'Kern '63/( besluit het eerste speeljaar met 'De Vrek' i/an Molière Aaisterse Figuren memoriam IzunótócUilcler a#t <~YYlaLderen Degelijk,soepel,indrukwekkendflKspr (1914-1964) 50 jaar internationaal meesterschap In «De Gazet van Aaisl>/ van 28 maart it. lazen wij met genoegen dat «Bolaska», naast nieer andere plannen, ook een ten toonstelling van wijlen kunstschilder jan »an Malderen zou programmeren. Dit plan verheugt ons, want samen met Diet Gillis uie omstreeks ïyil te Baardegem kluisde, cn er in een prozaïsche schuur zijn poeti- scüe landschappen penseelde, is de betreur de Van Malderen een der eerste schilders geweest met wie wij 111 onze jeugd intiem contact kregen, en over wiens kunst wij ook met hartstochtelijke liefde in de Aalsterse pers schreven. Onze vriend Jan, in 1882 geboren, heeft een harde strijd moeten uitvlechten om zijn droom te verwezenlijken: een kunstschilder te worden. Een strijd die ook zijn later be faamd geworden stadsgenoot Valerius De Saedeleer bij zijn debuut meemaakte. De brave ouders van Jan vonden het zo wat een akelig geval dat hij met de «kunst» zijn stuiten zou willen verdienen, en zijn stadsgenoten zelf vonden het in die tijd wel licht zelf een «dubieus geval». Maar het kan verkeren zei Bredero Jan koppig als niet één wanneer men de drift voor pense len en palet in zijn bloed voelt branden, nam dan maar met een fatalistische berus ting zijn part mee van het tijdelijk onbe kend en dus niet gewaardeerd zijn. Intussen echter studeerde hij met een onverzwakte ijver en lust aan de Aalsterse Academie (waar hij later zelf zal doceren) en sleept er heel wat prijzen in de wacht. Daarna gaat de studie verder aan de «Aca demie des beaux-arts et école der arts dé- coratifs» te Brussel, waar hij een der «lie velingsleerlingen» wordt van de grote de coratieve schilder Constant Montald, die hem naderhand «un de ses meilleurs élèves» heten zou. In oktober 1909 huldigt de «Aal sterse Kunstkring» hem ter gelegenheid van zijn schitterende uitslagen te Brussel. (Hij had zelf meegeholpen tot oprichting van voormelde kring.) De lauweren brachten echter geen rijk dom mede, en na de ontberingen welke on ze jonge laureaat zich alreeds had moeten getroosten om zijn studies in de hoofdstad te voltooien, (ontberingen welke, vele ja ren voor hem, onze geniale Peter Benoit heeft gekend toen hij te Brussel muziek studeerde), daagde nu voor hem een zwarte periode aan toen hij op eigen vlerken wou gaan vliegen. Hij stond voor de tweesprong ofwel een decorateur om den brode worden, ofwel zich helemaal wijden aan de kunst, met al de offers welke het zou vergen. Hij verkoos dit laatste, en heeft, na veel bitters, ook de vele vreugden gekend van een fier bevochten kunstenaarschap. Wij hebben deze periode intiem meegemaakt, en kunnen er dus in alle waarheid over reppen. Hoe \aak zijn wij in Ulo tempore gaan aanklop pen aan de sjofele kluis welke hij toen te Nieuwerkerken betrok I Daar kon hij de blik laten weiden over heerlijk deinende landouwen, en schilderde er menig win terlandschap in de hem toen eigen grijze, wat droefgeestige tonaliteit. Zijn «atelier», amper enkele vierkante meter groot, was een zonderling wanordelijk nest, waar het «un beau désordre est un effet de l'art» de meest originele toepassing kreeg, maar de wanden hingen erg gestoffeerd met aristo cratisch gestyleerde tekeningen en fijne decoratieve natuurtaferelen, en een blik door het raam op de panoramische velden was reeds een hele weelde op zich zelf. In dien de struggle for life hem wat te nauw op de hielen zat, borstelde Jan vlug een mooi uithangbord, of maalde een pronte koe op de staldeur der boeren, zoals weleer Des sen is in de Latemse kunstkolonie gedaan had. In deze periode (1913) nam hij voor de tweede maal deel aan de Prijs van Rome wedstrijd, en werdbij de zes kandidaten ge klasseerd die in «loge» moesten blijven, sa men o.m. met Albert Claeys en Karei Van Belle die de tweede prijs zou veroveren. (De eerste werd dit jaar niet toegekend.) Jan heeft steeds een grote eerbied voor het artistiek vakmanschap aan de dag ge legd en dit bleek dan telkens weer uit zijn vaste schone faktuur. Hij doet niet aan spe cifieke decoratie, maar de natuur bekeek hij toch con amore met de ogen van een rassig decorateur, in die zin dat hij in zijn doe ken instinctmatig de decoratieve lijn met heel wat subtiliteit naar voren brengt. En de natuur laat zich met zulk een wijze van uitbeelden best verzoenen, want is zij zelf in de gesmijdige worp harer landouwen en de prachtige arabasken van haar bomensie- raad, niet vol dekoratieve pikturale bekoor- lijkeid? Het hoeft niet te verwonderen dat Van Malderen in driejaarlijkse tentoonstel lingen te Gent. Antwerpen, Luik met zijn fel persoonlijke visie direkt de aandacht trok, en dat een ervaren en fijnzinnig kunstcriticus als wyjen Edmond Joly over hem in de «Libre Belgique» (5 juli 1923) schreef: «Een felle persoonlijkheid, oprech te en ontroerende kunst, welke de ziel van i het landschap aanvoelt en weergeeft op ver rassende heerlijke wijze. Zijn bladvulling is sober, zijn tekening heeft lijrische zwier zijn kleur is weids en delikaat meteen - Dit klinkt voorwaar als geen geringe lof! Wij stellen daarbij vast hoe in zijn later J werk de decoratieve lijn meer en meer ge- dijde tot iets synthetisch en monumentaals. j Laten we dan hopen dat Bolaska» eer lang een retrospektieve kan wijden aan wijlen de talentrijke Jan Van Malderen. TONEEL TE AALST In «De Gazet van Aalst». 20e jaargang, nr 31 lazen we, in een door J.S. onderte kend artikel,: «Kern '63» speelt «De Vrek». Het ging hoofdzakelijk over de aankondi ging van de reeks van drie vertoningen van het bekend meesterwerk van Molière. Wel- ke toneelvereniging in het Vlaamse land j kan nog drie volle zalen al zijn die dan ook niet van de grootste vullen, en dan nog voor een klassiek werk Wij lazen dat Walter Boni de regie waar nam en dat de artistieke leiding in handen was van Frans Roggen. Verder deelde men ons mede: supervisie kostumering: Diane j De Ghouy; supervisie grime: Carlos Detrem- I merie. Vier namen die op zich zelf een re- j ferencie zijn. j Onze nieuwsgierigheid was geprikkeld. J.S. had zijn doel bereikt. Wij gingen zoals die vele anderen kijken en zouden genie ten van «De Vrek», doch stonden skeptisch afwachtend voor wat de vertaling geven zou van Molière's moeilijk te vertalen «Vrek»! 20 APRIL 1964... Het voorlopig schouwburgzaaitje (voor hoe lang nog?was bezet tot en met bij gebrachte stoelen (zeer onvoorzichtig en an ti-reglementair!) van voor 8 uur. Wij vin den de innovatie: geen voorbehouden plaat sen uitstekend... wie op tijd komt kiest zijn plaats en... zo kan de vertoning op tijd aan vangen.. als de acteurs klaar zijn HET PROGRAMMA Fijn! Verzorgd! Psychologisch opgevat met die bloemekens voor «iedereen» Een mooie cliché en bij de opgave van al wie optreden zou, op, onder of boven de scène; een woordje over De Auteur en Zijn werk» ...En als verrassing ging, bij het programma een door de kijker in te vullen lijstje met keuze van een toneelwerk dat hij graag zou zien opvoeren door Kern 63 vol gend toneeljaar. initiatief Yvette Deprez (Elise) en André Van Daele (Harpagon). MUZIKALE AANPASSING SugstiefBijwijlen het spel of de stilte Een ander lovenswaardig dragend en onderlijnend De muziek, als ze aangepast is, is een medeakteerster EERSTE BELGISCHE AMBULANCIERSTER IN ZU I D-AFR I KA OVERLEED TIJDENS DE BOERENOORLOG HET DEKOR Men zag het van bij het binnenkomen in de zaal. Een eerste kontaktname met «Mo lière» Dat dekor sober wit-zwarte-grijze kleu ren op vaste draaibare panelen, die dekor verandering toelieten. Op dergelijk dekor zou de rijke kostumering volkomen tot haar recht komen en niet afleidend inwerken, zoals het maar al te vaak geschiedt. Hierin zou ook het licht kunnen meespelen, even als de muziek, beide suggestief het spel onderlijnend Als uitspringend deel van het dekor een graf zerk, die slechts één maal zou «be speeld» worden door de Vrek zelf in één der of liever m hét «topmoment» van het spel Dat was een echte vondst MEUBILERING Ze was in de stijl van het werk klassiek, sober, gemakkelijk verplaatsbaar, soms «medespelend» door opzettelijke verplaat sing gedurende het spel zelf, door een of ander akteur KOSTUMES A la Diane De Ghouy Perfek! Kern '63 weet waar zich te informeren Op het stedelijk kerkhof te Lindley in Transvaal staat een grafzerk met volgend opschrift «Mevrouw Ixiuise Landon, gebo ren te Waeregem (Belgié) 27 april 1850, gestorven te velde bij Lindley 10 mei 1900 als verpleegster bij de Belgisch-Duitse Am- bulancie». Onder deze steen in het verre Zuid-Afri- ka rust inderdaad het stoffelijk overschot van een Belgische vrouw, die waarschijnlijk de eerste Belgische Rode Kruiszuster is ge weest. Marie Louise Caroline Van Houtte (dit is de meisjesnaam van Mevrouw Landon) werd geboren te Waregem in West-Vlaande- ren als dochter van een orgelfabrikant. Vol gens een artikel dat kort na haar dood ver scheen in «Le Messager de Bruxelles» zou zij reeds in de Frans-Duitse oorlog in 1870- 1871 Franse gekwetsten hebben verzorgd. Nauwelijks zeven jaar na de oproep van Henri Dunant en zes jaar na de stichting van het Belgisch Rode Kruis stond zij dus reeds in de loopgrachten om de gewonden te helpen. Op 28 mei 1874 huwde zij met Gustaaf- Adolf Laridon, deurwaarder bij de Recht bank van eerste aanleg te Brugge, gevestigd te Oostende in de Lagestraat, nr 85. Haar echtgenoot overleed te Oostende op 24 ok tober 1891. Het huwelijk was kinderloos ge bleven. Na het bezoek aan België van President Krüger vertrok zij naar Transvaal met een Duits-Belgisch groep Rode Kruis dokters en verpleegsters. Mevrouw Laridon-Van iloutte overleed op 10 mei 1900 aan dysenterie bij de aftocht uit Winhurg. Ze werd 's anderdaags te Lindley begraven. Voor haar graf wordt zorg gedra gen door de Raad vir Suid-Afrikaanse Oorlogsgrafte». Het is wellicht interessant te vermelden dat Marie-l-ouise Laridon de groottante is van oud-eerste minister senator Jan Van Houtte, die inderdaad de kleinzoon is van de enige broer van Mevrouw Laridon. GRIME Walter Boni, geïnspireerd door Carlos Detremmerie. Oordeel zelf maar! Kunt U beter'' De grime karakteriseerde elke op tredende. Tot nog toe bespraken we de sfeer in de welke De Vrek tot ons kwam Dat was het kader van het schilderij Nu komt het Spel, het akteren, het uitbeelden van de on derscheiden types, maar dan 5 la Molière «La plupart des personnages crées par Mo lière sont devenus d'impérissables types de caraetères» DAAR GAAT DE GONG... HET SPEL BEGINT Rolkennis: perfekt We hoorden noch zagen de «opgeefster». die derhalve haar «rol» (want zij speelt ook mee zeer flink en op diskrete manier vertolkte 1 Akteurs en aktrices konden het zonder haar doen Ze «beheersten» hun rol inzake dictie, intona tie bezeiling, tempo enz. Het akteren: Het geschiedde in een echt Molière-trant, op sommige momenten volg de <le ene riposte zo vlug op de andere, dat de toeschouwer even vlug van geest moest zijn om dat snel en gevat spel van vragen en antwoorden te kunnen volgen en om al dus te kunnen blijven kontakt houden met de soms «ruziemakende» akteurs en aktri ces, en te kunnen blijven medegen eten me-de-be-le-venvan de soms tragische doch meestal komische momenten, nooit overhellend naar goedkope charge, doch im mer blijvend vrij komisch in echte blijspe:- trant. Een minder vlugge gedebiteerde molière- taal zou, op sommige momenten, het spel lam leggen. Die vlammende discussies waren voor ons I een der hoofdhoedanigheden in het debiet (we gingen haast zeggen «debat») van <k- akteurs en aktrices EINDIMPRESSIE De lezer zal ze wel persoonlijk afleiden uit wat we hierboven schreven. Wij noemen geen namen. Allen diene vernoemd Ook dezen die wij noch hoorden noch zagenAllen dienen gehuldigd om hun mooie prestatie, met in het centrum «De rek», die hierbij geholpen door allen, dat vrij moeilijke karaktertype op schitte ren Je wijze uitbeelde Na de opvoering vroegen wij aan Meester Frans Roggen, onze vriend «Wat denkt l' meester, over de prestatie van Kern'63? Meester Roggen zei me «Voor toneela mateurs een topprestatie Belangstellend wacht het toneelpubliek op de komende prestaties voor het toneelsei- zoen 1964-1965. >i BISSCHOPPEN VAN RUANDA EN BURUNDI RICHTEN DR I NGENDE OPROEP TOT LEKE-LEERKRACHTEN VAN GEHEEL DE KR ISTEN HEID. EIGEN KLERUS DIENT VRIJGEMAAKT i VOOR SPECIFIEK PRIESTERLIJKE TAKEN De aartsbisschoppen en bisschoppen van Ruanda en Burundi, de vroegere Belgische mandaatgebieden in Centraal-Afrika, zijn in voltallige vergadering bijeengekomen en hebben een dringende oproep gericht tot de leken-leerkrachten van geheel de kristelij- ke wereld om zich in dienst te stellen van de opvoedingstaak onder de jonge volkeren van Afrika. In hun oproep verklaren de Kerkvorsten van beide landen dat de rekrutering en vor ming van de klerus zich als een essentiële taak stellen en dat, om deze dubbele taak doeltreffend voort te kunnen zetten, de me dewerking der knstelijke leerkrachten on ontbeerlijk is. Ruanda en Burundi, aldus de aartsbisschoppen en bisschoppen in hun pa- tetische oproep, tellen gezamenlijk 5,2 miljoen inwoners onder wie nagenoeg 2,6 miljoen katolieke Om de Evangelizatie van de nog heidense wereld voor te zetten, de levenskracht der 120 bestaande parochies op peil te houden, de werking der Groot- en Klem Seminaries te verzekeren en aan de algemene behoeften der kerkelijke diensten te beantwoorden, beschikken de bisschoppen over 555 Afrikaanse en Europese priesters onder wie er dan nog 69 in de Klem Semi naries moeten werken. De wanverhouding, aldus de Ruandese en Burundese Kerklei ders, is al te groot wanneer men weet dat er gemiddeld slechts 1 priester is voor 10.000 zielen. In sommige gevallen zouden priesters kunnen worden vrijgemaakt voor specifieke priesterlijke taken en worden vervangen door leken, die «broederlijk ver enigd met de klerus, aan de jeugd een type voorbeeld zouden geven van toegewijde en dynamische kristen volwassenen die met de priesters een ware knstelijke gemeenschap vormen» De Kerkvorsten van Ruanda en Burundi zeggen verder in hun oproep dat zij het offer dat aan de leke-leerkrachten wordt gevraagd, volledig begrijpen «des te meer daar zekere onlusten van aard zijn om in de wereld onverschilligheid en vervreem ding te veroorzaken voor onze jonge Kerken van Afrika die meer behoefte hebben aan hulp dan aan medelijden». Konkreet wordt dan door de aartsbis schoppen en bisschoppen van Ruanda en Burundi, voor de 12 seminaries van beide landen, die het programma der Grieks-La tijnse humaniora hebben gevraagd 1) twee licenciaten voor wiskunde en we tenschappen. 2) een licenciaat in de Ro maanse filologie; 3) een leraar-Grieks (la gere cyclus). 4) eenleraar-Engels (lagere cyclus); 5) drie regenten Voor dc voorbe reidende cyclussen worden «vier leraars» gevraagd. De bisschoppen brengen tot slot van hun dringende oproep nog hulde aan de zes jonge leken die zo «kompetent in on ze seminaries reeds werken». Kandidaten leken-leerkrachten voor heide landen kunnen in België alle inlichtingen krijgen op volgend adres: «Sekretariaat dor «Fraternités africaines», Fréderic Léori straat, 45, Brussel 4. Telefoon 02/33.31.38 GARAGE H. LANDSHEERE nr HAND BUILT, WITH PRIDE, BY BENELUX CRAFTSMEN Gentsesteenweg 457, AALST Tel. 211.38 7 GH.RYSLFn u l-UC LL

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1964 | | pagina 2