d en omstreken f: 3 JA. Tw aall mensen rond een wieg t^Cerótbalade <JV°A'E ""'I/ooi Aj ^Cerótmió 1959 t van a ABONNEMENTSPRIJS 40,fr. per 3 maand 75,fr. per 6 maand 150,fr. per jaar. VERSCHIJNT de DONDERDAG en ZATERDAG van iedere week. BUREEL St. Jorisstraat, 25, AALST. 15de JAARGANG. Tel. 241.14. P. R. 88172. DONDERDAG 24 DECEMBER 1959 NUMMER 102 1,50 fr. het nummer. l Jan ene ^eur anc^ere hoef- de je slechts een paar passen te doen. Op elke gang, in de grote uilding, gaven verschillende flats uit. Ge sloten deuren, die tegen elk geluid afge lekt waren En alhoewel de mensen die er 'oonden, zo dicht bij elkaar zaten, leefde >der er toch op zijn eigen. Op de trappen ing een mat lampje te gloeien. De stilte 'erd slechts af en toe verbroken door het toemen van de lift en het toeslaan der deu- neen, tussen al die huurders was er een vijandschap. Alleen maar onverschil- gheid. De grootstad is nu eenmaal zo. )aar hokken de mensen haast op elkaar en )ch leeft iedereen eenzaam. De mensen ennen elkaar niet. Alleen de huisbewaar- ler volgde met haar scherp, geoefende lik, het heen en weer geloop der huur- ers. Van uit haar kamertje, keek ze, dag dag-uit naar de duizend en één kleine ïitjes die zich voordeden. Maar ze had het lang verleerd nog wat te vragen. Daar- oor was ze te oud geworden. Het waren flats waar wel geen rijke lensen woonden maar die toch mochten szien worden. Meestal waren het funktio- irissen, al eens een kleine handelaar, ïn artiste die maar voor de schijn alleen èfde, en een zwijgzaam man, die nooit at zei en waarvan de huisbewaarster niet ist wat hij deed in het leven. Achteraan onden de boxes nooit leeg, al kwam af en e wel eens een deurwaarder aanbellen e dan trachtte een faktuur betaald te rijgen. Dat zijn zo van die dingen die ir eden meer voorkomen. Daar immers blij- n de mensen nooit lang ergens woren. ensen gingen en kwamen. Toen dar flat B er waren er vier per rdieping van het tweede verhuurd was raakt, vergenoegde de huisbewaarster er 'h mee de naam op te tekenen Wel ichtte ze even te polsen naar het beroep n het nog jonge paar. Maar verder was t niet gekomen. Ze had dan maar eens Igekeken toen de verhuis aankwam. Het iren nette meubelen, maar ook niets :er. En achteraan in de lege box stor.i een kleine wagen, die al niet erg nieuw meer was. De nog jonge vrouw zag wel bleek, toen ze binnenkwam. En de huisbe waarster dacht er meteen aan dat ze over een maand wel moeder zou worden. Dat waren van die dingen die af en toe voorvie len. Telkens kwam dan een ambulance aangeraasd, nam de dame mee en bracht haar na enkele tijd weer terug. Daarna zag men de jonge molder dan af en toe met de kinderwagen uitgaan. Lang duurde het dan weer niet. De huisbewaarster had nooit een kind zien opgroeien. De mensen verhuisden te snel. Toen ze de jonge vrouw mee naar boven bracht, vroeg ze Kan ik soms helpen met een en ander te dragen voor U De jonge dame glimlachte. Heel vriendelijk van U. Maar mijn man brengt alles wel naar boven. Ik voel me nog best, hoor. Het duurt nog wel een volle maand et kwam nog diezelfde nacht, een maand te vroeg, op Kerstnacht. De huisbewaarster zat zoals altijd al leen. Ze had wat wijn opgewarmd en een taart aangesneden, toen de man aanklopte, j Wil u wel even naar een dokter op bellen vroeg hij gejaagd. Mijn telefoon is nog niet aangesloten Het is hoognodig, jawel... En uw buren dan vroeg ze wat ver wijtend. terwijl ze al meteen afhaakte. Die kunnen toch opbellen Zij staan net klaar om weg te gaarw Ik wou ze niet storen Net nu niet, op een Kerstnacht. Terwijl ze naar een dokter vroeg, brom de de huisbewaarster iets over «onvriende lijke mensen, nooit bereid Ziezo, hij komt, zei ze dan, terwijl ze weer inhaakte. Met zo'n avond is het niet gemakkelijk een dokter te vinden. Geluk kig maar hebben we een centraal bureau Toen bemerkte ze het nerveuze witte ge laat van de man. Vervolg blz. 4. c,Batkle em waar de eeróte kribbe ótond... Men kan in een ongebreidelde fantazie de Kerstkribbe plaatsen waar men ook wil. Waarom heeft de Hemel nu precies BETH- LEEM gekozen en... uitverkoren De eerste kribbe had wel in Tokioyo kun nen staan Wat een pracht van oosterse fijnheid zou men rond het Kerstgebeuren niet hebben gevonden en in de kribbe zelf, een prachtknaap van oosterse adel omge ven door de duizend delikate zorgen van een volk vol zin voor ceremonie Het kon ook wel in het hartje van Afri ka gebeurd zijn en dan ware de Jezus- knaap een zwarte kroezelkop, zoals men er soms kan zien, zo lief, met hagelwitte tanden en kijkers zo diep als de zee .Of dicht bij ons, in Vlaanderen, (och ja, we bestonden toen nog niet eens...; maar was het te herhalen, misschien wel, wie weet of in Athene dan, de bakermat van onze kuituur, waar nu nog de puinen mooier zijn dan onze grootste monumen ten; of in Rome, in het hart van het Ro meinse Rijk, waar, praktisch heel het Wes ten nu nog op teert, een Rijk zo machtig en zo sterk dat het eeuwenlang de hele wereld heeft beheerst, en nog niet dood is, nog niet helemaal... En toch, de Hemel heeft gekozen. Eén land werd uitverkozen, één stadje ter we reld kan er zich op beroemen dat het daar geschiedde; en één volk, het van eeuwen j uitverkoren volk der Joden, heeft de unie ke eer, de onmiddellijke rasgenoot van de Godmens te zijn. BETHLEEM De Heme! heeft gekozen, het moest te Bethleem gebeuren Welke goddelijke dichter zal ons verklaren waarom Want de rede blijft stom, en ontsluiert ons niet de goddelijke poëzie die'hier wellicht ver scholen zit. Waarom te Bethleem, in de buurt van de korenvelden, waar de vermoeide reizi gers in 't voorbijgaan de aren plukten, ze tussen hun handen uitwreven om de graan korrels vervolgens smakelijk op te eten Waar de vrouwen de deeg kneedden en broden bakten en ze op de planken uitstal den Op de harde rotsen en op het droge KAREL VERTOMMEN 'T* Wr Een ketellapper met hese stem doorliep eens de straten van Bethlehem. Een volkstelling bracht er de stad op de been Waar volk is, is nering, dus ga ik er heen. Maar d'avond viel snel en de nachtwind was guur, toen zocht hij een hoek tussen stal en schuur. Waar, arm en berooid, zwart van buiten en binnen, hij neerhurkt bij 't vuur en gaat lepels vertinnen. Komt een man met een zwangere vrouw naar de stal Wilt ge hout en een brand uit het vuur bij geval Maar plots gpat de gloed van zijn vuurtje verdoven In 't heldere schijnsel dat schittert van boven. In het tin glanst het beeld van een wondere ster en gloria, gloria klinkt nu van ver De man uit dë stal komt naar buiten en zegt We hebben het kind in een kribbe gelegd. Kom binnen nu, buurman en kniel neer voor voor Hem. Straks komen de herders van Bethlehem. Want gij hebt geschonken het hout van erbarmen en 't vuur om zijn schamele komst te verwarmen. 'k Ben arm en berooid, zwart van buiten en binnen Met u wil het Kind de verlossing beginnen. Uit Vlaamse balladen: «Van Heer Halewijn tot Vrouw Griese.» Uitg. Heideland. |zand. van de woestijn kan men wachten op het manna om zich te voeden. Hier staat het koren te bloeien als voedsel voor de uitverkorenen: het meel. dat eenmaal het «broodje» voor de ziel zal worden... Het is haast onuitsprekelijk wat we met Kerstmis mogen doen Hij die te Beth- leem tussen de korenvelden geboren werd, j mogen wij met Kerstmis onder de vorm van een korenbroodje opeten. Om te le ven «Wie dat broodje niet eet, leeft niet!» Ik zal inmiddels de kwestie Bethleem laten rusten; maar ik zal mijn hart open zetten, het broodje nutten... om te leven, opdat ik niet als een nieuwe Ahasverus als een doelloze over de wereld zou rond dwalen. kW CE ;,'v" *5 EDE. aan-BE VpiM O EJbtri KERSTMOZAI EK En zij gaf het leven aan haar eerst geboren Zoon en legde Hem in een kribbe omdat in de herberg geen plaats was. (Lucas-11,7) i Het Kerstfeest kreeg vooral een volkse b^ekenis in de loop van de 13e eeuw, j dank zij vooral St. Franciscus van Assisië, I die in 1223 als een der eersten een Kerst kribbe oprichtte. De Kerstboom kwam pas veel later, ir de helft van de vorige eeuw, in Duitsland, vanwaar de gewoonte zich dan ook in an dere landen verspreidde. Hoe de volkse voorstelling van de won derbare Kerstnacht zich meer en meer ont wikkelde, kan men vooral vaststellen in de Schilderkunst uit die tijd. Waar in de eerste eeuwen hoofdzakelijk alleen het motief van het Kindje zelf werd aangetroffen, worden de voorstellingen in de 12e. 13e, 14e eeuw realistisch, daarbij wordt het gebeuren soms wel een zeer lo kale kleur gegeven. Benevens O. L. Vrouw en de H. Jozef, komen de twee vroedvrou wen Zelomi en Salome op bepaalde werken voor, alsmede de Os en de Ezel, de Herders en de Drie Koningen. Mettertijd wordt vrijwel in alle kerken het Kerststalleken ingericht; bij ons in Vlaanderen kwamen ook de Kerstspelen in zwang. «Nunaliortib Erninga zullen de Eski mo's weer zingen met Kerstmis de Zoon I van God is geboren En met hen zingen, onze missionarissen in dezelfde eskimo- taal de vreugde van Kerstmis uit Kerstmis, bij een koude van 40°, kilo meters boven de poolcirkel, tot ergens in het verre Pelly-Bay, bij Pater Vandevelde, de vlaamse Oblaat, die met zijn goede hon- j derdvijftig parochianen van die dag de «warmste» van het jaar weet te maken. De bittere koude kan hen niet deren, de igloo's druipen die dag van de Kerstvreugde, aller ogen stralen diezelfde vreugde uit, de vlaamse kribbe geeft gezelligheid en warm te; en de spanning in de verwachting van wat de kribbe straks nog zal brengen doei ook alle koude en ellende vergeten van daag. Want rond de kribbe liggen de paket- ten uit Vlaanderen opgestapeld, die straks door de missionaris worden rondgedeeld en van ieder Eskiipo die dag een diepgeluk- kig mens zullen maken. Niet alleen bij de Eskimo's. Noem een land ter wereld waar wij met Kerstmis niet een landgenoot kunnen aantreffenT On ze missionarissen, onze landgenoten en pioniers, in Kongo, in Zuid-Afrika, i-. Zuid-Amerika, in het nabije en verre Oos ten, Filippijnen, Indonezië, Oceanië, Ame rika; bij onze bloeiende vlaamse kolonie van Detroit, onze soldaten in Duitsland of in Kongo, onze vertegenwoordigers in prak tisch alle grote centra van de wereld, in een woord, onze pioniers, op elk gebied, overal ter wereld. Wij weten niet hoe groot onze familie wel is En hoe rijk wij zijn door de banden die ons onderling verbinden in dat net dat de wereld omspant. Zij allen denken met Kerstmis wel aan de eerste kribbe die zij thuis hebben gezien, waar zij als kind hebben staan dromen en verlangen. Als wij met Kerstmis bij de kribbe vertoeven zullen wij ons rijk voe len omdat wij vrij en ongedwongen het stukje Hemel mogen bewonderen en aan bidden dat daar bij ons is gekomen moch ten wij ook bewust worden van de rijkdom die wij aan de God van de kribbe te danken hebben in de grote familie die Hij ons schonk en die elkaar elk jaar weervindt, rond de Kribbe Telken Jare brengt de herinnering aan die Wonderlijke Nacht in Bethlehem ons in een innige atmosfeer van Hoop en Liefde, van verlangen naar Schoonmenselijkheid. Meer dan ooit is er de hunkering naar een toekomst waarin de ware Vrede tal heersen De V red es des harten, de Boodschap die het Kind aan de wereld bracht. Aan al onze lezers, wensen we dan ook van harte, een ZALIG KERSTFEEST. De Gazet van A&Ut.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1959 | | pagina 1