Wanneer wordt stadsbelang boven privé-belang gesteld
PELZEN COPPENS
Stadsbiblioteek
gezuiverd
De postbode komt
Begin december komt
de postbode aanbellen.
Uw abonnement loopt tot
eind december.
Betaal aan de postbode of
stort voor 15 november
1.000 fr. op het nummer
001-1153969-36
Pelzencentrum 053/77 49 62
Dorp 29 9440 EREMBODEGEM-AALST
PVBA
Ambachtelijk bontbedrijf met fabrieksprijzen
Maatwerk Modieuze snit
Verwerking in eigen atelier Alle pelsherstellingen
De specialist in pelsgarnituren en pelsmantels,
pelsvesten in alle pelssoorten.
8 Nieuwe Gazet van Aalst 18 november 1983
André-Emiel Bogaert heeft nog dossiers in petto
André-Emiel Bogaert werd op korte tijd één van de meest besproken Aalsterse
figuren. Deze suksesrijKe advokaat, die aan het Keizerlijk Plein woont, was
reeds gedurende enkele jaren in stadsmiddens bekend als verantwoordelijke en
grote bezieler van de struktuurplannen voor Klein-Aalst en Groot-Aalst.
De doorbraak naar bet grote publiek kwam er met zijn kandidatuurstelling op de
CVP-lijst bij de jongste gemeenteraadsverkiezingen. Ondanks een grote rekla-
mekampagne werd hij niet verkozen als raadslid. Evenmin werd hij, om allerlei
politieke redenen aangeduid als OCMW-raadslid noch als ondervoorzitter van de
Stedelijke adviesraad voor ruimtelijke ordening.
gesteld werd ten voordele van Den
derleeuw, Gent, enz.
Ten derde ben ik sinds de jaren zeven
tig rechtstreeks betrokken bij de
struktuurplannen van Aalst, en bij de
talrijke vergaderingen, die hieromtrent
gehouden werden.
Ik was voor behoud van het station,
Alles bij elkaar is André Bogaert met
zo ongelukkig met deze gang van
zaken, omdat hij nu heel wat vrijer kan
spreken en schrijven en zich meer dan
ooit persoonlijk kan inzetten voor het
welzijn van zijn ^jad, dan indien hij
raadslid gewbrftöe-waersDetesultaten
van die inzet bleven dan ooi niet uit,
toen meester Bogaert dit jaalr uitpakte
met stevig gefundeerde dos&iërs over.
;het Aalsters statig, het Intercityplan
van de NMBS en {3e problemen in het
OCMW Deze dossiers sloegen in als
een bom. Meteen leek ons de tijd rijp
om een interview te hebben met deze
dynamische man.
U bent toch geen pendelaar. Waarom
toont U dan interesse voor het Aal
sters station én voor de Intercityplan
nen van de Belgische Spoorwegen
Mijn interesse dateert reeds van 1974-
1975. Bij de."opmaak van het struk-
tuurplan Klein-Aalst was het station al
een teer punt. Na de goedkeuring van
dit plan, waarin het behoud van het
statjon voorgesteld werd, kwamen in
1977 de problemen rond het al of niet
afbreken van dit station. De studie
diensten van de NMBS kwamen in dit
jaar met een waardeloos projekt af,
voortspruitende uit het brein van hun
architekten, die al 10 jaar hetzelfde
bouwden. In Aalst ging men een sta
len stekkedoosje oprichten in de win
ter zeer koud, in de zomer gloeiend
heet. Dit nieuwe gebouw paste totaal
niet op het Stationsplein. De NMBS
weigerde dit plan te wijzigen. Het was
te nemen bf te laten. Toen moest men
tussen twee kwalen kiezen. Nu had
men overal reeds genoeg voorbeelden
gehad van roekeloze afbraken vb de
kloosterpanden in de Kattestraat, het
oud Begijnhof van Aalst, het Horta-
huis te Brussel, enz.
Minister Rika De Backer heeft dan de
dag vóór men met de afbraak van het
station zou beginnen, het gebouw
geklasseerd. Dan hebben wij opnieuw
gaan praten met de NMBS. De oor
spronkelijke plannen waren geraamd
op meer dan 100 miljoen. Met 40 mil-'
joen, wat toch nog een winst was voor
de spoorwegen van 60 miljoen, kon
men de gevels restaureren, een
nieuwe kantine en een nieuwe wacht
zaal inrichten, enz. Men kreeg dan
een oud gebouw met een infrastruk-
tuur anno 1980.
Jaren gebeurde er niets. Toen, na de
start van het struktuurplan Groot-
Aalst, kwamen er de Intercityproble
men bij. waarbij Aalst opnieuw in de
hoek gedrumd werd.
Dan heb ik gedacht dat het tijd werd
om te ageren op twee parallelle
wegen enerzijds het Intercitynet en
anderzijds de infrastruktuur om die
verbindingen waar te maken Het
heeft immers geen zin goede verbin
dingen te hebben in een station waar
niemand durft of kan komen.
Daarna werden de kantelen hersteld,
omdat er gevaar dreigde voor de voet
gangers en auto s. maar daar bleef
het ook bij. Later kreeg ik kennis van
een inwendige nota van de spoorwe
gen, waaruit bleek dat het herstel van
het Aalsters station uiterst dringend
was, daar er ook gevaar dreigde voor
de gebruikers ervan. Nu is men in een
periode van inleveren terechtgekomen
en is het moeilijker dan zes jaar gele
den om geld los te krijgen. De enige
mogelijkheid om iets te forceren is
permanent en onafgebroken te blijven
hameren bij alle betrokken diensten
en ze desnoods tegen mekaar uit te
spelen om toch iets te bereiken. Ik
mag toch zeggen dat ik tot op heden in
dit dossier enorm veel bereikt heb
Alle bestekken zijn nu klaar en alle
adviezen zijn binnen. Iets wat tien jaar
stil ligt, is nu ineens allemaal mogelijk.
De NMBS kan nu met anders meer
dan ee n budget voorzien voor Aalst in
1984 en 1985 Als er niemand van
spreekt, dan gaat dat nooit Diegene
die aan de deur belt. bereikt dus iets
Ik voel mij dus bij de zaak betrokken
omdat ik vind dat voor een stad zoals
Aalst een station van enorm belang is
Het openbaar vervoer zal in de toe
komst nog aan belang moeten winnen
in de huidige problematiek van stij
gende olieprijzen, enz. Ten tweede
vond ik het tergend dat Aalst, dat één
van de oudste knooppunten is van de
NMBS (sinds 1838), stelselmatig
wegens nalatigheid van de plaatselijke
mandatarissen door het Ministerie van
Verkeerswezen en de NMBS achteruit
mits dit natuurlijk zou gerestaureerd
en aangepast worden.
Het stadsbestuur en andere betrokke
nen beweren dat zij op U niet gewacht
hebben om tussen te komen bij de
NMBS voor het station of in verband
met het Intercitynet. Hoe reageert U
daarop
Ik moet mij daar volledig tegen verzet
ten. Toen ik eind 1982-begin 1983
met het dossier begon dan was daar
niemand mee bezig. Ik heb de hand
schoen opgenomen, en ik kan bewij
zen wanneer ik begon. Begin 1983
werd ik gealarmeerd dat Aalst zeer
slecht bedeeld was met het Intercity
plan. Op grond daarvan ben ik begin
nen te ageren. Mijn eerste noodkreet
richtte ik op 2 maart 1983 naar de
stad Aalst zelf, en dan volgt op 10
maart 1983 mijn briefwisseling naar
de NMBS Stelselmatig gaat het dos
sier vooruit. Er is dan een CVP-partij-
vergadering geweest waarop een
motie werd goedgekeurd, waarbij de
plaatselijke politiekers aangemaand
werden zich niet akkoord te verklaren
met de plannen van de NMBS. Nadien
beter laat dan nooit is schepen
Bogaert, die kommissaris is bij de
Nationale Maatschappij, ook tussen
gekomen in deze problematiek. Het is
dus pas achteraf dat de verschillende
partijen en politiekers de resultaten in
hun blazoen geschreven hebben.
Zoveel te beter dat ze zich in de zaak
gaan interesseren, maar ik wil mijn
dossier naast het hunne leggen zodat
het publiek kan oordelen wie met de
zaak begon.
Bewijst dit niet dat ook een partikulier
zoals gij, sukses kan boeken bij een
Ministerie
Inderdaad, een partikulier kan invloed
uitoefenen. Een privé-persoon heeft
een enorme macht in onze demokratie
en hiermee hebben de meeste bur
gers tot op heden nog geen rekening
gehouden. Door het feit dat politiekers
meestal niet anders kunnen dan ver
trekken vanuit hun persoonlijk dienst
betoon doet bijna geen enkele van hen
meer aan echt stads- of landsbetoon.
Nochtans zijn zij verkozen voor een
stad, een regie of een land, en dit
staat ook in de grondwet. Iemand, die
dus al zijn energie wil steken in een
dossier, kan zeker een belangrijke
inbreng doen, omdat wat politiekers
niet kunnen, een privé-persoon wel
kan doen. Deze laatste kan dus een
lacune opvullen. De pers is daarbij
natuurlijk ook van enorm belang De
burger, om het even wie zich voor iets
inzet, moet wel aanhouden Eén
briefje, één telefoontje volstaan niet.
Ge moet ze de oren van de kop zagen
Een gewone Aalstenaar heeft meer
impakt op het beleid dan men zou ver
moeden. Daarbij komt het feit dat ik
als niet-gemeenteraadslid meer vrij
heid heb en mogelijkheid om te hande
len en te zeggen wat ik wil.
Waarom kwam U onlangs met een
dossier over het OCMW naar buiten
Dat is het gevolg van een jaren opge
kropte verontwaardiging. Sinds
onheuglijke tijden wordt er van alles
gefluisterd over de toenmalige COO
en over wantoestanden die daar heer
sten. Ook nu over het OCMW doen
allerlei geruchten de ronde. De laatste
jaren werd de toestand scherp door
het feit dat het ziekenhuis zodanig
achteruitging, en dat Mijlbeek zo flo
reerde dat de toestand niet normaal
tiekers die ik aansprak, zegden mij
«Er moet dringend iets gebeuren».
Toen heb ik in de laatste drie jaren een
dossier aangelegd van allerlei klach
ten, en die kwamen de laatste tijd zeer
veel vanuit doktershoek Men zag het
niet meer zitten. Ik had het gevoel dat
het hoog tijd was om er iets aan te
doen, vooral in het kader van de
nieuwbouw.
Het is niet na de verhuis dat men iets
zal reorganiseren. Het huidig
systeem, dat niet goed draait, kan
men niet verhuizen. Pas na reorgani
satie en opDuntstellinq moet de
verhuis gebeuren in optimale omstan
digheden.
Ik vond de tijd rijp om het dossier in de
openbaarheid te brengen. Daarna
krijgt ge altijd twee soorten reakties
de doorsnee burger geeft U gelijk; de
betrokkenen stellen zich in een verde
digingspositie. Zij zeggen dat het uit
rancune is dat ik mijn dossier publi
ceerde.
Wat mij interesseert is het standpunt
van Jan Modaal, die zegt dat wat ik
schreef juist is. Ik hoorde de laatste
tijd hemeltergende verhalen over het
OCMW die ik zelfs aan de pers niet
durf vertellen. De mensen die mij aan
spraken durfden of konden er met
mee naar buiten komen. Ik bereikte
dat het probleem volop in de diskussie
komt. Dat ik met de vinger gewezen
wordt, neem ik er graag op de koop
toe, als het er maar toe bijdraagt dat
het probleem voor de bevolking opge
lost wordt. Sindsdien vergadert zowel
de OCMW-raad als de medische raad
om de problemen te onderzoeken.
Ondertussen kwamen er ook al twee
ministers ter plaatse, en ging een
afvaardiging van de geneesheren al
naar de minister in Brussel. Alle poli
tieke partijen gingen zich plotseling
met het dossier bezighouden, en ook
het personeel bespreekt de problema
tiek.
Wanneer dit alles resulteert in een ver
betering van het management, de
dienstverlening, het ziekenvervoer
900) enz. dan heb ik daar "mijn
steentje toe bijgedragen.
Men is trouwens nooit sant in eigen
land. Wat op een ander goed is, is in
uw eigen regio dikwijls niet goed. In zo
een dossier was er een schokeffekt.
nodig, ledereen zei mij vroeger, dat
het juist was wat ik beweerde, maar er
veranderde niets.
Ik heb juist niet zoals beweerd wordt
de O.L.V.-kliniek willen vooruitsteken.
Ik heb enkel gezegd dat Mijlbeek voor
uit gaat door het feit dat ze daar
andere maatstaven hanteren, en dat
deJijd heeft bewezen dat die maatre
gelen de enige gangbare zijn om een
ziekenhuis te kunnen runnen. Hier
deed men het op een klein-politieke
manier met de gevolgen van dien. Nie
mand kan ontkennen dat er enorme
wantoestanden zijn en dat het hospi
taal niet ronddraait. Ik vind nochtans
dat het hospitaal niet kreeg waarop
het recht heeft.
Het is verwonderlijk dat niemand van
het OCMW-bestuur reageert op de kri
tiek die de jongste tijd verscheen. Hoe
komt dat
Ik ben eerst in persoonlijke briefwisse
ling gegaan met het schepenkollege
en met de OCMW-raad. Na maanden
kwam er nog geen reaktie. Men durft
of wil er niet over praten. Pas dan ben
ik naar de buitenwereld gekomen. Nu
zijn ze wel nummer één in de achter
klap.
Ik vind dat. gezien mijn engagement in
een kleine gemeenschap als Aalst, ik
iets moest doen. Persoonlijk dienstbe
toon mag er zijn, maar de maatstaf
moet zijn«Geeft niet aan uw linker
buur, wat uw rechterbuur schaadt».
Daarom wil ik in de komende jaren de
plaatselijke problemen, waaraan de
bevolking globaal iets heeft, in de
openbaarheid brengen. Openbaar
vervoer is een globaal Aalsters pro
bleem net zoals de dienstverlening in
het stedelijk ziekenhuis
Mijn volgend dossier is zeer politiek
geladen, namelijk het residentieel par
keren, waarmee ik mij al lang bezig
houd. Zo een problemen zijn van
belang, want daar heeft de bevolking
iets aan.
Mijn kracht is dat ik niet uit een poli
tieke ruif eet. De dag dat dit het geval
zal zijn, zal ik niet veel meer kunnen
zeggen.
Maar iedere partikulier staat niet zo
onafhankelijk als gij.
Nee, maar elke partikulier kan naar dié
mensen gaan, die wel de mogelijkheid
hebben om iets te zeggen of te schrij
ven. Er worden dagelijks dossiers
doorgespeeld. Sinds de artikelen over
mijn dossiers in de pers verschenen,
brengen vele mensen mij problemen
ter kennis.
Men kan niet altijd voor iedereen goed
doen. Men mag allen zijn eigen over
tuiging niet verraden en het is hetgeen
ik probeer te doen, zelfs onder poli
tieke druk. Ik moet er U geen tekening
van maken dat ik het niet gemakkelijk
heb binnen mijn eigen partij. De CVP
stagneert al jaren en teert op een ver
worven machtspositie. Zij zal zich
moderner moeten gaan opstellen, en
moet leven anno 1983. Ook de jeugd
moet aangesproken worden om een
politiek ideaal waar te maken. De
jeugd is niet CVP-minded omdat die
partij staat voor strengheid, principes,
ondoorzichtigheid, en dat moet ge
doorbreken.
Volgen er nog dossiers buiten dit van
het residentieel parkeren
Dit is wel het dringendste. Nu wordt
alles nog geheimzinnig gehouden op
ministerieel niveau, maar de nieuwe
wet zal er komen en nu moet het
stadsbestuur al een standpunt inne
men.
Ook het struktuurplan Groot-Aalst. dat
geboycot werd door het vorig bestuur
zal weldra opnieuw aan bod komen.
Nochtans werd het richtplan reeds in
1981 aan de gemeenteraad overge
maakt, maar D'Haeseleer was tegen
de principes gekant. Slechts als het
richtplan in de gemeenteraad zal
goedgekeurd zijn zullen de ontwer
pers weten welke richting zij moeten
uitgaan.
Het struktuurplan Klein-Aalst moet
eveneens opnieuw uit de lade getrok
ken worden. Een struktuurplan is
immers een evolutief plan', en wat
aktueel was in 1976 is dit niet meer in
1983. Ondertussen liggen ook de ont
werpen BPA's voor Aalst-centrum er
te liggen, zonder dat er aan gewerkt
wordt.
Andere dossiers waar ik nog mee
bezig ben zijn deze over de dienstver
lening van de stad via de Keizershal-
len, en de herhuisvesting van het poli
tiekorps, dat nu te eng behuisd is.
(MP)
Volgens het S.P.-weekblad Voor Allen besliste
het stadsbestuur het boek «Het land Coita
erotische verhalen uit Zweden» uit de stads
biblioteek terug te trekken. Het betreft een ver
taald werk van Bernlef, dat er al sinds 1978
staat. Volgens «Voor Allen» strookt de verwij
dering geenszins met de geest en de letter van
het kultuurpakt. Gesteld wordt dat het sche
penkollege geen blijk geeft alle ideologische en
filosofische strekkingen te zullen eerbiedigen.
(PD)
pelzen
coppens