Tweelingen, drielingen in dalende lijn
Kan het Duits de Engelse
en Franse taal als
wereldtaal verdringen?
5Culturele echo'a
Nog even terugkomen op
de resultaten van de jongste
parlementaire verkiezingen
KRONIEK
OPINIES
exprmntl
T - a t r
TENTOONSTELLING PAUL VAN DEN ABEELE
In de lokalen van de Bank van Brussel wordt van 19 april tot en
met 3 mei a.s. werk tentoongesteld van Paul van den Abeele, gra-
fikus en kunstschilder.
Deze tentoonstelling wordt heden vrijdag te 19 u. ingeleid door
R.H. Marijnissen, doctor in de kunstgeschiedenis en de archeo
logie.
ELDERS
Kunstschilder Efienne Le Compte exposeert van 18 april tot en
met 5 mei a.s. in de Galerij Laterna, Grote Markt, Herentals.
JAN DE WILDE
Kleinkunstenaar ofte chansonnier en ook nog kunstschilder, Aal-
stenaar Jan De Wilde, thans wonende te Lede, bereidt zich blij
kens het Antwerps weekblad De Post voor op een groot seizoen
1968-69.
FRANS VAN IMMERZEEL
In het Gasthof Rembrandt te Lebbeke, Laurierstraat 4, had vrij
dag II. de opening plaats van de werken van de alomgekende
glazenier Frans Van Immerzeel. De h. De Mol leidde de kunst-
kritikus Herman De Schutter in, die ia hartelijke bewoordingen
het werk en de mens Van Immerzeel belichtte. Vervolgens opende
burgemeester Bosman de tentoonstelling, die geopend blijft tot
en met 29 april.
DAVSDSFONDS
Het Davidsfonds Mijlbeek organiseert van 18 tot 21 april a.s.
een Boeken- en Platenbeurs met de medewerking van kunstenaars
uit de streek.
Op 5 mei a.s. komt te Herdersem de Gewestbond Davidsfonds
bijeen.
De teleurgang van de sterkste
Belgische partij i<s kenschetsend.
De C.V.P. verliest op 7 jaar 12
procent van haar kiezersaantal.
Deze partij bekwam een verkie-
zingssukses telkens zij een morele
waarde te verdedigen had, de
troon en de vrije school.
Al moet men bekennen dat post
fak-tum het schoolpakt een zege
is voor het land, toch heeft de
C.V.P. hierdoor een van haar leit-
motieven verloren.
Anderzijds heeft de koerswen-
ding van de liberale partij, die nu
een open neo-l-iberalisme aankleeft,
een atmosfeer geschapen waarbij
vele konservatieve katolieken zich
in deze politieke formatie meer
thuis voelen dan in de C.V.P., die
meer in progress,istische zin evo
lueert.
De vraag nu, had de C.V.P. haar
tijd afgewacht, niet toegegeven
aan de drukking van de straat en
zich als eenheidspartij terug aan
geboden aan het Belgisch kiezers
korps, had ze dan betere verkie
zingsresultaten geboekt Zulke
prognose maken is natuurlijk een
gokken, maar wie een beetje onder
het gewone volk verkeert en zich
niet gaat opsluiten in de ivoren
toren van zijn eigen partij, zou we
ten dat de tijd niet voor de C.V.P.
werkte en deze partij kans liep op
twee fron-ten te verliezen: de jonge
kiezer en de werknemer in het
kiezerskorps.
De Vlaamse C.V.P. moest door
bijten, wat het ook kostte. Zij
moest bewijzen dat ze niet die
mosselpartij bleef, die maar altijd
bereid was toegevingen te doen
omwille van zogezegd hogere be
langen, terwijl anderen alleen maar
de belangen van hun maatschap
pelijke positie wilden dienen of in
teresse opbrachten voor hun per
soonlijk belang.
Wie nu verwijten wil toebrengen
aan Jos De Saeger en consoorten
moet de resultaten van deze ver
kiezing eens uit een andere hoek
bekijken.
De grote morele verliezer van
de uitspraak van het Belgische
kiezerskorps is de P.V.V.
Geen enkele partij had voor de
ze kieskampagne zulke troeven in
de hand. De P.V.V. was de enige
grote partij welke zich als een
heidspartij aan het kiezerskorps
kon aanbieden, zonder schijnbaar
innerlijke moeilijkheden of me
ningsverschillen. Haar zeer dyna
mische voorzitter, senator Van
Audenhove, was er in gelukt menig
vooraanstaand katoliek mandataris
in zijn kiesnetten te lokken. Uitge
nomen in het arr. Brussel kreeg
deze partij openlijk de steun van
de meest invloedrijke katolieke
dagbladen La Libre Belgique en
La Gazette de Liège.
'Haar finantiele middelen waren
kwasi onbeperkt. Zij kon een kies
kampagne voeren op zeer weten
schappelijke basis met de hulp
van een internationaal publiciteits-
kantoor. Terwijl de andere partijen
Er is gewis saaier literatuur dan
een Statistisch Jaarboek voor Bel-
gie, waarvan de uitgave in tegen
stelling met het telefoonboek niet
nog altijd niet werd toever
trouwd aan een of andere private
firma.
Want in dit Statistisch Jaarboek
leert men o.m. heel wat over de
kinderen in dit land.
Maar laat het ons hier meer
bepaald hebben over wat op pag.
80 van dit Jaarboek wordt ge
noemd het «Aantal bevallingen van
meerlingen». Meerlingen dat zijn
tweelingen, drielingen, vierlingen
en vijflingen. Maar dit laatste is
bij ons weten geen Europees, eer
der een Canadees en Australisch
verschijnsel.
DE CATHARINISTEN BRENGEN
zaterdag 20 april 1963 te 20 uur
zaal Madeion, Grote Markt, Aalst
«HELLO JIJ DAAR» van Wil
liam Saroyan; regie Oscar Van
Malder.
«DE GELUKKIGE REIS» van
Thornton Wilder; regie Tuur Cal-
lens.
«DE DROOM FABRIKANT»; re
gie Herman Slagmulder.
dienden een verkiezingskampagne
te improviseren, was de P.V.V.
klaar met haar program en haar
reklamemethoden. Men vraagt zich
af waardoor de leiding van de par
tij zo vooruitziend is geweest om
alles klaar te hebben voor de ver
kiezing van 31 maart. In de mid
deleeuwen zou men gezegd heb
ben de duivel heeft er zich mee
gemoeid.
En toch is het resultaat pover
geweest, vooral in het Vlaamse
land. Ziehier een plausibele reden.
Heel wat zelfstandigen en niet pro
gressisten zijn, om andere motie
ven, een deel van de jeugdige
kiezers gaan vervoegen om te
stemmen voor de Vlaams nationale
partij.
31 maart is geen geluksdag ge
weest voor het Belgisch unitaris
me. In Vlaanderen heeft de fede
ralistische partij meer aanhangers
dan de partij die het monopolie
van het unitarisme voor zich op
eiste. In Wallonië hebben 52 t.h.
van het kiezerskorps voor partijen
gestemd met een sterk regionalis
tisch program. En erger nog, de
Waalse P.V.V. schijnt nu zeer
sterk aan te leunen bij de Ras-
semblement Wallon.
Kleine man, wat nu De groot
ste fout welke onze staatsmannen
kunnen begaan is het hekken terug
aan de oude stijl willen hangen.
Revolutionairen maken de revolutie
maar halsstarige behoudsgezinden
kweken revolutionairen.
M.d.B.
Van de opeenvolgende miljoenen
Belgische gezinnen sedert 1920 is
er slechts een vierling toegenomen
en nog wel ten jare 1962.
Sedert hetzelfde jaar 1920 is
het aantal tweelingen (1850) ge
daald tot 1727 in 1965 en het aan
tal drielingen over dezelfde perio
de van 23 tot 17.
Een merkwaardige tussentijdse
stijging evenwel, zo van tweelingen
als van drielingen, in de jaren dis
onmiddellijk op de oorlog volgen,
bv. het jaar 1945. Nooit voordien
bleek de Belgische gemeenschap
zo vruchtbaar.
In afwachting van een federaal
Belgis kan natuurlijk aan de hand
van dit unitaire Statistisch Jaar
boek nog niet worden uitgemaakt
in weik landsgedeelte het grootste
aantal tweelingen en drielingen is
voortgesproten. En evenmin welke
tweelingen of drielingen zijn voort-
In de Europese landen is het zo
dat men in de scholen a priori de
Engelse, Franse en Duitse taal
aanleert. In de Skandmavische lan
den daarentegen nemen het Engels
en het Duits als vreemde talen
de eerste twee plaatsen in. In de
Zuid-Amerikaanse landen moesten
de beroemde «Colegios alsmanes»
tijdens de jongste wereldoorlog
noodgedwongen de Duitse kursus-
sen schorsen. Sinds 1961 s het
Duits daar opnieuw toegelaten als
regelmatige kursus en wordt er
onderwezen in 400 scholen, cijfer
dat steeds crescendo gaat. In zijn
geheel beschouwd beschikt Latijns
Amerika met zijn 22 filialen van
het beroemde Goethe - Intstituut
en zijn 150 scholen waar Duits
wordt onderwezen, over een solide
basis om zijn achterstand in be
trekkelijk korte tijd goed te ma
ken. De voorsprong die de Duitse
taal jarenlang had in de V.S.
vooral als taal der emigranten
is met de 'tweede wereldoorlog
zienderogen geslonken. Thans is
de toestand zo geevolueerd dat het
Frans momenteel als eerste vreem
de taal wordt onderwezen in 37
staten, het Spaans in 11 staten en
het Duits nauwelijks in 2 staten.
In de universiteiten haalt de
Duitse taal nog 25 procent, maar
reeds in de high schools wordt zij
van langsom meer verdrongen door
het Spaans en het Frans. 'Daar
ligt zijn percentage op 9 t.h. tegen
47 t.h. voor het Spaans en 4 t.h.
voor het Frans.
In Oost- en Zuid-Europa heeft
de Duitse taal na de oorlog zijn
goede positie kunnen handhaven.
In de Sovjet-Unie is zij de tweede
vreemde taal; 35 t.h. der studenten
leren Duits tegen 20 t.h. Frans.
Opmerkelijk is ook de vooruitgang
van het Duits in Tsjechoslowakije
en Hongarije. In Joegoslavië bezet
gesproten uit kommunauiaire be
trekkingen, om niet mis te ver
staan, uit Vlaams - Waalse huwe
lijken.
Dergelijke kommunautaire be
trekkingen zullen ongetwijfeld in
het federale Bolgie, dat velen ver
wachten, op het v'ak van de statis
tiek toch wel stof tot bedenkingen
en moeilijkheden opleveren.
Nog denkende aan de kommu
nautaire betrekkingen in dit land,
waarover elk verstandig staatsman
nu het hoofd gaat bulgsn en or
's nachts niet van slapen kan, zou
men bij wijze van ultieme poging
misschien kunnen voorstellen cm
een uitzonderlijke buwelijkspreroie
toe te kennen aan Vlaams - Waalse
huwelijken.
Men hoeft daartoe niet eens de
pil te vergulden, maar regelrecht
de moeilijkheden onc'er ogen zien.
En die moeilijkheden zullen niet
zwaarder doorwegen dan in dat
gezegend jaar 1945, zo vruchtbaar
voor de Belgische demografie,
R.
het Duits de eerste plaats in de
rangorde der vreemde talen, voor
het Frans, Russisch en Engels.
Ook in Polen en Roemenie gaat
de taal van Goethe met rasse
schreden vooruit.
Nieuwe perspectieven in
de ontwïkke'ïngs!aradsn.
Anderdeels openen de ontwikke
lingslanden nieuwe perspskf'even
voor het Duits als taal van de we
tenschap en techniek. In de Frans
sprekende landen wordt de Duitse
taal aangeleerd in 220 scholen.
Sommige Engelssprekende Afri
kaanse landen hebben reeds het
Duits ingeschakeld in de hogere
onderwijsprogramma's.
Een zeer goede beurt maakt ook
het Duits in Indonesië, vooral dank
zij het oud Nederlands schoolsvs-
teem, en in Egypte, waar de Duit
se taal sinds 1956 de eerste
vreemde taal is geworden. Men
rekent ermee dat ruim 150.000
Arabische studenten en stagiaires
Du'ts spreken. In Korea leerde in
1959, 95 t.h. der studenten Duits.
Zelfs indien dit procent momenteel
geslonken is, blijft het Duits nog
steeds primeren op het Frans.
In totaal zijn er 255 Duitse scho
len in het buitenland, waar 1.232
Duitse professoren en 1.293 lokale
professoren de Duitse taal doceren
aan 55.000 studenten. Hierbij d!e-
nen nog gevoegd de 110 profes
soren in de Duitse sekties van de
Europese scholen. Het Goethe -
Instituut ter bevordering van de
Duitse taal en kuituur in het bui
tenland, waarvan de zetel geves
tigd is te Munchen, telt 117 fJia-
len in het buitenland, waarvan 1/3
in Europa, en 21 onderwiiscentra
in Dui+piand zelf 'n rlie buiten
landse filialen worden de kursus-
sen iaarliiks door gemiddeld
65.000 volwassenen gevolgd.