1aqtsetyfyl
/lfo(UU»4HkfaM>liek
Een man genaamd
ÏSÏDOOR
IQ'
ONS KORT VERHAAL.
NUTTIGE WENKEN.
Het beste onderhoudsmiddel voor uw
schoenen in hagedisleder is ricinus-olie.
Wrijf de schoenen regelmatig in met een
wollen doekje dat gedrenkt is in bovenge
noemde olie en zij zullen zeer lang hun
mooi uitzicht bewaren.
Lichte vloerbedekking (linoleum of
balatum) is heel mooi, maar men ziet er
spoedig allerlei ongerechtigheidjes op.Vooral
de zwarte strepen van rubber schoenzolen
zijn een doorn in het oog der goede huis
vrouw. Deze streepjes, evenals de meeste
andere vlekjes, verdwijnen echter spoedig
als we er met een doekje met benzine over
heen gaan. Daarna een beetje boenwas en
uw vloer is als nieuw. Denkt U er echter
aan niet met benzine te werken als de ka
chel in de kamer brandt.
Tegenwoordig hangen er in vele huls
kamers plantjes aan de muur. Natuurlijk
krijgen die plantjes regelmatig water en...
dan gebeurt het wel eens dat er gemorst
wordt. Op gepolitoerde meubelen volstaat
het de watervlekjes dadelijk met een zeem-
staat u toch voor een lastige taak, Me
vrouw! Want een bontmantel kiezen is ver
schrikkelijk moeilijk. Het is zo'n duur stuk,
dat het een katastrofe zou zijn indien U
verkeerd zou kiezen.
De beste raad ,die we U in deze zaak
kunnen geven is wendt u tot een ver
trouwd adres Tot een vakman en laat
U raadgeven.
De bontsoorten ,die momenteel in de mo
de zijn, laten we hier, in de volgorde van
de duurste tot de goedkoopste, volgen.
NERTZ (ook wel MINK en VISON ge
noemd) is met HERMELIJN, dat niet voor
gehele mantels wordt gebruikt, wel de
duurste bontsoort die wij kennen. Door
kruising zijn de telers er in geslaagd bij
zondere tinten te krijgen als «wit», «saphi-
re», «pastel», «silverbleu», palomia», «ar-
tic bleu» en topaz mink».
Wild mink is praktisch onbetaalbaar. Het
is wel tien keer zo duur als gekweekte
nertz en bovendien minder flatteus in het
gelaat.
OGELOT, dat men niet mag verwarren
vel op te drogen. Op eikenhout is het moei- |met panter of wilde kat, is bijna even duur
lijker, hier maakt het water witte plekjes.
Deze plekjes behoren zorgvuldig te worden
afgewreven met een weinig tafelolie oi
vloeibare parafine, daarna zullen ze wel
verdwijnen.
Koperwerk, dat aangetast is door ko
pergroen, wordt weer schoon met behulp
van petroleum.
WEET U HOE HET HOORT
Veel dames zitten, wanneer zij in een
restaurant gaan dineren, met het probleem
of zij ja of neen haar hoed op moeten hou
den. Wanneer er een garderobe aanwezig
is, dames, dan geeft U daar alleen uw man
tel af. Uw handschoenen neemt u mee naar
binnen en uw hoed houdt U rustig op. Al
leen wanneer de hoed volkomen in tegen
spraak is met de japon, die U draagt, kunt
U hem beter afzetten.
Wanneer een paar een restaurant bin
nengaat, gaat de heer voor. Bij het verla
ten van het restaurant is het de dame die
het eerst buitengaat.
Wanneer een jongen en een meisje sa
men uitgaan, is het de jongen die alles af
rekent en betaalt. Hebben zij vooraf afge
sproken, dat ieder zijn eigen consumpties
zou betalen (iets wat tegenwoordig veel ge
daan wordt), dan wordt dat later geregeld.
Nooit gebeurt deze afrekening in restau-
jrapf of café zelf.
U kent ze wel nietwaar die lekkere
zandtaartjes. Zo'n hard bakje van deeg, dat
gevuld wordt met één of andere heerlijke
crème. Hebt U al eens geprobeerd zo'n
zandgebakje met een taartvorkje op te
eten Neen, dat gaat eenvoudig niet. Met
voorzichtig manoeuvreren niet en ook niet
als u ongeduldig gewordenhet vorkje
er flink insteekt, want in beide gevallen
vliegen de stukken van het taartje in het
rond. Daarom, pak ze maar in uw hand, die
zandtaartjes en hap ze af. Weest gerust
zandgebak mag volgens de etiquette uit het
vuistje gegeten worden, maar dan natuur
lijk wel op een rustige beschaafde manier.
Tandenstokers zijn apparaatjes die
men het liefst zo min mogelijk in gezel
schap of in restaurant gebruikt. Want al
als nertz. Met de donkergekleurde vlekjes
op de okergele ondergrond is deze bontsoort
uitermate geschikt voor een sportieve man
tel, vooral voor jeugdige personen.
SEAL, vooral het Alaska seal (zwart met
goudachtige glans) Dit zeehondenbont is
ontzettend sterk. Men kan een Alaska seal-
mantel wel twintig jaar dragen en daarna
de goede stukken nog laten verwerken tot
mantelkragen manchetten en zakken.
PERSIANER in zwart, antraciet en kas
tanjebruin. Ook Persianer is praktisch on
verslijtbaar. Na jarenlang plezier gehad te
hebben van een lange mantel, kan men er
een kort jasje van laten maken. Maar het
kan ook andersom. Wanneer U geen geld
geld genoeg hebt voor een- lange persianer
jas, dan kunt u gerust een vest nemen en
er een paar jaar later een stuk aan laten
zetten. Niemand zal zulks zien. Hoewel
zeer levendig met een geestige afwisseling
van lichte en donkere plekken doet persia-
nr toch enigszins «ouwelijk» aan en daar
om raden we het niet aan voor zeer jonge
meisjes.
PATTES PERSIANER zijn de pootjes en
andere stukjes van Persianer veil en. Uiter
aard niet zo mooi als de volle vellen, maar
niettemin zeer sterk.
ASTRAKAN EN PATTES-ASTRAKAN is 1
het minder mooi en iets goedkopere zusje
van persianer. Het behoort ook tot de ster
ke bontsoort.
INDISCHE LAM is eveneens zeer mo
dern. Te verkrijgen is alle nuances van
lichtbeige tot bruin, doet het zeer jong aan.
Zeer sterk is het evenwel niet, hoewel een
mantel in Indisch lam mits een goede
verzorging en onderhoud toch jaren mee
gaat.
MOUTON in wit, witgrijs en beige is een
bontsoort die ons allen bekend is. Een man
tel in mouton (schaap) betekent een ta
melijk sterke mantel aan een voordelige
prijs.
Wanneer U geen geld genoeg hebt om een
degelijke bontmantel aan te schaffen, stel
u dan tevreden met een stoffen mantel ge
garneerd met een mooie bontkraag, zo'n
mantel is heal wat mooier en U zal er veel
meer plezier aan hebben dan aan een
2de Vervolg. 'gaan ook.
Ons Leontine, die maar aan gene vent ge- pe herderkens spoedden...
raakt, loert naar 't blauw gestreepte hemds- Opeens blijft Isidoorke staan kijken, naar
boordeke, dat in dit vriesweer nogal kaal I >t pover lichte achter de gescheurde gordij-
aandoet, onder de katoenen pull-over. «We neil) twintig meter van de baan. Daar woont
hebben daar nog 'n Engelse trui liggen, Mie van Tinus. Tinus zelf feitelijk ook,
van onze peter zaliger, Isidoorke, wil ik maar die werkt in de koolputten en komt
die...» I maar over naar huis om haar af te rossen
«Nee, uffraa, dat is niet nodig, 'k heb al en andere deugnieterij,
ander katten gegeseld. Allee, mensen, wel En nu is 't net of Mie... Zou de judas dan
bedankt en tot ten naaste jaar als 't God ai thuis zijn
werkt men ermee achter de hand, het blijft1 bontmantel van minderwaardige kwaliteit,
een onesthetisch gezicht voor anderen. Men
doet er het beste aan zich tijdens het ge
bruik even af te zonderen.
DE DAGEN LENGEN...
«De dagen lengen, de nachten strengen
zegt een oud spreekwoord. En dat wil dus
zeggen, dat de winter eerst nu begint. Ook
de bonthandelaren zijn hiervan overtuigd,
want zij doen rond Kerstmis en Nieuwjaar
goede zaken. Deze weken worden de mees
te bontmantels van het hele jaar verkocht.
Een bontmantel... slechts zeer weinig
vrouwen blijven onverschillig voor zo'n kle
dingstuk. Integendeel, reeds vanouds heb
ben dierenpelsen een biezondere aantrek
kingskracht op vrouwen uitgeoefend. En dit
niet alleen omdat bont flatteus is, omdat
het beschut tegen felle koude, maar ook
omdat het kostbaar is en het bezit van een
bontmantel de draagster een zekere «stan
ding» geeft.
Wanneer U tot de gelukkigen behoort, die
dit jaar een bontmantel mogen kopen, dan
belieft.
Als 't God belieft, dat zeggen onze kern-
munisten ook wel eens als het te pas koroi
Dat is geen bewijs van devotie, maar al dat
andere nieuwe aan Isidoorke deed mij mij
meren, tot het geluid van zijn klompen al
lang weggestorven was...
Al de stamineelichtjes van de dorpskom
liep hij slikkend voorbij, met de warme
vijffrankstukken in zijn hand. Hij trok
recht het winkeltje van Urbanieke binnen,
om ne mooie pondkoek met marsepijn, die
bij ons rond nieuwjaar te krijgen zijr..
Urbanieke zou d'r eigen wel een bult ge-
schokken hebben, maar ze had er al ene.
«In 'n papierke doen, Isidoorke
Als ge zo goed wilt zijn, Urbanie.
'n Roos of 'n blauw, Isidoorke
D's gelijk, Urbanie, 't is voor zuster
Angela.
Haha voor zuster Angela, wilde gij
mijn komplimenten eëns doen, Isidoorke
Dat zal niet mankeren, Urbanieke.
Urbanieke zet heur beste beentje, om 'n
paar deftige plooikens in 't blauw papier te'
krijgen, lijk ze dat eens gezien heelt aan
'n pakske uit 'n grote stadswinkel. En dan
haalt ze nog 'n klosje vergulde koord van
onder den toog.
Isidoorke staat dat allemaal broeierig te
begapen. «En kunt g'er nu nog eens geen
briefke bijsteken voor zuster Angela, Urba
nieke Mijn handen staan zo niet meer
naar 't schrijven, ziet ge
«Dat is geren gedaan, Isidoorke.
Hoeveel is mijn schuld, maske
Vijf en twintig frank, Isidoorke.
Hoeveel
Vijf en twintig.»
Toen werd Isidoorke, misschien voor 't
eerst in zijn leven, een beetje bescchaamd,
want hij kwam twee frank tekort. Oeioei,
dan zal ik ene moeten nemen, die wat klei-
i ner is, Urbanieke.
Tuttut», doet Urbanieke. 't Is voor n
ongewone klant en voor zusterke vriendin
en 't is kerstavond. Urbanie is een niet-gie-
rig kwezelke err -züNÉtfn een impozant re
gister voorleggen van werkmans- en dop
persvrouwen, die bij 'n ander niks meer op
de poef krijgen; om dan nog maar te zwij
gen van de burgers, die ge 't niet zoudt
nageven en die bij haar in 't krijt staan en
blijven staan...
«Tuttut», zei Urbanieke, en zo stapte Isi
doorke even later kranig over 't bol en
bochtig steenwegske op Kurpe, zonder kou
en zonder overschot. Zijn hand verstijft om
't gulden koordje van de pondkoek, maar
hij kan er niet toe komen hpt keurig plooi-
gewrocht van Urbanieke onder zijn vest te
steken. Hij loopt met korte, verende pasjes,
in 't njidden van de glimmende weg, over
de plat gereden sneeuw. Hij luistert naar
zijn adem, 't ruisen van zijn broekspijpen
en dat nieuwe blije gespetter in zijn hart.
Zuster Angela, de pondkoek en de nacht
mis, de rest kan gestolen worden. De gat
likkers zullen stikken van jaloezie en de
zever kontjes zullen niet weinig verschieten
van hun zwart schaap. En Zuster Angela
zal glunderen of waterogen, om de pond
koek en om zijn liedeken
«De sterrekens wenkten van hoog aan de
hemel,
»De engeltjes zongen met stemmekens
fijn...
Drie koepletten en een refrein, rats uit
ziïne k°P- neuriet ze ernstig in de een-
jes streng bestraft worden zijn schoenen zaamheid en wordt beetje zorgelijk om
trachten te vernielen. die amechtigheid in zijn borstkas en de
Wanneer ge een plas ziet loop er door. verraderlijke slijmekens, die bij de hoge
Ligt er een steen of blikje op straat: schop noten over zijn stembanden vallen. Hij
er tegen aan. Bagger door modder zoveel heeft nochtans heel voorzichtig geborreld
VLUCHTIGE AANTEKENINGEN.
ASYMMETRISCHE ZEEP Op de on-
langs in West-Berlijn gehouden zeepbeurs,
een beurs van kosmetische industrie, gold
als laatste snufje asymmetrische zeep. Dit
omwentelende produkt glipt u, volgens de
fabrikanten, niet meer uit de hand.
ONVERSLIJTBARE SCHOENEN De
zevenjarige Simon James heeft een maand
lang mogen dat doen waarvoor zijn vriend-
ge kunt vertelde zijn vader hem.
Simon ging een maand enthousiast zijn
gang. Toen liet hij, enigszins ontmoedig, de
schoenen aan zijn vader zien. Ze zagen er
uit als nieuw
De schoenen waren gemaakt van een bie-
zonder soort plastiek, dat volgens de firma
die ze in de handel brengt onverslijtbaar is.
STATISTIEK DER
VERKEERSONGEVALLEN
Tijdens de week van 23 tot 29 december
gevallen met 3 doden, en 24 zwaar gewon
den.
Per provincie ziet de balans er aldus uit:
Brabant 109, West-Vlaanderen 81, Oost-
Vlaanderen 88, Antwerpen 55, Limburg 52,
hebben zich op de wegen of in de plaatsen Luik 102> Luxemburg 32, Henegouwen 138,
waar het toezicht op het verkeer door de amen "°-
rijkswacht wordt verzekerd, 727 verkeers
ongevallen voorgedaan, waarbij 16 perso
nen ter plaatse de dood vonden, en 95
zwaar en 357 licht gewond werden.
De oorzaken van de dodelijke ongevallen
zijn overdreven snelheid een; geen voor
rang verleend drie; afslaan zonder vol
doende aandacht twee; andere duidelijke
oordeelfouten of gebrek aan aandacht
oOo
LENING
TOT WEDEROPBOUW
DERDE GROEP.
i Bij de 399e trekking van de Lening voor
vandaag en van heel de week niet meer ge
smoord.
't Zal wel gaan,» heeft zuster Angela
gezegd, en als die dat zegt, dan zal 't wel
Isidoorke drentelt over 't mennegat en
luistert. Mie ligt te kermen en soms laat ze
een eendelijke schreeuw, die door merg en
been snijdt. Isidoorke houdt niet van
schreeuwen. Isidoorke houdt meer van 't
guitig gezicht van zuster Angela. Maar hij
wordt ineens zo koleirig op Tinus, dat hij
in vijf passen binnen is.
Tinus, zijde gij potvermille niet verle
gen om...»
Tinus is met geen ogen te zien. In de hoek
ligt Mei met grote pijnogen, vastgekrampt
aan een vuil bed, berstens gereed.
Isidoorke staat perplex bij de deur, beur
telings kijkend van dat gillend wijf naar de
drie mormels, die met bekreten ogen en ge
droogde snottebellen over de vloer vende
len en kruipen.
Scheelt er iets, Mie
Mie beziet hem raar, nevens 't zotte af,
begint ineens te huilen om den doktoor En
als Isidoorke al gretig bij de klink is om
den doktoor, die ver woont, te gaan halen,
krijst Mie al, dat ze te ver gezet is. Ze huilt
maar histerisch wat ze nodig heeft en waar
't ongeveer ligt.
Ik vind een bevalling ook yer uit het
minst interessante aspekt van de liefde en
't wil er me met een paar regels afmaken.
Isidoorke lei z'n peperkoek op het kastje,
liep nerveus tussen de jongen over de vuile
vloer, blies wat leven in de pokkerige ka
chel om warm water te maken en haalde
Mie d'r rommelkast nog wat meer over
hoop, op jacht naar witgoed en nog eens
witgoed. Isidoorke, die, voor zover wij op
't dorp weten, altijd voor 't vrouwvolk op
de loop is gegaan, heeft zich daar bij die
kolos van een Mie flink van dikte getrok
ken. Hij werd naar 't schijnt maar draaie
rig en brakerig en danig bang als Mie afge
marteld, met het klein leeggcschreeuwd
koolputterke aan heur zij, te sluimeren lag.
Toen glipte hij buiten, vierklauwens om
dokter Verrept, want volgens hem was Mie
van Tinus de geest aan 't geven. Dokter
Verrept nam het nogal kalmpjes op, want
die kent zijn pappenheimers. Hij nam Isi
doorke mee terug, op de mooie kussens, en
onderweg stopte hij nog om Stientje de
baker op te laden. Dokter Verrept is een
mens op jaren, die al te veel heeft meege
maakt om nog te dramatizeren. Hij voelde
eens aan Mie heure pols, keurde de navel
streng van de kleinste Tinus, die Stientje
al aan 't wassen was Isidoorke had het
maar van de zes op de negen gedaan
ging dan weer terug aan zijn salon en de
kerstboom denken en slofte buiten met een
vaag kompliment voor Isidoorke. Hij stelde
geen vragen, want Mie zat altijd nogal
met raar volk in huis.
Isidoorke kijkt bedremmeld van 't rode
achterlicht naar de wekker en vandaar in
eens ontsteld naar 't blauwe papier van
Urbanieke, dat beslijkt en met supplemen
taire plooikens aan de grond plakt. Onder
de kachel ronken de drie schurken van
Mie, tussen de kruimelige resten van de
pondkoek
Isidoorke was in geen dag om te vloeken,
kon ook niet gaan jeremiaden in 't bijzijn
van Stientje, die hem half wantrouwerig
en op uitleg wachtend in de nek zit te ste
ken.
Met de krop in de keel beende hij haas
tig het mennegat over, sloeg achterover, zo
geweldig met zijn kop tegen de kasseien,
dat z'n voorhoofd over z'n ogen zakte.'t Zou
hem geen tweede keer gebeuren. Hij pakte
in iedere hand een kloef en holde voort op
zijn dikke, grijze kousen, zo snel zijn stok-
kebeentjes hem droegen. Hij holde Tinus
voorbij, die door de sneeuw zwijmelde, de
kitzak op de rug en te zat om aan te spre-
A1 de klokjes van de streek beierden
over t witte land, want het was zover. Dat
van Kurpe was nog niet te horen. Isi
doorke besefte dat hij 't halen moest en
niet halen kon. Hij draafde over de een
zame weg, met die verdommese kronkels,
tot het zweet van zijn lijf liep. En als de
klepels een voor een stilvielen, werd hij
nog jachtiger, sprong van de hoge gracht
kanten en liep door de spruitstekken over
't hompig veld. In de blanke stilte vol ma
tig vriesweer, hield hij even halt, krampte
zijn twee handen op z'n ratelende borst,
begon zijn gal te spuwen op Tinus en Mie
en hun schoefèleers van joeng. En dan pijl-
de hij lijk waanzinnig acher zijn schaduw
en het treurige gezicht van zuster Angela
aan.
De sterrekens wenkten van hoog aan
de hemel...
Voorlopig geen tijd voor de sterrekens.
Isidoorke is ineens heilig overtuigd, dat het
op één herderke zeker en vast aankomt en
dat hij zuster Angela nooit meer in de ogen
kan zien, als hij seffens haar liedje niet
zingt. Seffens, dat is nu. Hij scheurt zijn
broek aan pinnekensdraad, loopt door de
grote wei van Gust Renders, waar midden
in de gezwollen kalverbeek gekluisterd ligt,
als een breed boordlint. 't Moet lelijk doen
om die kalverbeek lam te leggen en zeker
hier in 't blakke, 't Is allemaal sneeuw en
kelderijs en Isidoorke schiet er tot aan de
schouders door. Hij geraakt nog aan de
kant, maar zonder klompen en zonder
klak. Met hangende kop begint hij aan zijn
zwanezang, terwijl z'n broek verstijft aan
z'n benen.
De sterrekens wenkten van hoog aan
de hemel...
Isidoorke ziet ze nu, de sterrekens, want
hij heeft de tijd van de wereld. Hij hoort
de klokjes weer en merkt niks van de huis-
kerende kerkgangers, die van op de steen
weg staan te wijzen, naar 't spook dat door'
de wei van Gust Renders loopt.
Hij hijgt en rilt, sluipt de kapel binnen,
lijk een moegerammelde straathond. In
't stalleke brandt nog licht. Hij zakt door
z'n bevende knieën, naast de andere her
ders en kijkt met hen, lang, lang; naar Mie
en 't koolputterke in 't proper. Stillekens is
't in de kapel en hij duwt zijn verkleumde
handen onder 't ritselend stro.
De engeltjes zongen met stemmekens
fijn...
Isidoorke wil ook nog eens proberen, al
is 't maar één koepietje, voor zuster Ange
la. 't Is of zijn keel vol vuur en ijs zit en
hij is bang voor de donkere stilte op hoog
koor.
Eventjes beroert hij met bevende vingers
de mollige armjes van 't lachend kindje;
'n andere gaillard dan die verdommese blè-
ter van Mie. De moeder is minder interes
sant; die zit er met een gezicht van honig
en ajuin en azijn, dat Isidoorke aan zus
ter Angela doet danken.
Hij zal het nu maar gaan zeggen, aan
zuster Angela, als ze nog niet slaapt. «Zus
ter Angela», zal hij zeggen, luister eens,
maske, hoe dat dat zit
Hij wil overeind scharrelen, maar is
opeens zo draaierig, dat hij 't de moeite
niet meer acht.
Heel de heilige nacht heeft Zuster Angela
geweten, dat er iets met Isidoorke moest ge
beurd zijn. Ze heeft de poort op een kier
gelaten, heel de nacht gewacht en gebeden
lat het toch niet zo fataal zou aflopen, en
's morgens vindt ze hem voor 't kribbeke
lo stijf als een berd.
Urbanieke heeft aan God en alleman ver
teld van de pondkoek en de twee frank te
kort, Stieneke heeft het briefje voor zuster
Angela teruggevonden op de stalvloer van
Mie. Met twee getuigen van dat kaliber
was Isidoorke's alibi verzekerd.
Hij is begraven met de blauwe en de ro
de en de gele vlaggen en die mochten, voor
deze keer, van de pastoor allemaal mee in
de kerk. 't Was maar een negen-uren-mis-
ke, maar de helft van 't volk moest buiten
blijven, want doden en zulke doden zijn
allemans vriend.
Die kwibus van 't armbestuur heeft hem
weer op een of ander slinkse manier op ons
kerkhof gekregen en daar ligt hij, tussen
honderd blauwe zerken, onder een zwart
kruis, dat met Allerheiligen al slagzij
maakte. Dat kruis heeft Tinus gemaakt.
Hier rust Isidorus Thielemans,
geboren te Alkegem
en godvruchtig in den Heer ontslapen
'te Kurpe den 25 December 1953.
R. I. P.
't Staat er niet fameus, maar ge kunt
het lezen als ge wilt.
voren was Mie nog geweest met
'n rijfke en ne pot chrizantème van dokter
Verrept.
twee; vermoeidheid een; klaarblijkelijke
dronkenschap één; slippen twee; rijweg i Wederopbouw, derde groep, is een lot van
zonder voorzorg oversteken een; gaan op miljoen fr. gevallen op omligatie reeks
rijweg of berm een; stilstaan op rijweg i 9559» nummer 980.
een; andere omstandigheden een. De andere obligaties van die reeks zijn Begraf. Arijs en Z. Tel. 211.47.
Tijdens het weekeinde waren er 198 on- terugbetaalbaar tegen 1000 fr.
Men verzoekt ons het overlijden te mel
den van
MIJNHEER
THEODOOR VAN CAUWENBERGH
Weduwnaar van Mevrouw
IRMA HOEBEECK
Opgeeiste 14-18
Vereerd met verschillende Eretekens
geboren te Aalst, op 14 februari 1892, en
aldaar godvruchtig overleden op 27 decem
ber 1957, versterkt door de HH. Sakramen-
ten en de Pauselijke Zegen.
De plechtige Lijkdienst, gevolgd door de
teraardebestelling, heeft plaats gehad op
dinsdag 31 december 1957, te 8,30 uur in de
dekenale kerk van St. Martinus te Aalst.
Rouwhuis Hopmarkt, 25, Aalst.
Vrienden en kennissen die bij vergetel
heid geen doodsbericht zouden ontvangen
hebben, worden verzocht dit als dusdanig
te willen aanzien.
GENEESKUNDIGE ZONDAGDIENST
Bij AFWEZIGHEID van de huisdakter
kan men zich voor DRINGENDE gevallen
wenden
ZATERDAGNAMIDDAG 4 DECEMBER en
ZONDAG 5 DECEMBER 1958
Dr. D. DE WOLF, BURGEMEESTERS
PLEIN, 3. Tel, 243.71.
-ooo—
ZONDAGDIENST DER APOTEKEN.
IS ALLEEN OPEN
ZONDAG 5 JANUARI 1958
APOTEEK VAN CAUWENBERGHE,
MOLENDRIES, 10. Tel 235.39.
De Apoteken der stad zijn gedurende de
WEEK OPEN van 8,30 tot 12 uur en van
13,30 tct 19 uur.
ZATERDAG 1 FEBRUARI 1958
ZANGKOOR ST. JOB.
Zondag, 5 januari 1958, te 10 uur, zal er
in de kerk der EE. PP. Capucijnen, een
plechtige Heilige Mis, met orkest opgedra
gen worden, vanwege het St. Jobzangkoor,
voor Mijnheer
JAN DE SCHRIJVER.
van 9 tot 12 en van 14 tot 18 u. I
1 In de week, voor DRINGENDE GEVALLEN Vrienden en kennissen worden ertoe uit
en DIENST NA 7 uur 's avonds genodigd.