Monteyneterug naar kringloop van het leven FINK, RUM, je verdraagt er niet alleen een flinke scheut van, het zal zeker helpen om de kille winteravonden door te komen. Winnaars van het eerste Week-eind uit in Aalst: De heer en mevrouw DE RIJBEL Moorselbaan 78, Aalst Modell voor elke gelegenheid de gepaste jurk Nieuwe Gazet van Aalst 12 november 1982 9 «Lage, dreigende wolken over de Dender te Herdersem. Een binnenschip glijdt voorbij. Het oude Sashuis. Monteyne doet open. Een wilde kop met doorwoeld haar, lange bakkebaarden en ogen die dwars door je heen kijken. Aan zijn werktafel overspoelt hij mij met een woordenvloed waar in hij, in extenso, zijn wezen als kunstenaar ontvouwt. Het kontakt is kort (Brussel wacht), maar reeds vanaf de eerste ogenblikken ben ik besmet met de vinger van dit oertalent. Een later en langer uitgesponnen gesprek dwingt zich op. Het is onmogelijk in dit korte bestek een reus als Monteyne ten volle uit te tekenen. een sluier oplichten van zijn voortbrengt, leeft leven geeft en zelf Moge deze schriftuur werkelijkheid». Roland Monteyne werd geboren te Lauwe op 9 maart 1932. In de jaren 1944-1950 was hij het zorgenkind van de Rethorika te Kortrijk. 1947Monteyne is pas 15 jaar en maakt zijn eerste schilderijen. Vroeg tijdig ontluikt zijn belangstelling voor de Chirico. In 1954 schildert hij, nog tijdens zijn legerdienst, «De Boodschap», een surrealistisch werk waarin reeds de komponenten aanwezig zijn die hij later in zijn skulpturen zal aanwenden. Hij begint met volle overgave het sur realisme te bestuderen. In 1960 besluit Monteyne de kleur uit zijn werk te bannen en manifesteert zich in een pikturaal hoogstaande wereld van zwart-wit waarvan zijn potlood- en inkttekeningen en de recentelijke litho's de geboren beel dende kunstenaar in zich dragen. Het zoeken en veelal het onbewuste teruggrijpen naar de biologische en erotische dialektiek van het leven en de daaruit voortvloeiende kringloop komen fascinerend te voorschijn in zijn tekenwerk. Het zijn echter geen tekeningen op zichzelf: de derde dimensie, eigen aan beeldend werk, ligt reeds volmon dig gekodeerd en wacht alleen neg w. uitgevoerd te worden in een ander materiaal, het latere brons. Met het eeuwige zoeken naar de essentie van het leven moet in hem de vraag gerezen zijn«Wat is de pri maire, organische konstante die leven Dat hij in zijn boek een van zijn belang rijkste hoofdstukken met het begrip «Survival» betitelt, wijst er op dat de^e intrinsieke vraag hem steeds heeft geboeid en dat hij als mens en als kunstenaar nog steeds op zoek is naar het antwoord. Antwoorden doet hij echter wél. krachtdadig, met een eigen, naakt geluid, met een hand in je nek die je als medemens tegen de realiteit drukt, realiteit die wij als toeschouwers dik wijls niet meer willen of kunnen zien Zijn realiteit is leven, is vorm, is oer- instinkt, is levensnoodzakelijke ero tiek, tot zijn biologische waarheid her leid, genese waaruit overleven en le ven geboren worden. Tussen 1960 en 1970 onderhoudt Monteyne veelvuldige kontakten met vrienden kunstenaars, o.a. met Paul Van Gijsegem, Jaime Cubells, Hubert Minnebo en de groten van onze hedendaagse kunstwereld. Met Minnebo zal Monteyne ruim vijf jaar samenwerken. Ondertussen wordt zijn werk tentoongesteld in binnen- en buitenland en wordt zijn naam genoemd in tal van publikaties. Enkele boeiende kunstmappen met werk van en over'hem verschijnen. In 1970 vestigt Monteyne in het Sas huis te Herdersem zijn bronsgieterij. Een reeks belangrijke bronsskulptu- ren ontstaan uit de handen van deze «duivelskunstenaar». Alegorische haalt hij in zijn boek de zinsnede aan«Rook steeg op uit de put als rook van een geweldige oven; de zon en de lucht werden verduisterd door de rook uit de put». Ambachtelijk is dit waar, maar het tegendeel van dit «verduisteren», «nieuw licht werpen op het begin van alles» primeert In werkelijkheid schept Monteyne «levensvormen» die bij de nauwkeurig observerende (en vooral denkende) toeschouwer de ideeënwereld van «het bestaan» openlegt. Schept hij of verklaart hij Misschien helpt Monteyne ons op weg door in zijn werk de altijd overheer sende erotiek van alle levensvormen te ponererfl een erotiek waarvan wij, als mensen van deze op de helling staande 20e eeuw, reeds lang de essentie verloren hebben. Intrinsiek is er weinig verschil tussen de benadering van de oermens en de huidige mens tegenover deze materie. Vruchtbaarheid roept levende vormen op waartussen vij ons als mensen trachten waar te maken tot een min of meer geslaagde «homo sapiens». Inderdaad, wij zijn «verstandelijke wezens» maar kunnen in wezen her leid worden tot louter lichamelijke substantie. En nog verder, vóór de konceptie, zijn wij niets en alleen maar organisch materiaal van een universum. Dit teruggaan naar de metafysische- biologische realiteit van ons ont-staan en ons be-staan, toont Monteyne in zijn skulpturen «Is het leven niet steeds een eeu wige kringloop vraagt hij zelf. Ook deze uitspraak is kenmerkend voor zijn werk; zijn beelden vragen Wie of wat dient er op een sokkel te staan Zijn het de gestolde bronzen met hun eigen ongrijpbare levensvor men of zijn wij het Als deze bijna voelbaar levende beel den een bezwerende oer--funktie in zich dragen en wij als mensen tekort schieten, wat dan André Breton hield ons dit ook voof met de woorden: Wat beiet mij een aanslag te plegen op de volkomen uiterlijke verschijnselen der dingen Met zijn «Retrospektief» in het Museum Oud Hospitaal te Aalst heeft Monteyne een regelrechte aanslag gepleegd op de volkomen uiterlijke verschijning van onszelf. Monteyne zet ons weer op een beginpunt. De tentoonstelling loopt nog tot 5 december en is geopend van 14 tot 1 7 uur. Gesloten op vrijdag. Zondag van 10.40 tot 12.30 uur en van 14 tot 18 uur. Het kunstboek «Monteyne» is ter plaatse te koop. (N.D.W.) De groep Rum met Flandria Tropical. (O.J.) In het prille begin legde RUM, dat nu toch bijna 12 jaar meedraait, er zich vooral op toe dingen te spelen die nog niet bestonden en waar sommigen vol gens Dirk Van Esbroeck, te pas of te onpas, de term «folk» hebben opge plakt, ofschoon deze terminologie voor hen zeer relatief is. Deze creativi teit resulteerde o.a. in «RUM 1», «RUM 2» en «RUM 3», albums die er best mogen zijn. Het is dan ook de periode waar RUM stemmige balla des, Vlaamse gezongen of instrumen tale volksmuziek ten gehore brengt. Tussendoor werkten Dirk en Juan samen aan soloprojecten en we kun nen jullie nu al verklappen dat zij in januari weer de studio intrekken om nieuw materiaal in de groeven te per sen. Dat het hier in onze contreien stil is geweest rond de groep is ook gedeel telijk te weiten aan het feit dat zij voo ral graaggeziene en geapprecieerde gasten waren op de Hollandse podia. En daar heeft Dirk nogal de mond van vol. Blijkbaar ligt de markt daar nog open voor dergelijke projecten, wat ook de keuze van hun huidig Neder lands platenlabel kan verklaren. Het optreden zelf verliep in 2 gedeel ten. In een 1e deel bracht RUM oudere gekende nummers naar voor in hun gekende stijl. Het blijft de moeite waard om te zien hoe Juan Masondo zijn gitaren bespeelt, overtuigd, beheersd en toch met passie. Na de pauze was het dus hoofdzakelijk «Flandria Trópical». Daarvoor werd het gezelschap aangevuld met nog liefst 5 professionele muzikanten Frans Leven, Johan Van Den. Dries- sche, Roger Derongé, Frank Michiels, René De Smaele. Hierin zit volgens Dirk Van Esbroeck de muzikale creati viteit van de groep. Door een delicate combinatie van doedelzak, trombone, bas, gitaar... komt men tot een verras send geheel, dat deels toch nog een gok blijft, omdat men over geen con crete voorbeelden beschikt. Achteraf wordt dan wel duidelijk welke richtin gen er eventueel kunnen mee uitge gaan worden. Aldus klonk het tweede deel veel levendige en in vergelijking met het eerste serener deel/ veel wereldser. Mallemunt in Brussel was de eerste plaats waar men met deze formule van Flandria Tropical naar voor kwam. In zekere zin is de titel die wel enigszins contradictorisch klinkt wel een passende omschrijving voor het geheel. Het zijn hoofdzakelijk Latijn-Amerikaanse ritmes, als salsa, album maken als het afsluiten van een periode. Als muzikant zou je bij elke LP iets moeten bijgeleerd hebben, dat nieuwe wind in de zeilen moet bren gen om te vermijden dat je als groep ter plaatse zou blijven trappelen. Dit is volgens ons het kenmerk van een groep, een gezelschap dat weet waar zij met bezig zijn, nl. muziek maken en niet enkel nummres brengen die Jan Publiek commercieel gezien het hoofd op hol doen slaan. En hier merk je de sterkte, de kracht van Rum; Rum is een identiteit, een geluid dat evo lueert, dat zichzelf tot ontwikkeling brengt ten koste van wat ook. «Flan dria Tropical» is een LP die totaal ver schillend is van al de. vorige, die wel licht evenveel mensen zal afstoten als aantrekken. RUM, muzikaal gezien dan toch, een schitterend produkt van eigen bodem (HL.) In de loop van november brengen we verslag uit van hun belevenissen. Aalst was op zaterdag 6 november de plaats van afspraak voor een paar com plexe persoonlijkheden, die menig hart snelle zullen hebben doen slaan. Voo reerst was daar een zekere Sint-Maarten die de ganse verkeersvrije Grote Markt voor zich opeiste om uiteindelijk dan toch maar een zwak shownummer ten beste te geven. Omdat dit enigszins te voorspellen was hebben we onze aandacht dan ook volledig gericht naar het ander fenomeen, RUM, die in zaal Netwerk een nieuwe act naar voor brachten en tevens hun nieuwste LP «Flan dria Tropical» aan het publiek voorstelden. Het is tenzeerste deugddoend wan neer je na een lange stilte plots weer geconfronteerd wordt met mensen die je vroeger reeds meerdere prettige momenten hebben bezorgd. Maar het gevaar zit er wel degelijk in dat je je wel enigszins geschokt en in de luren gelegd voelt, wanneer je merkt dat diezelfde mensen het duidelijk over een andere boeg hebben gegooid. De huidige bezetting bv. is het resultaat van een drie jaar geleden doorge voerde veranderingde peilers van Rum, Dirk Van Esbroeck en Juan Masondo, gingen met Frakke Eern-en Jean-Pierre Van Hees hoofdzakelijk eigen composities spelen en sloegen een bewust gekozen andere richting in. ragtime en ook Balkan-invloeden, polka's en tango's die de basis vor men van het geheel. Vertrekkend van eigen composities en traditionele waarden mengen zij de stijlen op een verantwoorde manier tot een eigen geluid. Toch blijft het even wennen, je moet het laten bezinken. Dirk Van Esbroeck beschouwt een Kwaliteit tegen kleine prijzen Retouches gratis

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Gazet van Aalst | 1982 | | pagina 9