1aqtsetyfyl /lfo(UU»4HkfaM>liek Een man genaamd ÏSÏDOOR IQ' ONS KORT VERHAAL. NUTTIGE WENKEN. Het beste onderhoudsmiddel voor uw schoenen in hagedisleder is ricinus-olie. Wrijf de schoenen regelmatig in met een wollen doekje dat gedrenkt is in bovenge noemde olie en zij zullen zeer lang hun mooi uitzicht bewaren. Lichte vloerbedekking (linoleum of balatum) is heel mooi, maar men ziet er spoedig allerlei ongerechtigheidjes op.Vooral de zwarte strepen van rubber schoenzolen zijn een doorn in het oog der goede huis vrouw. Deze streepjes, evenals de meeste andere vlekjes, verdwijnen echter spoedig als we er met een doekje met benzine over heen gaan. Daarna een beetje boenwas en uw vloer is als nieuw. Denkt U er echter aan niet met benzine te werken als de ka chel in de kamer brandt. Tegenwoordig hangen er in vele huls kamers plantjes aan de muur. Natuurlijk krijgen die plantjes regelmatig water en... dan gebeurt het wel eens dat er gemorst wordt. Op gepolitoerde meubelen volstaat het de watervlekjes dadelijk met een zeem- staat u toch voor een lastige taak, Me vrouw! Want een bontmantel kiezen is ver schrikkelijk moeilijk. Het is zo'n duur stuk, dat het een katastrofe zou zijn indien U verkeerd zou kiezen. De beste raad ,die we U in deze zaak kunnen geven is wendt u tot een ver trouwd adres Tot een vakman en laat U raadgeven. De bontsoorten ,die momenteel in de mo de zijn, laten we hier, in de volgorde van de duurste tot de goedkoopste, volgen. NERTZ (ook wel MINK en VISON ge noemd) is met HERMELIJN, dat niet voor gehele mantels wordt gebruikt, wel de duurste bontsoort die wij kennen. Door kruising zijn de telers er in geslaagd bij zondere tinten te krijgen als «wit», «saphi- re», «pastel», «silverbleu», palomia», «ar- tic bleu» en topaz mink». Wild mink is praktisch onbetaalbaar. Het is wel tien keer zo duur als gekweekte nertz en bovendien minder flatteus in het gelaat. OGELOT, dat men niet mag verwarren vel op te drogen. Op eikenhout is het moei- |met panter of wilde kat, is bijna even duur lijker, hier maakt het water witte plekjes. Deze plekjes behoren zorgvuldig te worden afgewreven met een weinig tafelolie oi vloeibare parafine, daarna zullen ze wel verdwijnen. Koperwerk, dat aangetast is door ko pergroen, wordt weer schoon met behulp van petroleum. WEET U HOE HET HOORT Veel dames zitten, wanneer zij in een restaurant gaan dineren, met het probleem of zij ja of neen haar hoed op moeten hou den. Wanneer er een garderobe aanwezig is, dames, dan geeft U daar alleen uw man tel af. Uw handschoenen neemt u mee naar binnen en uw hoed houdt U rustig op. Al leen wanneer de hoed volkomen in tegen spraak is met de japon, die U draagt, kunt U hem beter afzetten. Wanneer een paar een restaurant bin nengaat, gaat de heer voor. Bij het verla ten van het restaurant is het de dame die het eerst buitengaat. Wanneer een jongen en een meisje sa men uitgaan, is het de jongen die alles af rekent en betaalt. Hebben zij vooraf afge sproken, dat ieder zijn eigen consumpties zou betalen (iets wat tegenwoordig veel ge daan wordt), dan wordt dat later geregeld. Nooit gebeurt deze afrekening in restau- jrapf of café zelf. U kent ze wel nietwaar die lekkere zandtaartjes. Zo'n hard bakje van deeg, dat gevuld wordt met één of andere heerlijke crème. Hebt U al eens geprobeerd zo'n zandgebakje met een taartvorkje op te eten Neen, dat gaat eenvoudig niet. Met voorzichtig manoeuvreren niet en ook niet als u ongeduldig gewordenhet vorkje er flink insteekt, want in beide gevallen vliegen de stukken van het taartje in het rond. Daarom, pak ze maar in uw hand, die zandtaartjes en hap ze af. Weest gerust zandgebak mag volgens de etiquette uit het vuistje gegeten worden, maar dan natuur lijk wel op een rustige beschaafde manier. Tandenstokers zijn apparaatjes die men het liefst zo min mogelijk in gezel schap of in restaurant gebruikt. Want al als nertz. Met de donkergekleurde vlekjes op de okergele ondergrond is deze bontsoort uitermate geschikt voor een sportieve man tel, vooral voor jeugdige personen. SEAL, vooral het Alaska seal (zwart met goudachtige glans) Dit zeehondenbont is ontzettend sterk. Men kan een Alaska seal- mantel wel twintig jaar dragen en daarna de goede stukken nog laten verwerken tot mantelkragen manchetten en zakken. PERSIANER in zwart, antraciet en kas tanjebruin. Ook Persianer is praktisch on verslijtbaar. Na jarenlang plezier gehad te hebben van een lange mantel, kan men er een kort jasje van laten maken. Maar het kan ook andersom. Wanneer U geen geld geld genoeg hebt voor een- lange persianer jas, dan kunt u gerust een vest nemen en er een paar jaar later een stuk aan laten zetten. Niemand zal zulks zien. Hoewel zeer levendig met een geestige afwisseling van lichte en donkere plekken doet persia- nr toch enigszins «ouwelijk» aan en daar om raden we het niet aan voor zeer jonge meisjes. PATTES PERSIANER zijn de pootjes en andere stukjes van Persianer veil en. Uiter aard niet zo mooi als de volle vellen, maar niettemin zeer sterk. ASTRAKAN EN PATTES-ASTRAKAN is 1 het minder mooi en iets goedkopere zusje van persianer. Het behoort ook tot de ster ke bontsoort. INDISCHE LAM is eveneens zeer mo dern. Te verkrijgen is alle nuances van lichtbeige tot bruin, doet het zeer jong aan. Zeer sterk is het evenwel niet, hoewel een mantel in Indisch lam mits een goede verzorging en onderhoud toch jaren mee gaat. MOUTON in wit, witgrijs en beige is een bontsoort die ons allen bekend is. Een man tel in mouton (schaap) betekent een ta melijk sterke mantel aan een voordelige prijs. Wanneer U geen geld genoeg hebt om een degelijke bontmantel aan te schaffen, stel u dan tevreden met een stoffen mantel ge garneerd met een mooie bontkraag, zo'n mantel is heal wat mooier en U zal er veel meer plezier aan hebben dan aan een 2de Vervolg. 'gaan ook. Ons Leontine, die maar aan gene vent ge- pe herderkens spoedden... raakt, loert naar 't blauw gestreepte hemds- Opeens blijft Isidoorke staan kijken, naar boordeke, dat in dit vriesweer nogal kaal I >t pover lichte achter de gescheurde gordij- aandoet, onder de katoenen pull-over. «We neil) twintig meter van de baan. Daar woont hebben daar nog 'n Engelse trui liggen, Mie van Tinus. Tinus zelf feitelijk ook, van onze peter zaliger, Isidoorke, wil ik maar die werkt in de koolputten en komt die...» I maar over naar huis om haar af te rossen «Nee, uffraa, dat is niet nodig, 'k heb al en andere deugnieterij, ander katten gegeseld. Allee, mensen, wel En nu is 't net of Mie... Zou de judas dan bedankt en tot ten naaste jaar als 't God ai thuis zijn werkt men ermee achter de hand, het blijft1 bontmantel van minderwaardige kwaliteit, een onesthetisch gezicht voor anderen. Men doet er het beste aan zich tijdens het ge bruik even af te zonderen. DE DAGEN LENGEN... «De dagen lengen, de nachten strengen zegt een oud spreekwoord. En dat wil dus zeggen, dat de winter eerst nu begint. Ook de bonthandelaren zijn hiervan overtuigd, want zij doen rond Kerstmis en Nieuwjaar goede zaken. Deze weken worden de mees te bontmantels van het hele jaar verkocht. Een bontmantel... slechts zeer weinig vrouwen blijven onverschillig voor zo'n kle dingstuk. Integendeel, reeds vanouds heb ben dierenpelsen een biezondere aantrek kingskracht op vrouwen uitgeoefend. En dit niet alleen omdat bont flatteus is, omdat het beschut tegen felle koude, maar ook omdat het kostbaar is en het bezit van een bontmantel de draagster een zekere «stan ding» geeft. Wanneer U tot de gelukkigen behoort, die dit jaar een bontmantel mogen kopen, dan belieft. Als 't God belieft, dat zeggen onze kern- munisten ook wel eens als het te pas koroi Dat is geen bewijs van devotie, maar al dat andere nieuwe aan Isidoorke deed mij mij meren, tot het geluid van zijn klompen al lang weggestorven was... Al de stamineelichtjes van de dorpskom liep hij slikkend voorbij, met de warme vijffrankstukken in zijn hand. Hij trok recht het winkeltje van Urbanieke binnen, om ne mooie pondkoek met marsepijn, die bij ons rond nieuwjaar te krijgen zijr.. Urbanieke zou d'r eigen wel een bult ge- schokken hebben, maar ze had er al ene. «In 'n papierke doen, Isidoorke Als ge zo goed wilt zijn, Urbanie. 'n Roos of 'n blauw, Isidoorke D's gelijk, Urbanie, 't is voor zuster Angela. Haha voor zuster Angela, wilde gij mijn komplimenten eëns doen, Isidoorke Dat zal niet mankeren, Urbanieke. Urbanieke zet heur beste beentje, om 'n paar deftige plooikens in 't blauw papier te' krijgen, lijk ze dat eens gezien heelt aan 'n pakske uit 'n grote stadswinkel. En dan haalt ze nog 'n klosje vergulde koord van onder den toog. Isidoorke staat dat allemaal broeierig te begapen. «En kunt g'er nu nog eens geen briefke bijsteken voor zuster Angela, Urba nieke Mijn handen staan zo niet meer naar 't schrijven, ziet ge «Dat is geren gedaan, Isidoorke. Hoeveel is mijn schuld, maske Vijf en twintig frank, Isidoorke. Hoeveel Vijf en twintig.» Toen werd Isidoorke, misschien voor 't eerst in zijn leven, een beetje bescchaamd, want hij kwam twee frank tekort. Oeioei, dan zal ik ene moeten nemen, die wat klei- i ner is, Urbanieke. Tuttut», doet Urbanieke. 't Is voor n ongewone klant en voor zusterke vriendin en 't is kerstavond. Urbanie is een niet-gie- rig kwezelke err -züNÉtfn een impozant re gister voorleggen van werkmans- en dop persvrouwen, die bij 'n ander niks meer op de poef krijgen; om dan nog maar te zwij gen van de burgers, die ge 't niet zoudt nageven en die bij haar in 't krijt staan en blijven staan... «Tuttut», zei Urbanieke, en zo stapte Isi doorke even later kranig over 't bol en bochtig steenwegske op Kurpe, zonder kou en zonder overschot. Zijn hand verstijft om 't gulden koordje van de pondkoek, maar hij kan er niet toe komen hpt keurig plooi- gewrocht van Urbanieke onder zijn vest te steken. Hij loopt met korte, verende pasjes, in 't njidden van de glimmende weg, over de plat gereden sneeuw. Hij luistert naar zijn adem, 't ruisen van zijn broekspijpen en dat nieuwe blije gespetter in zijn hart. Zuster Angela, de pondkoek en de nacht mis, de rest kan gestolen worden. De gat likkers zullen stikken van jaloezie en de zever kontjes zullen niet weinig verschieten van hun zwart schaap. En Zuster Angela zal glunderen of waterogen, om de pond koek en om zijn liedeken «De sterrekens wenkten van hoog aan de hemel, »De engeltjes zongen met stemmekens fijn... Drie koepletten en een refrein, rats uit ziïne k°P- neuriet ze ernstig in de een- jes streng bestraft worden zijn schoenen zaamheid en wordt beetje zorgelijk om trachten te vernielen. die amechtigheid in zijn borstkas en de Wanneer ge een plas ziet loop er door. verraderlijke slijmekens, die bij de hoge Ligt er een steen of blikje op straat: schop noten over zijn stembanden vallen. Hij er tegen aan. Bagger door modder zoveel heeft nochtans heel voorzichtig geborreld VLUCHTIGE AANTEKENINGEN. ASYMMETRISCHE ZEEP Op de on- langs in West-Berlijn gehouden zeepbeurs, een beurs van kosmetische industrie, gold als laatste snufje asymmetrische zeep. Dit omwentelende produkt glipt u, volgens de fabrikanten, niet meer uit de hand. ONVERSLIJTBARE SCHOENEN De zevenjarige Simon James heeft een maand lang mogen dat doen waarvoor zijn vriend- ge kunt vertelde zijn vader hem. Simon ging een maand enthousiast zijn gang. Toen liet hij, enigszins ontmoedig, de schoenen aan zijn vader zien. Ze zagen er uit als nieuw De schoenen waren gemaakt van een bie- zonder soort plastiek, dat volgens de firma die ze in de handel brengt onverslijtbaar is. STATISTIEK DER VERKEERSONGEVALLEN Tijdens de week van 23 tot 29 december gevallen met 3 doden, en 24 zwaar gewon den. Per provincie ziet de balans er aldus uit: Brabant 109, West-Vlaanderen 81, Oost- Vlaanderen 88, Antwerpen 55, Limburg 52, hebben zich op de wegen of in de plaatsen Luik 102> Luxemburg 32, Henegouwen 138, waar het toezicht op het verkeer door de amen "°- rijkswacht wordt verzekerd, 727 verkeers ongevallen voorgedaan, waarbij 16 perso nen ter plaatse de dood vonden, en 95 zwaar en 357 licht gewond werden. De oorzaken van de dodelijke ongevallen zijn overdreven snelheid een; geen voor rang verleend drie; afslaan zonder vol doende aandacht twee; andere duidelijke oordeelfouten of gebrek aan aandacht oOo LENING TOT WEDEROPBOUW DERDE GROEP. i Bij de 399e trekking van de Lening voor vandaag en van heel de week niet meer ge smoord. 't Zal wel gaan,» heeft zuster Angela gezegd, en als die dat zegt, dan zal 't wel Isidoorke drentelt over 't mennegat en luistert. Mie ligt te kermen en soms laat ze een eendelijke schreeuw, die door merg en been snijdt. Isidoorke houdt niet van schreeuwen. Isidoorke houdt meer van 't guitig gezicht van zuster Angela. Maar hij wordt ineens zo koleirig op Tinus, dat hij in vijf passen binnen is. Tinus, zijde gij potvermille niet verle gen om...» Tinus is met geen ogen te zien. In de hoek ligt Mei met grote pijnogen, vastgekrampt aan een vuil bed, berstens gereed. Isidoorke staat perplex bij de deur, beur telings kijkend van dat gillend wijf naar de drie mormels, die met bekreten ogen en ge droogde snottebellen over de vloer vende len en kruipen. Scheelt er iets, Mie Mie beziet hem raar, nevens 't zotte af, begint ineens te huilen om den doktoor En als Isidoorke al gretig bij de klink is om den doktoor, die ver woont, te gaan halen, krijst Mie al, dat ze te ver gezet is. Ze huilt maar histerisch wat ze nodig heeft en waar 't ongeveer ligt. Ik vind een bevalling ook yer uit het minst interessante aspekt van de liefde en 't wil er me met een paar regels afmaken. Isidoorke lei z'n peperkoek op het kastje, liep nerveus tussen de jongen over de vuile vloer, blies wat leven in de pokkerige ka chel om warm water te maken en haalde Mie d'r rommelkast nog wat meer over hoop, op jacht naar witgoed en nog eens witgoed. Isidoorke, die, voor zover wij op 't dorp weten, altijd voor 't vrouwvolk op de loop is gegaan, heeft zich daar bij die kolos van een Mie flink van dikte getrok ken. Hij werd naar 't schijnt maar draaie rig en brakerig en danig bang als Mie afge marteld, met het klein leeggcschreeuwd koolputterke aan heur zij, te sluimeren lag. Toen glipte hij buiten, vierklauwens om dokter Verrept, want volgens hem was Mie van Tinus de geest aan 't geven. Dokter Verrept nam het nogal kalmpjes op, want die kent zijn pappenheimers. Hij nam Isi doorke mee terug, op de mooie kussens, en onderweg stopte hij nog om Stientje de baker op te laden. Dokter Verrept is een mens op jaren, die al te veel heeft meege maakt om nog te dramatizeren. Hij voelde eens aan Mie heure pols, keurde de navel streng van de kleinste Tinus, die Stientje al aan 't wassen was Isidoorke had het maar van de zes op de negen gedaan ging dan weer terug aan zijn salon en de kerstboom denken en slofte buiten met een vaag kompliment voor Isidoorke. Hij stelde geen vragen, want Mie zat altijd nogal met raar volk in huis. Isidoorke kijkt bedremmeld van 't rode achterlicht naar de wekker en vandaar in eens ontsteld naar 't blauwe papier van Urbanieke, dat beslijkt en met supplemen taire plooikens aan de grond plakt. Onder de kachel ronken de drie schurken van Mie, tussen de kruimelige resten van de pondkoek Isidoorke was in geen dag om te vloeken, kon ook niet gaan jeremiaden in 't bijzijn van Stientje, die hem half wantrouwerig en op uitleg wachtend in de nek zit te ste ken. Met de krop in de keel beende hij haas tig het mennegat over, sloeg achterover, zo geweldig met zijn kop tegen de kasseien, dat z'n voorhoofd over z'n ogen zakte.'t Zou hem geen tweede keer gebeuren. Hij pakte in iedere hand een kloef en holde voort op zijn dikke, grijze kousen, zo snel zijn stok- kebeentjes hem droegen. Hij holde Tinus voorbij, die door de sneeuw zwijmelde, de kitzak op de rug en te zat om aan te spre- A1 de klokjes van de streek beierden over t witte land, want het was zover. Dat van Kurpe was nog niet te horen. Isi doorke besefte dat hij 't halen moest en niet halen kon. Hij draafde over de een zame weg, met die verdommese kronkels, tot het zweet van zijn lijf liep. En als de klepels een voor een stilvielen, werd hij nog jachtiger, sprong van de hoge gracht kanten en liep door de spruitstekken over 't hompig veld. In de blanke stilte vol ma tig vriesweer, hield hij even halt, krampte zijn twee handen op z'n ratelende borst, begon zijn gal te spuwen op Tinus en Mie en hun schoefèleers van joeng. En dan pijl- de hij lijk waanzinnig acher zijn schaduw en het treurige gezicht van zuster Angela aan. De sterrekens wenkten van hoog aan de hemel... Voorlopig geen tijd voor de sterrekens. Isidoorke is ineens heilig overtuigd, dat het op één herderke zeker en vast aankomt en dat hij zuster Angela nooit meer in de ogen kan zien, als hij seffens haar liedje niet zingt. Seffens, dat is nu. Hij scheurt zijn broek aan pinnekensdraad, loopt door de grote wei van Gust Renders, waar midden in de gezwollen kalverbeek gekluisterd ligt, als een breed boordlint. 't Moet lelijk doen om die kalverbeek lam te leggen en zeker hier in 't blakke, 't Is allemaal sneeuw en kelderijs en Isidoorke schiet er tot aan de schouders door. Hij geraakt nog aan de kant, maar zonder klompen en zonder klak. Met hangende kop begint hij aan zijn zwanezang, terwijl z'n broek verstijft aan z'n benen. De sterrekens wenkten van hoog aan de hemel... Isidoorke ziet ze nu, de sterrekens, want hij heeft de tijd van de wereld. Hij hoort de klokjes weer en merkt niks van de huis- kerende kerkgangers, die van op de steen weg staan te wijzen, naar 't spook dat door' de wei van Gust Renders loopt. Hij hijgt en rilt, sluipt de kapel binnen, lijk een moegerammelde straathond. In 't stalleke brandt nog licht. Hij zakt door z'n bevende knieën, naast de andere her ders en kijkt met hen, lang, lang; naar Mie en 't koolputterke in 't proper. Stillekens is 't in de kapel en hij duwt zijn verkleumde handen onder 't ritselend stro. De engeltjes zongen met stemmekens fijn... Isidoorke wil ook nog eens proberen, al is 't maar één koepietje, voor zuster Ange la. 't Is of zijn keel vol vuur en ijs zit en hij is bang voor de donkere stilte op hoog koor. Eventjes beroert hij met bevende vingers de mollige armjes van 't lachend kindje; 'n andere gaillard dan die verdommese blè- ter van Mie. De moeder is minder interes sant; die zit er met een gezicht van honig en ajuin en azijn, dat Isidoorke aan zus ter Angela doet danken. Hij zal het nu maar gaan zeggen, aan zuster Angela, als ze nog niet slaapt. «Zus ter Angela», zal hij zeggen, luister eens, maske, hoe dat dat zit Hij wil overeind scharrelen, maar is opeens zo draaierig, dat hij 't de moeite niet meer acht. Heel de heilige nacht heeft Zuster Angela geweten, dat er iets met Isidoorke moest ge beurd zijn. Ze heeft de poort op een kier gelaten, heel de nacht gewacht en gebeden lat het toch niet zo fataal zou aflopen, en 's morgens vindt ze hem voor 't kribbeke lo stijf als een berd. Urbanieke heeft aan God en alleman ver teld van de pondkoek en de twee frank te kort, Stieneke heeft het briefje voor zuster Angela teruggevonden op de stalvloer van Mie. Met twee getuigen van dat kaliber was Isidoorke's alibi verzekerd. Hij is begraven met de blauwe en de ro de en de gele vlaggen en die mochten, voor deze keer, van de pastoor allemaal mee in de kerk. 't Was maar een negen-uren-mis- ke, maar de helft van 't volk moest buiten blijven, want doden en zulke doden zijn allemans vriend. Die kwibus van 't armbestuur heeft hem weer op een of ander slinkse manier op ons kerkhof gekregen en daar ligt hij, tussen honderd blauwe zerken, onder een zwart kruis, dat met Allerheiligen al slagzij maakte. Dat kruis heeft Tinus gemaakt. Hier rust Isidorus Thielemans, geboren te Alkegem en godvruchtig in den Heer ontslapen 'te Kurpe den 25 December 1953. R. I. P. 't Staat er niet fameus, maar ge kunt het lezen als ge wilt. voren was Mie nog geweest met 'n rijfke en ne pot chrizantème van dokter Verrept. twee; vermoeidheid een; klaarblijkelijke dronkenschap één; slippen twee; rijweg i Wederopbouw, derde groep, is een lot van zonder voorzorg oversteken een; gaan op miljoen fr. gevallen op omligatie reeks rijweg of berm een; stilstaan op rijweg i 9559» nummer 980. een; andere omstandigheden een. De andere obligaties van die reeks zijn Begraf. Arijs en Z. Tel. 211.47. Tijdens het weekeinde waren er 198 on- terugbetaalbaar tegen 1000 fr. Men verzoekt ons het overlijden te mel den van MIJNHEER THEODOOR VAN CAUWENBERGH Weduwnaar van Mevrouw IRMA HOEBEECK Opgeeiste 14-18 Vereerd met verschillende Eretekens geboren te Aalst, op 14 februari 1892, en aldaar godvruchtig overleden op 27 decem ber 1957, versterkt door de HH. Sakramen- ten en de Pauselijke Zegen. De plechtige Lijkdienst, gevolgd door de teraardebestelling, heeft plaats gehad op dinsdag 31 december 1957, te 8,30 uur in de dekenale kerk van St. Martinus te Aalst. Rouwhuis Hopmarkt, 25, Aalst. Vrienden en kennissen die bij vergetel heid geen doodsbericht zouden ontvangen hebben, worden verzocht dit als dusdanig te willen aanzien. GENEESKUNDIGE ZONDAGDIENST Bij AFWEZIGHEID van de huisdakter kan men zich voor DRINGENDE gevallen wenden ZATERDAGNAMIDDAG 4 DECEMBER en ZONDAG 5 DECEMBER 1958 Dr. D. DE WOLF, BURGEMEESTERS PLEIN, 3. Tel, 243.71. -ooo— ZONDAGDIENST DER APOTEKEN. IS ALLEEN OPEN ZONDAG 5 JANUARI 1958 APOTEEK VAN CAUWENBERGHE, MOLENDRIES, 10. Tel 235.39. De Apoteken der stad zijn gedurende de WEEK OPEN van 8,30 tot 12 uur en van 13,30 tct 19 uur. ZATERDAG 1 FEBRUARI 1958 ZANGKOOR ST. JOB. Zondag, 5 januari 1958, te 10 uur, zal er in de kerk der EE. PP. Capucijnen, een plechtige Heilige Mis, met orkest opgedra gen worden, vanwege het St. Jobzangkoor, voor Mijnheer JAN DE SCHRIJVER. van 9 tot 12 en van 14 tot 18 u. I 1 In de week, voor DRINGENDE GEVALLEN Vrienden en kennissen worden ertoe uit en DIENST NA 7 uur 's avonds genodigd.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1958 | | pagina 2