roniek 5 PLEASE SIR maandag 17 juli te 20u15 Na lang aandringen heeft Pot ter eindelijk een helper gekregen. Directeur Cromwell vindt dat hij nu genoeg toegevingen gedaan heeft, en een voorstel van David om op school seksuele voorlich ting te geven vindt geen genade. Grote verbazing als de assistent van Potter aankomt het blijkt een kleurling te zijn. Potter voelt zich gewichtiger dan ooit. De jon geman, Sidney, weet echter van aanpakken. Karweitjes die bij Pot ter maanden bleven aanslepen worden door Sidney in een mini mum van tijd gefikst. Dat gaat niet onopgemerkt voorbij en Pot ter voelt zich In het hoekje ge duwd THE WORLD OF HENRY ORIENT dinsdag 18 juli te 20u40 Henry Orient is een pianist met twijfelachtige begaafdheid maar die daarom zelf niet minder over tuigd is van zijn genialiteit. Zijn leven wordt plots overrompeld door tv/e uitbundige schoolmeisjes Valerie Boyd en Maria Gilbert, on afscheidelijk vriendinnen, wat enigszins verklaard wordt door het feit dat Valerie ietwat verwaar loosd- wordt door haar ouders. Isabel en Frank Boyd leiden na melijk een druk leven, van de ene reis in de andere. Het tekort aan geborgenheid en aanwezigheid voor hun dochter trachten zij dan maar te vergoeden door haar te overladen met attributen die haar de allures geven van een vroeg rijpe jongedame: een nertsmantel en dure kleren. NIXON TOCH NR. t !N U.S.A. De huidige U.S.A. president Nixon, zou volgens een opinie peiling (gallup) de meest populaire man in 't land zijn. Hier volgt een lijstje van tien aan de top van de populariteit: Nixon Biiiy Graham (een boete-prediker) Edward Kennedy oud-president Johnson Hubert Humphrey (gewezen vice-president en president schapskandidaat) Spiro Agnew (vice-president) Ralph Nader (de man die tegen de grote koncerns ageert) Paus Paulus VI Bob Hope (filmkomiek) George Wallace (leider van de segregationisten in het Zuiden). In deze lijst bevindt zich dus slechts één buitenlander, de huidige paus. Galiup heeft ook de resultaten van de opiniepeiling onder zocht inoien uitsluitend met de antwoorden van vrouwen zou zijn rekening gehouden. Dan komt als populairste persoon Edward Ken nedy uit de bus. Nog is Edward Kennedy de man als men zich be perkt tot de antwoorden van personen onder de dertig jaar. 1. 2. 3. 4. 5. 9. 10. MEDISCH CENTRUM woensdag 19 juli te 20u15 Gannon kan zijn oren nauwelijks geloven wanneer hij verneemt dat één van de schitterendste chirur gen van het hospitaal, dr Sangford simptomen van een ernstige kwaal zou vertonen. Het is echter een feit dat de arts de laatste tijd voor zijn operaties steeds meer af hankelijk is geworden van zijn as sistente, dr Carrie Benson. Gannon en Sangford raken het oneens over de diagnose van de inwendige kneuzingen van een pa tient, Carl Harris. De kloof wordt nog groter, wanneer Gannon insi nueert dat Sangford zelf best een geneeskundig onderzoek zou on dergaan. Gannon slaagt erin het vertrouwen te winnen van de pa tient, maar op het laatste ogen blik verandert de jongeman van gedachten. OP ZOEK NAAR DE BRONNEN VAN DE KUL donderdag 20 juli te 20ui5 Na de begrafenis van Livingsto ne in Westminster Abbey, neemt Stanley het besluit het werk van de grote ontdekkingsreiziger voort te zetten. Hij rust de grootste ex peditie uit die ooit door Afrika trok. Zijn dragers nemen zelfs de onderdelen van een boot mee, die aan het Victoriameer in elkaar zal gezet worden. Hij bereikt Bugun- da, waar hij koning Mutesa tot het christendom bekeert. Bij een schermutseling met de Bumbireh- stam blijkt weer eens dat Stanley een man is die niet op een men senleven kijkt. Men zegt van hem dan ook dat hij slaapt op een kussen doordrenkt met bloed. Zij viel voor hem op de knieen en snikte, «O, heb deernis met mij, eer waarde. Red mij, in Gods naam, red mij!» Zij hield hem bij zijn zwarte soutane vast om hem het ont snappen te beletten: schichtig keek hi) om zich heen of mogelijk een boosaardig of devoot oog die vrouw aan zijn voeten zag liggen. Hij besefte, dat hij niet van haar af zou komen en zei, «Sta op toevallig heb ik de sleutel van de biechtstoel bij me». Hij zocht in zijn zak en haalde er een ring met sleutels uit, koos de goede en liep haarstig naar de houten hokjes, de vuilnisbakken van de ziel, waar in de gelovigen hun zonden stor ten. Hij ging de deur van het mid delste binnen, die hij achter zich afsloot. Mevrouw Walter, die in de nauwe ruimte ernaast was ge vlucht, stamelde vurig, in de harts tochtelijke geestdrift van de hoop, «Zegen mij, vader, want ik heb gezondigd». Du Roy was het koor rondgelo pen en nam een kijkje in de lin ker zijbeuk. Halverwege stuitte hij op de dikke kale man, die nog altijd met afgemeten pas rondliep Hij vroeg zich af, Wat zoekt die kerel hier toch? De wandelaar had zijn pas in gehouden en keek Georges aan met het kennelijk verlangen, een praatje te beginnen Hij groette dan ook en vroeg heel beleefd, «Neem me niet kwalijk, meneer dat ik u lastig val, maar zoudt u me kunnen zeggen, in welke perio de deze kerk is gebouwd?» Du Roy antwoordde. «Ik zou het werkelijk niet we ten, maar ik denk, zo'n twintig tot vijfentwintig jaar geleden, ik kom hier voor het eerst, ziet u». «Ik ook. Ik had de kerk nog nooit gezien». De journalist, die belangstelling kreeg merkte op, «U bezichtigt haar anders heel zorgvuldig, geloof ik. U bestudeert alle details». De man zei berustend, «Ik bestudeer niets, meneer; ik had hier met mijn vrouw afgespro ken, maar zij is veel te laat». Hij hield opeens zijn mond en ging even later verder, «Het is vervloekt heet buiten». Du Roy keek hem beter aan, vond dat hij een fatsoenlijk gezicht had en verbeeldde zich opeens, dat hij op Forestier leek. «Kom u uit de provincie?» vroeg hij. «Ja, uit Rennes. En u, meneer, bent u uit belangstelling deze kerk binnengegaan'» «Nee. Ik wacht ook op een vrouw». De journalist groette en liet de man staan, een glimlach om zijn lippen. Toen hij de hoofdingang naderde lag de arme vrouw nog altijd op de knieen te prevelen. Hij dacht, Drommel, die weet wat bidden is! Het onroerde hem niet meer, hij had geen medelijden meer met haar. Hij liep haar voorbij en wandel de de rechter zijbeuk weer in, w aar mevrouw Walter zich be vond. Hij tuurde van ver al naar de plaats waar hij haar had achter gelaten, Toen hij haar niet zag, meende hij zich in de pilaar te hebben vergist, liep door tot aan de laatste en keerde terug. Zij was zeker weggegaan! Hij werd woe dend. Maar daarna bedacht hij, dat zij mogelijk naar hem zocht en nog eens liep hij de kerk rond. Hij vond haar niet, ging terug naar de stoel die zij gebruikt had en bleef zitten wachten, in de hoop dat zij bij hem zou komen. Al gauw trok een vaag stem- gerucht zijn aandacht. Hij had in 51 dat deel van de kerk niemand ge zien. Vanwaar kwam dat fluiste ren? Hij ging op zoek en ontdekte in de kapel de deuren van de biechtstoel. Uit een van de hokjes kwam een tip van een japon te voorschijn, op de kerkvloer liggend Hij bekeek de vrouw aandachtig. Hij herkende haar. Zij biechtte!... Het liefst had hij haar bij de schouders gegrepen en uit dat hokje gesleurd. Maar hij dacht. Nu is het de beurt van de kapelaan, morgen is het de mijne. En hij ging bedaard tegenover de biecht stoel zitten en wachtte zijn tijd af, inmiddels grinnikend om zijn avon tuur. Hij moest lang wachten. Einde lijk stond mevrouw Walter op. keerde zich om, zag hem en kwam naar hem toe. Haar gezicht stond kil en streng. «Meneer» zei ze, «ik verzoek u, niet met mij mee te gaan, mij niet te volgen en niet meer alleen bij mij op bezoek te komen. U zult niet worden ontvangen. Adieu!» En waardig stevende zij wen. Hij liet haar gaan, hij huldigde het beginsel, dat men de dingen op hun beloop moet laten. Toen de kapelaan op zijn beurt uit zijn hokje te voorschijn kwam, nog enigszins onder de indruk, schoot hij de man aan, keek hem recht in de ogen en snauwde hem toe, «Als jij geer, jurk aan had zou ik je een beste klap in je lelijke smoel geven». Hij kerde zich cm en ging flui tend de kerk uit. In de hoofdingang stond de dik ke man, het wachten moo gewor den, met zijn hoed op en zijn han den op de rug het grote plein en de erop uitkomende straten af te turen. Toen Du Roy hem voorbijliep groetten zij eikaar. Opgeruimd ging de journalist naar La Vie Franqaise. Bij zijn binnenkomst al merkte hij aan de zenuwachtige drukte van de ver slaggevers, dat er iets bijzonders aan de hand was en hij liep dade lijk door naar de kamer van de directeur. Meneer Waiter stond ge jaagd en in brokken van zinnen een artikel te dicteren en gaf tus sen twee alinea's opdrachten aan zijn verslaggevers, die hem om stuwden, verstrekte Boisrenard aanwijzingen en maakte brieven open. Zodra Du Roy binnenkwam riep hij verheugd, «O, geiukkig, daar hebben we Bel-ami!» Hij zweeg plotseling min of meer beschaamd, en verontschul digde zich. «Neem me niet kwalijk, dat ik u zo genoemd heb, maar de zaken groeien me over het hoofd op het ogenblik. En ik hoor u door mijn vrouw en dochters van 's morgens vroeg tot 's avonds iaat Bel-ami noemen, zodat ik het zelf ook al ga doen. U vindt het toch niet erg?» Georges begon te lachen. «Allerminst. Ik vind het lang geen onaardige bijnaam». Walter ging verder, «Prachtig, dan noem ik u ook Bel-ami, net als iedereen. Er zijn grote veranderingen op til, tussen twee haakjes. Het ministerie is gevallen op een stemming van driehonderd tien tegen honderd en twee. Onze vakantie is weer voor onbepaalde tijd uitgesteld en het is inmiddels 28 juli. Spanje is woedend over Marokko en dat heeft Durand de l'Aine en zijn trawanten de das omgedaan. We zitten er tot over de oren in. Mar rot is met het vormen van een nieuw kabinet belast. Hij neemt generaal Boutin d'Acre voor Oor log en onze vriend Laroche-Mathie voor Binnenlandse zaken, als pre mier van de ministerraad. Wij zul len een semi-regeringsblad wor den. Ik ben aan het hoofdartikel bezig, een korte beginselverklaring om de ministers de weg te wijzen» Glimlachend ging hij verder, «De weg, die zij wensen te vol gen natuurlijk. Maar ik moet nog iets boeiends hebben over de kwestie Marokke, iets dat actueel en sensationeel is, ik weet niet hoe ik het precies moet zeggen. Wilt u daarvoor zorgen». Du Roy dacht even na en zei, «Ik weet al iets. Ik zal u een ar tikel leveren over de politieke toe stand in onze gehele Afrikaanse kolonie, met links Tunesie, in het midden Aigerije en rechts Marok- ka, met de geschiedenis van de volken, die dit grote gebied bewo nen, en een relaas omtrent een tocht naar de Marokkaanse grens tot aan de grote oase. Figuig, waar nog geen Europeaan een voet heeft gezet en die oorzaak is van het huidige conflict. Heb u daaraan iets?» Walter riep, «Voortreffelijk! En de titel «Van Tunis tot Tanger» «Schitterend». Du Roy ging op zoek in het Ar chief van La Vie Franqaise naar zijn eerste artikel Herinneringen van een cavalerist in Afrika, dat onder een andere titel en naar be- hoekte gewijzigd uitstekend ge schikt zou zijn voor het doel, daar de koloniale politiek erin ter spra ke kwam zowel als de Algerijnse bevolking en een uitstapje in da provincie Oran. Binnen drie kwartier had hij zijn artikel voltooid, aangepast aan de nieuwe omstandigheden, door en door actueel en doorspekt met lofuitingen op de nieuwe regering. Na het artikel te hebben gele zen verklaarde de directeur, «Voortreffelijk.voortreffelijk. voortreffelijk. U bent een kostbare kracht. Mijn complimenten». Du Roy ging naar huis voor de avondmaaitijd, zeer tevreden over de afgelopen dag ondanks zijn ne derlaag in de Trinité, want hij voelde wel, dat deze niet blijvend was. Zijn vrouw wachtte gejaagd op hem. Zodra hij binnenkwam riep zij, «Weet je al, dat Laroche mi nister van Buitenlandse zaken is?» «Ja, ik heb zelfs al een artikel over Algerije geschreven naar aan leiding daarvan». «Wat voor een artikel?» «Je kent het wei, het eerste dat wij samen hebben geschreven «Herinneringen van een cavalerist in Afrika» herzien en aan de om standigheden aangepast». Zij glimlachte. «O. ja, dat is uitstekend ge schikt» En na even te hebben nage dacht, voegde zij eraan toe, «Ik herinner me dat je aan een twee de artikel bezig was, dat je... niet afgemaakt hebt. Wij zouden het nu kunnen schrijven. Dan krijgen we een aardige actuele serie~>. Hij antwoordde, terwijl hij ach ter zijn soep ging zitten, «Uitstekend. Geen enkele be zwaar meer, nu die arme bedrogen Forestier de pijp uit is». Haastig antwoordde zij op bit se gekwetste toon, «Die grap is meer dan mis plaatst en ik verzek je, ermee op te houden. Dit heeft nu iang ge noeg geduurd». Juist wilde hij spottend antwoor den, toen hem een telegram werd gebracht met een inhoud van één zin en zonder ondertekening. Ik was mezelf niet. Vergeef me en kom morgen om vier uur in Pare Monceau». Vervolgt Nadruk varboden

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1972 | | pagina 10