KARNAVALFEESTEN 1973
Poiiiierfiglement
betreffende tiet verkeer
DE BENDE VAN
JAN DE LICHTE
LOUIS PAUL BOON
Wedstrijd Karnavalaffiche
Bouw
vergunningen
52
startskoerier
PROGRAMMA
vrijdag 12 januari: DRIEKONINGENFEEST
maandag 29 januariPERSKONFERENTIE
zaterdag 10 februari VERKIEZING PRINS KARNAVAL
zendag 4 maart45e KARNAVALSTOET
maandag 5 maart14e MASSA-AJUfNENWORP
2e RONDGANG VAN AL DE AALSTERSE
GROEPEN
dinsdag 6 maartDAG VAN DE VUIL JEANETTEN
VERBRANDEN VAN VASTENAVOND
Bij besluit van de heer Burgemeester genomen op 7 november
1972 is
1) op 11 november 1972 het verkeer in de Lange- en Korte Zout-
straat in beide richtingen toegelaten tussen 7 en 15 uur.
Op dezelfde datum en van 0 tot 15 uur is het stationeren in
voornoemde straten verboden.
2) tijdens de braderie van de Hoogstraat, die doorgaat op 9, 10
en 11 november 1972 is alle verkeer doorheen deze straat
verboden.
3) de inbreuken op dit reglement worden gestraft zoals voorzien
bij artikel 29 van de wet betreffende de poltie op het wegver
keer.
STAD AALST
Zal de dienst verzekeren voor dringende gevallen zo de
huisdokter afwezig is.
zaterdag 11 november vanaf 8 u 'smorgens tot zondag 12 novam
ber te 8 u 's morgens
Dr. G. GOUBERT, Koningin Astridpark 6 Aalst Tel. 212.56
zondag 12 november vanaf 8 u 's morgens, woensdagnamiddag 1!
november na 20 u tot en met vrijdag 17 november
Dr. DE GRAEVE, Zavelbaan 27 Aafst Tel. 257.48
STAD AALST
De apotheken der stad zijn gedurende de week open van 8u3(
tot 12 u en van 13u30 tot 19u00
•■Na 21 uur wordt er een hoogdringèndheidshonorarium gevraagi
"an 46 fr»,
zaterdag 11 november vanaf 8 u 'smorgens tot zondag 12 novem
ber te 8 u 's morgens
Apoth. VAN ROY, Ververijstraat 9 Aalst Tel. 218.90
zondag 12 november vanaf 8 u 's morgens
en nachtdienst gans de week
Apoth. SCHEIRLINCKX, Naarstigheidstraat 57 Aalst - Tel. 263.9!
Opnieuw wordt een wedstrijd uitgeschreven voor het beste on
werp «affiche karnaval 1973»». Het reglement is verkrijgbaar op
receptie of bureau 1, stadhuis Aalst (tel. 053/257.51).
Ook Tineke heeft de vrouw van
Faviel herkend en zou in een snel
le en schichtige beweging willen
opspringen - opspringen en weg
rennen - want hij weet wat er gin
der in het Brekelbos werd beslist.
Doch zomaar aan het lopen gaan
omdat er een vrouw van de ben
de nadert, neen, dat kan hij niet
Daarvoor is hij te groots van her-
te, te hoogmoedig. En liever blijft
hij zitten, om onder zijn gewone
bravoure zijn doodsschrik te ver
bergen, en het hamerende hart tot
bedaren te brengen.
Faviels vrouw blijft staan, en
schopt heel even tegen de toege-
knoopte neusdoek. Er rinkelt geen
geld, er is niets hards in dat bij
voorbeeld zilverwerk zou kunnen
zijn. Neen, alleen een stuk brood,
waar hij daarjuist van wegge
scheurd heeft, en dat hij nu, hon
gerig, eenzaam, aan het verslin
den is. En Judoca, de vrouw van
Faviel, schopt er een beetje har
der tegen aan.
«Oei, ik schop nu nog tegen uw
bedelzak, Tineke!» zegt ze hoon
lachend.
De bedelzak... het is de waar-
heid Tineke weet het meer dan
genoeg. Reeds dagen en dagen
zwerft hij nu rond in de beide
Vlaanderen, en steeds om het Bre
kelbos heen, waar hij weet dat er
feest wordt gevierd. Feest, terwijl
hij honger heeft, terwijl al zijn
diefstallen mislukken - mislukken,
doemnis - zodat hij zich ellendig
en miserabel voelt. Zodat hij, voor
de eerste keer in zijn leven, is
moeten aankloppen aan een hof
stede en een aalmoes vragen. Zo
dat hij, doemnis, een vaderons
heeft moeten bidden om een stuk
VERVOLGT
brood te kunnen krijgen,
«Drink een slok, Tineke... Het
zal beter binnenspoelen zegt
Judoca.
En ze wijst naar het water van
de rivier, waar Tineke met de voe
ten inzit. Ja, deze berooide Tineke
aan haar voeten, het is voor haar
een grappig schouwspel. Maar
voor Tineke zelf, die daar neerzit,
is het een wreedaardig spel dat
er met hem gespeeld wordt. Het
is hem honen en kwetsen dat men
doet, vooraleer hem genadeloos in
de dood te jagen. Het is met hem
spelen gelijk een kat met eenmuis
Ja, een kat is zij, dat wijf. En hij
is een berooide eenzame muis van
een Tineke.
En zie, wat hij gevreesd heeft,
wat hij reeds met zijn fijne neus
geroken heeft, dat bewaarheidt
zich daar verschijnen Lange Ga
briel en Vagenende. Tineke wordt
grauw in het gelaat, en de be
knabbelde korst brood blijft hem
gelijk een steen in de keel steken.
Het is met Tineke afgelopen.
Zijn leven is een kaartspel ge
weest, en hij heeft slechte kaar
ten in handen gekregen. Nu is het
Van Wilderode Dirk, Lange
Zoutstraat 30 Aalst, uitbreiden
winkel Lange Zoutstraat 30.
De Bundel Leon, Geraardsberg-
sestraat 147 Aalst, verbouwen bij
gebouw Geraardsbergsestr. 147,
Van den Bremt Frans Brouwe
rijstraat 71 Aalst, bouwen woning
Leopoldlaan.
Vijverman Eric Eug. Bosteelstr.
7a Aalst, bouwen woning Oude
Heirbaan.
Verdickt Gilbert J. Meganckstr.
28 Aalst, bouwen villa Oude Heir
baan,
Huylebrouch Isidoorj Pijpen-
beekstraat 42 Nieuwerkerken,
bouwen appartementsgebouw
V.K.A.J, MIJLBEEK
Worden gezocht
Alle jonge arbeiders en arbeid
sters tussen de 14 en 25 jaar.
Er dreigt gevaar in de werksi
tuatie van 626.194 jonge werkne
mers.
Ook U bent een van die 624.194
Ook U loopt gevaar indien niet
tijdig ingegrepen wordt.
Ook U wil als mens behandeld
worden.
Daarom dringende hulpverle
ning gevraagd. Met V.K.A.J. Mijl
beek gaan we het dossier 626.194
bespreken.
Samen komen wij tot achtie op
Donderdag 15 november te 8 u.
V.K.A.J. lokaal Moorselbaan
(school)
Merckx Veerle
spel uit. En het stuk steen... neen
het stuk brood dat hij nog in han
den heeft, valt uit machteloos ge
worden vingeren in het water van
de rivier. Beter ware het als hij
nu de moed had zich te verdrin
ken, nu dadelijk dan een veel wre
dere dood in de handen van Va
genende te ondergaan.
En zie, ze staan reeds om hem
heen, ze zetten zich neer. Zodat
hij, met de doodsangst op het lijf,
gaat denken ze zetten zich aan
weerskanten van mij neer, zodat
ik hun niet meer zal kunnen ont
snappen.
En ook in hunne woorden, in
hunne schampere en spotzieke
woorden zoekt hij toespelingen,
steken onder water, die van een
gruwelijke wreedheid getuigen.
Het Appelke laat zich ontvallen
dat zij opstappen naar Santber-
ghe, Maar almeteens breekt hij
zijn zin af... hij is jong en oner
varen, en bedenkt, reeds een wei
nig telaat, dat Tineke misschien
niet mag weten hoe zij deze
nacht nog de paster van Santber-
ghe een bezoek gaan brengen.
«Ja, we gaan naar Santberghe.»
NADRUK VERBODEN
zegt Lange Gabriel... «Stapt ge
mee, Tineke? Hebt ge lust in een
fles wijn om dat droge brood door
te spoelen?»
En Tineke blijft asgrauw in het
gelaat. Hij aanziet het alles nog
steeds ais meer verfijnde Kwellin
gen, vooraleer men hem definitief
gaat vastgrijpen. Doch als zij om
die vraag van Gabriel een weinig
ruzie beginnen krijgen, als Vage
nende zegt dat hij niet graag met
Tineke ergens inbreekt, dan... o
God, o Godomme, begint er stil
aan een klein vlammetje van wat
hoop in zijn hart te smeulen. Mis
schien waren Vagenende en de
anderen niet in het Brekelbos.
Misschien weten ze nog niet eens
dat hij een vogel-vrij verklaarde is
een uitgestotene een rat die men
doodtrappen mag
En hen nog steeds waakzaam
beloerend, argwanend elke woord
speling aanhorend, stapt Tineke
mee op langs de kronkelende ri
vier. En zo hebben ze dan de
nacht opgewacht en zijn ze bij de
paster van Santenberghe gaan in
breken. En dan, immer doorge
stapt zonder omzien, om ergens
aan een eenzaam en godvergeten
s
s
stuk grond de buit te delen i
Het zijn allen vertrouwden ei 'J
beproefden, en ze denken er nie -
aan de bende voor een oortje ti L
bedriegen het deel van Jan di
Lichte wordt eerst en vooral ter
zijde gelegd, en daarna delen zi p
de rest onder elkaar. En het i
misschien het schoonste van hu -
historie niet, maar dat verdele 1
gaat gepaard met ruzie en arr
bras. Er wordt gezeurd en bedrc
gen, afgedongen, gelogen en gr
zwetst om het grootste part i
handen te kunnen krijgen.
Daar is eerst en vooral het Ap
pelke dat maar een heel kleinst
deel krijgt omdat hij... och,
zijn wel honderd redenen voor di
waarom aan te halen, maar d
voornaamste reden is, dat hij d
zwakste is, In het oerwoud, in di
ze en in alle komende maatschai
pijen, en ook in de dievenbend
van Jan de Lichte verdringt d
sterke de zwakkere. En het A|
pelke protesteert niet. Met zie
koest te houden gaat hij iets va
de buit krijgen, met ruzie te mi
ken en er vandoor te trekken zi
hij integendeel niemendal hebbel
En dan, nadat men het Appelk
bedrogen heeft, zoekt men eei
nieuw slachtoffer. En Tineke ji
dasserig aankijkend, zegt Lang
Gabriel «Spijtig dat we die hoo
daar aan Jan de Lichte moete
geven!»
En Tineke gromt. Tineke wend
en keert zich ongeduldig waar k
daar zit, zijn deel haast in hand!
hebbende. Liefst zou hij het on'
vangen om er zohaast mogelij
mee vandoor te gaan. Verweg val
onder hun ogen en uit hun hal
den moet hij zijn.