Onze Meeting
van Eppeghem (Vilvoorde)
Is 't hun Testament
.\Tog ouze vriend De Coster
Wij moeten er een woord van schrij
ven.
Ik ga er naartoe zondag namiddag met
een paar vrienden.
Wij waren nog aan 't lokaal niet ge
komen, of wij zagen en hoorden reeds
dat men tegen ons eenen aanslag be
raamd had.
Hier waren het eene bende lompe
schurken die stonden te schimpen en te
roepen, daar stonden de schoolkinderen
gereed die opgetrommeld waren, en hier
en daar zagen wij een heerken rondloo-
pen om bevelen te geven.
In 't Lokaal was er reeds een schoon
getal mannen opgekomen, en als wij de
Meeting begonnen, mogen wij zeggen,
dat onze eerste woorden begroet wierden
met de toejuichingen van een eerlijk en
deftig publiek.
Maar dan al met eens zijn de Katho
lieke kopstukken, aan het hoofd van
eene bende wildemans binnengestormd.
Ik heb veel gehoord en gezien in de
Meetingen, maar nooit was ik getuige
van walgelijker schouwspel.
't Was roepen en tieren, huilen en
brieschen als wilde beesten, stampen en
slaan als zinneloozen; hier hoorde ik
vloeken, daar stond er een met een pint
glas in de vuist en verdreigde mij ermeê
te slaan; te midd< n daf hellegewoel was
er zelf een woesterik die de vuist aan
mijn lijf sloeg, en ook eenen zag ik de
vuist in het gezicht slaan van een onzer
Vrienden, een oude zieke man.
Ondertusschen volbrachten de school
kinderen hunne opgelegde taak zij sloe
gen en buischten op de vensterramen.
En die helsche storm van geweld, van
laster en beleedigingen, van schuimende
woede hebben wij eene geslagen uur
moedig, verduldig uitgestaan.
Dat zijn nu de verdedigers van den
Godsdienst, van de Leering van Chris
tus Christus, het Lam Gods, die
leerde leert van mij dat ik zachtmoe
dig van herte ben; bemint elkander;
doet goed aan uwe vijanden; die op zijn
kruis nog bad tot zijnen Vader Vader
vergeet het hun..Christus uit den He
mel ziet daar uwe nieuwe apostelen
eene bende zatgemaakte, onwetende
lomperikken, die vloeken, huilen en
tieren, stampen en slaan, en die zelfs
eenen armen machteloozen Priester aan
randen, die de eenige misdaad beging
van alles op te offeren, en zijn leven toe
te wijden aan het arm verdrukte Volk,
de lievelingen Christi
Nog eens dat is nu de Katholieke
Partij geworden
En nu de verantwpordelijkheid
Het zijn nog die bende wildemannen
niet die meest plichtig zijn geene op
voeding, geen ond rwijs, opgehitst zijn
en zat gemaakt, die sukkelaars weten
niet wat zij doen, en wij zeggen inet
Christus Heere, vergeef het hun, want
zij weten niet wat zij doen
Maar de Pastoor, die 's morgends zoo
geweldig uitgeyalien is tegen oas
In de Kerk waar niemand zich kan
verdedigen; in de Kerk waar het woord
van broederlijkheid en vrede alleen zou
mogen weerklinken; hij die aan den Ou-
taar zeggen moet paxvobis vrede zij
met u
Priester Gods, onze Meester heeft ge
zegd aan Petrus: «steek het zweerd in de
scheede, vergeet dit woord niet, want
zweerd en geweld, dwang en vervolging,
zijn de schande van de Godsdienst.
En te midden van de bende liep een
stuk Baron
Overal dezelfde
Zij heerschen .over 't Volk, azen op
zijne onwetendheid en, zijne lafhertig-
heid leven en genieten van zijn zweet
en zijnen zuren arbeid, en staan nu al
met eens verschrikt het herwordende
Volk den kop te zien rechten En, som
tijds nog dommer als het onwetende
Volk, onbekwaam een deitig woord tot
het Volk te spreken, en alle oude ridder
lijkheid vergelen; nu staan die edele
Ridders met vergulde blazoenen en ron
kende titels aan 't hoofd., niet der Dap
peren die hun bloed vergieten voor Va
derland en Recht, maaraan 't hoofd
van... zatte wilde domme woestelingen.
Dat is de overschot van d n ouden
edeldom
Er is op hun blazoen een bondel
hooi te kort.
Een goede dag voor ons. Wij strijden
voor het arme slavende Volk, en die voor
't Volk wil strijden, moet voor 't Volk
kunnen lijden. Goede dag, want die bal
dadigheden hebben ónder 't deftig Volk
eenen waren walg verwekt tegen de
Katholieke Bewaarders, en de genegen
heid gewonnen voor de arme Christene
Democraten, die in den strijd voor de
Rechtvaardigheid vervolging lijden.
En nu om te eindigen ik mag die
mannen ook niet vergeten aan de zijde
van die Katholieke woestaaids stonden
4 heeren van Brussel tegen ons, de man
nen van de Lijst der Commer^anten Pro
ficiat, heeren ConJmerpabten.
Priester Fonteyne.
Dc Katholieke Bewaarders hebben
ic de Forten van Antwerpen gestemd;
•>e 40 m illioen gestemd eoor werken van
pracht;
3C Het g> andstelsel doen stemmen van
afstand der Koolmijnen van Limburg en
Antwerpen.
y Talrijke benoemingen gedaan en een
waschmande Kruisen van Eer uitgedeeld aan
hun Vrienden en Setviteurs.
Inde Belgische •Geschiedenis komen
twee groote zwijgers voor Willem van
Oranje en... De Coster van Assche.
Oe eersten zweeg om-lat er te machtig
veel gedachten in zijn brein omwoelden;
de tweede zwijgt eenvoudig omdat hij
niet weet wat zeggen, en omdat hij heeft
gemerkt dat telkens wanneer hij spreekt,
hij zaken uitkraamt, waarmee men hem
dan later jaren lang kwelt en plaagt.
Zoo is 't gegaan met zijne vermaarde
redevoering van 8 Juni 1903. Dien dag
was hij bijzonder wel ter taal en voelde
't kieken dat hij tot nu toe in zich had
omgedragen, in een arend veranderen.
Zonder gelijke rechten, riep hij uit,
is de Hopteelt te nietDe Hopplanters
hebben 't recht Gelijke Rechten t«
eischen Oe tegenwoordige toestand is
-ja, dat schrikkelijk woord heeft De
Coster uitgesproken eene echte FOP
PERIJ
En wie waren daarvan de slachtofiers
Natuurlijk de Hopplanters die hunne
waar jaar aan jaar onder de drukkende
Duitsche lasten zagen afslaan.
Eindelijk was dus iemand rechtge-
sprongen om hunne belangen te verdedi
gen. Zij hadden eindelijk, onder hunne
vele gekozenen, toch één ertegenwooi-
diger gevonden; en. o wonder, die eenige
echte, moedige, welsprekende vertegen
woordiger was niemand anders dan De
Coster, die zij altijd als het grootste
flauw be-cheid van gansch de lijst had
den aanschouwd.
Hunne vreugde was groot maar van
korten duur.
Het Goevernement fronste eens de
wenkbrauwen; De Coster zweeg, en lie
ver dan nog van Gelijke Rechten te
spreken,zou hij zijn eigen tong inslikken.
Veel m®er als de Hopbc "u, moege-
tergd maar toch vreedzaam in Assche
bijeenkomen, om hunnen wil uitte spre
ken niet langer gefopt te worden vol
gens 't woord van De Coster, zend deze
hun de gendarmen op 't lijf en maakt hij
zijn slaven op, om*de Volkssprekers uit
te schelden en te vervloeken
Ziedaar den man. Hij is zoo plat, zoo
onbeduidend, zoo teenemaal nietig dat
wij hem liefst onaangeroerd zouden la
ten.. Maar hij is tevens een typede type
van denzo j genaamden katholieken Ver
tegenwoordiger die, na al zijn beloften te
hebben in den wind geslagen, vóór de
kiezing met den Godsdienst komen
schermen, waarvau zij zich de eenige
ware verdedigers noemen.
Dat De Costers kiezers zich op 27 de
zer aan dien groven list zullen laten van
gen, durven wij zeer betwijfelen.
Wat willen de
Katholieke Bewaarders
Voor de Boeren,
Korte Pachten.
Voor hun eigen,
Afstand voor eeuwig van de Koolmijnen.