sneeuwgevechten, veel
kapotte schoenen en verkleumde handen.
Donderdag 25 juli. Ons verblijf te Lour
des begint te korten. Te 9 u. hadden wij
nog een plechtige hoogmis in de Rozen
kranskerk. Tot slot dan ons afscheid aan
de grot. In een hartelijk slotwoord vraagt
de predikant, dat de vroomheid van deze
bedevaart geen strovuur weze, maar een
diepe warme vlam die heel ons leven door
gloeit. In dit gezegend oord waren wij
vroom, godvruchtig en goed. Radikaal en
zonder menselijk opzicht. Mocht het zo blij
ven Moesten de duizende bedevaarders die
ooit naar Lourdes kwamen, hun blakende
overtuiging wilskrachtig hebben doorge
voerd in hun dagelijks leven, de wereld wa
re reeds lang voor Christus veroverd.
Aan de Grot staan wij nu allen voor een
laatste hulde. In een zeer gemoedelijk
woordje, zoals hij alléén dat kan, bedankt
Z.E.H. R. Van Bossuyt alle medewerkers.
Over zich zelf spreekt hij niet, maar ieder
heeft ondervonden, met welke vaderlijke
bezorgdheid hij het materiele en morele
welzijn van de bedevaarders heeft ter harte
genomen. Tenslotte drukt hij de wens uit,
die stil in ieders hart ligt besloten Hier is
't goed Mochten we hier terugkeren Als
't God en Maria belieft
Allen gaan nu één voor één de gezegende
Grot voorbij, terwijl de kinderstemmen een
liefelijk Marialied laten weergalmen, waar
van het refrein in koor wordt hernomen.
Tranen van blijde ontroering glinsteren in
vele ogen. Vertrekken, is een weinig sterven
zegt ergens een wijsgerig man. Met een
geestdriftig «Liede gaf U duizend namen»
zeggen wij vaarwel aan dit machtig heilig
dom, of liever tot weerziens
De «Weg terug» loopt langs Bordeaux,
Poitiers, Parijs naar Gent. Vol vreugde be
groeten wij de «optocht van torens in 't
grafelijk Gent». De wegen lopen uiteen en
ieder keert terug naar de alledaagse arbeid.
Maar diep in het hart heeft zich een zalige
indruk vastgezet, een rijkdom, een weelde.
Wie naar Lourdes ging, keert rijker terug.
Een zacht ruisen in ons gemoed de slot
woorden van onze predikant, de smeekbede
die wij tot de onze maken:
Lieve vrouwken, 't allen tijd
Blijve Vlaandren U gewijd.
POLITIEK PRAATJE
Het schijnt dat ons gemeentebestuur op
de vingers getikt werd door de gouverneur
omdat het dienstjaar 1957 een tekort voor
ziet van 4 miljoen. Ook de minister van
binnenlandse zaken schijnt zich met de ha
chelijke kastoestand van Aalst bezig te
houden.
In een volgend praatje zullen wi] hier
over een interessant briefje publiceren, in
afwachting mag iedereen weten dat terug
NIEUWE BELASTINGEN zullen geheven
worden en dat dus iedereen meer zal mo
gen betalen, de leuze indachtig der socialis
ten Pakt maar waar ge 't kunt vinden
en de belofte der liberalen vergetend
«Stemt voor ons en ge betaalt 255% belas
tingen minder
Wat wilt ge ,zult ge zeggen, maar als de
kas nu plat is.
Eén moment, duurbare lezer. Hier voor mij
staat geschreven dat ons gemeentebestuur
zo maar even 7 miljoen uitgaf voor een
mislukte schouwburg in de Molenstraat.
Voeg daarbij eveneens 7 miljoen voor een
sportcentrum aan de Albrechtlaan, waarvan
ook niets in huis komt. En als foemaat 1
miljoen voor ons De Bunne-Cabinet, om de
naam van onze goede voorvader Pieter
Coucke niet te onteren. Dat maakt, al 15
miljoentjes samen, welke volledig nutte
loos werden uitgegeven onder het zeer kun
dig beleid van de financier Gustaaf De
Stobbeleir.
Wat nu kleine man
Het is nu toch al meer dan geweten dat
de socialisten geen geld kunnen beheren en
dat de liberalen hun niets kunnen weigeren.
Met dit alles vergat ik u bijna iets te
vertellen dat iedereen hoeft te weten. Wist
ge dat De Bunne een tijdbom heeft achter
gelaten Een cadeau van 75.000 fr. aan zijn
sekretaresse Ten laste van onze reeds zo
erg gehavende financies natuurlijk
Wel ja, voor een vrouw doet men al iets.
Oscar ging er voor naar Napels, onze bur
gemeester Blanckaert geeft haar 75.000 Fr.
om er van af te geraken.
Hoe dit geschiedde
Wel toen de madame in kwestie op 1
mei terug op het toneel verscheen had de
gemeenteraad haar door gezonden wegens
ongewettigde afwezigheid. Dat was nu niet
zo erg voor zo'n volkje heeft de partaai
steeds plaatsen beschikbaar, en liefst staats
betrekkingen die wij toch betalen. Ook aan
deze madame werd een plaats aan de staat
gereserveerd.
Toch was kameraad Piet Vermeylen niet
tevreden. Een partijgenote moet met hand
schoenen aangepakt worden nietwaar. Wel
nu de Minister van Binnenlandse Zaken
meende dat het gemeentebestuur de rech
ten der afgezette madame niet had geëer
biedigd en hij verbrak de beslissing die de
CVP had afgedwongen.
Tot daar dan, het gemeentebestuur KON
in beroep gaan, het schepencollege KON die
zaak opnieu voor de gemeenteraad bren
gen. Dit alles gebeurde NIET.
Het rood-blauwe schepencollege zweeg,
tot burgemeester Blanckaert op een gemeen
teraadsvergadering verklaarde dat de vroe
ge burgemeesterssekretaresse haar ontslag
aanvaardde. Eenieder vond dat normaal en
er werd over het geval gezwegen.
Op de laatste gemeenteraad echter kwam
de aap uit de mouw: de burgemeester had
aan de gevluchte bediende 75.000 Fr. uitge
keerd als loon voor de maanden April 1956
tot Mei 1957, en dit terwijl ze te Brussel
een tweede wedde verdiende. In die omstan
digheden aanvaardde Mevrouw natuulijk
haar ontslag en was het Aalsters schepen
college verlost van het geval De Bunne.
Begrijpt ge nu, hoe het komt dat de be
lastingen verhoogd zijn met miljoenen en
dat ze nog zullen verzwaren G. S.
Tuinfeest