ïiHDEVOERlNG
JASPAR
Koloniale Loterij
REDEVOERING
Marcel'Henri
door den Heer
uitgesproken in de Kamer van Volksvertegenwoor
digers, den Heer HEHM
naar aanleiding van de Algemeene Behandeling der
Begrooting van Openbaar Onderwijs.
Minister van Verkeerswezen, uitgesproken
Kamer der Volksvertegenwoordigers.
Vergadering van II MAART 193 7.
in de
De Man van de Orde tegen den Avonturier van
de Wanorde.
BU DIT BLAD BEHOORT EEN BIJVOEGSEL.
BLADZIJDE EEN
PRIJS PER NUMMER 50 CENTIEMEN
VRIJHEID
SOLIDARITEIT
VERANTWOORDELIJKHEID
DE LIBERAAL
NEGENDE JAAR
ZONDAG 4 APRIL 1937
WEEKBLAD D
ER LIBERALE PART IJ VAN HET ARRONDISSEMENT AALST.
AANKONDIGINGEN 1.00 fr. per regel (voor kleine) voor groote aan
kondigingen. prijs volgens te vragen tarief. Aankondigingen en artikels
te weigeren is voorbehouden. ALLE toezendingen moeten onderteekend
zijn. RECHTERLIJKE AANKONDIGINGEN 3 frank de regel.
Verantwoordelijke Uitgever
EMIEL VAN LIL, Groote Markt, AALST.
DRUKKERIJ Michel BRACKE-DUBOIS
ST-GILLIS-DENDERMONDE
Voor aankondigingen binnen het Arrondissement Aalst wende»eh zich
rechtstreeks tot de Redactie «GRAAF EGMONT», Aalst, Tel. 370, Posteh.
Rek. 41.11.44. Voor aankondigingen buiten het Arrondissement Aai
wende men zich tot den DRUKKER.
lang onbesproken bleef, nu plots weer zou op
duiken, gestemd zou worden, en zoo de uitge
lokte herkiezing niet zou plaats grijpen. Had
dit moeten gebeuren, dan had Degrelle weer
opruiïngsstof, dan zou hij wel geschreeuwd
hebben Ze zijn bevreesd, ze zijn onrecht-
Maar dit is niet gebeurd, de tweestrijd werd
zonder aarzelen aangenomen, één man zal
zich ten beste geven voor gansch zijn volk, één
man zal de regeeringspartijen vertegenwoor
digen, één man zal voor goed Degrelle doen
buigen en zwijgen, één man zal een klare en
êerlijke strijd aanbinden. Die man is de Heer
VAN ZEELAND, de strijder voor de kalmte.de
waardigheid en de eendracht.
Ziehier de oproep van den Heer Van Zee
land tot de bevolking
(Vervolg)
Veroorloof mij nog een woord te zeggen no
pens de kas van weduwen en weezen. De over
name van de kassen levert resultaten op wel
ke absoluut niet te verdedigen zijn De On-
derwijzerskas bezat een kapitaal van 450 mil-
iicen er was een jaarlijksch tegoed van 40
millioen. Welnu, in de toekomst zullen voor
sommige weduwen de pensioenen merkelijk
verminderd worden, bij toepassing van de
nieuwe standregelen, waarbij de verlagingen
wegens ouderdomsverschil opgevoerd worden
en waarbij het pensioen voor de leergangen en
bijkomstige cursussen gesplitst wordt.
De Heeren Mundeleer en consoorten hebben
destijds een wetsontwerp, houdende herinrich
ting van een zelfstandige kas voor onderwij
zers, zoowel vrije als gemeentelijke, bij de Ka
mer ingediend. Dit voorstel houdt in ruime
mate rekening met de financieele behingen van
den Staat en beantwoordt zekerlijk aan den
wensch van de groote meerderheid dezer ver
gadering. Ik vraag, dat dit voorstel zoo gauw
mogelijk bij de Kamer aanhangig gemaakt
worde en ik hoop dat de Regeering er zich niet
zal tegen verzetten.
Kortom, ik veroorloof mij aan den Heer Mi
nister te vragen De noodwendigheid te er
kennen, geleidelijk tot de hcrklasseering van
het personeel der lagere scholen over te gaan,
van nu af aan, af te zien van de deflatiemaat-
regelen die enkel en alleen het onderwijzend
personeel treffen. De Kamer in staat te stel
len de kwestie met betrekking op Weduwen-
en Weezenkas te onderzoeken.
Ik acht het hier niet noodig met klem te
wijzen op de zeer gewjehtige rol welke het on
derwijzend korps in de natie kan spelen en te
vervullen heeft. Om op zijn beroepsijver en
zijn burgersgeest te kunnen rekenen, is het
dringend noodig, paal en perk te stellen aan
hetgeen aan het onderwijzend personeel als
een onrechtvaardigheid beschouwd wordt en
waaruit de tegenstrevers van het regime niet
aarzelen, munt te slaan.
In de dictatoriale landen heeft men inge
zien, dat men er alle belang bij heeft, zich de
medewerking van het onderwijzend personeel
te verzekeren en hetzelve van dienst te zijn,
om onze instellingen te doen waardeeren en
liefhebben.
Mijnheer de Minister, de hervorming van
ons onderwijs houdt niet op met al onze aan
dacht gaande te maken. Ten aanzien van dit
veelzijdig vraagstuk vergt de herziening van
de programmas in den zin van een substatieele
ontlasting, van aard om alle overspanning uit
te schakelen, een rationeele en tevens drin
gende oplossing.
Wat ons lager onderwijs betreft, zag een
nieuw studieplan het daglicht. Des te beter in
dien dit plan de verlangde verlichtingen met
zich brengt. De ondervinding zal het uitma
ken. Ongelukkiglijk wordt de vereenvoudiging-
van de programmas welke het oogmerk van
dit nieuw plan zou moeten zijn, slechts als een
punt van ondergeschikt belang beschouwd.
Het moest wijken voor de lofuitingen van een
nieuwe methode waarvan men het gebruik
aan al onze onderwijzers wil opdringen. Ik
kan er niet akkoord mede gaan.
De voorgeschreven methode is die van Dok
ter Decroly, verwant aan deze van John De
wey (Amerika), Montessori (Italië), Clarapède
(Zwitserland), enz.
Welnu, de zoo belangwekkende en verdien
stelijke werken van Dokter Decroly, kunnen
slechts dan een wetenschappelijke waarde
hebben, wanneer men ze in hun werkelijk mid
den verplaatst namelijk het laboratorium
van den geleerde en de abnormale kinderen,
waarop proefnemingen geschieden.
De uitbreiding van normale kinderen, van
opvoedkundige methoden, welke speciaal voor
abnormalen werden uitgedacht, maakt den
grondslag van de vergissing uit. Het verschil
tusschen beide categorieën van kinderen, is
ten minste even groot als dit, dat tusschen
een gezonden en zieken mensch bestaat.
Een andere ernstige dwaling bestaat er in,
een enkele en zelfde methode, aan heel een
onderwijzend korps te willen opdringen.
De «Standard»methode bestaat nog niet en
ze zal ook niet kunnen bestaan, zoolang het
onderwijs een hoogere kunst zal blijven.
De herschepping van onze klassen in labo
ratoria werkplaatsen waar alles door recht-
streeksche waarneming en proefneming zal ge
schieden gaat tenslotte met bovenmatig
groote gevaren gepaard.
Laat ons niet van het eene uiterste in het
andere vallen, niets is lastiger en moeilijker
dan dc interpretatie van een waargenomen
verschijnsel.
Voor iedereen die er even over nadenken
wil, hoeft het geen nader betoog, dat deze
methode tot een dergelijke opeenstapeling van
dwalingen moet leiden, dat men er bang voor
wordt. Het vluchtig doorloopen van enkele aan
deze methodenleer gewijde handleidingen
waarvan de auteurs wel bekend zijn, volstond
trouwens, om hieromtrent ten volle mijn mee
ning te staven.
Ziehier enkele voorbeelden gegrepen uit het
honderd
Aan kinderen van 8 tot 10 jaar wordt de
vraag gesteld waarom de steenkool zwart is
waarom een boom kwijnt de oorsprong van
het water, enz...
Aan kinderen van 10 tot 12 jaar zal men
nog wat meer wetenschap trachten in te pom
pen en zal men hun b.v. aanleeren dat de
zwaluw en de kwikstaart jacht maken op de
muggen om het vee te beschermen dat de
katten muizen vangen om onze eetwaren en
onze kleederen te vrijwaren, enz.
Wanneer men dergelijke stommiteiten leest,
gelooft men tc droomen, en ik vraag het U,
Mijnheer de Minister, op wat zal een derge
lijk veralgemeend onderwijs uitdraaien Wan
neer zij, die bij onze onderwijzers voor gids
willen doorgaan, zich zonder blikken of blozen
soortgelijke dwalingen veroorlooven, dan kan
men zich zonder eenige moeite de hoeveelheid
en den omgang inbeelden van al de vergissin
gen welke men aan onze kinderen zal te slik
ken geven. Dit is geen opvoeding meer. Het is
een verknoeiing
Ik wensch mijn meeningsverschil met be
trekking tot het nieuwe pla.i, niet met andere
voorbeelden tc staven. De hierboven aange
haalde zijn ruimschoots voldoende.
Werpen wij nog even een blik op het middel
baar onderwijs. Van den Heer Minister
wenschte ik graag te vernemen, of men per
slot van rekening een lationeele ontlasting van
de programmas verhopen mag.
Niet zonder redenen maakt sedert talrijke
jaren deze kwestie het voorwerp van de be
zorgdheid van de bevoegde personaliteiten uit.
Tot nog toe werd geen enkel resultaat verkre
gen met het oog op de ontlasting der over
spanning waarvan onze jongelingen 't slacht
offer zijn en in verband waarmede door de
meest gezaghebbende personen heel grondige
bezwaren geopperd werden. Deskundigen heb
ben aan de op dit stuk van zaken bestaande
misbruiken afdoende studies gewijd.
De van alle kanten binnengekomen advie
zen zijn overeenstemmend, stellen met kracht
dadigheid een gevaar aan de kaak, dat noch
tans zienderoogen toeneemt. Is er dan toch
geen enkel redmiddel voorhanden en is een
Minister, gerugsteund door de academische
overheden en de openbare meening niet bij
machte om dien misstand te verhelpen
Wij weten wel dat het mogelijk is om door
het rondzenden van ministerieele omzendbrie
ven het onderwijzend korps er op te wijzen,
dat het met mate dient te werk gegaan. Maar
wij weten ook dat al deze aanbevelingen prak
tisch zonder uitwerking blijven en dat een ra-
dikale hervorming zich opdringt. Het gaat
hier niet enkel om de lichamelijke gezondheid
van opwassende jongelingen, voor wie alle om
werking of overspanning ten zeerste noodlot
tig is, maar ook en vooral om de geestesge-
zondheid.
Van einde en verre vernemen wij, dat de
studenten die het gewoon contingent voor onze
universiteiten leveren, meestendeels van allen
observatiegeest, van alle gezond oordeel en zelfs
van alle positieve kennissen verstoken zijn. De
overdaad van allerhande begrippen waarmede
zij werden volgepropt heeft hun oordeel niet
gevormd.
De aangeleerde vakken hebben geen wortel
geschoten en hun veelvuldigheid heeft slechts
verwarring doen ontstaan. Daarenboven ver
hindert de ononderbroken arbeid van den leer
ling, in de school en thuis, alle persoonlijke
initiatief en het lezen van boeken, welke hem
niet worden opgelegd, alles te zamen geno
men, beletten de cursussen den leerling van
zich te ontwikkelen, terwijl ze aan de soepel
heid en de zekerheid van zijn oordeel nadeel
berokkenen. Op dit stuk van zaken spreekt het
verslag van de H.H. Hermann en Grootaers
over de examens van de stichting, hetwelk in
het zestiende jaarlijksch verslag van de uni
versitaire stichting verscheen, boekdeelen
Nog onlangs geleden hield de Heer Drieberg,
Rector van de Hoogeschool te Luik, in het
tijdschrift «Le Flambeau» een echt rekwisito-
rium tegen de misbruiken, waarvan wij de
uitroeiing wensehen.
Men weet eveneens, dat de Heer Gravis,
oud-Rector van dezelfde .Universiteit reeds se
dert meer dan tien jaar een krachtige cam
pagne voert voor de vereenvoudiging van de
programmas, ik denk mij niet te vergissen,
wanneer ik hier verklaar, dat de raad van toe
zicht zich in den zelfden zin heeft uitgespro
ken. In deze omstandigheden vraagt men zich
af, wat zich tot tegen de verwezenlijking van
een zoo noodzakelijke en dringende hervor
ming verzetten mag.
Wij schenken ons vertrouwen aan den Heer
Minister van Openbaar Onderwijs. Wij hopen,
dat Hij krachtdadig zal ingrijpen en wijzen
eens te meer op de noodzakelijkheid, dat het
niet langer opgaat een hoogst betreurenswaar-
digen stand van zaken te laten bestendigen,
waaraan ongetwijfeld Hij alleen een einde zal
vermogen te stellen.
(Zeer wel op talrijke banken).
mijn
VOOR KALMTE
WAARDIGHEID EN EENDRACHT
HET BEHOUD VAN ONZE WETTELIJKE
INSTELLINGEN ALS INZET VAN DEN
KIESSTRIJD
Beste Medeburgers,
Mijn persoonlijke meening is bekend.
Ik heb nooit wel integendeel -
godsdienstige overtuiging verborgen.
Ik heb mij steeds buiten de partijen gehou
den.
In mijn heele regeeringsaktie heb ik mij
steeds door een enkele bezorgdheid laten lei
den het welzijn van alle Belgen. Thans ben
ik kandidaat bij de gedeeltelijke verkiezing
van 11 April. Indien ik ertoe besloten heb, is
dit omdat ik het als een plicht beschouwde.
Iemand beproeft de kalmte, waarvan het
land geniet en die het noodig heeft, te versto
ren de doelmatige en gelukkige werking van
een regeering van nationale eendracht en na
tionaal herstel te belemmeren onze instellin
gen aan te vallen.
Iemand droomt ervan bij ons een regiem
van geweld, strijdig met al onze tradities, in
te voeren.
Als hoofd van de regeering past het dat ik
in den strijd aan de spits sta. Dien strijd wil
ik in volle klaarheid leveren, met algeheele
loyauteit, zonder acht te slaan, noch op leu
gens, noch op beleedigingen, noch op laster.
Met mij kandidaat te stellen, heb lk U de
gelegenheid willen geven U zonder dubbelzin
nigheid uit te spreken en in volle klaarheid te
kiezen.
TUSSCHEN
de verstandhouding aller goede burgers en de
partijdige drift, die haat verwekt en zoo naar
burgeroorlog voert
TUSSCHEN
een regeeringsbeleid dat het land van de kri-
sis heeft bevrijd en de orde, de wettelijkheid,
den socialen en godsdienstigen vrede waar
borgt
en een avontuur dat spoedig in wanorde en
in verwarring de slechte dagen, waarvan de
herinnering nog niet is uitgewischt, weer zou
doen opdoemen
TUSSCHEN
een regiem dat al onze groote nationale tra
dities eerbiedigt
en slaafs uit het buitenland overgenomen
methoden.
Waarde Medeburgers, ïk doe niet alleen een
beroep op uw gezond verstand, ik richt me
vooral tot het gevoelen van verknochtheid dat
gij voor uw instellingen koestert en tot de
fierheid waar gij groot op gaat, omdat gij weet
vrije burgers te zijn van een vrij en sterk
land.
Ik stel mijn betrouwen op u.
Paul van ZEELAND.
Welnu, is dit niet een klare en gezonde
taal
De strijder voor de orde, staat tegenover een
avonturier van de wanorde, de natie staat te
genover een onwaardig schepsel, een broeisel
van het buitenland.
Wij durven reeds jubelen om de zegepraal
die den Heer Van Zeeland zal behalen, wij
zingen reeds «Requiescat in pace» over de ver
gane Degrelle. die het Rexisme bezig is met te
begraven.
Leve den Heer Van Zeeland
Weg met Degrelle en zijn soep
Leve de Liberale Partij
En toch misschien kan dit voorval nog zijn
vruchten dragen voor U Luistert goed
Mocht het U in het verdere leven niet mee
gaan men weet nooit hoe een dubbeltje rol
len kan en een Senators- of Kamerzetel van
Rex gaat toch gemakkelijk verloren moest
het U niet meegaan, Xavier, dan moogt gij
U niet te ongerust maken wij stellen U
voor als eerste kandidaat voor het postje van
buitensmijter, some where in de Hoogstraat of
het Marolienkwartier te Brussel.
Als uw handen dan nog jeuken zal niemand
het U meer euvel nemen.
4e SNEDE 1937. Violetkleurige Biljetten
PLAN B.
UITGIFTE 25 MILLIOEN (500.000 biljetten,
genummerd van 100.000 tot 599.999)
VERDEELING DER LOTEN
Dit hoofdstuk kan ik niet sluiten zonder U
enkele woorden te zeggen over het vraag
stuk van de spoorwegtarieven.
De Nationale Maatschappij vroeg, in Novem
ber
1) Terugkeer tot het stelsel van voor de
laatste tanefsvermindering van Januari 1935,
in het deflatietijdperk die maatregel kwam
overeen met een globale tanfsverhooging van
ongeveer 10 t.h., die de jaarlijkschè ont
vangsten der Nationale Maatschappij met
126 millioen moest doen verhoogen
2) Een nieuwe eenvormige verhooging van
10 t.h. die haar 114 millioen zou opbrengen
3) Een verhooging van de reizigerstarieven
met 5 t.h. voor de 2de klasse en met 10 t.h.
voor de 3de klasse, welke 56 millioen zou ge-
ven.
De Regeering heeft gemeend op dat voor
stel niet te moeten ingaan een eenvormige
en zoo belangrijke tariefsverhooging kon het
herstel van een zeker aantal nijverheden in
gevaar brengen. Zij wilde de definitieve uit
komsten van het dienstjaar 1936 kennen.
Voor 1936 beloopt het tekort der Spoorwe
gen 152 millioen. Voor 1937 wordt een tekort
van 220 millioen voorzien.
Ik heb het vraagstuk onder een ander oog
punt willen onderzoeken. In plaats van een
vormige en massale verhoogingen toe te pas
sen, heb ik meer dan 400 voorkeurtarieven
bestudeerd in verband met den werkelijken
toestand van de bedrijven die er het voor
deel van genoten.
Om een in zijn herstel vertraagd bepaald
gedeelte van de nijverheid te begunstigen,
om een heropleving van de concurrentie tus
schen den waterweg en den straatweg of de
concurrentie van sommige vreemde havens of
spoorwegnetten te voorkomen, moesten een
zeker aantal voorkeurtarieven ongewijzigd
behouden worden daarenboven werken talrij
ke nijverheden thans onder zulke voorwaar
den dat begustiging van haar uitvoer door
uiterst lage voorkeurtarieven niet meer noodig
Met spanning wacht gansch het land de
herkiezing af van 11 April a.s. te Brussel.
Degrelle. de avonturier, heeft al de regee
ringspartijen uitgedaagd.
Hij vond geen stof meer om het volk op te
hitsen, en ditmaal zou hij alles in de weeg'
schaal werpen, gezien zijn rexisme toch op
sterven ligt.
Door dezen tweestrijd uit te lokken, dacht
hij dat het herkiezingswetsontwerp, dat sedert
1
GROOT lot van Fr.
1.000.000
5
loten
van
100.000 fr.
500.000
10
loten
van
50.000 fr.
500.000
20
loten
van
25.000 fr.
500.000
25
loten
van
20.000 fr.
500.000
.50
loten
van
10.000 fr.
500.000
200
loten
van
5.000 fr.
1.000.000
500
loten
van
2.500 fr.
1.250.000
500
loten
van
1.000 fr.
500.000
5000
loten
van
500 fr.
2.500.000
5000
loten
van
250 fr.
1.250.000
50000
loten
van
100 fr.
5.000.000
F t. 15.000.000
61.311 loten in totaal
TREKKING IN APRIL,
De Fortuin in 't voorv';tiicbt 60 Frank»
Het voorkeurtarief wordt, bij voorbeeld, be
houden voor de metaalproducten van de Fran-
sche nijverheid, die over de Belgische Havens
naar overzeesche landen worden uitgevoerd,
ten einde de concurentie van de Haven Duin
kerken tt vermijden. Voor het gezamenlijke
van het vervoer der kolen en metaalnijverheid,
dat respectievelijk 43 t.h. en 21 t.h. van de
ontvangsten der bijzondere tarieven vertegen
woordigt, zullen de tarieven met 12.57 t.h. en
11.72 t.h. verhoogd worden (het tarief voor de
zendingen ijzererts naar de metaalfabrieken
zal, meer in het bijzonder, een verhooging van
15 t.h. ondergaan.)
De verhooging der voorkeurtarieven verschilt
van 2 tot 13 t.h. en stemt overeen met een bij
komende ontvangst van 72 millioen.
Anderzijds, zal een verhooging van 10 t.h. op
de algemeene goederentarievcn die in het
meerendeel der gvallen niet samen met de
verhooging der voorkeurtarieven zal toegepast
worden 63 millioen geven.
Ten slotte, zullen de reizigerstarieven met
5 t.h. verhoogd worden.
Wij hebben er voor gewaakt, dat het vervoer
van landbouwproducten, landbouwcolli, eetwa
ren, fruit, enz., dat een ontvangst van 28 mil
lioen vertegenwoordigt, van alle tariefsverhoo
ging uitgesloten werd.
Ik meen, dat er dient op gewezen dat wij
boven het simplisistisch en gevaarlijk stelsel,
dat in een massale en eenvormige verhooging
zou bestaan hebben, een methode verkozen
hebben die natuurlijk enorm veel werk vergt,
maar die tot een rationeel doseeren van de
overwogen maatregelen geleid heeft, zoodat de
belangen van de maatschappij niet boven het
algemeen belang gesteld worden.
IL DE PARITAIRE COMMISSIES
Nu wil ik U enkele woorden zeggen over de
Paritaire Commissies.
Voor de Nationale Maatschappij der Belgi
sche Spoorwegen werd de kwestie geregeld bij
de wet van 23 Juli 1926. De Paritaire Com
missie werkt volgens de wensehen van den
wetgever. Ik neem het voorzitterschap er van
waar, maar als mijn ambsplichten mij elders
roepen laat ik mij vervangen door den Heer
GESCHE, den geleerden Eerste-Advokaat-Ge-
neraal van het Hof van Verbreking, die de
voorzitter was van de eerste Paritaire Com
missie, de zoogenaamde «Constituante».
Straks zal ik de eer hebben U enkele woor
den te zeggen over de Paritaire Commissie van
de Nationale Maatschappij van Buurtspoor-
De politiek van den Heer SPAAK, mijn
achtbaren voorganger voortzettende, werd een
Paritaire Commissie opgericht.
1) Bij de Spoorwegmaatschappij Mechelen-
Terneuzen
2) Bij de Naamlooze Vennootschap van den
Electrischen Spoorweg Brussel-Tervueren.
Het Koninklijk Besluit van 9 Mei 1936, hou
dende algemeen reglement betreffende het ver
voer van zaken door middel van motorvoer
tuigen, voorziet ln artikel 32 de oprichting van
een Nationale Paritaire Commissie in dat be
drijf.
Op dit oogenbllk onderzoek ik de mogelijk
heid om de bevoegdheid van die Commissie
uit te breiden tot al de ondernemingen van
vervoer over den weg, zoowel van personen als
van goederen, met inbegrip Van de verhuizin
gen en de taxi-diensten.
Die weg moet opgegaan worden, want de
Paritaire Commissies hebben onbetwistbaar be
wezen factoren van den socialen vrede te zijn.
De gebeurtenissen van Juni en Juli laatstle
den hebben duidelijk het bewijs geleverd dat
daar waar Paritaire Commissies bestonden on
middellijk onderhandelingen met de betrokken
partijen konden aangeknoopt worden.
Wat gansch bijzonder het departement van
Verkeerswezen betreft, daar werkt regelmatig
een Paritaire Commissie, die haar bevoegdheid
tot de diensten van het Departement van
Posterijen, Telegrafie en Telefonie uitstrekt.
Onder de onlangs getroffen maatregelen wil ik
vermelden
1) Het minimumloon van 32 fr. werd verze
kerd aan al de valide bedienden van 21 jaar,
die 8 uren per dag werken
2) het bij besluit benoemen van de werklie
den. waartoe met ingang van 1 Januari 1937
besloten werd en dat meebrengt
a) toekenning, volgens den dienstouderdom
van een jaarlijksch betaald oerlof van 8 tot 15
dagen
b) toekenning van het volle loon in geval
van ziekte
c) merkelijke verbetering van het stelsel der
weduwen- en weezenpensioen
3) het toepassen op de aangestelden van de
bij de Nationale Maatschappij der Belgische
Spoorwegen van kracht zijnde weddeschaal
met terugwerkende kracht tot 1 Juli 1936
4) het verhoogen van de vergoedingen van
allen aard die op 80 en 75 t.h. verlaagd wa
ren. Die vergoedingen werden eerst op 85 t.h.
gebracht en in de vergadering van 19 Februa
ri 1937 heeft de Kabinetsraad besloten ze tot
90 t.h. te verhoogen, indien de toestand van
de begrootingsontvangsten gedurende het aan
staande kwartaal gunstig blijft
5) de standplaatsvergoedingen voor de be
dienden met minder dan 27.000 fr. per jaar,
die te Brussel, Antwerpen, Luik, Gent en
Charleroi wonen, zullen opnieuw aan het in
dexcijfer 700 worden aangepast, 't is te zeggen
dat zij op 1000 fr. zullen gebracht worden
voor Brussel en op 800 fr. voor de vier ande
re groote steden.
Andere punten werden door de Paritaire
Commissie besproken en in den vorm van een
wensch aangenomen. Zij worden thans door de
departementen onderzocht met het goed vast
staand verlangen, niets te verzuimen om ze
zoo spoedig mogelijk te verwezenlijken.
Buitendien moet opgemerkt worden dat
1) De kwestie van de loonen en wedden op
gelost werd overeenkomstig de bij Koninklijk
Besluit van 28 Januari 1935 bekrachtigde over
eenkomst, met in gemeen overleg met de syn
dicale vereenigingen vastgestelde toepassings
modaliteiten
2) de Kabinetsraad in zijn vergadering van
19 Februari inderdaad besloten heeft, het Ko
ninklijk Besluit van 28 Januari 1935, in een
gunstigen zin voor de wensehen van de perso-
neelvereenigingen te wijzigen: met ingang van
1 April zullen de loonen en wedden niet meer
schommelen op grond van het indexcijfer der
drie maanden van het burgerlijk kwartaal,
maar op grond van het indexcijfer der voor
laatste maand.
Krachtens de clausule, tot vrijwaring van
de verworven rechten zullen die maatregelen
ipso facto toepassing vinden, ten aanzien van
het personeel der N.M.
Met ingang van 1 October zal hetzelfde re
gime op de Staatsgepensionneerden toegepast
worden
3) bij een Koninklijk Besluit van 9 Januari
1936, de statuten van de Werkliedenkas ge
wijzigd werden om ze. wat de op pensioen
stelling van de werklieden betreft, in overeen
stemming te brengen met het regime der
ambtenaars en beambten, 't is te zeggen op
pensioenstelling op het einde van de maand,
waarin de leeftijd van 65 jaar bereikt wordt,
dan wanneer de werklieden vroeger slechts op
pensioen werden gesteld op het einde van het
jaar, waarin zij den leeftijd van 66 jaar be
reikten.
De maatregel werd trapsgewijze ingevoerd,
met toepassing van een overgangsregime, maar
sedert 1 Augustus 1936 worden de werklieden
eenvormig op 65 jarigen leeftijd gepension-
neerd.
Een beslissing van de Regeering heeft toe
gelaten, de tijdelijke diensten in zekere mate
geldend te maken voor de in een vaste be
trekking benoemde bedienden.
De desbetreffende onderrichtingen zijn nog
niet bijgewerkt, doch de maatregel zal in elk
geval met ingang van 1 Januari 1936 toege
past worden.
3)
DE NATIONALE MAATSCHAPPIJ VAN
BUURTSPOORWEGEN
Onder den Impuls van de Regeering werden
ook hier maatregelen van sociaal belang ten
voordeele van het personeel onzer tweede Na
tionale Maatschappij getroffen.
LOONEN
Op grond van de Regeeringsverklaring der
eerste Regeering Van Zeeland, werden de loo
nen van het personeel der buurtspoorwegen 'n
eerste maal met 5 t.h. verhoogd.
Naar aanleiding van de geoeurtenissen van
Juni-Juli 1.1., werden zij verhoogd met 2,43
t.h. tot 5,63 t.h., volgens de categorien van be
dienden, en werd het minimumloon van 32 fr.
toegepast voor de bedienden van 21 jaar, die
volle rendement leveren.
Aangezien de Maatschappij
de kindertoelagen voor 2 t.h. van de loo
nen
de 8 dagen betaald verlof voor 2 t.h. van
de loonen
de toelagen van ouderlingen bijstand voor
1 1/2 t.h. van de loonen
het kosteloos reglementair pensioen voor
2 t.h. van de loonen
het wettelijk pensioen voor 1,25 t.h. van
de loonen
het kleedingsfonds voor 1,25 t.h. van de
loonen