«EEN SCHILDER KAN VEELAL
ZIJN EIGEN WERK ZELF NIET
MEER RESTAUREREN»
CE«I
Monnikenwerk
'én van de onbekende beroepen is ongetwijfeld dat van
restaurateur. Dat komt grotendeels omdat deze stielmannen
zelden op het voorplan treden daden liggen hen veelal nau
wer aan het hart dan woorden. Als leek heb je gewoon geen
zicht op wat er allemaal bij hun monnikenwerk komt kijken.
Toch is de arbeid van deze noeste ambachtslui enorm belang
rijk. Ze zorgen er immers voor dat 's lands en 's werelds kul-
tuurhistorisch erfgoed niet verloren gaat voor latere genera
ties.
Nieuwe Gazet van Aalst 19 oktober 1984 9
meedingen naar de prijs en zelfs
met vrij grote kans op de bekro
ning. In de jury zaten nogal wat
mensen die ik vrij goed ken en
die er trouwens op aandrongen
dat ik me ook inschreef. Maar de
tol daarvoor was me té hoog. Je
moest immers bepaalde stielon
dervindingen prijsgeven aan de
jury. En dat interesseerde me
niet. Een prijs van 100.000 frank
weegt niet op tegen handigheden
die je slechts na jaren verwerft.
We gingen praten met Robert
Pinteion (1940), één van de
meest vooraanstaande restaura
teurs van België. Pinteion is een
geboren Bruggeling, maar als
kleine jongen kwam hij al vlug
naar Aalst wonen. Dit doordat
zijn vader, van beroep rijks
wachter, naar hier werd overge
plaatst. Aanvankelijk begonnen
als restaurateur zou Pinteion
later zijn aktieterrein uitbreiden
naar de kunsthandel en het ex
pertisewereldje en dit niet in
het minste dankzij zijn als res
taurateur opgedane kennis en
ervaring.
Waarom werd U restaurateur
Boeide het U reeds van jongsaf
aan
Robert PinteionZoiets ja. En
het is voorts een beroep dat al
enkele generaties lang als een
rode draad door mijn familie
loopt. Momenteel zijn er trou
wens nog 2 of 3 familieleden als
restaurateur werkzaam. Een
ander familielid is expert bij
Sothebys. Maar hoe het feitelijk
kwam Toen ik 12 was, ging ik
eens bij mijn oom-restaurateur
op bezoek. Toen hij nog een
beetje diende te retoucheren,
riep hij me met zich mee naar
zijn atelier. Daar vroeg hij me of
het beroep me interesseerde en
dat was het geval. Hij gaf me
daarom de raad naar de Acade
mie te trekken en dat heb ik,
terug in Aalst, gedaan. Het toe
val wilde dat ik kon tekenen. Ik
bleek begaafd te zijn zonder dat
ik het zelf had geweten. Om res
taurateur te worden is begaaf
dheid een absolute vereiste. Ik
weet nu al dat ik van mijn zoon
geen restaurateur kan maken.
Hij is wel verstandelijk en uitges
lapen genoeg om zaken te doen
of expert te worden, maar teke
nen zit er gewoon niet in.
Je kan natuurlijk een opleiding
volgen, maar of je een geslaagd
vakman wordt hangt niet van
jezelf af. Je moet het talent en de
aanleg in de wieg meegekregen
hebben.
Tot voor een paar jaar bestond
er geen specifieke schooloplei
ding. Daar schijnt sinds kort
verandering in gekomen te zijn
PinteionInderdaad, vandaag
de dag kan je een opleiding vol
gen in Brussel, Gent... en ook
ergens in Wallonië, geloof ik.
Ikzelf ben nog van de oude stem
pel. Ik heb het vak mijn eigen
gemaakt door zelfstudie en door
de overlevering. Gedurende
bijna 10 jaar ben ik bij mijn oom
in de leer geweest.
Sinds enige jaren bestaat er een
zogeheten Dunhill Distinction-
prijs, die men jaarlijks uitreikt
aan verdienstelijke kunstam-
bachtslui. In 1982 ging deze prijs
naar 2 restaurateurs. Deed U
ook mee
PinteionNeen. Ik had kunnen
Je hebt jezelf gespecialiseerd in
de 16de en 17de eeuw. Waar
om
Pinteion Ik heb me meer speci
fiek toegelegd op de Vlaamse en
Hollandse meesters van het einde
van de 16de en de volledige 17de
eeuw. Dat tijdvak spreekt me ge
woon het meest aan. Het is trou
wens artistiek gezien één van de
eerlijkste periodes uit de schil
derkunst. Vooral de Hollanders
werkten toen erg puur. In de
eerste plaats als kunstenaars die
uiting wensten te geven aan hun
zienswijze. De Vlamingen uit die
periode waren veel kommerciëler
gericht. Die schilderden in de
eerste plaats om te verkopen.
Is restaurateur een fysiek zwaar
beroep
Pinteion Enorm. Een schilderij
herdoeken gebeurt met een
strijkijzer van zo'n 4 kilo. Wan
neer je daarmee een uurtje staat
te strijken, kruipt dat serieus in
de kleren.
Voorts is het een erg ongezond
beroep. Ik heb hier in mijn ate
lier een tachtigtal flessen met
allerlei giftige preparaten. Wan
neer je retoucheert, verdampen
de produkten op je palet en
adem je dat allemaal in. In zijn
globaliteit genomen is het ver
moeiend en zeker niet te onder
schatten. Drie uur retoucheren
met een loep voor je neus, je mag
het ook eens proberen. Er be
staan beslist leuker dingen in het
leven.
En gedurende de tijd dat je
werkt, moet je konstant uiterst
gekoncentreerd blijven.
PinteionUiteraard. En telkens
het schilderij blijven respekte-
ren. Retouche is overigens niet
iets bijschilderen. Het impliceert
gewoon het opvullen van lacu
nes, het overschilderen van de
plaatsen waar je met mastiek
scheuren opgevuld hebt... Vroe
ger impliceerde retoucheren wél
het bijschilderen van boompjes
en ventjes. Toen verbeterde men
een schilderij daarmee. In die
tijd was het nog een bezigheid
van de schilder zelf. Nu niet
meer, restaureren is geëvolueerd
tot een uitgesproken eigen
beroep. Heden ten dage kan een
schilder veelal zijn eigen werk
niet zelf meer restaureren
Heeft U ooit doeken gerestau
reerd die de moeite niet waard
waren
PinteionNeen, dat doe ik niet.
Aan minderwaardige werken
verspeel ik geen tijd. Ik kan me
dat permitteren doordat ik veel
opdrachten krijg. Een werk dat
het niet waard is, daar begin ik
gewoon niet aan. Het zou, ten
overstaan van de eigenaar, be
drog zijn en ik kan er me gewoon
niet op koncentreren.
Wie heeft U allemaal gerestau
reerd
PinteionDoordat ik jarenlang
in opdracht van grote kunsthan
delaars gewerkt heb, heeft er
heel wat werk van bekende
namen in mijn atelier gestaan.
Rubens, de familie Brueghel,
Teniers, Jan Steen, Van Goyen,
Jacob Ruysdael,...
Wat is ooit uw moeilijkste
opdracht geweest
PinteionDaar moet ik even
over nadenken... Ik heb ooit een
schilderij van Brueghel opgelapt,
waarvan het paneel diverse
scheuren vertoonde. Dat was be
slist geen makkie. Achteraf zei
de eigenaar me dat ik het doek
niet alleen gerestaureerd maar
ook gered had. Voor de rest
wordt het, met de loop der jaren,
tamelijk vaag. In het begin schep
je nog plezier in een restauratie.
De mensen bekijken je met zo'n
ogen wanneer je het herstelde
doek gaat afleveren. Maar na
een poos word je tamelijk
onverschillig bij het lof 'dat je
toegezwaaid krijgt. Een partiku-
verf nadien terug afvegen. Het
laatste wat men mag doen is rei
nigen. Dat is ook het moeilijkst.
Volgens mij hebben de afgestu
deerden die eerst kunstakade-
mie en daarna 3 jaar restaura-
teursschool volgden nooit de
nodige bagage om direkt als vol
waardig vakman uit te pakken.
Na hun studies dienen ze zeker
nog gedurende 4 jaar ervaring op
te doen. Toen ik jong was, dacht
ik ook na enkele jaren alles te
weten. Mijn oom heeft echter
steeds gesteld dat je minstens 10
jaar nodig hebt om te weten
waar je echt mee bezig bent.
Achteraf gezien moet ik hem
daar gelijk in geven. Hoe meer
ervaring je hebt, hoe beter je een
opdracht kan taxeren. Als jong
restaurateur schat je een prijsop
gave niet zelden té laag. Want er
blijkt achteraf steeds méér werk
in te kruipen dan je vermoedt
had.
Is er veel konkurrentie in jouw
branche
PinteionEnorm veel En het
verbetert er niet op nu er jaar
lijks 20 tot 30 nieuwe restaura
teurs afstuderen. Al is het een
zéér mooi beroep, toch twijfel ik
eraan dat allen er hun brood
kunnen mee verdienen. De lange
aanlooptijd die nodig is om een
reputatie uit te bouwen, werkt
trouwens erg schiftend. Onlangs
hoorde ik een leraar beweren dat
er in zijn 14 leerlingen tellende
klas maar 1 getalenteerde zat.
Maar de overige 13 komen ook
kunsthandel en mijn aktiviteiten
als expert, bij partikulieren en
verzekeringen.
Want men heeft soms wel eens
misopvattingen over ons beroep.
Wanneer er bezoekers in mijn
atelier komen, dan vinden die
alles zó romantisch. «Net als in
Parijs plegen ze dan verrukte
te roepen. Maar wanneer ik hier
zit te werken, merk ik daar alle
maal weinig van.
Wanneer ik na enkele uren
retoucheren moe word, dan is
daar weinig romantisch aan. En
indien het zonnetje schijnt, zou
ik ook liever buiten lopen, dan
me in mijn atelier op te sluiten.
Wat mijn aktiviteiten als expert
betreft, zou ik willen stellen dat
de mensen méér op ons beroep
zouden moeten doen. Gisteren
nog kwam er iemand advies vra
gen. Hij wou hier in de streek
een schilderij kopen van Eugène
Verboeckhoven, een 19de
eeuwse römantieker. Vraagprijs
250.000 frank. Ik heb naar het
doek gekeken en je zag zo dat het
een vals doek was. Er was een
valse handtekening op gezet
enzovoort. Een geluk dat die
persoon mijn advies kwam vra-
.gen. Wanneer er bedragen in het
spel zijn van enkele honderddui
zenden franken, dan is het toch
geen luxe meer om het advies van
een expert in te winnen Ik
maak het wekelijks nog mee dat
leken zich prulwerk laten opsol-
feren.
Was de verkoper van die Ver-
broeckhoven zelf onwetend of
wist hij welk vlees hij in de kuip
had
Pinteion Dat weet ik niet. Maar
meestal is men wel op de hoogte'
over wat men verkoopt. En vindt
men uiteindelijk toch een arge
loos slachtoffer. Om goed te
doen zou je als expert in zo'n
gevallen in grote letters «VALS»
op het doek moeten kalken. Met
onuitwisbare verf
lier ziet trouwens zelden wat je
allemaal gedaan hebt. Hij moet
al een fervent verzamelaar zijn
om er een beetje verstand van te
hebben. Lof van kunsthande
laars schat ik veel hoger. Die zit
ten je restauratiewerk met een
loep tot in de details te kontrole-
ren. Zij weten je ten volle te
waarderen. Maar dat is in alle
beroepen zo. De grootste ken
ners genieten er steeds het meest
van.
Hoe oefent een restaurateur
PinteionHet dagelijks werk is
de beste oefening. In scholen
mag men retoucheren op derde-
rangswerk. Men kan er de water-
op de markt. En daar zit het
gevaar. Die foefelen, ten einde
^et hoofd boven water te hou
den, en bezorgen het beroep een
slechte reputatie.
Benevens restaurateur ben jij
ook nog kunsthandelaar en
expert.
PinteionDat is het logisch
gevolg wanneer je jaren in de
sektor vertoeft. Het biedt wel het
voordeel van de afwisseling in
mijn werkzaamheden. Het res
taureren gaat je namelijk soms
wel eens vervelen. Op zo'n
momenten moet je er kunnen
uitspringen. Dan kan ik me tijde
lijk meer toespitsen op mijn
Dhr. Robert Pinteion
I.'foto Frank Bollaert)
De papieren die een schilderij
vergezellen geven dikwijls al een
hint. Wanneer een certificaat
ondertekend is door een illuster
iemand dan is het zeker oppassen
geblazen. Bij certificaten is de
mogelijkheid tot gekonkelfoes
enorm. Er worden er al té
gemakkelijk uitgereikt door on
bevoegde mensen. Een schilde
rij, vergezeld van véél dokumen-
ten en nog méér stempels, is
sowieso al verdacht.
William DE GEYTER