JAN CLERCKER of de Laatste Binders van Vlaanderen door Daphne du Maurier DY NA 87 12 «Ben ik dan niet de enige oor zaak voor dat feest van morgen?» vroeg de gevangene. De bewaker lachte eens en wees met zijn hoofd naar de smalle spleet in de muur, «Jij zult morgenmiddag al ver geten zijn» zei hij, «jij zult aan die boom in het park bengelen, terwijl wij zullen drinken op de gezond heid van de toekomstige Lord Godolphin». «Het is tamelijk hard voor ons dat noch de gevangene noch ikzelf hier zullen zijn om te drinken op de gezondheid van de zoon en erfgenaam van Lord Godolphin», merkte Dona glimlachend op, ter wijl zij haar beurs uit haar zak haalde en die de gevangenbewa ker toewierp. Toen vervolgde zij: «Ik wil wedden dat je dat lie ver nu zou doen dan daar bene den de wacht te houden, uur na uur. Als wij nu eens van tevoren op de gezondheid van de zoon en erfgenaam dronken... wij drieen terwijl Lord Godolphin met de dok ter praat?» De gevangenbewaker grinnikte en gaf zijn gevangene een knip oogje. Toen zei hij «Als wij dat doen, dan zal het niet de eerste maal zijn dat ik bier gedronken heb voor een te rechtstelling. Maar dat wil ik wel 2eggen ik heb nooit van mijn le ven een Fransman zien ophangen. Men heeft mij verteld dat de Fran sen vlugger sterven dan wij. De beenderen in hun hals zijn brozer» Nogmaals gaf hij de gevangene een knipoogje, deed de deur open en riep naar beneden naar zijn assistent «Breng drie glazen en een kruik bier», Terwijl de man met zijn rug naar hen toestond ondervroeg Do- na de gevangene met haar ogen en zijn lippen bewogen zich ge luidloos. «Vanavond om elf uur», Zij knikte en fluisterde: «Wil liam en ik» De gevangenbewaker keek eens over zijn schouder en zei: «Als Lord Godolphin ons be trapt, zouden we de poppen aan het dansen hebben». «Maar ik zou het voor je op nemen» zei Dona, «dit is nu juist een grap die bij Zijne Majesteit in de smaak zou vallen, als hij hem hoort wanneer ik hem weer zie aan het hof. Hoe is je naam?» «Zacharias Smith, mylady». «Welnu dan, Zacharias, als hier uit moeilijkheden ontstaan, zal ik ten gunste van je pleiten bij de koning zelf». De bewaker lachte en op het zelfde ogenblik kwam zijn assis tent met het bier. Hij sloot de deur en bracht het dienblad naar de tafel. «Welnu dan» zei hij «dan wil ik drinken op het lange leven van mylady op een volle beurs en een goede eetlust voor mijzelf en voor u mijnheer, op een snelle dood». Hij schonk het bier in de gla zen en Dona zei: «Op het lange leven van de toekomstige Lord Godolphin». De gevangenbewaker smakte met zijn lippen en de gevangene hief zijn glas op en keek Dona glimlachend aan. Toen zei hij: «Moeten wij dan ook niet drin ken op Lady Godolphin die naar ik vermoed op het ogenblik druk bezig is met de toekomstige Lord Godolphin?» «En op de dokter die het ook wel druk zal hebben» antwoord de Dona. Terwijl zij dronk, schoot haar eensklaps een idee te binnen en zij keek de Fransman aan en in stinctmatig begreep zij dat het zelfde idee bij hem was opgeko men want hij keek haar ook aan. «Zacharias Smith ben je ge trouwd?» vroeg zij. De gevangenbewaker lachte en antwoordde: «Voor de tweede maal getrouwd en de vader van veertien kinderen» «Dan begrijp je wel wat Lord Godolphin op dit ogenblik moet verduren» zei zij glimlachend, «maar met zulk een bekwaam dokter als dr Williams bestaat er geen reden om zich ongerust te maken. Ik veronderstel dat je de dokter heel goed kent, niet waar?» «Neen mylady, ik ben van de noordkust. Ik ben geen man uit Helston». Dr Willams» zei Dona op dromerige toon «is een grappige kleine man met een plechtig, rond gezicht en een pruimemondje. Ik heb horen zeggen dat hij buiten gewoon veel verstand heeft van bier». «Dan is het erg jammer dat hij op dit ogenblik niet met ons mee kan drinken» merkte de gevan gene op, terwijl hij zijn glas neer zette. «Misschien dat hij dat later nog zal doen, als zijn werk is afgelopen en hij Lord Godolphin tot vader gemaakt heeft». «Hetgeen wel niet gebeuren zal voor middernacht niet waar, Za charias Smith, vader van veertien kinderen?» vroeg Dona. «Middernacht is doorgaans het uur mylady», antwoordde de ge vangenbewaker lachend, «alle negen jongens van mij zijn gebo ren, toen de klok twaalf uur sloeg» «Heel goed» zei Dona, «en als ik zo aanstonds dr Williams zie zal ik hem vertellen dat ter ere van deze gelegenheid Zacharias Smith, de trotse vader van veer tien kinderen, met genoegen eer. glas bier met hem zal drinker voordat hij vannacht weer in diens komt». vervolgt nadruk verboden door Sylvain VAN DER GUCHT en Lodewijk VAN LAEKEN 195 Treems speelde, en speelde veel,, dat was zjn ondeigang. Zekeren dag had Sprietvlechter, met vals te spelen, twintigduiz |nd frank van hem gewonnen; de ar me advokaat wist niet waar ze te halen. hij was onteerd, zo hij niet binnon de vier en-twintig uren voldeed: men bood rm, tegen zijn handtekenjng, honderdduizend frank van het erfdeel van Gabrcl- !e de Montmirai! aan... de jongen verloor gans het hoofd hij had slechts te kiezen tussen de dood en de diefstai... hij verkoos het faatste. en tekende alzo Ri- gault's dood... Treems is dus de moorde naar. Ja, de onrechtstreekse... Sprietvlechter en Vosselaer, zie daar de echte moordenaars. Wie bracht de doodsteek toe? Clara verbleekte. De doodsteek... Ha... dat is een droeve geschiedenis. Ik be minde... ik minde uit al de krach ten van mijn ziel... Colas was een brave werkman, hij had me hartelijk lief... men ruide hem te gen mij op en hij beging een man slag om mijne eer te verdedigen., het was opstokerij van de groot meesters van de Bende... Van dit ogenblik af was zijn doodvonnis fn de maatschappij getekend en FTK«est hij. als een gedoemde bal ling, op de wereld rondzwerven... Men bood hem voor enige goud stukken aan Rigault te vermoor den.. hij stemde toe en werd lid van de Bende... De arme jongen had het hoofd verloren... Over Clara's wangen druppel den hete tranen. En ik was het vervolgde zij na een wijl, ik was het, die hem hielp de misdaad voorbere;den... O gevloekte dag! Colas beging de moord... Sprietvlechter ontving van hem de akt, die hij Rigault had ontfutseld... De jongen werd overal achtervolgd en werd door Sprietvlechter op het laatst nog door het hoofd gebrand. Verschrikkelijk mompelde John. Ja, verschrikkelijk, ge moogt het wel zeggen... Ik had zo een verdriet, dat ik wel zou hebben willen sterven in het gast huis, waar men mij had gedragen Sprietvlechter had hem reeds po gen te vermoorden in de kamer, maar de kogels hadden mij ge troffen. Clara hield op, geschokt door al deze droevige gebeurtenissen. Ja, ik had willen sterven, maar nog was de kelk niet gele digd ik moest hem tot de bodem ledigen. Enige weken later werd advo kaat Treems gevaarlijk voor de bende.... Bijna al zijn geld was verspeeld en overgegaan in de handen van de notarisklerk Spriet vlechter. Ten einde raad, liet hij woorden ontsnappen, die de op merkzaamheid gaande maakte van de hoofde der bende... Zijn dood werd besloten. Men deed hem in briefwisseling treden met de procureur Po, die Gabrielle de Montmirail in be scherming had genomen... Men ontbood hem en de zaken werden zo slim aan boord gelegd, dat het tussen de advokaat en de procu reur tot een tweegevecht kwam. Dus werd Po vermoord? Zeker, zeker, en te Oorde- gem had het tweegevecht plaats, de procureur doorstak de advo kaat maar hem werd een degen gegeven, welke gevest vergiftigd was.... Het einde duurde niet lang, maar was verschrikkelijk. Enige minuten nadien bezweek hij. En zijn lijk? Werd naar Aalst gedragen, in de woning van Treems en daar in de Dender geworpen. Verschrikkelijk. Helaas, ja, en hieraan leen de ik ook de hand. Rampzalig meisje. Clara snikte En Gabrielle de Montmirail? Dat is een lange lijdens ge schiedenis; ik durf er niet aan be ginnen, ik vrees dat ik ze niet tot het einde zal kunnen brengen. Als ge u wat beter gevoelt, dan kunt ge ons die verhalen; zeg ons eerst het gewichtigste. Veel heb ik er niet bij te voe gen hijgde Clara. Maar ge hebt toch een medeplichtige gehad, die in uw onmiddellijke nabijheid verbleef? Zeker. En die was?... De naam heeft voor u geen belang, ik zal hem u dus niet noemen. Trouwens de persoon werd vermoord. Door wie? Door sprietvlechter. Nog een cijfer dus op de rekening van de schelm? Juist. De oude vrouw was van het bed opgestaan en zeide. De schurk heeft meer kwaad bedreven in zijn leven dan al de duivels van de hel tezamen. Het is hij, die mijn zoon heeft ver moord... mijn Jef, mijn arme Jef. Was uw zoon en de persoon die Clara hielp, dezelfde man? Ja, ge moogt het thans wel weten snikte de oude Jef is toch reeds lang in de aarde gedolven... niets kan hem nog deren... hij is dood... en mijn verklaring kan de moordenaar nog dieper doen zak ken... Mijn zoon, Jef Vermeulen, werd vermoord door de vuige Sprietvlechter Ontstemd had Stiermarck ver nomen dat een van de bijzonder ste hoofden van de bende door een te vroegtijdige dood aan de gerechtigheid van de mensen ont snapt was. Een gestommel werd op de trappen vernomen. Het was Victor, die terugkwam met een priester. Een glimlach van zalige voldoe ning speelde om de lippen van de zieke. Goddank, murmelde zij thans zal ik ook in de vreze var de Heer mogen sterven. De oude priester hoede de laatste beker tenissen, welke Clara hem deed in de eenzaamheid der kamer af want bij de intrede van de pries ter hadden allen eerbiedig de ka mer verlaten. Clara, was na het ontvanger van de laatste H Sacramenten wat opgemonterd en verzocht de priester de uitspeurders binnen te laten, om hen een geheim te ont sluieren. Toen allen rond haar waren, be gon het meisje met zwakke sterr Toen Treems met de procu reur Po de reis naar Oordegem or dernam waar beiden een onverm: delijk dood tegemoet lieper bleef Gabrielle in de womng var. de advokaat achter. Het was een opgemaakt spel. Had het meisje haar besche. mer toch willen volgen, dan had zulks onmogelijk geweest aange zien de hoofdman van de bende niet wilde. En wat hij niet wilde, dat was een heilig bevel. vervolgt nadruk verboden

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1970 | | pagina 12