EL-AMI
tv-
kroniek
Guy de Kimieassant
DUITSLAND 1
16.00 Nieuws
16.05 Voor de kinderen
16.35 Jeugd 72
17.30 Swing in 4
17.55 Nieuws
18.00 Regions I nieuws
18.05 De tvielc 'ors
AVONTUREN ONDER ZEE
zaterdag 5 februari te 18u05
Terwfijil Indsay, een spediaal be
manningslid van de Seaview
hij is tegelijkertijd duiker en ge
teerde een geheimzinnige on
derzeese stralenbron test, stuit hij
op een vreemde donkere massa
met zijn iasorsstraal.
De massa komt plots met een
schreeuw tot leven en zend
schoksgewijze licht en geluidsgol
ven uit. Het vreemde wezen maakt
Lindsay duidelijk dat het aan
'boord van de Seaview wil. Een
argwanende Nelson Iaat Lindsay
'toch maar begaan. Hij verzekert
Nelson immers dat hij het wezen
onder controle kan houden in een
magnetisch veld. Maar, ééns in
ihiet laboratodium beland, begint
het monster zijn eisen te stellen
en valt de bemanning aan. Het
dreigt zich zelf meester te maken
van de kernreactoren.
10.40
Hier wad Heute
13.-5
Zijn jullie er allemaal
19.25
Pil er:, waard 'ge verhalen
20,03
Mieaws
20.15
Mainz: hoe het
zingt en lacht
23.15
Nieuws
KLEUR
gezond verstand om zichzelf te
redden en met te weinig om er
beter van te worden...
IK ZAG OOK GELUKKIGE
ZIGEUNERS
dinsdag 8 februari te 2lu05
In de grootste laagvlakte van
Europa, Panonia, leven temidden
van een vreemde smeltkroes van
verschuilende nationaliteiten en
goedsdiensten, ontelbare zigeu
ners: tussen Serviers, Hongaren
en Slovaken. Hun juiste aantal
kent men niet en hun integratie
vormt reeds eeuwen een probleem
en zal het ook nog wel een poos
je blijven. De Km verhaalt het le
ven van één van hen: Bora, han
delaar in pluimen, die, gehuwd
met een veel oudere vrouw, zo
vaak als dat maar kan, erop uit
trekt door heel Vojvodina. Op zijn
zwerftochten ontmoet hij het
meisje Tissa, jong; mcoi en zoals
DE WOUDLOPERS
maandag 7 februari te 18u05
Chub overreedt Maike om een
verlaten mijn te gaan verkennen.
Keeley waarschuwt hen echter het
'niet te doen, want de mijn is ge
vaarlijk. De jongens gaan toch en
tot hun grote verbazing vinden zij
er een niéuwe metaalzaag en zien
nog diéper 'iin een van de mijn
schachten een zwakke lichtschijn.
Zij vinden het verdacht en haasten
zich zeer buiten. Maar het nieuws
van hun ontdekking verspreidt zich
als een lopend vuurtje en komt
ook de plaatselijke winkelier ter
ore. En die weet heel goed hoe de
vork aan de steel zit, want in de
steel zit, want in de verlaten mijn
verbergen zich zijn neefje Sammy
een jonge delinquent, en een ge
routineerd gangster, Baryl.
EIKEN EN KONIJNEN
van M. Walser
maandag 7 februari te 20u35
Een «iffiiisleS'ter» onder Hitier
was een geacht' burger die zorg
vuldig zijn belangen in de wei-
vaartstraat beschermt. Een SS-
'dokter die proeven op gevangenen
heeft gedaan, neemt vroiijk zijn
'beroep weer op. Twee leraren, die
'tegenover elkaar sionden, verzoe
nen zich met elkaar wanneer het
er om gaat het koor dat ze diri
geren te laten triomferen. Tussen
al die figuren, die zich zo goed
weten te redden, staat een naive-
ling, in wie we eeen klein beetje
de anti-heid Schwaik herkennen
Alois Grub el, een main met genoeg
alle zigeuners zwerilustlg.
DE KLOP OP DE DEUR
donderdag 10 feb. te 20u25
De sociale onrust in Amster
dam bereikt een voorlopig hoogte
punt met het zogenaamde Paling
oproer (1886). Voor de familie
Craets verandert er nauwelijks
iets. Hun kinderen hebben alle zes
goede en minder goede eigen
schappen, maar over het alge
meen maken ze het best. Niet zo
best gaat het met Janus van Leen
indertijd de dienstbode van de fa
milie Fo'deweyn. Hij wordt tij
dens het ingrijpen van de politie
neergeschoten.
STERKEN
vrijdag 11 februari te 20u55
Felix lijdt aan een ongeneeslijke
ziekte. Hij is nog maar 30 jaar
oud en kan moeilijk de waarheid
onder ogen zien. Zijn maitresse
Marie wil na de dood van Felix
niet alleen blijven en zij besluit
samen met de geliefde Felix de
dood in te gaan.
Wanneer zij samen enkele da
gen vakantie doorbrengen, bele
ven zij wondermooie uren. Plots
breekt er een schakel in het lief-
denssnoer Felix en Marie ver-
vee:,* dm van mekaar. Hoe meer
het koppel uit elkaar groeit, hoe
groter het verlangen in Felix
vordt dat Marie toch met hem
zou sterven. Marie echter is een
andere mening toegedaan, zij
heeft de .vreugde in het leven her
ontdekt.
Duroy kwam naar voren terwijl
hij trachtte, ook zijn gezicht een
hoffelijke uitdrukking te geven en
hij knelde de hem toegestoken
hand van zijn gastheer veel te
krachtig in de zijne. Zodra ziij
waren gaan zitten wist hij niets
meer te zeggen.
De Marelle legde een blok hout
op het vuur en vroeg,
«Werkt u al lang in de journa
listiek?»
Duroy antwoordde,
«Nee, nog maar enkele maan
den.»
«Zo! Dan hebt u het al ver ge
bracht in die korte tijd.»
«Ja, tamelijk...» En hij begon
op goed geluk te praten, zonder
te denken bij wat hij zei, alle ver
sleten opmerkingen makend, die
uitgewisseld worden door mensen
als zij vreemden voor elkaar zijn.
Hij kwam nu tot rust en begon de
situatie heel boeiend te winden.
Hij keek de Marelle in het ernsti
ge en achtenswaardige gezicht,
kon een glimlach nauwelijks be
dwingen en dacht «Ik weet, dat je
vrouw je bedriegt, oude heer, ik
weet, dat je vrouw je bedriegt.
Een boosaardige innerlijke voldoe
ning maakte zich van hem mees
ter, de vreugde van de dief, die
zijn doel heeft bereikt, en niet
wordt verdacht, een venijnige ver
rukkelijke vreugde. Plotseling
overviel hem de lust, vriendschap
met deze man te sluiten en zijn
vertrouwen te winnen, om hem de
geheime kanten van zijn leven te
laten onthullen.
Mevrouw De Marelle kwam on
verwacht binnen, nam hen met
een lachende ondoorgrondelijke
blik op en begroette Duroy, die
haar In bijzijn van haar echtge
noot niet de hand durfde kussen,
zoals hij anders deed.
Zij gedroeg zich rustig en op
gewekt als vrouw, die zich in alle
omstandigheden thuis voelt, die
deze ontmoeting heel gewoon
vond in haar aangeboren en on
dubbelzinnige doortraptheid. Lau-
rine kwam binnen en stak Geor
ges heel wat bedaarder dan an
ders haar voorhoofd toe, alsof zij
geremd werd door de aanwezig
heid van haar vader. Haar moeder
zei, «Noem je hem vandaag geen
Bel-ami?»
Het kind kreeg een kleur, alsof
er een grove onbescheidenheid
was begaan, alsof er iets was ge
zegd, dat verzwegen had moeten
v/orden, alsof er een intiem en
enigszins schuldig geheim was
onthuld.
Toen het echtpaar Forestier bin
nenkwam schrokken zij van de
toestand van Charles. Hij was in
een week afgrijselijk mager en
bleek geworden en hoestte onop
houdelijk. Hij vertelde overigens,
dat zij nu op uitdrukkelijk bevel
van de dokter naar Cannes gin
gen en de volgende donderdag al
vertrokken.
Zij gingen vroeg naar huis en
Duroy zei hoofdschuddend,
Hij ijkt er slecht aan toe te
zijn. Ik vrees, dat hij met oud
wordt!» Mevr. De Marelle voegde
er bedaard aan toe, «Ja, hij is ten
dode opgeschreven. En dat een
man, die het geluk heeft gehad
een vrouw als de zijne te vinden.»
Duroy vroeg,
«Helpt zij hem vaak?»
«Zeg liever, dat zij alles doet.
Zij is van alles op de hoogte,
kent iedereen, al lijkt zij vrijwel
niemand te ontmoeten; zij krijgt
wat zij wil, zoals zij wij en wan
neer zij wil. Zij is handiger en lis
tiger dan wie ook. Een juweel van
een vrouw voor een man, die iets
bereiken wil.»
Georges zei,
«Zij zal v/el spoedig weer gaan
trouwen.»
En mevrouw De Marelle antwoord
de,
23
«Ja, het zou me niets verbazen
als zij al iemand op het oog heeft
een afgevaardigde..tenmin
ste... als hij niet... zie je... er
zouden misschien ernstige bezwa
ren zijn... morele bezwaren... Nu
ja, i'k weet het ook niet.»
De Mare'He mopperde traag maar
ongeduldig,
«Jij laat altijd zoveel van die
dingen doorschemeren, die me
niet aanstaan. Wij hebben ons
niet met andermans zaken te be
moeien. Ons geweten is in staat
om te leiden. Dit zou ieder zich
tot stelregel moeten maken.»
Duroy verliet hem met verwarde
gevoelens en vol vage plannen.
De volgende morgen bezocht
hij het echtpaar Forestier; zij had
den hun koffers vrijwel gepakt.
Charles, die op de canapee lag,
overdreef de matheid van zijn
ademhaling en zei enkele malen,
«Ik had een maand geleden al
moeten gaan!» Hij gaf Duroy nog
een lange rij aanwijzingen voor de
krant, hoewel alles al met de heer
Walter was geregeld.
Bij het afscheid drukte Georges
krachtig de handen van zijn
vriend en zei, «Tot binnenkort,
mijn beste, tot binnenkort!» Maar
toen mevrouw Forestier hem tot
aan de voordeur begeleidde zei hij
haastig, «Je bent onze afspraak
niet vergeten? Wij zijn vrienden
en bondgenoten, nietwaar? Als je
me dus nodig mocht hebben, voor
wat dan ook, aarzel dan niet. Een
telegram of een brief en ik kom.»
Zij mompelde, «Dank je. Ik zal
het niet vergeten.» Ook haar blik
dankte hem, maar op een inniger
en nog zachter manier.
Terwijl Duroy de trap afliep zag
hij De Vaudrec, die met trage
stappen naar boven klom. De
graaf leek somber gestemd
over het aanstaand vertrek mis
schien?
De journalist wilde geen wrok
tonen en groette hem nadrukke
lijk.
De graaf groette hoffelijk, maar
enigszins uit cfe hoogte terug.
Het echtpaar Forestier vertrok
donderdagavond.
VII
Na het vertrek van Charles was
Duroy op de redactie van La Vte
Francaise een man van heel wat
meer gewicht geworden. Hij on
dertekende enkele hoofdartikelen,
wat de baas wilde, dat ieder ver
antwoordelijk bleef voor zijn ko
pij. Hij voerde enkele polemieken
en hij deed het op geestige wijze.
Zijn voortdurende omgang met
staatslieden bereidde hem meer
en meer voor om op zijn beurt 'n
bekwaam en scherpzinnig redac
teur te worden.
Hij zag maar één wolk aan zijn
horizon. Deze bestond uit een
klein oppositieblad, dat hem voort
durend aanviel, of liever in hem
de redacteur van de gemengde
berichten uit La Vie Francaise, de
redacteur van de verbijsterende
gemengde berichten van de heer
Walter, zoals de anonieme schrij
ver 'in dat blaadje, La Plume, be
weerde. Dagelijks verschenen er
toespelingen, venijnigheden en
verkapte beschuldigingen van ve
lerlei aard.
Jacques Rival zeii eens tegen
Duroy, «Je hebt wel veel geduld.»
De journalist stotterde, «Wat
kan ik eraan doen? Van openlijke
beschuldiging is geen sprake.»
En op een namiddag kwam hij
de redactie binnen en Boisrenard
stak hem dadelijk een exemplaar
van La Plume toe.
«Er staat weer een onaange
naam stukje tegen u iin.»
«Hé, waarover gaat het nu
weer?»
«Nergens over eigenlijk. Over
een dame, die door de zedenpoli
tie opgepakt is.»
Georges nam de hem toegesto
ken krant aian en las, onder de
kop,
Duroy maakt grappen.
«De illustere verslaggever van
La Vie Francaise, deelt ons heden
mee,dat mevrouw Aubert, wier
arrestatie door een agent van de
weerzinwekkende zed en brigade
(foor ons werd gemeld, slechts Sn
onze verbeelding bestaat. De
vrouw in kwestie woont evenwei
aan de Rue de L'Ecureui! 18, in.
Montmartre. Wij begrijpen overi
gens maar al te goed, welk be
lang of welke belangen de agen
ten van de bank Walter kunnen
hebben bij het dienen van die var
de politieprefect, die hun handel
oogluikend toelaat Wat de ver
slaggever, om wie het hier gaat,
betreft, hij zou er beter aan -doer
ons een van zijn fraaie sensatie-
berichten te verschaffen, waarvan
hij het geheim kent: overlijdens
berichten, dii'e de volgende dag
worden tegengesproken, berichten
over veldslagen, die niet hebber
plaatsgevonden, vermelding var,
ernstige uitlatingen van staats
hoofden, die niets hebben gezegu
kortom al die inlichtingen die de
«winst Walter» uitmaken, of mo
gelijk een van die lichte onbe
scheidenheden omtrent de soi
ree's van vooraanstaande vrouwer
of omtrent de voortreffelijkhesd
van bepaalde produkten, die vo»x
sommigen van onze collega's zo n
rijke bron van inkomsten zrjn»
De jonge man was meer ont
hutst dan geergerd; h'ij begreep
alleen, dat er iin die regels iets
moest staan dat voor hem hoogst
onaangenaam was. Boisrenard
vroeg,
«Hoe kwam u aan dat bericht?»
Duroy dacht na, hij wist het
niet meer. Opeens schoot het hem
te binnen: «O ja, van Saint-Potin»
Hij las de regels in La Plume nog
eens over en nu kreeg hij eer,
vuurrode kleur, wccdcnd over ris
beschuldiging van omkoopbaar
heid. Hij schreeuwde, «Wat? Ze
beweren dat ik betaald wordt
voor.
Boisrenard onderbrak hem:
«Of ze dat doen. Het is ellen
dig voor u. De directeur 'is gevoe
lig op dit punt. Het kan zo ge
makkelijk voorkomen in die ge
mengde berlicten.
Juist kwam Saint-Potin binnen.
Duroy vloog op hem af en zei,
«Heb je dat bericht 'in La Plu-
me gelezen?»
«Ja, en i'k ben daareven bij die
mevrouw Aubert geweest.
Ze bestaat wel degelijk, maar
zij 'is niet gearresteerd geweest.
Dat 'is een loos gerucht.»
Dadelijk ging Duroy naar de
baas, die hij enigszins koel en
argwanend aantrof. Nadat hij de
uitleg had aangehoord antwoord
de Walter, «Gaat u zelf naar die
mevrouw en zorgt u voor een zo
danig dementi, dat men dergelijk»
dingen niet meer over u schrijft.
Ik bedoel dit: Het is heel verve
lend voor de kramt, voor m'ij er.
voor u. Evenmin als de vrouw var
Cesar mag een journalist zich ver
dacht maken.»
Duroy stapte met Saint-Potin
als gids in een rijtuig en piep de
koetsier toe, «Rue de I'Ecureuk
18, Montmartre.»
In een geweldig huis moesten
ze naar de 6e verdieping klaute
ren. Een oude vrouw in een wolier
jak deed hun open: «Wat wilt u
nu weer van me?» zei zij, zodra
ze Saint-Potin in het oog kreeg.
Hij antwoordde.
«Ik kom met meneer, die .in
specteur van politie 'is en graag
wil weten wat u is overkomen.»
Vervolgt Nadruk verboden