Houd uw stad rein t.v.distributie Aanwending "Filature du Canal,, door Postregie Steeds K.O.O. gehouwen in de kaltestraat Kunstschilder Jan van Campenhaut overleden Aalst zendt zijn zonen uit... Verleden jaar verscheen een degelijke studie onder de titel «Stamboek van Vlaanderen. 80 vooroudertafels van Vlaamse Koppen» Uitgave van Familia et Patria. Handzame 1971. Als stamboom nr 6 treffen wij daar aan LOUIS PAUL BOON, geboren te Aalst en wonend te Erembode- gem, zijn ouders en grootouders langs vaders en moeders zijde zijn allen van Aalst. Het verheugt ons dat onder die 80 Vlaamse Koppen er toch één Aalsterse Kop is om onze stad te vertegenwoordigen. Nu «Boontje» zestig geworden is hopen wij dat hij nog vele jaren van zijn rustgeld zal genieten, maar dan in volle aktiviteit Hij is immers onze beste ambassadeur in het Noorden. VALEER FRITS VANACKER (Aalst, 13 mei 1921) zoon van wij len de grote akteur en regisseur Fons Vanacker, werd onlangs be noemd tot hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Gent. Hij begon zijn loopbaan als leraar Nederlands en Duits aan het Atheneum te Gent in 1947. Ondertussen behaalde hij het doctoraat in de Letteren en Wijsbe- geert (1957) met de grootste onderscheiding. Zijn Proefschrift luidde «Syntaxis van de omgangstaal te Aalst en in het Land van Aalst in de XVe, XVIe en XXVIIe eeuw» het werd bekroond door de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde. Achtereenvolgens werd hij nu Assistent bij het Seminarie voor Nederlandse Taalkunde en Vlaamse Dialectologie aan de RUG (1960), geassocieerd docent (1961), en geassocieerd hoogleraar (1967), toegevoegd aan Prof. Dr. W. Pee. Tenslotte werd hij bij K.B. van 15 dec. 1971 benoemd tot gewoon hoogieraar en titularis van de leerstoel «Nederlandse taalkunde». Dr. V. F. Vanacker is o.m. corresponderend lid van de Kon. Com missie voor Toponymie en Dialectologie (1963), lid van de Kon. Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde (1964), lid van de staatsschappij der Nederlandse Letterkunde te Leiden (1966) en Voorzitter van de Kon. Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde voor het jaar 1967. Nog het zelfde jaar treed hij op als Voorzitter van de Sectie Nederlandse Taalkunde op het XXVIe Vlaamse Filo logencongres. Sedert 1968 is hij Ondervoorzitter van de Koninklijke Zuidnederlandse Maatschappij voor Taal- en Letterkunde en Geschie denis. Hij is ook Ondervoorzitter van de Belgische Kring voor Lin- guistiek sedert 1969. Een curriculum Vitae dat wel blijk geeft van degelijkheid en noeste werklust Onder de veelzeggende titel «Een triomf» verscheen onlangs een entousiaste bespreking over het werk van een oud-stadsgenoot; het artikel is van de hand van de Leuvense Prof. Herman Servotte. We zullen hier slechts een paar passages aanhalen. «Het werk is af. Voor mij ligt het vierde en laatste deel van de magistrale Shakespeare-vertaling van WILLY COURTEAUX. Daarmee hebben wij nu ook in onze taal een tekst die kan wedijveren met de beste vertalingen in andere talen. Courteaux werd om zijn volgehouden prestatie al zo vaak in de bloemetjes gezet, dat een nieuwe lofzang haast overbodig gaat lij ken. En toch! zijn Nederlandse tekst vloeit zo vlot, zo moeiteloos dat men gemakkelijk de moeilijkheden zou over het hoofd zien waar voor een vertaler van Shakespeare zich geplaatst ziet... Uit zijn behoedzame en genuanceerde inleidingen blijkt dat hij terdege vertrouwd is met de bevindingen van de Shakespeare- research en zelf een rustig en gemotiveerd oordeel kan vellen. Het is niet zijn geringste verdienste dat hij zijn geleerdheid zo onopvallend in inleidingen, noten en vertalingen weet te verwerken. Wie bij de lektuur van de Engelse tekst op moeilijkheden stoot, kan best deze Shakespeare-kenner raadplegen: hij zal er doorgaans worden geholpen...» En tot slot «Probeer meer eens om het bekende lied van Ariel- Where the bee sucks, there suck I (Tempest, V, 88) - behoorlijk in het Nederlands om te zetten. En bewonder dan wat Courteaux verwezenlijkt heeft I VANWEGE BURGEMEESTER M. DE BISSCHOP ONTVINGEN WIJ VOLGEND SCHRIJVEN Het verheugt me werkelijk dat het lezerspubliek van uw geacht blad interesse vertoont voor de reinheid van onze stad, dit be wijst dat nog iets gezond leeft bij onze stadsgenoten. Reeds verleden jaar stelde ik voor aan de leden van het sche pencollege een «Week van de rein heid» in de stad in te richten, doch hiervoor dienen eerst en vooral heel wat maatregelen ge troffen. De willekeurige vuilnisbelten, die op menige open ruimte ont staan hebben een dubbele oorzaak eerst de aanwezigheid van niet bebouwde ruimten, waar het on kruid welig groeit. Anderzijds de onmogelijkheid om oude niet bruikbare en waardeloze voorwer pen ergens kwijt te geraken. Hier om zou dit stadsbestuur dienen te zorgen dat ergens een stortplaats beschikbaar is, waar de bevolking van Aalst haar overlastige voor werpen kan storten. Mogelijk zou een kleine verbrandingsoven hier de oplossing zijn. In de stad volstaan de kleine afvalbakjes aan de signalisatiepa- len niet. Ruime bakken dienen voorzien, waar alle afval van pa pier en eetresten kunnen in gede poneerd. De stad dient ervoor te zorgen dat een regelmatige dienst deze bakken ledigt, misschien is hier een systeem met zakken die ineens kunnen weggenomen ook weeral de oplossing. Dit zijn slechts suggesties en dienen eerst onderzocht zowel fi- nantiee! als praktisch, door de hiertoe aangestelde stedelijke commissies en in laatste instantie door de gemeenteraad, die uitein delijk de beslissing treft. Eerst dan zal de politie stren ger kunnen optreden, alhoewel dit niet de oplossing is. Vooral de be volking dient mee tewerken en zich de nodige discipline op te leg gen om geen vuil meer op de straat te werpen, en de straten te helpen schoon houden. Ook op onze jeugd dient beroep gedaan, zij die toch regelmatig en met recht protesteert tegen lucht- en waterverontreiniging. Bodemver vuiling is ook een vorm van ver ontreiniging. Laat ons eerlijk zijn, doen wij niet een beetje als de koekoeken bevuilen we niet te veel ons eigen nest! De verenigde sekties van de gemeenteraad zullen op 4 mei as. vergaderen met de stedelijke kommissie voor T. V. distributie. Op de agenda Informatie over exploitatie en beheer door een vertegenwoordiger van Edas. De K.O.O. overweegt de af braak van de gebouwen aan de Kattestraat met uitzondering van de Kapel. De Kommissie wenst evenwel van de stad te weten wat de hui dige bestemming is van de gron den in de nabijheid van de te slo pen K.O.O. gebouwen. Zij heeft dan ook gevraagd dat het stadsbestuur op een plan de huidige en eventueel toekomstige bestemming van de De Ridder straat zou aanduiden ten einde eventuele kopers precies te kun nen informeren. De K.O.O. gaat inmiddels ak koord dat de stad de vroegere bak kerij afbreekt, ten einde een ver binding mogelijk te maken tussen de achterparking van het stadhuis (voormalige openluchtschouw burg) en de stedelijke bibliotheek lokalen. Vrij onverwachts overleed vorige week te Snaaskerke-Oostende, de bekende Aalsterse kunstschilder Jan van Campenhout. Een in zijn beste jaren tempera- mentsvolle kunstenaarsfiguur, in menig opzicht fel geengageerd aan het tijdsgebeuren tijdens de bewo gen jaren, voor tijdens en na de tweede wereldoorlog. Een memo rabele bijzonderheid uit de car rière van deze kunstschilder; In november 1963 exposeerde hij te Brussel en kreeg als onverwacht bezoeker de toenmalige U.S.A. vice-president L. Johnson, die on middellijk bekoord werd door het werk van V.C. en er enkele aan kocht. Enkele dagen later werd John son president na de moord op Ken nedy. Over de figuur en het werk van Jan Van Campenhout komen wij in onze volgende editie uitvoeriger terug. VOLKSVERTEGENWOORDIGER VAN HOORICK ONTVING HET HIERNAVOLGEND SCHRIJVEN VAN MINISTER ANSEELE In antwoord op uw brief van 6 april jl. ref. BK/P, heb ik de eer U te laten weten dat de studie van de inplanting van sommige dien sten van de Regie der Posterijen in bedoeld complex, nog aan de gang is. Naar ik van de bevoegde diensten evenwel mocht vernemen werden de voor de gemotoriseerde diensten van genoemde Regie bestemde nieuwe postwagens reeds in de lokalen van de „Filature du Canal» ondergebracht. Verder werd besloten dat volgende exploitatiediensten in aanmer king zouden komen voor geleidelijke overbrenging naar het gebouw on kwestie het archief van het Bestuur der Postchecks; het materieel bestemd voor de inrichting van filatelistische ten toonstellingen; het mobilair en materieel beheerd door het Centraal Bestuur en bestemd voor de uitvoeringsdiensten; het reservematerieel van het sorteercentrum Brussel X; het recuperatiematerieel voor restaurants en cantines beheerd door de Sociale dienst der Posterijen; het comptabiliteitskantoor Aalst 2 dat thans in het station tel Aalst 'over onvoldoende plaatsruimte beschikt. Voor wat de sortering van briefwisseling betreft worden volgende! maatregelen in uitzicht gesteld 1. Overbrengen van de huidige sortering bij vertrek van het kan-'J toor Aalst 1 en die de opbrengst omvat van de buslichtingea van de in de postkantoren van de agglomeratie afgegevef briefwisseling; 2. Centralisatie van de briefwisseling bij vertrek, aangevoerd door de omliggende postkantoren, in het kantoor Aalst 2, dat aldui opnieuw de rol van het vroeger secundair sorteerkantoor Aalst zou vervullen; 3. Het voorbehouden van de nodige ruimte om in moeilijke om standigheden een sorteerdienst voor drukwerken in te richtei ter ontlasting van andere sorteercentra. Het spreekt vanzelf dat, naargelang de noodwendigheden van d verschillende diensten, de nog vrijblijvende lokalen verder nuttig gebruik zullen genomen worden.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1972 | | pagina 16