TE AALST
ANDRE DELVAUX
NOTITIES
Interkommunale
Barbarakamef fe Aalst
In feest
KFL AALST
Jan De Ridder versrsmerkt
OM EN BIJ EEN
APPLAUS NA EEN
KERSTNACHTMIS
Ter gelegenheid van het zilveren
jubileum van KFL-Aalst werd An
dre Delvaux bereid gevonden om
zelf zijn film «Rendez-vous a
Braye» te komen inleiden op 10
januari 1974 te 20 u. in de film
zaal van het Sint Jozefscollege.
Pontstraat 11 en Hoogstraat.
Delvaux is een van onze beste
kineasten van het ogenblik, iemand
die ook in het buitenland gewaar
deerd wordt. Wij menen dan ook
dat het filmminnend publiek van
onze stede hem zeker zal hulde
brengen op 10 januari.
Hierbij een overzicht van de rij
ke carrière van Deivaux.
André Deivaux werd op 21.3.1926
te Heverlee geboren. Studeerde
van 1945 tot 1952 Germaanse filo
logisch Instituut van de Vrije Uni
versiteit van Brussel. Volgde kur-
sussen piano en kompcsitielecr
aan het Konservatorium aldaar.
Leidde kursussen over filmopvoe
ding, bestemd voor leraars van het
Rijksmiddelbaar onderwijs, ook
een jaarlijks seminarie van de stu
die van de filmtaal aan het Socio
logisch Insituut van de Vrije Uni
versiteit te Brussel. Geeft sinds
1963 kursussen in filmtaal en -re
gie aan het Institut National Su
périeur des Arts du Spectacle
(INSAS) te Brussel.
Zijn eerste filmwerkstuk verwe
zenlijkte hij in 1957 met enkele
vrienden«Staal». Een poëtische
documentaire bedoeld als eksperi-
mc-nlt'.-fcn met de montage. In
1960 maakt hij voor de RTB vier
televisieprogramma's over Fellini.
In 1932 draait hij een soort di-
daktische speelfilm over een on
derwijsprobleem «Le temps des
écoliers» (Haagschool). Het was
een opdracht van het Ministerie
van Nationale Opvoeding en ook
een kans om speelfilmtechnieken
in te oefenen.
In datzelfde jaar verwezenlijkt
hij vijf RTB-televisieprogramma's
over Jean Rouch. In 1964 worden
het negen RTB-te!evisie-uitzendin-
gen over de «Poolse kinema», die
te Bergamo werden bekroond.
In 1965 is hij klaar met zijn
langspeelfilmdebuut, een produktie
van de BRT en het Ministerie van
Kuituur:«De man die zijn haar kort
liet knippen». «Achter het scherm»
zijn zes televisie-uitzendingen die
in 1966 werden gemaakt en gewijd
aan het filmberoep naar aanleiding
van «Les demoiselles de Roche-
fort» van J. Demy. Delvaux' twee
de lange speelfilm «Un soir, un
train» is een Franse produktie
(1957-1968).
In 197-1 komt dan «Rendez-vous
a Braye» klaar, film die op het
Festival te Berlijn vertoond werd.
TOEN in 1959 het Aktiekomitee
voor Ekonomische zaken werd op
gericht, verstrekte de ploeg Moyer-
soen-Saeys-Van Nuffel regelmatig
die informaties aan de pers waar
op de publieke opinie recht heeft.
Een kontakt dat jarenlang positie
ve effekten tot gevolg had en uiter
aard een kritische ingesteldheid
vanwege de pers t.o.v. bepaalde
opvattingen inzake de regionale
expansie niet uitsloot.
Aanvankelijk hield ook de Inter
kommunale Land van Aalst haar
deuren open voor de perslui.
Om ons niet-duidelijke redenen h
digt men aldaar sedert een pa
jaren een gans andere opvattir
die in feit neer komt op een bla<
out.
Het zijn niet de summiere ge<
vens vervat in een sporadische
vage persnota die een perciez
beeld kunnen geven van de akti
teiten van de grote onbeken
welke de Interkommunale voor
zelfde publieke opinie is. Men z
er eens een regionaal opinieondi
zoek moeten over wagen.
Inmiddels is het zo dat elk direk-
tielid, elk lid van de algemene ver
gadering naar aanleiding van tal
van initiatieven en aktiviteiten ZIJN
waarheid verkondigt. Dat was in
een recent verleden bv. het geval
n.a.v. de projekten in verband met
industrie en huisvuüverwijdering.
De kans is niet gering dat ander
maal misverstanden aan bod zul
len komen nu Waterzuiveringssta
tions in het arrondissement meer
en meer op de agenda's staan.
Als de (nterkommunalelieden, met
inbegrip van de Aalsterse afge
vaardigden, van oordeel zijn dat
zij de pers best negeren is dat
hun zaak.
Maar men is natuurlijk niet v<
pückt die houding van de Int<
kommunaie voor lief te nemen.
En a propos, zij de Interkommun
le gelieve dan ook geen uitzone
ringen meer te tolereren, wat
concreto betekent dat een direi.t
lid nog langer gebruik maakt v,
zijn mandaat om regelmatig vo
zijn lijfkrant een «exklusief» v«
slag te publiceren.
Er is geen enkel bezwaar dat i
Interkommunale deze feitelijke d
kriminatio t.a.v. andere krante
nationale en regionale eens nad
toelicht.
Op zaterdag 12 januari 1974
verzamelen de ghesellen van de
«ConincIJycke Aloude Camere van
Rhetorycken binnen Aelst» in het
Groen Kruis yoor hun jaarlijks
«teerfeest».
Bij deze gelegenheid ontvangt
ghesel Jan De Ridder uit de han
den van Burgemeester De Bis
schop «De zilveren medaille van
Leopold II» bij Koninklijk Besluit
van 16.10.1973 aan deze verdien
stelijke Barbarist toegekend om
wille van zijn méér dan veertig
jaar toneelaktiviteit.
Vooraf - te 18u30 wordt de
gevierde samen met de Raad der
Camere ontvangen op het Kabinet
van de Burgemeester, waar hij
door het Stadsbestuur zal worden
gehuldigd.
Inderdaad, méér dan vier decen
nia staat Jan De Ridder - in de
kamermiddens nogal eens «nonkel
Jan» genoemd - in de bres voor
«zijn toneelbond. Herhaaldelijk
evolueerde hij op de planken in
kleinere rollen en als animator tus
sen de figuranten.
Zijn grootste verdiensten ver
wierf hij echter als onvermoeibaar
decorbouwer en organisator van
een keurig verzorgde zaaldienst.
Vóór het abonnementensysteem
tot zijn voile uitbouw gekomen
was', ontpopte hij zich tot een kam
pioen in de voorverkoop van en-
treekaarten. Hoewel reeds jaren
ere-proviseerder, kan men hem nog
steeds aantreffen in de schouw
burg om het publiek een passende
ontvangst te helpen bezorgen.
Als «nonkel Jan» is hij nog
evenzeer als - om niet te zeggen
nog meer dan vroeger - begaan
met de goede geest in de Kring en
zet hij zich onverdroten in om het
gezelschapsleven te bevorderen.
Zovele jaren edelmoedige inzet'
in dienst van de Barbarakamer
wettigt dan ook tenvölie de hoge
onderscheiding die Jan te beurt
valt.
Samen met zijn broer Jozef en
zijn eiiaas te vroeg verscheiden
broer Leo, heeft hij de naam De
Ridder onafscheidelijk verbonden
aan de Barbarakamer-Arbe-d en
Kunst Aalst.
Wij wensen de gevierde nog ve
le jaren intense werking, zijn ge
zelschop en het toneelleven te
Asist ten bate.
De traditionele kerstnachtmis bij
ae paters Kapucijnen, opgeluisterd
door het St. Jobkoor met orkest
(70-tal uitvoerders) o.l.v. R. Van
de Wiele, groeide andermaal uit
tot een groot succes. Terug ston
den talrijke toehoorders in dichte
drommen recht of bezetten wegens
plaatsgebrek, het hoogzaal.
Tussen het publiek, opvallend
veel jonge mensen en gekende mu
ziekliefhebbers.
Koor en orkest vertolkten genu
anceerd een melodieuze meer
stemmige mis en met brio verschil
lende Vlaamse en vreemde kerstlie
deren in verschillende talen.
Mevrouw Daelman en de heer
Van Geert, als solisten, wisten
werkelijk het publiek te ontroeren
door hun aangrijpende vertolking,
terwijl Pater Van Herreweghe het
mooei orgel terug eens tot zijn
recht liet komen.
Een bijzondere vermelding voor
het orkest, dat samengesteld is uit
de beste muzikanten van de stad.
Na het laatste nummer brak een
spontaan en minutenlang applaus
los. Dirigent R. Van de Wiele en
zijn mensen stonden er ietwat ver
ier;: bij te kijken I
Voorwaar een verdiende beloning
voor het gebrachte kunstgenot, dat
zeker van de uitvoeders grote in
spanningen heeft gevergd.