Mononkel Kwinten
f
O
De krot in de Stadskas
Uit Sottegem.
NINO VE
Geeraardsher gen
Samenspraak
A
en de Orgelbals.
Pas twee jaren geleden stemde de Ge
meenteraad van Aalst een reglement
op de Orgelbals. Dit reglement be
perkte de dagen waarop het zou toege
laten zijn dansfeesten te houden.
Te vergeefs vroegen de Liberale
Gemeenteraadsleden enkel nog éénen
dag meer die toelating te verleenen
namentlijk op Garentwijndersmaandag
zijnde de Potjesmarkt van Dendermon-
de en dit om het jong werkvolk in de
stad te houden. Onmogelijk, riep de
heer Moyersoen op bitteren toon, geen
enkele dag meer, het is reeds maar al
te veel, en ik hoop dat het reglement
streng zal nageleefd worden. Ik
ben er ook tegen zegde de heer sche
pen Meert. En de gemeenteraad
luisterde naar deze gezegden. Helaas,
wat zijn sedert dien de tijden toch
veranderd Immers, nood dwingt,
kost wat kost, men moet geld slaan.
Er is krot, groote krot in de kas
En 't reglement wordt overtreden
't is alsof het nooit gestemd geweest
ware. En reeds 's avonds te voren
kwam men de 30 franken ontvangen
't was betaalbaar op voorhand, de ont
vanger zat weder met de tranen in de
oogen voor eene ledige kas. Wat zegt
ge nu, M. Moyersoen Hoe gaat gij
uwe strenge Christelijke princiepen in
overeenstemming brengen met de
noodwendigheden van te moeten be
sturen zonder geld. Het schepencolle-
gie rekent op de inkomsten voortko
mende van overtredingen op 't regle
ment der orgelbals om de twee eindjes
aaneen teknoopen, wantin 1905 heeft
men uit dien hoofde 1258 fr. ontvan
gen, in 1907 voorziet men te ontvan
gen 2.350 fr.
Dank aan eene vermeerdering van
1100 fr. geraakt het tot het merkwaar
dig bobi van 38 fr. boni voor hetwelk
de drukker der kiezerslijsten danst
gelijk koning Saul voor de heilige Ark.
KROT, KROT, KROT in de stads
kas, in gansch Aalst is nog éen man
die zulks betwist, het is bovengemelde
drukker
l>e zagerfj van den electriek.
Lied met zangop het aria ah, Jefhen
is getrouwd en alleenspraak, opgedragen
aan den heer de rijke de la facade
èmaillèe).
Ah, Sottegem heeft den electriek,
De tjeven zitten in de misere,
De tjeven zitten in de misere
Ah, Sottegem heeft den electriek.
De tjeven zitten in de misere,
En 't is de fout hunner eigen kliek.
I.
Ja, 't is waar, de tjeven zitten in de mise
re, maar hoevele burgers hebben zy niet te
beklagen gemaakt P Yk Zou ne keer de Sot-
tegemsche inwoners willen bijeen zien die
hunne vroegere potroollampen betreuren
W ant telectrisch licht is hier verre van ple
zant te zijn, surtout voor handelaars. Ge
krijgt me daar bij voorbeeld 's avonds ne ka
lant in uwen winkel, en w.. terwijl dat ge
hem aan 't bestellen zijt, gaat 't kisken van
ne cent uit. Ge staat daar thans te gapen,
somtyds met de handen vol marchandise, en
op den hoop toe moogt ge dan nog al tasten
deen al stronkelende uwepetroollamp(welte
verstaan als g'er nog eene hebt) gaan opzoe
ken ofwel bij den eenen of den anderen ge-
buur gaan schoon spreken om u te komen
verlichten. Echt vaudevillist zooals men
ziet.
Ah Sottegem heeft den electriek,
De gemeente zit in de misere,
De gemeente zit in de misere
Ah, Sottegem heeft den electriek,
De gemeente zit in de misere,
Maar 't is de fout der tjevenkliek.
II.
Als de electriek opkwam, wilde mijn
vrouwken hem bon gre malgré ook nemen
t was zulk schoon en proper licht, 't was
gemakkelijk voor 't onderhoud, men had
licht als men wilde en daarbij, adieu de pe-
troolkan. Maar ik, die gelukkiglijk bij mij
t huis de broek draag en die eèn beetje
t groot vernuft onzer Sottegemsche elec
tnekbazen kende, zei tegen mijn wijvekett
van een tijdje geduld te hebben en een beetje
te peinzen gelijk de ronkerseer ze opvliegen
en poddorie, ge kunt waarlijk niet gelooven,
als ge al de miserie in aanmerking neemt die
de electriek teweegbrengt, hoe kontent dat
ze nu is over mij omdat wij met den electriek
niet gefopt zyn. Ze zou me ni* wel tien keers
embrasseeren tegen vroeger- ne keer, want
Mengelwerk van den 3 Februari 1907.
31
EENE KAROTTE
door
ff. De Cock-Creten.
De tweede schepen zet zich in zyne hemds
mouwen langs Mononkel neer, haalt zijn
ketsgetuig uit de kamisools-tesch, slaat aan
en houdt de dampende zwam over een stom-
pig aarden pijpje, waar hij aan palt als of
men eene champagne-flesch aftrok.
ifen raadslid, kuiper van zijn ambacht,
komt opgegaan met een bussel reepen aan
dim arm en den desser in de hand. Hy werpt
desser en reepen in eenen hoek van de zaal
en zegtik heb niet veel tijd zij wachten mij
in de brouwerij met dat droog weder zijn
zegt ze, 'kweet nu wat dat de Sottegemsche
electriek kan en waard is en waarlijk, go
zoudt 't haar partant niet opgeven, maar
z is op de hoogte van 't dagelijksch proble-
ma, want zie hier haar avond- en morgend-
gebed
Ah, Sottegem heeft den electriek,
De burgers zitten in de misere,
De burgers zitten in de misere,
Ah, Sottegem heeft den electriek,
De burgers zitten in de misere.
Maar 't is de fout der tjevenkliek.
UI
Zie, beminde lezers en lezeressen, alles
wel ingezien, zou men toch niet zeggen dat
de gemeente Sottegem zoodanig erg in de
krot zit want, vroeger, toen alles wat de
electriek aangaat gedaan wierd door den lan
gen secretaris, kwam Cambrinus ten minste
alle maanden rekenen, maar nu dat de hui
dige directeur of, zoo ge wilt de receveur
daar nog ne kleinen comptable te zijner be
schikking heeft en dat er bovendien nog nen
administrateur van over d'halve deur bijge
komen is wat budgetratten he voor nen
nietvinden onze doorluchtige, 't land
van Aalst door gekende nulliteiten het al
heel wel dat ze zich alle drij of vier maan
den eens derangeeren om ne keer te rekenen.
Maar 't zal toch wel plus que probable uit
oogenverblinding zijn dat ze zoo lang wach
ten om achter de cents van den electriek te
gaan, want anders zouden de schuldeisphers
van de gemeente zoolang achter hunne zuur
gewonnen centen niet hoeven te wachten
Ende zoo komt het dan ook dat, in de win
termaanden, er verbruikers zijn die, hoewel
zeer zuinig te werk gaande, soms wel 30 a
40 f. ineens moeten betalen.'kBen zeker dat
kleine neringdoeners die einde eener maand
zulke groote sommen ineens voor den elec
triek zouden moeten betalen, wel met de poe
pers zouden zitten tegen dat de facteur van
de post met de kwittansekes afkomt.
Maar zie, hoe knoopt ge dat nu aaneen,
men signaleert mij daar verbruikers, en niet
van de geringste die voordenzelfden termijn
maar 15 20 fr. betalen en nog anderen, die
eerder geld zouden moeten toetrekken Ah
bah De gemeente Sottegem bezit dus comp-
teurs die of voorloopen, of goed gaan of ach-
terloopen Wat voor gebreveteerde dingen
zijn me dat Ah, mijnheer Eugeen, vous
vous êtes rudement fourrè le doigt dans
l'ceil als ge F Audenarde op 't tribunaal
zegdet dat de electriek de rijkdom was van
de gemeente, want nu ook zingt en kraait ge
over alle daken
Ah, Sottegem heeft den electriek,
Ik zit in de misere,
Ik zit in de misere
Ah, Sottegem heeft den electriek,
Ik zit in de miserie,
Maar 't is de fout mijner eigen kliek.
IV
Ne mensch die nu toch waarlijk afziet met
den electriek, is voorwaar onzen administra
teur-directeur-chauffeurhij heeft nu toch
geen minuut ruste meer en 't is niet te ver
wonderen dat zijn madameken och heere,
zulk vriendelijk klein lief poesehen(z'is
zoo groot als een schuurdeur) zich be
klaagt over zijne dagelijksche afwezig-heid.
want van 's morgens vroeg tot 's avonds
laat is Jantje de lanteireman op de straat om
te zien hoe alles gaat. Hij is waarlijk de slaaf
van God en alleman en 't is niet genoeg dat
hij soms heele dagen lang aan de soupapen
van de gaz pauvre hangt toerente doen,
't minste gevaltje dat zich voordoet, 't is bij
hem dat men gaat reklameeren en men ziet
hem somtijds ook geheel Sottegem afdrillen
om ne smid te vinden die het zich wel ge-
waardigen wil onzen gaz pauvre met den
voorhamer ne keer af te troeven als hij zijne
perten begint te spelen. Maar waarom wen
den die reclameurs zich toch ook niet ne
keer tot burgemeester Zoetekoeke Hij hoort
toch zoo gaarne van den electriek klappen,
want ge 11'hebt waarlijk uwen mond nog niet
open gedaan of mijnheer Eugeen begint al
armen en beenen in de lucht te smijten zeg
gende 'k zal nog zot worden van den elec
triek 'k Vind dat zulke burgemeesters
waarlijk beter op hunne plaats zouden staan
in graanvelden, als 't koren rijp is, om de
musschen benauwd te maken. Hoe vindt gij
het beste lezers 'k Geloove thans dat 'k ook
beginne te derailleeren en 'k ga myn penne
neerleggen want
't Wordt hier een echte plagerij
Die electrische zagerij
En wellicht wordt hier alleman nog zot
Door 't electrische kemelkot.
Be Sottegemsche straatzanger.
-
In den Gemeenteraad.
Onze katholieke raadsheeren zyn over
eenige dagen erbarmelijk uit eene zitting
gekomen, zoodanig dat hun Moniteur het
noodig oordeelde in een lang verslag hunne
gekrenkte pluimen wat te herstellen.
't Was de Heer Van den Berghe die eerst
den bek roerde en volgens 't Moniteurke
roerde hijden snavel de gansche zitting door.
Er worden hem gansche redevoeringen in
den mond gelegd en verpletterende ant
woorden die geheel het blauio-groene
kamp in de war brachten. zooals bij
voorbeeld Moet g-ij daarom schepen
zijn ofc< 'k za'k ik a da zeggen
Volgens de drukker-verslaggever stelt
het redenaarstalent van den Heer Notaris
Van den Berghe de andere raadsleden zij-
bijna al de tonnen verrateld en al de reepen
gesprongen. De laatste komt binnen meteen
vier honderd poor-en selerijplanten onder
den arm, beide soorten in bussel gebonden
die hij voor zich op tafel neerlegtik ga dit
jaar meestens krQpselerij plantenGod geve
dat de dol mij nu late Weet gij geen goed
middel om den dol te verjagen Het is niet
noodig te zeggen dat volgens gewoonte al
die snullen maar knikkers waren. De echte
baas van het spel was de smid, die onder het
hoedje toch den ganschen boel rond zijnen
vinger draaide en Mononkel wezenlijk met
den neus leidde. De bijzonderste oorzaak van
den invloed welken de schepen op den bur
gemeester bezat, zullen wij aanstonds te
kennen geven.
Nu dan, heeren, begon Mononkel en trok
hij eenen almanach uit zijne tesch, den hoe-
veelsten (hebben wij vandaag P De eene be
zag den anderen; niemand wist het.
Den tiende, zat Mononkel zynen ron
den neusnijper op, den tiendezoodat het
morgen acht dagen, draaide hij de blaren
van den almanach, met name de Kazak
schieter van Limburg, dat is te zeggen den
ner partij ver in de schaduw. Maar ook, hij
is notaris, en de affichenge verstaat
Om der wille van het smeer..., enz. Be heer
notaris Van den Berghe vroeg aan sche
pen De Mol (stijl Kadodder) met wat
recht hij twee leerlingen in de gemeente
school had doen aannemen, wanneer deze
leerlingen in de aangenomen school van den
Vestbarm waren gestraft geworden.
Jef, ge zijt mis, fluisterde zijn gebuur
hem in 't oor.
c< Allo, er bestaat toch een reglement dat
't verbiedthaperde de Heer Notaris.
Toen men hem naar dit reglement vroeg
bleek het ten slotte, dat die loet en dat re
glement een simpele maatregel was geno
men door de Heeren Van der Steen en Beeck-
man, eene eenvoudige overeenkomst tus-
scgen twee katholieke schoolmeesters.
M. Van den Berghe vond dus dat de sche
pen van onderwijs zich te gedragen had naar
de voorschriften van die twee heerschap
pen
't Was om te lachen en zelfs zijne katho
lieke collegas haalden goedwillig de schou
ders op
Wat het feit nu op zich zelf betreft, 't was
de eerste maal niet dat leerlingen de pap-
school verlieten, omdat ze er met al te veel
kristene zachtmoedigheid behandeld wer
den.
En is in dergelijk geval de Heer schepen
De Mol persoonlijk tusschen gekomen 0111
voor die twee leerlingen in de Gemeente
school plaats te doen Vinden, dan heeft hij
getoond dat hij zich van zijne taak kwijt zoo
als het behoort en dat het'onderwijs van het
volkskind hem meer aan 't harte ligt dan
bij zijne voorgangers van het vroeger katho
liek Bestuur, die slechts alle 10 jaren eens
den voet in de Gemeenteschool zetteden.
Op de dagorde stond Beramen nopens
eenen afstand ten eeuwige dage, van grond
op ons kerkhof, gevraagd door Mevr. W'
Lambrecht te Oultre.
Niemand twijfelt nog aan de politieke re
denen die dergelijke aanvraag door de ge
meente Oultre, het geboortedorp van Smid
Lambrechtdeden weigeren.
Er was spraak van 't plaatsen van een
gedenkteeken op het graf van den volks
vriend.
De betooging die deze plechtigheid zou
vergezellen moest kost wat kost vermeden
worden, zooals te Eyghem.
En Oultre nam zijne voorzorgen De ge-
meenteoverheid weigerde de toelating tot
het plaatsen van een monument.
Mevr. Lambrecht had dan den grondaf-
stand op het kerkhof van Ninove aange
vraagd.
De liberale raadsleden verklaarden zich
seffens bereid om het ijzeren hek van den
doodenakker wijd open te zetten om de
eeuwige rust aan den verlichten volksjon
gen te verschaffen, die tot in den dood de
vervolgingen der a oü beioaarderkliek
moest voelen.
De katholieke raadsheeren waren van een
ander gevoelen. Zij mochten toch geenen
kaakslag toebrengen aan hunne politieke
vrienden van Oultre. Zij verzetteaen zich
als een man tegen het voorstel
De Heer D1" Van der Haegen beweerde dat
het overbrengen van vreemdelingen, die
hier geen grafkelder bezittende openbare
gezondheid zou in gevaar brengen.
De Heer Notaris Van den Berghe bewees dat
er hoegenaamd geene onverdraagzaamheid
in kwestie was, want dat de Burgemeester
van Oultre de verzekering had gegeven,
dat eene betooging op zijne gemeente niet
zou gestoord worden.
Dat was eene politieke leugen, zooals de
Heer Notaris Van den Berghe er reeds meer
dan eens in den Raad uitkraamde en zij be
wijst goed tot wat punt van blinde zelfver
getelheid onze katholieke raadsleden geste
gen waren, op het oogenblik dat de' Heer
Voorzitter voorstelde over te gaan tot de
stemming.
Dit voorstel verlamde al bij tooverslag de
tong der katholieke vechtersbazen.
M. Kiekens herinnerde zich op dit oogen
blik de uren waarop hij, als Roelander, 'aan
de zijde van den smid had gestreden, en hij
stemde met de Liberalen.... ja
De heer Van den Berghe (011 bewaarder te
Ninove, Meerbeke en Okegem, en Groenlan-
der te Aspelare,) dacht aan zijnen titel van
Notaris dien hij aan Smid Lambrecht en zijne
vrienden te danken had, en stemde.... met
de liberalen... ja
Dr Van der Haeghen bekreunde zich niet
meer om de openbare gezondheid en stemde
met de liberalen... ja
En wat kon M. Declercq nu anders doen
dan eene muilpeer bijgeven aan de kamera
den van Oultre en Ja knikken zooals zijne
vrienden... met de Liberalen
Zou de Moniteur ons niet kunnen vertellen
welk effekt die muilperen op de kameraden
van Oultre gemaakt hebben
Wij knippen uit Be Vrije Klok orgaan
der kristene Demokraten Op dezelfde
zitting handelde heer Declercq, over de kris
tene vakvereeniging, reeds weinigen tijd te
Ninove gesticht, en drong erop aan,aan ge
melde vereeniging een jaarlijksche subsiede
te verleenen.
Iedereen weet genoeg wat die christene
zondag acht dagen Rombroek's kermis zal
wezen.
Wat weer hebben wy dan P vroeg de
poor-en selerijplanten.
Wacht eens, zocht Mononkel naar den
dagklapper, ik zal eens zien. Hy las den
18e schoon weder. De arrondissements-kom-
missarissen zullen nu een uitstapje naar de
burgemeesters wagen en eens machtig bui
zen. Laat hem eens komen den groothans
zei Mononkel, noggeen glas water I Van
den 19 tot den 24 overtrokke lucht, koel we
der. De kikvorschen zitten in de heggen te
schreeuwen daar is verandering op han
den. Ergo, zei Mononkel, koel weder
maar noch regen, noch donder van den 19 tot
den 25, wij kunnen het niet beter verlan
gen.
Gewenschtbemerkt de smid.
Nu dan, begon, ik heb eenige voorstel
len te doen. Algemeen voorstel Ik wil dit
jaar Rombroek's kermis op eene bijzondere
wijze vieren.
Zeer knikten al de leden zoodanig ge
lijk alsof gij met een koord aan het Jantje
(beter katholieke) vakvereeniging is, en 0
beter te doen uitschijnen met welk doel he -
Declercq gemelde vraag deed, zal ik slechtsi
bijvoegen dat sekretaris en schatbewaarder
(beiden zijne onderdanen) op de zitting prijk
ten Raadsheer Octave Van Irnpe beant
woordde dit voorstel, met een treffende rede,
waarin hij onder andere te kennen gaf, dat
men 't akkoord was in princiep de be
langen der werkmansbonden te verdedigen
maar buiten politieke kleur'tis te
zeggen dat indien men subsiedie zoude
verleenen, deze maatregel zoude gelden,
zoo voor liberale-democratische-socialistisch-
gezinde als voor katholieke werklieden - -
Dit was een passend en welgeplaatst ant
woord, hetwelk den bijval van het aanwe
zige publiek verwerft. Het is onbetwist
baar en in het oogspringend dat het woord
christene vakvereeniging slechts een
deknaam is, waaronder de bewaarders,
'traagweg maar met berekende slimheid,
onze werkersbevolking wil trachten in
't katholieke kamp binnen te lokken.
IJdele hoop, heeren bewaarders, onze
werklieden kennen uw loerr ch3 handelwij
ze, en zijn op hunne hoede
Voor slot vertelt de kadodder-Moniteur
dat op voorstel van M. Buydens den armen-
taks werd afgeschaft....
..en nu was Buydens in den gemeenteraad,
zoo schrijft hij, edelmoedig en groot genoeg
om de afschaffing te vragen van eene zoo
reehtvasiïMlige en velksg-ezimle
instelling 1
Zoo dus, na in tijd van kiezing, moord en
brand geroepen te hebben over deze belas
ting, nu wordt ze voor die heeren op eens
rechtvaardig en volksgezind
Achteruit schijnheilige huichelaars, maakt
u gereed om met Oktober aanstaande uw
brevet te ontvangen van bekwaamheid en
rechtvaardigheid 1
Onlangs stierf in onze stad mijnheer
Alfred De Vos, in leven gemeenteraadslid en
ontegensprekelijk de hoof man der katholieke
partij van het kanton Geerardsbergen Alles
deed hij. alles durfde hij wanneer het poli
tiek gold. In zijn eerste nummer van dees
jaar geeft Geerard de katolieke moniteur
van het stadhuis de levensbeschrijving van
den overledene en in dit artikel lezen wij on
der meerHet groote toerk der kiezers
lijsten xoas 't geen hem meest bezig hield.
Wat schuilt daar onder P Wat komt dit te
pas in een nekrologiek artikel Op wiens
bevel legt de penneknecht Notus het lot op
Jonas
Eere aan wien eere toekomtde Burge
meester en Schepenen zijn alleen verant
woordelijk voor den konkelfoes en de ver-
valschingen in 't opmaken der kiezerslijsten
van Geerardsbergen gebeurd 1
Zijn deze Heeren niet zeer op hun gemak
en niet fier over de loensche feiten waaraan
zij goedwillig de hand leenden, dat zijn hun
ne zaken. Hun ellendig uitvluchtsel zal niets
batenrekenschap zullen zij geven en
de gevolgen luiituei' Itanticlwij-
ze zullen zij dragen, volksvertegen-
diger Jules Rens, heeft moedig aan den heer
Prokureur Generaal de vervalschers aange
klaagd en met vertrouwen wachten wijde
gevolgen af.
Het zij ons toegelaten te zeggen dat het ge
drag der katholieke partij tegenover hun af
gestorven hoofdman weinig moedig is, inde
fabelen van Lafontaine noemt men dit
Le coup de pied de l'dne.
Wie P Wie Wie Heeft met nieuwjaar
Arsène gezien Wie p Wie Wie met
Emigrant.
Een vriend liet ons deze week een oud
kiesliedje zien over eenige jaren in Geerards
bergen door de katholieken uitgegeven, wij
brengen het in zijn geheel aan onze lezers
ter kennis, zij zullen kunnen bestatigen dat
de heilige verhevene poëzij der gezalfden
van toen niet ten onder moet doen voor de
hedendaagsche
1
Wat aardig jaar wij nu beleven
Framassons patriotten doen beven
Wel hebt gij ooit gezien
Zulke vieze lieën.
Den dikken Goris met zijn breul
En Philip Lennas den goeden sneul
Den jugede paix met zijn Greffier
Vermaerde tandmeesters alhier
Maar vindt bakkers en Sinte Bastjaen
't Is met de framassons gedaen.
2
Reneken Turkschen liberael
Portomonsken op een middagmael
Eene nieuwe regende willen uitvinden
Van doove. stomme en blinden
Daarbij Antheunis uit de kat
Liefhebber van klink en gat,
President Bijl met zijn fanfaristen
En Parijs met zijne listen
Maar vindt bakkers, enz.
Klaas trekt.
Bijzondere voorstellen ging Monenkel voort
1. Wij znllen vier speellieden uit Maastricht
ontbieden en in de vier voornaamste herber
gen spel houden.
Ja maar, de pastoor spraken zij al
len verschrikt.
Hier is geene kwestie van pastoor, ik
wil dat zoo hebben.
Generale knikking.
2. Ging Mononkel voort, z.ondag's na
het lof zal er in den zak geloopen worden
s maandag's en dijnsdag's de vogel gescho
ten 's woendag's de gans gereden en don-
derdag's om 4 ure na den noen openbaar bal
onder de linde voorde pastorij. Wat zegt gij
daarvan f
De eene bezag den anderen en dacht
bevreesd wat zal de pastoor daar van zeg
gen
Ik wil dat poddorie, zoo hebben sloeg
Mononkel met de vuist op tafel. En zij knik
ten allen als de mannekens Goed heer bur
gemeester.
Wij hadden nog te handelen, sprak
August Bruyneel den octrooi man
Die er niet meer aaigeraeken kan
Pier Cleemput met zijn poppen arms
Louis Petit met zijn bierdarms,
Den koppige bierbrouwer juré
Van Santen en den framasson Corné
En al die slechte patriotten
Wilden met de regencie spotten,
Maar vindt Bakkers,
Zij wilden hebben voor Burgemeester
Een goddeloozen tempeester
Om onze bakkers te plagen
Het colegie weg te jaegen
En het octroi doen adguseeren
Om meken portemont te laten fradeeren
Helas. wij vinden niet genoeg buizen
Om 't hangen aan 't gat van die luizen
En vindt bakkers, enz.
Dank zij aan alle goede lien
Onze brave herders vol min.
Helpen onze rechten voorstaan
Om den duivel tegen te gaan
Ons te redden uit 't vier der Hel
Een verderf door bal en spel
Ons verlossen van die framassons
En al die slechte Brouillons.
En vindt Bakkers, enz.
Niet waar beste lezers, dat er in den styl
van de katholieken niet veel verandering is
gekomen en dit oud liedeken waardig is ge
zongen te worden op het airVan de kale-
gon vandigne, don daine,dondon 1
Sommige familiën zijn door onze stadhuis
bazen bijzonder uitverkoren voor wat het
uitdeelen van plaatskens in de verschillige
besturen betreft, een voorbeeld
Heer Emiel Van Daelen, oudste is gemeen
teraadslid
Heer Emiel Van Daelen, oudste is apothe
ker-leverancier in 't Hospitaal
Heer Hector Van Daelen, zoon Emiel, is
luitenant der garde-civiek
Heer Hector Van Daelen, zoon Emiel is
gerant der apotheek Clarebaut, eenig leve
rancier van 't Armbureel
Heer Hector Van Daelen, zoon Emiel is
professor in de Nijverheidsschool
Heer Emiel Van Daelen, junior, zoon
Emiel, pas dokter benoemd is dokter oog
meester van 't hospitaal gebombardeerd
Wij hopen dat de plaats van Majoor-Bevel
hebber der Burgerwacht welke vrij komt
ook de familie Van Daelen zal toegewezen
worden, dan zingen wij met hen 'tis hier
allemael 't onze boem la la
Nousauterllberaux.
tussebeia St-Biaiiiiel en
een Ueen ho u we i'sgas tj
Over weinige dagen, naar zijn werk
gaande, ontmoette een Beenhouwers-
gastje van ongeveer veertien jaar,
Kamilleken. Zij hielden de volgende
samenspraak
V. M.., kom eens hier Waarbij!
komt het, dat gij gisteren naar de Zon
dagschool niet zijt geweest
Wel, mijnheer de Pastoor, ik kan
naar de Zondagschool niet- meer ko
men.
Waarom
Omdat ik nu op stiel ben, en het
rond 3 uren namiddag is vooraleer ik.
gedaan heb.
Wat stiel leert gij P
Beenhouwer Mijnheer.
Zoo en bij wie
-Bij Mijnheer K...
Wat bij K weet gij niet dat
dit een liberaal, een geus is.
Jongen, jongen, bij zulk slecht volk
moogt gij niet zijn, het zijn godlooche
naars, frammassons.
- Dat is wel mijnheer, maar ik
moet toch ievers mijnen stiel leeren en
nochtans ik ondervind dat dit brave en
deftige menschen zijn.
Deftig, deftig, er zijn geen deftige li
beralen, t is al gespuis en slecht volk,
gaat bij katholieke meesters, jongen,
want bij de geuzen zal men U in het
verderf storten, en zult gij voor eeuwig;
ongelukkig zijn, en gij zult het U be
klagen.
Ik zal het aan mijnen Paa. zeg
gen mijnheer de Pastoor.
Authentiek.
Liberalen verspreidt de
VOLKSGAZET.
Mononkel, over straten werken, mev het
stratenwerken, over het vagen der schou
wen en over het bier dat er in Rombroek ge
tapt wordt'tis, poddorie. water! Ik wil
hebben dat de ratten deze kermis zat zijn
met bier en het niet van genever krijgen De
gene ver doet vechten.
Zouden wij de gendarmen niet doen ko
men F vroeg de smid.
Neen, zei Mononkel, de herbergen
worden van den 19 tot den 25 niet gesloten.
De zitting was uit. De smid ging naar zijn
aambeeld, de kuiper naar zijne tonnen en de
hovenier naar zijnen hof. De speellieden
werden ontboden en alle herbergen voorza
gen zich van oud Maastrichterbier. Daar de
onderpastoor uit Rombroek vertrokken nog
niet vervangen was, zoo deed de pastoor
zondag's tot tijd en wijl maar eene mis, de
vroege op gewone zondagen en de hooge op
andere feesten en dat om 10 ure. Reeda
stond de pastoor van half tien op koster en
misdienaar te wachten wat ,mag zulks
toch beduiden F men moest al lang met de
groote klokgeluid hebben. Het werd kwart
voor tien, kwart na tien, en nog de klein
ste kerkdienaar te zien. Wordt voortgezet
j