In het Parlement
In Kamer en Senaat.
Marnix van St- Aldegonde herdacht.
■■mmn»
BIJ DIT BLAD BEHOORT EEN BIJVOEGSEL.
PRIJS PER NUMMER 50 CENTIEMEN
VRIJHEID
SOLIDARITEIT
VERANTWOORDELIJKHEID
LIBERAAL
WEEKBLAD DER LIBERALE PART IJ VAN HET ARRONDISSEMENT AALST.
NEGENDE JAAR
14 MAART 1937
Nummer 11
AANKONDIGINGEN 1.00 fr. per regel (voor kleine) voor groote aan
kondigingen, prijs volgens te vragen tarief. Aankondigingen en artikels
te weigeren is voorbehouden. ALLE toezendingen moeten onderteek 2nd
zijn. RECHTERLIJKE AANKONDIGINGEN 3 frank de regel.
Verantwoordelijke Uitgever
EMIEL VAN LIL, Groote Markt, AALV.
DRUKKERIJ Michel BRACKE-DUBOÏS
ST-GILLIS-DENDERMONDE
Voor aankondigingen binnen het Arrondissement Aalst, wende men zich
rechtstreeks tot de Redactie «GRAAF EGMONT», Aalst, Tel. 370, Postch.
Rek. 41.11.44. Voor aankondigingen buiten het Arrondissement Aalst,
wende men zich tot den DRUKKER.
EEN MERKWAARDIGE
REDEVOERING VAN DEN HEER
LOUIS JORIS
Tijdens de bespreking van de begroo
ting van Buitenlandsche Zaken, heeft
de Antwerpsche liberale Volksvertegen
woordiger, Louis Joris, een merkwaar
dige rede gehouden waarin hij de zoo
netelige kwestie der Hollandsch-Belgi
sche betrekkingen behandelde.
De heer Joris legde vooral den na
druk op het feit, dat men zich met geen
flagmentarische oplossing van het
vraagstuk mag tevreden stellen, en dat
onze Regeering, integendeel, moet
trachten de kwestie in haar geheel op
te lossen. De kwestie van de wateraf-
tapping van de Maas en het aanleggen
van het Albert-kanaal mag geen aan
leiding zijn voor Belgie om concessies te
doen aan Holland en aldus al zijn troe
ven af te geven om dan later, bij ge
beurlijke hervatting van besprekingen
omtrent een nieuw verdrag, met ledige
handen te staan.
De heer Joris bewees, aan de hand
van cijfers, dat'de anti-Belgische en de
anti-Antwërpsche campagne die in Ne
derland opnieuw oplaait, door niets ge
wettigd is en dat het goederenverkeer te
Rotterdam gedurende de laatste maan
den in veel ruimere mate had toegeno
men dan te Antwerpen.
De mentaliteit die over den Moerdijk
heerscht bewijst eens te meer, dat de
geest van het verdrag van Munster bij
onze Noorderbroeders nog altijd
niet dood is, zoomin bij de kooplui van
Rotterdam, als in -ie officieele middens
te Den Haag. Verleden jaar werd er,
wel is waar, in de Hollandsche Kamer
op gewezen, dat de betrekkingen met
Belgie verbeterd waren, maar men
schijnt er in Holland een aardige mee
ning op na te houden omtrent deze
aangelegenheid. Het blijkt eens te meer
dat de liefde maar van één kant moet
komen, van den Belgischen kant name
lijk. Holland meent nog altijd het recht
te hebben zooveel mogelijk hinderpa
len op den weg te mogen leggen van
het Belgische scheepvaartverkeer. Is het
nog niet erg genoeg, dat de uitweg
naar de zee van de twee voornaamste
Belgische havens, Antwerpen en Gent.
over Nederlandsch grondgebied loopt
Door Belgie te dagen voor het Inter
nationale Gerechtshof te Den Haag,
ontzegt Holland ons het recht een ka
naal te graven uitsluitelijk op Belgisch
grondgebied. Dit is een aanslag op onze
soevereiniteit, die niet kan worden ge
duld. Belgie doet op zijn grondgebied
wat het wil, en niet wat Holland wil.
De Hollandsche eisch komt op niet min
der neder dan op het dempen van het
Albert-kanaal, waaraan honderden mil-
lioenen zijn ten koste gelegd, dat een
uiterst snelle en gemakkelijke verbin
ding te water moet vormen tusschen
de Antwerpsche wereldhaven en het in
dustriebekken van de Maas, en dat te
vens een uitstekende verdedigingslijn
moet wezen voor het geval ons land
mocht overvallen worden van uit het
Noord-Oosten.
Nederland; beroept zich op het trak
taat van 1863 om Belgie voor het inter
nationale gerechtshof te dagen. Dit
verdrag handelde alleen maar over wa-
teraftappingen stroomafwaarts van
Maastricht en is dus niet toepasselijk
op het Albert-kanaal. Een ander argu
ment van Nederland is het feit dat het
Albert-kanaal tusschen Hasselt en
Quaedmechelen en tusschen Herent
hals en Antwerpen de richting volgt van
de oude Kempische vaart, en dat deze
vaart moet gespijsd worden door wa-
teraftappingen te Maastricht, terwijl
dit water nu nabij Visé worot genomen.
Dit is een spitsvondigheid waaraan on
ze Regeering zich niet moet laten beet
nemen. Een derde argument is dat, ten
Noorden van de enclave van Maastricht,
er water in de Zuid-Wihemsvaart komt
dat niet te Maastricht getapt is, doch
insgelijks bij Visé en door het nieuw,
rond de enclave, aangelegd kanaal in
deze vaart terecht komt. Dit nieuwe ka
naal rond de enclave was er meer dan
noodig. Het is een kunstwerk dat een
ieders bewondering afdwingt en waar
naar de heeren van den Hollandsehen
Waterstaat even mogen komen kijken.
Het is te weinig bekend dat de schepen
vroeger acht dagen noodig hadden, om
een afstand van acht kilometer af te
leggen doorheen deze enclave en dat
doorgaans het waterpeil op Hollandsch
gebied veel te laag stond. Bruggen, slui
zen, een tunnel, tijdrcovende tolforma
liteiten en het lage waterpeil waren
oorzaak van dit enorme tijdverlies.
Men zal zich herinneren dat tot het
graven van het Albert-kanaal besloten
werd, nadat het ontwerp van verdrag
tusschen Belgie en Nederland door het
Hollandsch parlement verworpen werd,
dan wanneer het reeds door een der
Kamers was aangenomen, en dit ten
gevolge van een campagne van laster
en haat, waarbij deze van Rex maar
klein bier is, welke begon met betaalde
advertenties in de dagbladen en wel
dra uitgroeide tot een formidabelen
anti-Belgischen veldtocht, waarvan
men nooit tevoren de weerga had ge
zien.
Al deze feiten bewijzen ten overvloe
de, dat Holland nog altijd van slechte
trouw is en dat het hier alleen maar op
aankomt, zooals de heer Joris het deed
uitschijnen, Antwerpen zooveel moge
lijk te schaden in de expansie van zijn
handel. De vermindering van de loods
gelden en de haventarieven te Rotter
dam zijn daar een nieuw bewijs van.
Het is Holland nog altijd een doorn in
het oog dat Antwerpen, in betrekkelijk
korten tijd, tot een hoogen trap van
bloei is gekomen en zelfs de Holland
sche havens voorbij gestreefd heeft.
De heer Joris heeft er op aangedron
gen dat de Hollandsche-Belgische kwes
tie in haar geheel zou worden opgelost,
want men vergete niet, dat er andere
punten zijn die sedert jaren op een op
lossing wachten, zoo bijvoorbeeld de
verbinding Antwerpen-Rijn (Moerdijk
kanaal), de vergrooting van de zeesluis
te Terneuzen, werk dat, waarschijnlijk
met opzet, niet wordt uitgevoerd zoo
dat schepen van groote tonnemaat de
haven van Gent niet kunnen bereiken
en verplicht worden te Terneuzen te
lossen, enz.
te worden. De kiezingen zouden aldus
niet ophouden en het land zou ononder
broken aan een onvruchtbare agitatie
overgeleverd worden, wat tegenstrijdig
is met de kieswet zelf, die bepaalde ter
mijnen van verkiezingen aanduidt.
Waarom geen plebisciet en geen refe
rendum
In zijn haast om beven op de mast te
klimmen, wilde Degrelle een pronuncia-
miento op zijn Spaanscn wagen, doch
hij mislukte. Daarna sloot hij een ver
bond met de gezworen vijanden van
Belgie en zijn dynastie. Daardoor ver
loor de groote man van Bouillon, een
groot getal voorstanders. Nu loopt hij
achter Van Severen, ook een die Belgie
wil kapot maken, om een rijk in de wol
ken te bouwen, ten koste van een we-
reldooorlog.
Stout gesproken is half gevochten,
meende L. Degrelle.
Ziende dat zijn acties daalden, be
sloot hij stroomopwaarts te roeien. Hij
riep Zondagavond zijn kudde te Brussel
bijeen om haar iets wonderbaars mede
te deelen. Het was juist geen geheim
voor degenen die ingelicht waren. Na
een vloed van woorden en herhalingen,
heeft Degrelle met veel emphase uitge
roepen, dat hij binnen kort een kiezing
te Brussel zou verwekken en dat hij er
kandidaat zal zijn.
Daarom had hij zekeren Olivier en
dezes plaatsvervangers verplicht, ont
slag te nemen om de baan vrij te ma
ken.
Degrelle zelf, die de eerste plaatsver
vanger is, heeft zich dus ook van kant
gemaakt om als Phoenix uit zijn asch
te kunnen verrijzen.
Die politiek beoogt maar ijdele agita
tie te verwekken en poogt het verloren
terrein terug te winnen, zoowel in Bel
gie als in het buitenland. Immers, het
is geweten, dat de ster van Degrelle in
Italië en Duitschland verbleekt. Kan hij
geen ontbinding der Kamers verkrijgen,
dan is Degrelle een vogel voor de kat.
eenvoudig omdat hij met eeuwig zijn
volk in uiterste spanning kan laten le
ven.
Het is al genoeg, dat de kiezingen alle
vier jaar gebeuren. Door plaatsvervan
gers aan te stellen heeft de wetgever
willen verhinderen, dat een kiezing geen
kinderspel zou worden.
Komt de titularis te verdwijnen, dan
komt zijn plaatsvervanger in zijn zetel.
In Engeland is het verboden dat een
lid der Kamer ontslag neemt, geduren
de den tijd der wetgeving waarvoor hij
gekozen werd.
Met Degrelle staat men voor een bal-
oorigen student. Inderdaad, zijn doel is,
het parlement af te schaffen door het
belachelijk te maken.
Te Brussel heeft hij gezegd dat, zoo
hij mocht verkozen worden, hij dadelijk
zijn ontslag zou geven, om zich dan in
een ander arrondissement voor te stel
len, ten einde ook op die wijze gekozen
den en Margaretha van Parma niet
langer voor toegevingen te vinden was.
HET SCHRIKBEWIND VAN ALVA
Alva woidt naar de Nederlanden ge
stuurd. De bloedraad komt in werking.
Alva voert een werkelijk schrikbewind
uit. Egmont en Hoorn won-en onthoofd.
Dan heeft de eerste veldtocht van
Oranje plaats in 1568, maar Alva is
overwinnaar.
De invoering van belastingen, zooals
de tiende penning, moedigt den opstand
aan. Den Briel wordt door de Watergeu
zen ingenomen. In het Zuiden worden
verscheidene steden Uit naam van den
prins van Oranje bezet. Maar dan heb
ben wij den Bartholomeusnacht, de
uitmoording van de protestanten te Pa
rijs. De zuidelijke steden worden op
nieuw aan Spanje onderworpen. Hol
land zet den weerstand voort en Alva
wordt teruggeroepen.
In al die beroerde jaren heeft nie
mand Willem den Zwijger in zijn plan
nen beter gediend dan Marnix van St.
Aldegonde.
Voortdurend werd hij door den prins
met allerlei onderhandelingen belast,
terwijl hij ook aan de krijgsverrichtin
gen deelnam.
DE PACIFICATIE VAN GENT
Na de mislukking van zijn onderhan
delingen, had Requesens den strijd: her
vat, maar hij stierf in 1576 en dat jaar
ook brak de Spaansche furie uit te
Antwerpen. Dit bevorderde het sluiten,
te Gent, van de bekende Pacificatie van
Gent.
Marnix van St. Aldegonde speelde bij
dieze gelegenheid een vooraanstaande
rol.
Men vindt aan den grondslag van
deze Pacificatie twee hoofdgedachten
de vrijheidsgedachte en de verdraag
zaamheid op godsdienstig gebied.
In ons land wilde hij in de eerste
plaats de eendracht tusschen katholie
ken en protestanten bewerken, om aan
den vijand weerstand te bieden.
De verwachtingen van Willem van
Oranje en van Marnix werden echter
bedrogen. Den 16 Januari 1583 wou de
hertog van An jou de stad Antwerpen
overweldigen, om zich de macht van een
alleenheerscher over onze gewesten te
verzekeren.
Marnix was zoo ontgoocheld, dat hij
zich in zijn goed van Westsouburg, op
Walcheren, terugtrok. Hij vertaalde er
in het Nederlandsch de psalmen van
David, waarin hij, van een voor deze
tijden buitengewone meesterschap van
onze taal getuigde. Hij schreef er ook
een studie over de opvoeding, waarin
hij een bijzonder belang hecht aan de
studie van de moedertaal.
BURGEMEESTER VAN ANTWERPEN
Willem van Oranje riep hem echter
uit zijn afzondering terug en benoemde
hem tot buitenburgemeester van Ant
werpen.
Niemand minder dan de betreurde
Jan Van Rijswijck getuigt, dat tegen
over het krachtige Spaansche leger,
aangevoerd door een wil, het garnizoen
van Antwerpen een wakkere bende was,
maar zonder eenheid.
Zware tegenslagen troffen de beleger
den op 10 Juli 1584 werd het fort van
Liefkenshoek door de Spanjaards bij
verrassing veroverd en denzelfden dag
werd Oranje door Batthasar Ghee-
raerts te Delft vermoord.
Marnix zag zich genoodzaakt te on
derhandelen.
Op 7 Augustus 1585 werd de overgave
van Antwerpen onderteekend. Zij liet
aan de protestanten toe met hun have
de stad te verlaten of er gedurende nog
vier jaar te verblijven.
Gedurende vier jaar kon Marnix zich
aldus wijden aan zijn studies. In 1590,
werd hij door de Staten van Holland
belast met het ontcijferen van brieven,
MINISTERIEELE VERANDERINGEN IN
HET ZICHT
Nopens de miniterieele veranderin
gen, schijnt er nieuws te zijn. Niet al
leen zou de Liberale Minister Bovesse,
Gouverneur te Namen benoemd worden,
maar luitenant-generaal Denis zou ook
zijn post verlaten.
Een lid van het Parlement zou hem
vervangen, zooals de heer Devèze ver
vangen werd door een generaal.
De liberale linkerzijden eischen de
versterking van de Liberale Ministeriee-
le ploeg, die volgens hen niet opgewas
sen is tegen de socialisten.
Wie zullen de nieuwe Ministers zijn,
die binnen kort zullen benoemd wor
den
Er is steeds spraak van den radikalen
volksvertegenwoordiger Jennissen uit
Luik, Staatsminister Lippens, die zich
verveelt, sedert hij geen Voorzitter van
den Senaat meer is en danig opnieuw
minister wil worden. Men spreekt ook
van Volksvertegenwoordiger Mundeleer,
ondervoorzitter der Kamer en van Se
nator Dierckx of Senator Demets.
Zal de heer Van Zeeland van de gele
genheid geen gebruik maken, om nog
andere Ministers te vervangen en dus
zijne regeering te herplaasteren Chi
lo sa zou de Italiaan zeggen.
Zekere katholieke Ministers worden te
zwak gevonden.
De Heer Bodart zit niet stil, om als
democraat den heer Van Isacker te ver
vangen, die reeds lang Minister is. «Cha-
que son tour», zegde eens de Aalstersche
Volksvertegenwoordiger Van Wambeke.
IN DEN SENAAT
Sedert de Senaat socialisten, commu
nisten, rexisten en Vlaamsche nationa
listen telt, heeft hij niets meer aan de
Kamer te benijden. Voortaan zal elk
candidaat-senator, goed doen, lessen
van boksen te nemen. De voorkeur zal
gegeven worden aan de meest gespierde
mannen.
Meer en meer wordt het een algemee-
ne regel, dat de vergaderingen gestoord
worden. Dan wordt het eene vischmarkt
van den ouden tijd en eene scheldpar
tij.
Men heeft ongelukkiglijk aan het
hoofd van den Senaat geplaatst een
ouderling, «die de vergadering niet kan
beheerschen en het noodig aanzien mist.
De heer Romanus Moyersoen is als
voorzitter niet beter dan Kamiel Huys-
mans, die getoond heeft, in meer dan
een geval de kluts kwijt te zijn als hij
de Kamer moet voorzitten. Verantwoor
delijk is hij van de vechtpartij tusschen
socialisten, communisten, die samen
hem ter hulp kwamen en de nationalis
ten en rexisten aftroefden.
Bovendien zijn beide voorzitters niet
sterk in zake kennis van het reglement.
Katholieken en Liberalen verbergen
hun ontevredenheid niet en wenschen
beide Voorzitters kordaat naar de maan.
Senators van rechts en links, hebben
spijt, den Heer Moyersoen verko
zen te hebben. Konden zij de flater her
stellen
Hoe werd hij Voorzitter van den Se
naat Daar «ie katholieken na de kie
zingen de sterkste groep in de Kamers
niet meer waren en de socialisten het
in de Kamer werden, moest een socia
list naar de regels van het spel, Voor
zitter van de Kamer worden, terwijl de
plaats van Voorzitter van den Senaat
aan een katholiek kwam.
Daarom moest de Liberaal Lippens,
die den Senaat voorzat, de baan ruimen.
De Heer Moyersoen was eerst aange
wezen als Voorzitter van de katholieke
Unie zaliger gedachtenis, maar «ie Heer
Pierlot werd verkozen. En opdat de kerk
in het midden zou blijven staan, werd
de Heer Moyersoen praeses van den Se
naat.
Ziedaar eene der parlementaire com-
binnazionni uit duizend.
Die politieker is ook minister geweest
en weet men hoe Toen de Heer Theu-
nis zijn eerste ministerie vormde, had
hij een Minister van Arbeid en Nijver
heid te kort. Toen raadde een brouwer
van Aalst, tevens Liberaal Senator, de
Heer Jos. De Blieck, de eerste minister
aan, zijn Aalstersche medeburger als
Minister te nemen.
Dit geschieidde. De Heer Moyersoen
was een oud-luitenant van den Heer
Woeste, die aan zijn vader eene plaats
van volksvertegenwoordiger te Aalst had
te danken en dus niets aan den zoon
kon weigeren. Deze trad in de Kamer,
en later moest hij haar verlaten, om 'n
zetel van Senator te aanvaarden. Na
zijn ministerschap, weid hij Burge
meester van Aalst en de Aalstenaars
beweren, dat zij hem liever verloren dan
gevonden hadden. Inderdaad de katho
lieken leden eene nederlaag bij de ge
meenteverkiezingen, zoodat een gewe
zen accordeonspeler, een socialist, bur
gemeester van de stad van Dirk Maer-
tens werd. Men ziet, dat alle wegen naar
Rome leiden.
Intusschen is de Heer Moyersoen niet
opgewassen voor zijne taak in den Se
naat, waar men kijft en dreigt, «dat het
kotje rookt.
De historische figuren, die de wanden
der rijke zaal versieren, zijn reeds lang
aan die tooneelen gewoon. Ook blijven
zij star en onbewogen als bejaarde se
nators, vechtensgereed zijn.
Daarmede gaat het aanzien van het
Parlement gansch verloren en het Par
lement zelf zakt dieper en dieper «door
de schuld van de parlementsleden zelf.
De Heer Moyersoen mist de manier, de
kunst en' de kennis eene vergadering te
leiden en dit is niet aan iedereen gege
ven, ook niet aan Huysmans.
Zie vervolg 2de blad 1ste kolom v. bov,
Dit jaar moeten wij de vierhonderd
ste verjaring herdenken van de geboor
te van Marnix van St-Aldegonde, een
der geleerdste, schranderste en geestig
ste mannen van zijn tijd.
Dezer dagen werd de herdenking in
gezet te Antwerpen door een Voor
drachtavond, die geopend werd door
den H. J. Hoste, Minister van Openbaar
Onderwijs, over Marnix en zijn tijd
MARNIX EN ZIJN TIJD
De h. J. HOSTE, wijst er op, dat Ant
werpen het aan zichzelf verschuldigd
was Marnix van St. Aldegonde te her
denken met de vereering, die aan zijn
grooten Burgemeester uit de zestiende
eeuw toekomt.
Marnix was Staatsman, redenaar, po
lemist, 'dichter en prozaschrijver en bo
vendien krijgsman in den dienst van
een levenwekkende vrijheidsgedachte,
die door «de eeuwen heen, de menschen
uit deze gewesten is blijven bezielen.
Mijn bedoeling, zegt spreker, is te
wijzen op de opvattingen van samen-
hoorigheid en ook van verdraagzaam
heid, die Marnix ondanks alles in zijn
bewogen bestaan hebben bezield.
Hij werd te Brussel geooren in 1538.
Hij stamde uit een adellijk geslacht uit
Savooie. Heel spoedig in onze gewesten
ingeburgerd, hanteerde hij onze twee
landstalen met een meesterschap, die
men hem nu nog kan benijden,
Te Genève had hij onder leiding van
Calvin gestudeerd het Calvinisme kon
men destijds beschouwen als het strij
dend protestantisme toch kan men de
verdraagzaamheid op godsdienstig ge
bied terug vinden in bijna alle gedra
gingen van zijn leven.
HET EEDVERBOND DER EDELEN
Met zijn broeder, Jan van Marnix,
nam hij een werkzaam deel aan het tot
stand brengen van het Eedverbond der
edelen, dat in 1566 het bekende smeek
schrift overhandigde aan Margaretha
van Parma, landvoogdes der Nederlan
den.
Het smeekschrift was tegen de in-
kwisitie gericht en had dus tot doel de
vrije beoefening van den protestant-
schen zoowel als van den katholieken
goidsdienst te verzekeren.
Margaretha had zich wel verdraag
zaam willen «betoenen, doch haar po
gingen werden verijdeld door Granvelle,
het werktuig van Philips II.
Op zeker oogenbltk vroeg de land
voogdes zijn terugroeping, maar Gran
velle was machtiger en maakte de zoo
gewenschte verstandhouding tusschen
katholieken en protestanten onmoge
lijk. In verschillende steden ontstond
een oproer, dat zelfs in beeldstormerij
ontaardde, met het gevolg, dat de ka
tholieke edelen uit het Eedverbond tra-
Zie vervolg zelfde blad 3de kolom,