29 maart 1947
9e dag toen de JCerk brandde
Nieuwe Gazel van Aalst 25 maart 1983 7
Bij het uitwerken van deze reportage, hebben we van in het begin een chro
nologische opbouw centraal gesteld.
Het doorlezen en ordenen van de officiële verslagen zorgde daarbij wel voor
verrassingenhet bleek immers dat deze vooral in de opgave van de tijd
elkaar nogal frappant tegenspraken. Dat lijkt bevreemdend, maar het is
wel typerend voor de factor 'mens', die in dergelijke omstandigheden, het
begrip 'tijd en duur' uit het oog verliest, en later bij het neerschrijven de
'indruk' tot 'waarheid' vertaalt.
Alhoewel het ABN naar het woord 'brandweer' vraagt, kozen wij toch
bewust voor 'pompiers'. Niet alleen om de levendigheid van de taal, maar
vooral omdat het zo vertrouwd, zo Aalsters klinkt.
We houden er aan onze dank te betuigen aan stadsarchivaris Baert, politie-
kommissaris Van den Broeck, brandweerarchivaris fl. Van Stijvendael, het
KMI, Pol De Paepe, Lansier 46, Cb. Accou, L. Butaye, en zoveel heipers en
getuigen van het eerste ogenblik wiens woorden of geschriften hier gebruikt
zijn.
Freddy CAUDRON
Voormiddaghet wordt een koude,
kille dag. De wind blaast fel uit het
zuidoosten, en van de vroege morgen
schuiven de wolken als een bange
deken over de stad. Op de grote markt
staan de kramen rillend opgesteld, en
lonken naar de wegblijvende klanten.
Hier en daar zijn een paar huisvrou
wen, die de vrijdagse poetsbeurt ontlo
pen hebben, de stoepen aan het schu
ren want Pasen is in aantocht.
In de Sint-Martinuskerk trekken twee
loodgieters langzaam de treden van
de wenteltrap op. Ze zullen de hele
voormiddag herstellingen langs de
kant van het Sluierstraatje uitvoeren.
Die werken zijn al drie dagen bezig en
zouden tegen de avond klaar moeten
zijn. Op de zolder staan emmers water
en zand, de gebruikelijke vuurbestrij-
dingswapens bij zulke werken.
13.00: Ukkel voorspelt. Labiele mari
tieme lucht heerst over onze streken.
Lage luchtdruk met 990 mb. De wind
zal waaien uit zuid tot zuidzuidwest
met gemiddelde snelheid van 20 tot 45
km./u. De windstoten zullen geleidelijk
aanwakkeren tot 100 km./u. De hemel
is betrokken, maar vóór de late avond
wordt geen regen verwacht. De tem
peratuur zal dalen van 14° naar 8°.
13.30: De loodgieters verplaatsen
hun werkterrein. De herstellingen aan
de hoofdingang zijn beëindigd, maar
er blijven nog een paar kleine stukjes
langs de Pontstraatkant na te kijken.
De wind is het laatste uur duidelijk
gaan aanwakkeren. Het is koud en
tochtig.
15.00: Beneden in de kerk is het de
hele namiddag bevolkt. Het is de voor
avond van Palmzondag en veel gelovi
gen willen nu hun paasbiecht spreken
om de dag daarop in de vroegte te
kunnen communiceren. Het is nooit
echt druk. maar de kinderen en vol
wassenen komen en gaan de hele tijd
door. Vanuit de speelplaats van het
college blaast de wind "de stemmen
van de spelende kinderen met flarden
de hoogte in.
16.12: In de 'Apothekerij Van Neck
staat een helper achter de toonbank.
De zaak is leeg, en hij loopt wat doel
loos heen en weer. In de straat rijdt
een traag aarzelende auto voorbij. In
eens merkt hij boven de hoofdingang
een draadje rook dat uit het dak lijkt te
komen. De wind slaat het van links
naar rechts. Dan is er heel even niets
meer. Een paar seconden en de rook
is er weer, maar nu in alle hevigheid.
De man holt naar de telefoon en belt
de brandweer. Het toestel blijft rinke
len maar er komt geen antwoord. Hij
gooit de hoorn neer en loopt de Kerk
straat door naar het stadhuis...
16.13: Aan het Sint-Jozefscollege
komen de ouders samen. De school
loopt ten einde, en de kinderen die
nog ver naar huis moeten, worden met
de fiets opgehaald. Charles Accou
doet een praatje met een paar omstan
ders. Iemand wijst naar het dak van de
kerk. Aan de overkant van de straat
blijft een vrouw staan. Een fietser ziet
de kijkende mensen en keert zich
nieuwsgierig om. Het gesprek valt stil
en iedereen kijkt verbaasd en ongelo
vig. En dan is er ineens de
zekerheid...
16.15: Gustaaf Steenhaut, de baas
uit 'De Graaf Van Egmont' loopt de
markt over. De rook is nu duidelijk een
zwarte wolk geworden. Steenhaut
loopt het stadhuis binnen en verwittigt
dienstdoend commissaris van politie
De Veylder.
16.16: De politie verwittigt de brand
weer waar onmiddellijk alarm gegeven
wordt. Op dat ogenblik wordt nog een
telefonische oproep genoteerd. In de
algemene eerste verwarring loopt een
pompier naar de politie om die ander
maal te waarschuwen. De 1e groep
pompiers is omzeggens dadelijk klaar
en rukt uit o.l.v. korporaal kandidaat
officier Pol De Paepe. Aan het huis 'De
Meersman' staat een groepje mensen
die schreeuwen en naar omhoog wij
zen. Samen met de pompiers stormen
ze het Priester Daensplein op. De
rookwolk heeft vuur gebaard. Uit de
gevel boven de hoofdingang boven de
vouten der kerk jagen de vlammen met
een verschrikkelijke snelheid over het
dak.
16.18: In haar schrijfkamer zit Mère
4 rijkswachters bewaken ter hoogte van de Academie de 4 grote slangen.
...die spontaan de straat afgesloten hebben...
Overal reikhalzen de hopeloze Aalstenaars...
Séraphine, bestuurster van de
'Dames van Maria' voor het raam.
Ineens is de tuin vol zwarte rook. De
Eerwaarde Moeder vraagt zich ver
wonderd af wie er in deze tijd van het
jaar nog een vuurtje met dode blade
ren stookt, of is het een plots opko
mende mist Dan komt zuster por
tierster ineens wenend binnengelo
pen...
16.20: De brandweer is vertrouwd
met de bouw van de kerk. Regelmatig
hebben ze er oefeningen gehouden.
Onderaan de wenteltrap komen ze de
twee loodgieters tegen die er lijkbleek
bijstaan. Een ervan heeft nog de
kracht om te stamelen dat het boven
op de zolder brandt. De pompiers
lopen de trappen op Wanneer ze de
zolder bereiken zien ze tot hun verbijs
tering dat de hele ruimte één onbe
weeglijke hittewolk is. Er zijn geen
vlammen, maar het vuur. de gloeiende
lichtpunten zijn overal en je ziet ze zo
naar voor schuiven Het barstensge-
rede vuur is in de stilte hoorbaar. Het
is duidelijk dat het al uren aan de gang
is. Ze lopen dadelijk weer naar bene
den om het materiaal te installeren. Op
dat ogenblik verschijnt de tweede
groep pompiers met kap'tein Philip De
Paepe aan het hoofd. Zijn zoon loopt
gemaakt heeft, staat onmachtig,
ongelovig en verbauwereerd naar de
springende vlammen te kijken. Bijna
onmiddellijk beginnen de reddingso
peraties. De remonstrans wordt door
de hoofdschuddende deken uit de
kerk gedragen.
De politie op de grote Markt laat niemand verder dan de Kredietbank...
op hem toe en zegt maar één zin «De
hele kerk gaat eraan
Deken Reynaert (74), een kunstken
ner, dr. in de filosofie, die over zijn
kerk een boek geschreven heeft en ze
tot een der mooiste van het land