Herwigkleurgeworden
optismisme
BINNENHUISINRICHTING
VOORl
HET EIGENTIJDSE INTERIEUR
PIETER COECKE DESIGN
Molenstraat 42, 44 - 9300 Aalst
Tel. 053/70 09 12
10 Nieuwe Gazet van Aalst 10 februari 1984
Herwig Van Holsbeeckkleurgeworden optimisme
het visueel herscheppen van wat in Am
sterdam in 75 aan de orde kwamterug
naar de Fundamentele Schilderkunst en
de Magie van het voorwerp.
En de huidige jaren 80 blijven evenmin
gespaard van vernieuwing en zoeken
naar artistieke revolte.
Eerlang worden wij eveneens overspoeld
door de Neue Wildan (Oostenrijk), de
Heftige Malerei (Duitsland), La Nouvelle
Subjectivité (Frankrijk), de New Spirit
(U.S.A.) en de Transavanguardia uit Ita
lië.
Wijzelf, in België, blijken toonaange
vend te zijn op het gebied van keramiek,
kleinskultuur en grafiek.
Herwig heeft deze ganse smeltkroes mee
gemaakt en ook gezien, grotendeels door
het feit dat zijn vader als bekende kunst
verzamelaar als het ware met de vinger
op de kloppende kunstader zat.
Maar Herwig was een dwarsligger.
Hij wou zich niet laten inkapselen door
Het zijn twee aders die in elkaar overlo
pen en het stroomnet vormen van wat
Herwig zelf «Spel» noemt, het spel in
een steeds wisselend decor, enerzijds de
seizoenen en anderzijds de arena van het
cirkusdit is zijn anti-theater, dit is zijn
leven».
Charlie Chaplin wees ons reeds de weg
met de woorden Het cirkus is de stille
concentratie, de kunst van het spelen
zonder woorden, het anti-theater, de
techniek van doven en stommen die de
grootste akteurs ter wereld zijn».
Aharju
Een belangrijke tegenpool (die ook als
aanvulling kan gezien worden) is de dich
ter Aharju (schrijversnaam van Yves Van
de Steen).
Veel van de schilderijen van Herwig zijn
geïnspireerd op het dichtwerk van Yves
en andersom hebben de geschriften van
deze fijngevoelige dichter Herwig aange
zet tot het konstrueren van doeken.
een schreeuwend koloriet om zijn werk
de nodige spankracht te bezorgen.
Herwig schildert geen natuurgetrouwe
kopieën, maar mentale konstrukties.
Deze ontstaan door vloeiende botsing der
vlakken en de strenge uitwerking der
ludieke ideeën.
Het betreft hier meestal vertekende reali
teiten, ontstaan door schaalvergroting of
verkleining, door toevoeging van een of
meerdere vreemde elementen, door
weglatingen of vervorming of dooi ze te
plaatsen in een ongepaste omgeving. Dit
■aspekt van Her wig's werk wekt eerst
lach, de bevreemding komt pas na nader
toezien en het denkend verwerken van
zijn kunst».
Dit kan een bevestiging zijn van wat wij
eerder als «marginaal en het «dansen van
de nomade in het anti-theater» noemden.
Beter als met de woorden van J. Brei
kunnen wij het kusntleven van Herwig
niet omschrijven wanneer deze zegt
Wij missen allen tederheid omdat wij er
geen durven geven en ze niet durven ont
vangen».
Zou het overdreven zijn Herwig, net
zoals Boon, een «tedere anarchist» te
noemen
Dé vraag blijft open en een duidelijk ant
woord kan op deze kunstenaar niet ge
kleefd worden omdat hij zich, zoals Cha
plin, steeds in een arena van menselijke
tekorten beweegt, een arena waarin het
voetlicht dikwijls te fel oplicht en de
witte schmink van ons aangezicht omto
vert tot ons ware masker, het masker van
de dagjesmens, de glitter van ons dage
lijks bestaan, de schamele woorden van
iedere dag, (zelfs de platvloersheid), de
onuitvoerbare dromen, de vlucht naar
andere oorden en de immense weemoed
van de clown wanneer hij alleen achter
blijft.
Wanneer het licht gedoofd is, wanneer
het geld geteld is en wanneer wij terug
vallen op onszelf beleven wij onze naakt
heid en achter de spiegel staat de kunste
naar en bekijkt monkelend dit schouw
spel.
Achter de spiegel staat Herwig
Norbert DE WINNE
«Te veel heeft men Herwig Van Holsbeek als kunstenaar vergeleken
met Miro, Klee of Kadinsky.
In recensies is men altijd geneigd een kunstenaar te binden aan voor
gaande, reeds beroemde kunstenaars.
Ontegensprekelijk ondergaat elke jonge pikturale artiest invloeden
van heersende kunststromingen, vorm- en kleurtaal van vroegere
meesters.
Ergens behoort dat bij zijn artistieke
wording.
Maar eens volwassen zal de echt-intrin-
siek begaafde kunstenaar zijn eigen taal
gaan spreken.
Al de voorafgaande terreinen, mensen,
dingen, richtingen en socio-kulturele
stromingen zullen zijn achterban vor
men.
Het is aan hem nu nieuwe horizonten
open te leggen.
Herwig van Holsbeek heeft de eerste stre
pen van zijn eigen horizont met een zeer
persoonlijke en vooral optimistische pen
beschreven».
Dwarsligger
Herwig heeft vanaf zijn geboorte (het
historische jaar 1945) een ware artistieke
smeltkroes meegemaakt.
In vele studies spreekt men van de
«periode na 45».
Inderdaad, tussen 45 en 50 wordt de
artistieke wereld overspoelt met het bijna
dogmatisch doordrukken van het Ab-
strakt Expressionisme uit de U.S.A.
(m.o.a. Gorky, de Kooning, Pollock,
e.a.).
Uit Frankrijk, meer bepaald onder de sti
muli van de Ecole de Paris, worden door
Deyrolle, Schneider en Hartung de Niet-
Figuratieve kunst ook bij ons gepropa
geerd en uitgewerkt.
In de driehoek Copenhagen, Brussel,
Amsterdam ontstaat de Cobra Beweging.
Action-Painting, Tachisme en Lumino-
Dynamisme volgen.
Geheel de plastische wereld staat op zijn
kop. Men zoekt. Men experimenteert.
Waarden worden overboord gegooid.
Nieuwe waarden en pseudo-wetten wor
den als het nec-plus-ultra beschouwd.
De 60-er jaren houden de brand aan met
de rage van de Assemblagekunst, het
Hyperrealisme en de algemene waarde
ring (althans in de U.S.A.) van de Pop-
Art.
Maar midden de jaren 70 wordt er terug
geblikt naar de figuratie, het afbeelden.
de heersende kunst-mode. In Gent gaat
hij binnenhuisarchitektuur studeren en in
zijn vrije tijd tekent en schildert hij.
Jaren later zal dit uitmonden in een zeer
persoonlijke weergave, een bijna «margi
nale tekenkunst» waarin de oertekening,
de naakte lijn, de zachte kleur en de
muziek van het cirkus met gans zijn
nomadenbestaan grotendeels zijn werk
zullen bepalen.
Het anti-theater van Herwig
Na een kortstondige flirt met het Ab-
straktisme en elementen uit het Kon-
struktivisme, keert Herwig terug naar
zijn eigen wereld, de wereld waarin die
ren, kinderen en clowns meester zijn.
Zijn werk slaat aan omdat hij «anders»
is, omdat hij echt is, ongekunsteld, zwie
rig, speels, ironisch en vooral optimis
tisch.
Zelf zegt hij hierover
«Ik verzet mij tegen pessimisme. Ikzelf
blijf optimist, ik vind dat men als artiest
steeds optimist moet blijven».
Dat hij «zichzelf ergens een plaats wil
geven door te schilderen» bleef niet ge
spaard van waardering want in 1983
wordt zijn werk in Frankrijk en de
U.S.A. tentoongesteld en gehonoreerd
met een zilveren medaille in de
«Fondation-Bilan de l'Art Contempo
rain».
In eigen land was hij, in samenwerking
met de dichter Yves Van De Steen een
opgemerkte figuur in Linea 84 te Gent.
In de Voor Allen» van 9 november 1974
schreef W. De RaeveBij Her wig vallen
Kunst, Kunnen en Leven, samen. Hij
herschept de werkelijkheid van de relatie
tussen schilderij en omgaande ruimte».
Die ruimte is zijn eigen leven in de natuur
van Hekelgem, zijn vrouw en twee klein
tjes en... zijn eenden.
Het andere stuk leven is samengebracht
in een immense verzameling van boeken,
folders en affiches over... het cirkus.
Het zijn vooral deze twee komponenten
die de psychische spankracht vormen van
zijn schilderijen.
Een boeiende getuigenis van deze literair-
poëtische samenwerking was ontegens
prekelijk Linea 84 in Gent waar een wer
kelijke eenheid te zien was tussen ge
dicht-schilderij en omgekëerd.
Misschien is Yves Van de Steen de best
geplaatste om het werk van Herwig te
typeren.
Enkele uitspraken kunnen dit bescheiden
portret van Herwig aanvullen wanneer
hij over zijn vriend schrijft
«Herwig's werk is pluriform en geva
rieerd.
De kunstenaar moet geen beroep doen op