ppA
bloemen voor moeder
^fTloederkenóclac/ 1968
De Gazet van Aalst
6 Fr. het nummer
24ste jaargang Nr. 19
zaterdag 11 mei 1968
NEC SPE, NEC METU...
ONAFHANKELIJK REGIONAAL WEEKBLAD
VOOR AALST EN OMLIGGENDE
Redaktie en Beheer
Schooistraat 26 Aa'st
Tel. 241.14
een interessante
opiniepeiling
Of men gelovig is of niet, het is
in elk geval een feit dat in ons
land de katolieke kerk op ons
openbaar leven zijn stempel slaat.
Niet alleen bv. is er op 21 juli en
op 11 november een Te Deum in
de kerk, waarbij zelfs ongelovige
gezagsdragers tegenwoordig zijn,
maar ook op ons onderwijssysteem
en op ons hospitaalwezen is de in
vloed van de kerk niet uit te scha
kelen door het feit dat duizenden
kloosterlingen en priesters in die
sektoren hun werk en hun aposto
laat vinden.
Wanneer we nu afdalen naar de
gezinnen, dan is het ook een feit
dat in de stad praktisch alle kin
deren worden gedoopt, alle jon
gens en meisjes hun plechtige
kommunie doen en gevormd wor
den, allen trouwen voor de kerk
en ook worden begraven met een
kerkelijke dienst. Wij laten in het
midden of dat wel een gezonde
toestand is voor de kerk zelf, want
het is toch een feit dat de helft
van die gedoopten eens min of
meer zelfstandig geworden, uiter
lijk alle kontakt met de kerk en
de parochie als «kleine kerk» heb
ben verloren.
Dit jaar gaat in alïe parochies
van de stad, en wel einde oktober,
de missie door; zeer jonge mensen
weten niet meer wat dat wil zeg
gen en als ze het woord «missie»
horen, dan denken zij aan Kongo
of Indie. Missie in haar huidige
vorm is ongeveer zoals vroeger
paters - missionarissen, vreemd
aan de parochie, komen gedurende
een aantal dagen dat getal
schommelt tussen 10 en 20 ge
woonlijk prediken over de grote
waarheden van het geloof en over
de belangrijke morele problemen.
Die paters hadden gewoonlijk
vaste schema's en in sommige
kloostergemeenschappen werden
de goede sermoenen in grote lij
nen gebruikt door alle predikanten.
De missie beoogde vooral bekerin
gen te bewerken en aangezien de
Bijbel zegt dat de vrees het begin
is van de wijsheid, waren de ser
moenen daar ook op afgestemd
vrees aanjagen, dreigen met de
eeuwige straffen, enz.
Een dergelijke methodiek is al
tijd verkeerd geweest; zo lang zij
sukses had, had zij nog één voor
deel toch. NU is die methode op
alle gebied te verwerpen.
Het eerste doel van de missie
is thans de verdieping van het ge
loofsleven der kerkgaande mensen
en zo is dat al een twintigtal ja
ren. Daar is echter nu het feit
bijgekomen van het concilie, dat
zeker op twee belangrijke punten
grote invloed heeft gehad op de
missie in het concilie heeft de
kerk een ernstige poging gedaan
om de formulering van de geloofs
punten aan te passen aan de hui
dige mentaliteit, om daarenboven
de geest van vele voorschriften te
stellen boven de letter denken
we aan de geest van de kristelijke
boetvaardigheid en de letter van
het vleesderven. Daardoor is er
echter bij vele gelovigen een ver
warring ontstaan, een onzekeiheid.
Die verwarring en die onzekerheid
wegnemen is reeds een eerste doel
van de missie.
Het concilie heeft echter nog op
een tweede punt grote verandering
gebracht, nl. de rol en de verant
woordelijkheid van de leek. Op li
turgisch gebied is dit mede een
van de redenen om in de liturgie
de volkstaal te gebruiken; die me
deverantwoordelijkheid van de le
ken zal zich echter met de dag
nog noodzakelijker maken en zelfs
opdringen op alle gebieden van
het geloofsleven.
Praktisch nu voor de missie
heeft dit tot gevolg dat niet alleen
leken worden aangesproken om
propaganda te maken voor de
missie, maar dat zij ook worden
betrokken bij de nrichting en het
verloop van de missie.
Dit is reeds gebeurd langs de
parochieraden en deze raden zullen
verder tot aan de missie en ook
daarna aktief bij de werking een
rol spelen. Maar ook de ganss
bevolking van de stad moet er bij
betrokken worden. De paters ko
men immers nu niet meer hun zelf
de sermoen houden van 5 of 10
jaar geleden, of dat ze vorige
maand te Mechelen of te Diest
hebben gepredikt. Ze komen nu
voor de mensen van Aalst en het
zijn die mensen ook die moeten
zeggen waarover zij zouden willen
dat er gepredikt wordt en waar er
best gepredikt wordt in de kerk
of in een zaal. De paters moeten
de polsslag kennen van de mensen
van Aalst, zij moeten weten of er
zieke plekken zijn in het gods
dienstig leven van de stad.
Maar hoe kan dat gebeuren
Best ware het dat die paters met
ieder van de Aalstenaars zouden
gaan spreken dal is echten een
werk van jaren en in feite niet
te doen. Vandaar hebben we een
ander middel gezocht een opinie
peiling. De methode is niet nieuw;
ze wordt gebruikt door grote fir
ma's, door politieke partijen om
de mentaliteit van het publiek te
leren kennen. Waarom zou de kerk
die methode niet gebruiken
De leden van de parochieraad
en de ijveraars of ijveraarsters van
de Bond van het H. Hart zullen
per gezin twee formulieren per
soonlijk komen afgeven; dat formu
lier is door hen zelf opgesteld aan
de hand van een paar modellen
van andere parochies. De vragen
zijn zeer eenvoudig opgesteld én
om te begrijpen én om in te vullen.
Men mag rekenen op de grootst
mogelijke geheimhouding met de
formulieren wordt ook een omslag
afgegeven om de formulieren in te
steken. Na ongeveer een week
komt de persoon die het formulier
heeft bezorgd, het ook ophalen.
Deze formulieren worden ter plaat
se niet onderzocht het zijn de
paters van de missie die deze kar
wei moeten doen, want een karwei
is het, een paar duizend formulie
ren nazien.
Aan de hand van dit onderzoek
zuilen de paters dan veel beter
de mentaliteit van Aalst kennen,
de verwachtingen die er leven op
godsdienstig gebied, de klachten
over priesters en katolieke leken.
Daarom hopen wij dat zeer ve
len dit formulier zeer ernstig zul
len invullen, ook diegenen die wel
gedoopt zijn, maar buiten het pa
rochie- of godsdienstig leven staan.
Ze zijn immers gedoopt, ze zijn
vrijwillig voor de kerk getrouwd,
ze hebben hun kinderen vrijwillig
laten dopen de kerk is dan toch
ook voor hen iets dat hen aanbe
langt.
In naam van alle priesters van
de stad danken wij zeer oprecht
de parochianen die zich vrijwillig
hebben aangeboden om het grote
werk te doen bij deze opiniepei
ling. Zonder hun inzet was de
missie van te voren gedoemd om
te mislukken. Maar zij alleen kun
nen niet veel nu moeten de men
sen willen meewerken door het for
mulier in te vullen. Ook dus aan
allen die zich aan tafel willen zet
ten om dat «huiswerk» te maken,
proficiat en hartelijk dank.
C.D.V.
Zo schoon is dat op die zondag in de maand mei, omgedoopt in
«Moederkensdag», al die grote en kleine kinderen te zien opstappen
naar de woning van moeder om deze eens bijzonder te gedenken, hetzij
met een tuiltje bloemen, een 'lekkere taart of nuttig geschenk. Wat een
schone dag voor die «MOEDERS» die nog het geluk hebben bij deze
gelegenheid niet alleen een geschenk, maar ook de liefde van hun
kinderen te mogen ontvangen.
Hierbij gaan ook mijn gedachten naar die moeders die misschien
door een of andere omstandigheid gescheiden van hun kinderen, geen
bloemen of geschenken zullen ontvangen.
Ook naar die moeders wier grote jongen of meisje, hun «zorgen
kind» is en die vooral op deze dag het scheiden fel zullen aanvoelen.
Mogelijk ontvangen ze een kaartje of een brief waarin hun meisje of
jongen een woordje schrijft van spijt of beterschap belooft.
Het is eigenaardig dat een mens maar eerst echt zijn moeder
begint te missen, eens dat deze overleden is. Zoveel dagen komen er
in een mens zijn leven dat hij wel eens de behoefte voelt om eens te
kunnen zeggen «Moeder wat denkt ge daar of daarvan?». Dat is dan
echter niet meer mogelijk.
Bij deze dag denk ik ook nog eens aan mijn moeder z.g., dat
mensken dat zoveel gewerkt en gezwoegd heeft en ik schenk haar
met enkele woorden een tuiltje, meer een wens.
Moeder, Moeder mijn,
Ik wou nog eens een enkele keer,
Uw kleine jongen zijn,
Mijn hoofd op uw schouder leggen,
En daar heel dicht bij u, vertellen,
Hoe lief ik u had,
Helaas, Moeder, dat kan niet zijn,
Wat was, dat is voorbij...
Mei 1968.