en omstreken
VALERIUS DE SAEDELEER
KLEIN LOGBOEK
de mens
en de
kunstenaar
«Galerie DE KEIZER»
Vlaanderenstraat 6
AALST - Tel. 242.81
door
Fritz Courteaux
Retrospectieve
Val. De Saedeleer
Herdenking
Koninklijk bezoek
B.G.J.G. Aalst willen
sociaal-pedagogische
toelage aan het gezin
Gazet van Aalst
NEC SPE. NEC METU
\S
SCHENKT
UW VERTROUWEN AAN
INGANG VRIJ
3ste JAARGANG Nr. 78
ZATERDAG 7 OKTOBER 1967
MET BIJVOEGSEL
2,50 F HET NUMMER
05
30
VALERIUS DE SAEDELEER werd opgevoed in een burgerlijk handelsmilieu waar
kunst op dat ogenblik toch een vreemd begrip was en de kunstenaar aan
gezien werd voor een onevenwichtig personage.
V.D.S. genoot een uiterst elementaire geestesontwikkeling, kreeg een oppervlak
kige artistieke vorming in de akademien van Aalst en Gent, werd leerling van de
louter visuele Courtens, beleefde de triomfen van een kleurenspetierend luminisme
en divisionisme; hij was een volbloed materialist en een sociaal opstandige.
VALERIUS DE SAEDELEER werd gebo-
25^n te Aalst in de Nieuwstraat op 4 augus-
s 1867. Op 9 april 1877 werd hij inge
dreven als leerling van het 2e studiejaar
de Rijksmiddelbare school. Het werd een
•iestig geval. Zijn vlijt was «faible», zijn
edrag «laisser a désirer»; hij sloeg alleen
et rekord in de behaalde «punitions». Het
emige goeds dat zijn medeleerlingen over
im vertelden, was dat hij flink tekende en
en mooie passersdoos bezat.
Van zijn prestaties aan onze akademie
ordt evenmin een bijzondere melding ge
laakt.
Toen hij de vijftien had bereikt was Vale-
us er nog niet in geslaagd de voorberei-
ende afdeling te doorworstelen.
Vader Louis, die een zeepfabriek uitbaatte
Ou zijn zoontje dan maar liever in de zaak
iwerkstellen, maar de jongen weigerde
ij wilde schilder worden.
Dat was een vernedering voor de familie...
i jongen kon hiermee toch niet aan zijn
ost komen. Vader bezorgde hem dan maar
lerk in een Gentse textielfabriek en meteen
on de jonge De Saedeleer 's avonds de
ssen volgen aan de nijverheidsschool.
Valerius ging naar Gent, maar na enige
leken liet hij alles in de steek om er leerling
worden aan de Akademie voor Schone
unsten.
Toen hij op twintigjarige ouderdom naar
Irussel trok om in de leer te gaan bij kunst-
childer Courtens, brak vader met hem af.
Heen moeder De Saedeleer ging haar jon
en af en toe eens opzoeken om hem wat
eld te bezorgen.
zelf dat hij in die tijd 52 maal verhuisde.
Hoe dit te verklaren Het is zeker wel
een feit dat hij na enkele maanden in het
krijt stond bij zijn huisbaas en dus telkens
moest verdwijnen. Dit trekkersleven heeft
echter ook wel een diepere, meer psycholo
gische reden de rusteloosheid die hem
voortjoeg was een uiting van onmacht in
de kunst; hij voelde wel dat zijn koude, rea
listische doeken te oppervlakkig waren, hij
miste echter de verstandelijke ontwikkeling
en de geestelijke verdieping om zijn droom
beeld te verwezenlijken. Dezelfde moeilijk
heden waren het die hem, samen met zijn
vriend Minne, in de jaren 1890 tot opstan
digheid en verbittering leidde.
Van het toenmalige Gentse revolutionaire
socialisme evolueerde hij over het kommu-
nisme naar het idealistisch anarchisme.
In deze sombere periode van ontevreden
heid en onmacht, waarin hij dreigde ten
onder te gaan, zijn twee figuren als het
ware «het licht in de duisternis» geweest
zijn echtgenote Clementina (Clemmeken,
zegden de vrienden) en de kunstliefhebber-
mecenas senator Jozef De Blieck.
ST. MAï?TENS-LATEM
RUSTELOOS ZOEKEN
Weldra begonnen nu zijn zwerftochten
loqr de vlakke streken van Vlaanderen,
«rst met Courtens, later met Clementina
Jmpens, de ideale vrouw, met wie hij op
l-jarige ouderdom gehuwd was. In zijn ge-
prekken met H. Van de Velde vertelt V.D.S.
In 1898 vestigde Valerius De Saedeleer
zich voor de tweede maal te St. Martens-
Latem. Hij vermoedde niet dat hij aldus de
grondlegger werd van de kunstenaarskolonie
die roem zou verwerven, ook buiten onze
landsgrenzen, dat hij de rusteloze zwer
ver hier tien jaar zou verblijven, om er
uiteindelijk de zo vurig betrachte, de zo
lang gezochte eigen visie van plastische
schoonheid te ontdekken. Hier zou hij ze
ontmoeten de beeldhouwer Georges Minne,
de dichter Karei van de Woestijne, de schil
der Gustaaf van de Woestijne, de gemeente-
sekretaris Binus van den Abeele, die alle
hun aandeel zouden hebben in zijn wonder
lijke opgang.
Uit de reactie op het oppervlakkige natu
ralisme groeide het symbolisme, dat meer
het subject dan het object, meer het inner
lijke dan het waarneembare, meer het spiri
tuele op het oog had. Het was deze drang
naar geestelijke en artistieke verdieping die
de eerste Latemse kunstkolonie zou beheer
sen.
Op verzoek van Valerius kwam Georges
Minne zich in 1899 in Latem vestigen om er
te werken tot aan zijn dood (1941). Groot
was de invloed van de beeldhouwer op D.S.,
van wie deze getuigde dat het de meest
geniale kunstenaar was die hij in zijn leven
ontmoette.
Minne had zopas de «Fontein van de
knielende jongeling» beëindigd, treffend
plastisch van uitzicht, vormelijk sober, dro
merig en zielsinnig de ideale belichaming
van het symbolisme in een volmaakt beeld
houwwerk.
Dankte D.S. Minne de grootsheid van
visie en de vereenvou 'iging van de stof.
van Karei van de 'c -:tijne zou hij een
inzicht krijgen in de ku tuur. Hij las hem
voor uit Ruisbroeck, Shakespeare, Maeter
linck. Ibsen. Gezelle en andere, sprak hem
over de Griekse wijsgeren en treurspeldich
ters. vestigde zijn aandacht op alle uitingen
van de menselijke; geest, handelde over
kunsthistorie.
Onder leiding van deze aristocraat van
de geest, bracht de Latemse ploeg in 1902
een bezoek aan de Brugse tentoonstelling,
waar ze kennis maakten met de Vlaamse
primitieven en Brueghel.
«Toen ik Brueghel voor het eerst leerde
kennen was het alsof ik een vriend ont
moette ik ontdekte hem niet. ik vond
hem terug. Met de jaren groeide mijn
bewondering voor zijn onuitputtelijke
verbeelding en thans vereer ik hem als
de meest oorspronkelijke Meester die
wij ooit hebben gehad.»
Er was ook de bescheiden gemeentese-
kretaris van St. Martens-Latem Albijn van
den Abeele. Omringd door een geestdriftige
zwerm schilders, leerde deze akademisch
ongeschoolde, bescheiden man, de schoon-
En toch zou hij er in slagen de natuur te doorgronden en de zie| van het Vlaamse
landschap naar eigen visie weer te geven in een vrome, vredige en toch machtige
synthese. Maar om dit te bereiken had hij een jarenlange strijd te voeren, het
was een moeizame tijd van onrustig zoeken, van zware geestelijke en stoffelijke
zorgen.
In het boek «Uit het leven van Meester Valerius De Saedeleer» door A. Ifluyüe,
werd een heel stel anekdoten opgetekend, meestal daterend uit deze sombere
periode, vertellingen die op het eerste zicht grappig lijken, maar die meestal
wijzen op de tragiek van deze worsteling.
heid van zijn Leiedorp kennen. Na enkele
jaren noeste arbeid gelukte deze poëtische
man er in simpele landschappen weer te
geven in naieve komposities en met voor
name tinten.
RUST
Er is dan de terugkeer naar het geloof,
bewerkt door de beide van de Woestijne's,
na een lange en degelijke voorbereiding;
de kalmte die over deze jarenlange getor
menteerde ziel neerdauwde, kon nu tot ui
ting komen in de vredige stemming die
voortaan een kenmerk zou worden van zijn
natuur.
Brueghel in 1902 en het geloof in 1903
het zijn de laatste fazen in deze moeizame
evolutie. Om die zeventienjarige inspanning
te kunnen volhouden moest hij beschikken
over een uitzonderlijk volhardingsvermogen,
alleen een koppig willen kon hem naar de
overwinning leiden; gelukkig had hij die ka
raktertrek geerfd van zijn vader nooit heeft
deze man één blik willen werpen op de
schilderijen van zijn zoon.
VAN LATEM TOT LEUPEGEM
De kunstenaarsloopbaan van D.S. ving
eerst aan toen hij 37 jaar oud was, de ouder
dom waarop een Van Gogh, een Toulouse-
Lautrec het penseel neerlegden. Wat hij
voor 1904 schilderde heeft hij verloochend,
hij heeft getracht deze produkten terug te
kopen om ze te vernietigen. Dit was o.m.
het geval met het binnenzichtje (1903), dat
nochtans een nieuw geluid verkondigt. Zeer
zelden is hij er in geslaagd zijn jeugdwerken
terug in zijn bezit te krijgen. Al hadden ze
weinig artistieke waarde, de handtekening
volstond gewoonlijk om de eigenaars weiger
achtig te stemmen voor de verkoop.
De hoofdmomenten uit de loopbaan van
D.S. kan men siiueren als de Latemse (tot
19u8), de ïiegemse (iot 1914), de Engelse
(tot 1920), de Etikhoofse (tot 1936) en
de Leupegemse (tot 1941).
Latem «waar de jeugdstormen gingen lu
wen» het zijn de brede, rustige Le.eland
schappen waar ook die prachtige boom
gaard. en g bezit van de Aaisterse gemeen
schap; hij schilderde er ook die stoere pein
zende kop van Deeske de Zaa.er, un.cum
in zijn oeuvre, wellicht onder invloed van
G. van de Woestijne, maar toch een figuur,
zo psychologisch uitgebeeld dat het ons de
overtuiging schenkt dat ook langs deze weg
de Meester de roem had kunnen vinden.
In Tiegem «het oord der bezinning» werk
te hij voor het eerst de grootse panora
mische conceptie uit van een landschap dat
zich invouwt van de Klu.sberg tot de Drie-
vuldigheidsberg, op doek te brengen.
Dan breekt de eerste wereldoorlog uit
D.S. verblijft tot 1920 in Wales. Hij slaagt
er slechts in jaarlijks een paar grote werken
te borstelen. Het is een moeizame periode.
Bij zijn terugkeer uit Engeland vestigde
h.j zich in Etikhove, de streek der gestad:ge
bezieling, de plaats waar zijn produktiviteit
ten top stijgt een reaktie als het ware op
de Engelse armoede.
Er is tenslotte nog Leupegem, zijn laatste
pleisterplaats. Ondanks zijn afnemende
krachten, duidelijk merkbaar in deze schep
pingen, slaagt hij er in toch nog een hoog
artistiek niveau te handhaven.
Enkele dagen voor het overlijden van D.S.
gaf kunstschilder Leo Piron volgende rake
samenvatting van dit schone leven Er gaat
een groot kunstenaar heen. Een leven van
wroeten heeft hij doorworsteld. Steeds is
zijn kunst hem heilig geweest en steeds
bleef hij oprecht tegenover zichzelf. Na
een wel bewogen aanvang, na veel zwerven
en zoeken en harde beproevingen, kende hij
sedert jaren algemeen waardering, waaraan
hij zeker gevoelig was, maar die in geen
geval zijn nederige geaardheid kon veran
deren.
Proost, zeggen Nand Buyi en Jef Demedts, bij de honderdste opvoering
In 't Vlaamse land van het toneelstuk «Boeing Boeing».
In tegenwoordigheid van verschillende
personaliteiten werd vrijdag de tentoon
stelling geopend, waar meer dan 100 wer
ken van De Saedeleer te bezichtigen zijn.
Deze tentoonstelling loopt van heden tot
en met 29 oktober, alle dagen van 10 tot 12
en van 14 tot 18 uur.
Door de V.V.A.K. wordt heden zaterdag
te 15 uur een akademische zitting ingericht
in de feestzaal van het stadhuis, gevolgd
te 16.30 uur door de onthulling van een ge
denkplaat Val. De Saedeleer aan het huis
De Somer, hoek Nieuwstraat-Vredeplein.
Koning Bouaewijn en Koningin Fabiola
zullen maandag a.s., 9 oktober, de retro
spectieve Valerius De Saedeleer-tentoonstel-
ling in het Aalsters Oud-Hospitaal bezoe
ken.
Via het Rondpunt, de Parklaan en de
Pontstraat, zal het Vorstenpaar te 18 u. 30
in het Oud-Hospitaal arriveren. Het konink
lijk bezoek eindig rond 19 u. 30.
De Koning en de Koningin zullen langs
de Grote Markt, de Zoutstraten en de
.Geraardsbergsestraat de stad verlaten.
De kaderleden van de B.G.J.G. gewest
Aalst, vertegenwoordigend de gezinnen van
de afdelingen in 90 gemeenten en in studie
weekend bijeengekomen te Koksijde, met
als thema «De sociaal-pedagogische toela
ge», hebben de problemen onderzocht in
verband met het statuut van de moeder thuis
en van de buitenshuis werkende moeder.
Zij verwerpen de achteruitstelling op fis-
kaal en sociaal gebied van de moeder, die
zich totaal aan haar opvoedkundige opdracht
in haar gezin wijdt; zij stellen eenparig de
noodzakelijkheid vast van een grondige en
wetenschappelijke studie van dit probleem
en besluiten tot de dringende realisatie van
een sociaal statuut voor de thuiswerkende
moeder, met het oog op waardering, erken
ning en direkte bijstand voor en bij het
vervullen van haar taak.
De grote gezinnen zien als onmiddellijk
te verwezenlijken objektief, in het raam van
ruimere voorzieningen, de direkte toeken
ning van de sociaal-pedagogische toeiage
aan het gezin. Deze toelage dient te worden
beschouwd als de eerste uitdrukkingsvorm
van de openbare erkenning van de waarde
en de onmisbaarheid van de familiale op
voeding.
In verband met de gezinspolitiek protes
teert de vergadering met klem tegen de in
krimping van de kredieten voor het Woning
fonds van de bond van grote gezinnen en
tegen de verhoging der schoolabonnementen
NOG DE STREEKSiTUATIE
MOTIE VAN A.B.V.V.
Op zijn beurt heeft het A.B.V.V. tijdens
een gewestelijke kaderdag te Ninove in een
motie zijn ongerustheid uitgedrukt over de
evolutie in de Denderstreek, waar reeds dui-
zende werplaatsen verloren g.ngen en die
weer werd opgeschrikt door het bericht van
de sluiting van de «Filature du Canal» te
Aalst en waar ook omtrent andere onderne
mingen onheilspellende geruchten steeds op
nieuw de ronde doen.
In deze motie wordt verder o.m. ook een
gemeenschappelijke aktie met het A.C.V.
voorgestaan Ten einde de strijd voor de
rekonversie van de Denderstreek en tegen
de sluiting van de bedrijven een max.mum
stuwkracht te geven, is de vergadering van
oordeel dat zeer nauwe en aktieve samen
werking met de kristenen vereist en moge
lijk is. Zij geeft daarom ook opdracht aan
het uitvoerend bestuur onmiddellijk kontakt
op te nemen met het gewestelijk bestuur
van het A.C.V., teneinde de wederzijdse
standpunten uit te werken en een gemeen?
schappelijk aktieplan op te stellen en uit
te voeren om aan de werkende klasse van
de Denderstreek werk en welvaart te ver
zekeren.»