De rechtsmachten in Aalst en de Denderstreek m 3 Op 14 en 15 juni jl werd op nieuw een mooie bladzijde geschre ven met betrekking tot het gezond rechtsherstel in Aalst en de Den derstreek, waarvoor sinds 1965 met zoveel kundigheid en doorzet tingsvermogen werd geijverd. Tijdens die zeven voorbije jaren moest opgetornd worden tegen on schuldige en begrijpelijke onwe tendheid vanwege het merendeel der parlementairen, dan weer te gen zeer lastige manoeuvres, soms dreigden inertie of moeheid onder de verantwoordelijken van de streek de actie te verlammen of het verweer te verwaarlozen, vaak ook moesten harde inspanningen worden geleverd, enkel om aanval len vanuit een gans onverwachte hoek te beantwoorden, zodat de ganse strijd om het behoud van Aalst als centrum van rechtsbede ling voor het gewest, alle ïngre-. dienten bevat om er een; waan epos over te scKrïjyerr, If Vooral tijdens de laatste drie jaren moest onze streek zich ver weren tegen de zonderlinge aan spraak van Oudenaarde om het kanton Ninove bij zich in te lijven hetgeen toch wel een onverwacht revindicatie was, onlangs door de volksvertegenwoordigers Van Hoo- rick en Willems nog terecht als "onbegrijpelijk» en «onaanvaard baar bestempeld. Een eerste maal werd de po ging ondernomen door twee volks vertegenwoordigers uit het naburi ge arrondissement Oudenaarde, Verroken en De Croo, samen met de Aalstenaar Vernimmen. Zij leg den op 21 mei 1969 samen een wetsvoorstel neer met het oog op het afhaken van het kanton Ninove van Aalst (gerechtelijk arrondisse ment Dendermonde) om het toe te voegen bij Oudenaarde. De toelich ting van dit voorstel heeft Vernim men niet meer medeondertekend. Het voorstel zou voor Ninove zelf, dat in eige.n stad zijn vrede gerecht en politierechtsmacht heeft een slechte zaak zijn. Ninove zou immers niet langer zijn rechts spraak op handels- en sociaal ge bied in Aalst behouden zoals dit sedert 1854 (sociale zaken) en 1858 (handelszaken) het geval is. Maar het zou voor het eerst sinds meer dan een eeuw voor deze za ken aangewezen zijn op het verre Oudenaarde (handelszaken met o.m. het handelsregister) of een afdeling van Oudenaarde te Zotte- gem (sociale zaken). Bovendien zou Ninove naar hetzelfde Oude naarde moeten voor een reeks bur gerlijke- en correctionele zaken (beroepen politierechter) die thans sinds de Gerechtelijke Hervorming in Aalst beslecht worden, ook voor Ninove. Als er te Ninove toch enkele voorstanders waren van het voor stel Verroken-De Croo, was het omdat dezen de stille hoop koes teren dat Ninove eens de kamer van de arbeidsrechtbank zou kun nen ontnemen van Zottegem, waar ze thans functioneert, om ze in Ninove te vestigen, eens Ninove bij het gerechtelijk arrondissement Oudenaarde zou behoren. Dit is het verlokkelijk argument geweest waarmee de twee hogergenoemde volksvertegenwoordigers van Ou denaarde - d.i. buiten het kiesar rondissement Aalst - de streek van Ninove trachten te winnen voor hun voorstel dat in de eerste plaats tot groter nut van Oudenaarde moest dienen. Het voorgespiegelde en twijfel achtige voordeel (de kamer van de arbeidsrechtbank ontnemen van Zottegem) woog bovendien niet op tegen het onbetwistbaar na deel dat Ninove voor al de rest (handelszaken, handelsregister, beroepe, politierechter, e.a.) naar Oudenaarde (35 km.) zou moeten in de plaats van naar Aalst (15 km.). Verder waren er enkele redenen - technische en politieke - die een wijziging van de huidige regeling (Ninove bij Aalst) onwaarschijn lijk maakten. Dergelijke wijziging zou om te beginnen indruisen tegen het ver langen van Ninove zelf. Want, zelfs als de kamer van de arbeids rechtbank zou afgenomen worden van Zottegem om ze te Ninove te vestigen, zou die maatregel nog steeds op een onvoldoende wijze beantwoorden aan de wens van de Gemeenteraad van Ninove die in zijn zitting van 27 februari 1970 had beslist dat enkel de overhe veling naar Oudenaarde gewenst wordt op uitdrukkelijke voorwaar de dat niet alleen een afdeling van de arbeidsrechtbank in Ninove zou zetelen, maar bovendien een af deling van de handelsrechtbank. Dergelijke wijziging zou ook in druisen tegen de belofte van Mi nister Wigny, gedaan vanop het spreekgestoelte van de Kamer van Volksvertegenwoordigers op 22 juni 1967 ten overstaan van de ondertekenaars van een toenma lig amendement strekkende tot de oprichting van een arrondisse mentsrechtbank te Aalst, welk amendement men bereid was in te trekken na de gedane belofte van Minister Wigny. De belofte luidde onder meer «...Ik bevestig U te vens dat een afdeling van de arbeidersrechtbank van Oudenaar de te Zottegem zal gevestigd wor den.. Deze vestiging te Zotte gem hield rekening met de organi satorische struktuur van sommige sociale instellingen. Met betrek king nu tot dit voorstel Verroken- De Croo, dat uiteindelijk de over plaatsing van een afdeling van de arbeidsrechtbank naar Ninove moest mogelijk maken ten nadele van Zottegem, leek het vrijwel uit gesloten dat men de belofte van de Minister van Justitie en de be weegredenen die tot grondslag dienden, zou negeren en ter zijde leggen. Het wetsvoorstel Verroken - De Croo was dus nadelig voor Ninove Het was het nog meer voor Zotte gem, die zijn kamer van de ar- deidsrechtbank hierdoor zou zien verdwijnen. Het voorstel Verroken-De Croo was ten slotte ook nadelig voor het gewest Aalst, dat met reden had gestreden voor een rechts macht die dicht bij de rechtson derhorigen gevestigd zou zijn en die, met de toezeggingen en de steun van de Ministers Wigny en Vranckx, toen reeds in de ruime gebouwen van de gewezen pupil lenschool van Aalst enkele afde lingen, secties en griffies omvatte, meer dan Aalst er sedert 7 maart 1800 ooit bezat. En het is niet uitgesloten dat hierin nog verbete ring kan komen, als men de toe lichting herleest in verband met de belofte van Minister Wigny Wat de afdeling van de burgerlijke rechtbank betreft, is het de bedoeling van al de burger lijke zaken te Aalst te laten be slechten, maar bovendien zou de Minister ook willen een aanvang maken met een afdeling van de kinderrechtbank en verder de be roepen van de politierechter te Aalst insgelijks te laten afhande len (is intussen gerealiseerd). De Heer Krings zou graag tot een volledige overheveling willen ko men, maar men kan zich best voorstellen dat het oprichten van een afdeling van de Rechtbank van eerste aanleg een verrichting is, die tot hiertoe in België nog niet is gebeurd en dat zij met ernstige moeilijkheden gepaard gaat. De Minister heeft dan ook aanvaard de modaliteiten van de ze inplanting met de belangheb benden van het gerechtelijk ar rondissement te bespreken. Maar het princiep blijft gehandhaafd...». Als verweer tegen het voorstel Verroken - De Croo ging op 10 maart 1970 in het stadhuis van Ninove een vergadering door waarop een delegatie van de Aalsterse Studiecommissie voor de Gerechtelijke Hervorming en een vertegenwoordiging van het kanton Ninove van gedachte wis selden over de vraag aan welk rechtsgebied het gerechtelijk kan ton Ninove best zou gehencht zijn; ofwel aan Aalst-Dendermonde, of wel aan Oudenaarde. De beide delegaties werden res pectievelijk geleid door dr. jur. K. Fransman, oud - volksvertegen woordiger en voorzitter van de Werkrechtersraad van Aalst, en door E. Milo, burgemeester van Ninove. Zij deelden het voorzitterschap van deze bijeenkomst waartoe was uitgenodigd, de vijf parlemen tairen van de kantons Aalst en Ninove, senator Coppens, volks vertegenwoordigers D' Haeseleer, Van Hoorick, Willems en Vernim men. Na een langdurige en grondige bespreking was het overgrote ge deelte van de aanwezigen het er over eens dat het gerechtelijk kan ton Ninove best bij Aalst-Dender- monde blijft om wille van de reële voordelen voor Ninove welke deze oplossing biedt. Het was volksvertegenwoordi ger Willems die, als lid van de kamercommissie van justitie, en kele dagen later de belanngen van Aalst, Ninove en Zottegem, dien de te verdedigen tegen de aan spraken van Oudenaarde. Het lukte dermate goed dat hij in het gelijk werd gesteld met 9 stem men tegen 3 en 1 onthouding. Hiermee leek deze kwade nacht merrie voorbij. Doch een jaar later werd een nieuwe actie tot ondersteuning van het voorstel Verroken-De Croo ondernomen, ditmaal vanwege de advocaten van Oudenaarde voor wie het vanzelfsprekend belang rijk is het kliënteel van het kan ton Ninove in Oudenaarde te krij gen. Zij gaven een brochure uit en stuurden deze naar alle parle mentairen. Dit noopte er Minister Vranckx toe de parlementairen van Aalst en Oudenaarde op22 juli 1971 bij zich te roepen om van gedachte te wisselen. Het eerste onderhoud bracht geen volledige klaarheid en, nog vóór de zaak kon afgerond wor den, kwam de vervroegde kamer ontbinding. Dit had voor gevolg dat het wetsvoorstel Verroken - De Croo hernomen moest worden, hetgeen meer en meer onwaarschijnlijk werd geacht, gelet op alles wat reeds was voorafgegaan. Maar het onwaarschijnlijke ge beurde. Ditmaal vonden Verroken- De Croo in de Ninovieter Waltniel, intussen opnieuw volksvertegen woordiger geworden, de plaatselij ke man om hen te steunen. In tussen ook was volksvertegen woordiger Willems overgegaan van de kamercommissie van justitie naar deze van binnenlandse za ken, zodat mede ingevolge het regionaal karakter van een aange legenheid als deze het voorstel Waltniel herneming van het voorstel Verroken-De Croo) een gemakkelijke meerderheid be kwam in de kamercommissie van justitie. Opnieuw moest dus het ver weer georganiseerd worden en, zoals dit sinds 1965 het geval was, was het weer de Aalsterse Studiecommissie voor de Gerech telijke Hervorming die de actie op gang bracht. Zij zond op 1 juni 1972 een nota naar Minister Vranckx en naar de parlementai ren van de bestuurlijke arrondis sementen Aalst, Dendermonde en Sint Niklaas, en drong er verder bij de plaatselijke politieke partij instanties die het voorstel niet hadden ondertekend, op aan dat zij de mening van de betrokken rechtsonderhorigen zou inwinnen en meedelen aan hun respectieve lijke kamerleden. Hieraan werd gevolg gegeven door alle aangezochte partijen, CVP, BSP, VU en KP. Het resultaat is intussen ge kend. Op een kranige wijze werd in de openbare zitting van de kamer van volksvertegenwoordigers op 14 juni jl. door de volksvertegen woordigers Van Hoorick en Wil lems, hierbij gesteund door de Dendermondenaar Duerinck, het verweer van de streek uitgebracht tegen het wetsvoorstel Waltniel. Leek de BSP-fractie het gemakke lijkst achter Van Hoorick te staan, omdat geen enkel socialist zich ten voordele van het voorstel Waltniel inzette, het zwaartepunt van de Aalsterse verdediging lag andermaal in het CVP-kamp waar volksvertegenwoordiger Willems het moest zien te halen tegen zijn partijgenoot Verroken, de man van Oudenaarde die als eerste en be langrijkste woordvoerder het voor stel Waltniel op de hem gekende, hardnekkige manier zou verdedi gen. Uiteindelijk is het voor ons ar rondissement Aalst allemaal best afgelopen. Om wille van het grote verzet vanuit onze streek, om wille ook van de ontreddering die het voorstel Waltniel zou teweegbren gen - een tweede maal gaat men alles overhoop werpen, zei Minis ter Vranckx - werd het voorstel op nieuw naar de commissie verzon den. CVP en BSP steunde deze regeling. Het is nog niet zeer dui delijk waarom de VU, nochtans goed aangespoord door volksver tegenwoordiger Van Leemputten en zelfs aangeschreven door sche pen De Neve, een andere stem ming uitbracht. Maar het voor naamste was toch dat een «on aanvaardbare- en onbegrijpelijke» zaak was vermeden. Misschien slechts voorlopig. Zo dat nog meer dan ooit de Aalster se Studiecommissie voor gerechte lijke Hervorming samen met de parlementairen waakzaam dienen te blijven. Men is dan ook onmid dellijk begonnen met nieuwe ver weermiddelen te bestuderen en uit te werken. AM se Studiecommissie voor de Gerechtelijke Her. arming.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1972 | | pagina 3