AM
kroniek
T
Guy sfe lioupassant
10
5 („.««Eft
liichaam, geeft dat wel enige, re-
den tot achterdocht aan de Hawaii
5-0 speurders. Zij besluiten hun
grootscheepse opsporingsactie in
verband met een reeks - inbraken
ifn luxe-hotels nog uit te breiden
en te verscherpen. Steve Mc Gar
rett ontdekt de moordenaar die
echter ontsnapt maar kort daarna
:g*edood wordt, wanneer hij een
p'artij gestolen juwelen tracht van
ide hand te doen. De inbraken
gaan verder en «5-0» begint nu
ernstige verdenking te koesteren
jegens de zanger Joey Rand en
zijn verloofde Valerie Michaels...
ARM IE
zondag 23 januari te t9u13
Ulüan is 't bru om altijd opnieuw
weer de excuses voor Arnie's late
thuiskomst te moeten horen. Op
een avond wanneer manlief weer
'laat van zo'n zakelijke vergade
ring komt en bovendien nog be
dankt voor het eten dat Lilian
extra heeft opgewarmd, barst het
■onweer los. Arnie tracht zijn boze
vrouwtje te sussen met het voor
uitzicht van een diner met de echt
genoten van zijn collega's. Maar
dat onschuldig lijkende etentje
groeit blijkbaar uit tot een echte
vrouwen-samenzwering.
WERELDPREMIERE
zondag 23 januari te 20u25
Het onstuimige hart
Carrie Snodgress, die in de
prent «Het onstuimige hart» de
rol vertolkt van Grace Mc Cor-
mack werd reeds met een Oscar
gelauwerd voor haar vertolking in
de film «Diary of a Mad House
wife
Grace Mc Cormack is als so
ciaal werkster verbonden aan het
«Winslow House». Zij houdt van
haar job en neemt haar werk ook
ter harte. Zij heeft heel wat socia
le gevallen die haar zijn toever
trouwd. Eén hiervan is een visver-
koper. Wanneer zij verliefd wordt
op de zoon van deze man, wordt
•het wel ietwat gecompliceerd. Het
groeit zelfs uit tot een ernstig in
cident tussen haar en haar chef
'Murray Kane, de directeur van
«Winslow House».
WAT KAN MEN DOEN
MET EEN LAMSBOUT?
maandag 24 januari ta 20u4G
De Amerikaanse auteur Roals
iDahl is sinds hij aan het einde
van de jaren veertig begon te pu
bliceren, een «must» voor ieder
een die van een goedgeschreven
kort verhaal hourt en die voor wat
gruwelen, bizarre gebeurtenissen
en onwaarschijnlijke verrassingen
liet uit de weg gaat. Een van zijn
werken is dit TV-spel.
De hoofdpersonen zijn een poli
tieman en zijn vrouw. Wanneer hij
thuis komt van zijn werk. plegen
zij altijd even rustig een borrel te
drinken. Dat is voor baar het fijn
ste moment van de. dag. Maar de
ze keer i3 >;.j uuiücwjK sneers dan
anders. Hij heeft haar iets te ver-
tellen en dat komt hard aan. Zij
is diep geschokt maar doet zo ge
woon mogelijk. Ze gaat naar de
keuken om het eten klaar te ma
ken en haalt een lamsbout uit het
vriesvak van de koelkast.
KIJK EN KOOK
dinsdag 25 januari te 19u05
Licht en zwaar in dit program
ma «Schaapsnavarwi» en ci
troendessert». Het eerste is een
tamelijk zwaar, maar heerlijk Win
ter gerecht, het tweede een licht
en fris dessert. Voor de bereiding
ervan zorgen respectievelijk John
Buiiinck en Betsy Bourguignon.
Deze laatstgenoemde dame zorgt
in deze nieuwe reeks immers voor
gerechten die ook rekening hou
den met onze gezondheid en
beurs.
WERELDPREMIERE
STRANGER ON THE RUN
woensdag 25 januari te 20u10
Ben Chamberlain is een ruwe
boy, die nogal vaak dronken is.
In een veriaten stadje zoekt hij de
zuster van een vriend op. Hij vindt
haar dood. Zonder twijfel is hier
een moord begaan. Natuurlijk zal
hij van die moord worden beschul
digd. Dat weet Ben ook en daar
om slaat hij op de vlucht.
Sheriff Mac Kay trommelt een
aantal mannen bij mekaar en de
achtervolging op Ben begint. Wan
neer hij is gevangen genomen,
helpt eem vrouw, een zekere Val-
verda. Ben ontvluchten. Slechts
wanneer er meer licht in deze
moordzaak komt en men de wer
kelijke moordenaar op het spoor
is, kan Ben wat vrijer ademen.
Zijn huwelijk met Valverda is een
prettig «Happy-end» van deze
«western-story».
DE KLOP OP DE DEUR
donderdag 27 januari te 20u25
Amsterdam 'is onrustig. Deze
aflevering speelt in 1878. De bur
gemeester heeft de kermis verbo
den. De arbeiders eisen hogere lo
nen en er zijn demonstraties. Frits
de jongste zoon van Annette en
Frederik - ze hebben inmiddels 5
kinderen heeff moeilijkheden op
school. Zijn fantasie is een beetje
te groot. Dank zijn Oma's optre
den wordt alles geregeld...
LACHOTZKY
vrijdag 2S januari te 20u55
De tweede wereldoorlog is reeds
vijfentwintig jaar achter de rug.
De Jood Eisenberg maakt een
reis naar Italië. Het is geen ge
wone tos; s'ische vakantietrip, die
Eisenberg maakt. Hij werd gedu
rende de tweede wereldoorlog op
gepikt door ide Duitsers en als
Jood wachtte hem eèn zekere dood
in de gaskamer.
Een Poolse priester Lachotzky
heait echter in die tijd zijn plaats
in it concentratiekamp Ingenomen
en zijn loven gered. Na vete jaren
wil Eisenberg de priester, die het
er eveneens levend afbracht nog
eens ontmoeten...
«Hoe gaat het? We zien u
nooit meer.»
Zonder zijn zefvertrouwen te
kunnen hervinden stamelde hij,
«Maar ik heb het zo druk gehad,
mevrouw, ik heb het zo druk ge
had. De heer Walter heeft mij
met een nieuwe rubriek gelast, die
me handen vol werk geeft.»
Zij antwoordde, hem nog al
tijd aankijkend, zonder dat hij in
haar blik iets anders dan welwil
lendheid kon ontdekken. «Ik weet
het. Maar dat is geen reden om
uw vrienden te verwaarlozen.»
Zij werden gescheiden doordat
er een dikke vrouw binnenkwam,
een dikke vrouw met laag uitge
sneden japon, rode armen en ro
de wangen, opzichtig gekleed en
gekapt en zo moeilijk lopend, dat
wie haar zag gaan, gewicht en
dikte van haar dijen voelde.
Daar ieder haar zeer voorko
mend tegemoet kwam vroeg Du-
roy aan mevrouw Forestier,
«Wie is die vrouw?»
«Vicomtesse de Percmur, die
als «Patte Blanche» artikelen
schrijft.»
Hij was verbijsterd en had bij
na geschaterd.
«Patte Blanche, Patte Blanche!
En ik had haar altijd voor een
jonge vrouw zoals jij gehouden.
Is dat Patte Blanche? Wat een
vrouw, wat een vrouw!»
Een huisknecht verscheen in de
deur en deelde mee,
«Mevrouw, er is opgediend.»
Het was een opgewekt alle
daags diner, met gesprekken die
alles aanroerden maar niets zei
den. Duroy zat tussen de oudste
dochter van de baas, de lelijke
die juffrouw Rose heette, en me
vrouw De Marelle. Deze laatste
tafeldame hinderde hem enigszins,
ofschoon zij zich volkomen op
haar gemak leek te voelen en zich
even geestig uitdrukte als altijd.
Hij voelde zich aanvankelijk ge
spannen en onzeker, als een musi
cus die de goede toon niet kan
terugvinden. Geleidelijk evenwel
herkreeg hij zijn zelfvertrouwen
en hun ogen, die elkaar telkens
weer ontmoetten, ondervroegen el
kaar, verenigden zich op een in
tieme, haast zinnelijke manier, zo
als vroeger.
Plotseling meende hij te heb
ben gevoeld, dat onder de tafel
iets zijn voet had aangeraakt. Hij
verplaatste behoedzaam zijn been
en stuitte op dat van zijn buur
vrouw, die zich bij de aanraking
niet terug trok. Zij spraken niet
meer op dat ogenblik, zij wend
den zich beiden tot hun andere
tafelbuur.
Met bonzend hart boog Duroy
zijn knie nog iets verder opzij.
Een lichte druk beantwoordde zijn
beweging. Hij begreep, dat zij op
nieuw hun liefde zouden beleven.
Wat zouden zij daarna nog zeg
gen? WieiMiig; maar hun lippen
trilden, telkens wanneer zij elkaar
aankeken.
De jongeman wilde evenwel
ook aardig voor de dochter van
zijn baas zijn en af en toe vroeg
hij haar iets. Zij antwoordde hem,
zoals haar moeder het Zou heb
ben gedaan; zij wist ogenblikke
lijk wat zij moest zeggen.
Rechts van de heer Walter ze
telde als een prinses vicomtesse
de Percemur; Duroy, die genoot
van haar aanblik, vroeg onder
drukt aan mevrouw De Marelle,
«Ken je die andere ook, di:e on
dertekent met «Domino rose»?
«Ja, heel goed, dat is barones
de Livar.»
«is die van hetzelfde soort?»
Nee, maar ook wonderlijk. Een
grote dorre vrouw, zestig jaar,
valse krullen, paardetanden, men
taliteit van de Restauratie en ja
ponnen -uit die tijd.»
«Waar hebben zij die schrij
vende juffrouwen eigenlijk opge-
23
scharreld?»
«Het wrakhout van de adel
wordt altijd door de tot welstand
gekomen burgers opgeraapt.»
«Is dat de enige reden?»
«De enige.»
Hierna ontspon er zich een po
litieke discussie tussen de baas,
de twee kamerleden, Norbert de
Varenne en Jacques Rival; deze
werd tot aan het dessert voortge
zet.
Nadat het gezelschap naar de
salon teruggekeerd was klampte
Duroy opnieuw mevrouw De Ma
relle aan, keek haar diep in de
ogen en vroeg, «Mag ik je straks
naar huis brengen?»
«Nee.»
«Waarom niet?»
«Omdat meneer Laroche-Mathieu,
mijn buurman, mij voor mijn huis
deur afzet als wij hier gedineerd
hebben.»
«Wanneer zie ik je dan?»
'Kom morgenmiddag bij me eten'
Zij namen afscheid zonder ver
der nog iets te zeggen.
Duroy bleef niet lang meer, het
gezelschap verveelde hem. Terwijl
hij de trap afliep haalde hij Nor-
bert de Varenne in, die ook juist
was weggegaan. De bejaarde
dichter nam hem bij de arm. Daar
zij op de krant geen mededingers
meer konden worden, doordat hun
bezigheden al te zeer uiteenliepen
toonde hij inmiddels een vaderlij
ke welwillendheid ten aanzien van
de jongeman.
«Zeg, loopt u met me mee naar
huis?» vroeg hij.
Duroy antwoordde, «Ja, met ge
noegen.»
Zij liepen met kleine stappen
de Boulevard Malesherbes af.
Parijs leek vrijwel uitgestorven
die avond. Het was een koude
avond, een van die avonden die
grootser lijken dan andere, waar
op de sterren hoger staan en de
wind op kille adem iets van ver
voorbij die sterren lijkt aan te voe
ren. Aanvankelijk zeiden de twee
mannen niets.
Duroy, die het zwijgen wilde
verbreken, merkte ten slotte op,
«Die meneer Laroche-Mathieu
lijkt tamelijk scherpzinnig en
goed op de hoogte te zijn»
De oude dichter mompelde,
«Vindt u dat?»
Verbaasd en weifelend ant
woordde de jongeman, «Ja ze
ker. Hij wordt trouwens als een
van de bekwaamste mannen in de
Kamer beschouwd.»
«Wat drommel, u jaagt me de
stuipen op het lijf!»
Norbert de Varenne ging verder
«Nee, je kunt me nu nog niet
begrijpen, maar later zul je je
herinneren, wat ik vanavond te
gen je gezegd heb.
«Er komt een dag, weet je, en
voor velen komt die spoedig,
waarop er geen reden meer iis
tot lachen, daar men achter alles
wat men zie't de dood ontwaart.
«Ach, jij kunt dat woord nog
niet 'eens begrijpen, dat woord
«dood». Op jouw leeftijd zegt het
niets. Op de mijne is 't gruwelijk.
«Ja, men beseft het in een oog
wenk, waarom of naar aanleiding
van wat weet men niet, en dan
verandert alles van aanzien in 'het
leven. Ik voel het sedert vijftien
jaar en het kwelt me alsof ik een
knagend beest in me heb. Ik heb
me geleidelijk, van maand tot
maand, van uur tot uur, achteruit
voelen gaan als een huis dat in
verval raakt. Dat heeft mij zo
sterk veranderd, dat i'k mezelf
niet meer herken. Ik heb niets
meer van mezelf, van de opgewek
te gezonde en krachtige jonge
man, die ik op dertigjarige leef
tijd was. Ik heb er mijn zwarte
haar grijs door zien worden en
dat met een bekwame boosaardi
ge traagheid! Mijn gladde huid,
mijn spieren, mijn tanden, mijn
hele vroegere lichaam zijn eraan
ai
em
ijs
te gronde gegaan en ik heb J4
meer over dan mijn vertwijl
geest, die mij ook spoedig Jl
worden ontnomen.
«Ja, het heeft me afget;
dat beest in mij, het heelt
zaam en gruwelijk, sekonde
sekonde, de langdurige af.
van mijn lichaam voltooid. E
voel ik dat ik sterf in alles v
doe. Elke stap brengt mij
terbij, elk gebaar, elke adem
verhaast het walgelijk werk.
men, slapen, drinken, eten,
ken, dromen, alles wat Wij
is sterven. Leven zelf is sten
«O, je zult het we! merken'
je maar een kwartier nadenk
je het weten. Wat verwac!
nog? Liefde? Over enkele
zul je impotent zijn. En da;
Geld? Wat wil je ermee a
Vrouwen betalen? Geluk kt
Om veel te eten, zwaarlijvi
worden en hele nachten te 3
onder de jichtaanvallen? En
nog meer? Roem? Waartoe
de roem, die wij niet in de
van liefde kunnen oogsten?
En verder? Aan het eind sta
tijd de dood.
Ik zie hem nu zo dichtbi
ik vaak de neiging krijg d;
den uit te steken om hem a
weren. Hij bedekt de aar;
vervult de ruimte. Ik zie he:
al voor me. De dieren die
wegen worden verpletterd
lende bladeren, een grijs
van een baard van een «r.
doen mijn hart ineenkrimp
schreeuwen me toe, «Daar
weer!» J
«Hij vergalt me alles
doe, alles wat ik zie, wai
en wat ik drink, alles waarvj
houd, nachten met maat.
zonsopgang, de eindeloze zei'
glanzende rivieren, de geun
een zomravond, zo verrukke1'
te ademen!»
Hij liep heel langzaam,
enigszins, droomde hardr
leek haast vergeten, dat
der hem aanhoorde.
Hij ging verder, «En nooit'
een mens terug, nooit... Mej
waart de vormen in standh
men bewaart de indrukkf
dergelijke voorwerpen altij
roepen, maar mijn lichaam
gezicht, mijn gedachten en
verlangens zullen niet terug
En toch worden er miljoen!
boren, miljoenen wezens d
luttele vierkante centimeter;
neus, ogen, een voorhoofd
gen en een mond als ik be
die ook een ziel hebben zo
zonder dat ik zelf ooit wee
schijn, zonder dat ooit iet w
mij in herkenbare vorm teru
onder die talloze verschillen!
zens, oneindig veel versch[
hoewel zij toch vrijwel aan
gelijk zijn.
Waaraan zullen wij ons
'klampen? Tot wie onze wa
kreten richten? Waarin kunn
geloven?
«Alle godsdiensten zijn
met hun kinderachtige zejo
en hun zelfzuchtige beloften
staltig dom.
«De dood is de enige zek!
Hij bleef staan, greep Duri
beide handen bij diens ja
en zei nadrukkelijk,
«Denk over dit alles na
man, denk er dagen, m
jaren over na en je zult
staan op een andere maniel1"0
zien. Probeer je dus los fiu
ken van alles wat je vas
doe deze bovenmenselijke
levend weg te gaan uit je I.
uit je belangen en gedacht
de hele mensheid, om ver
kijken en je zult begrijpe
hoe weinig belang de twist
sen romantici en naturalistel
en hoe onbeduidend de :dfer'
over de begroting.» 'he
Vervolgt Nadruk vs
nd
nl