ll r- M TISCH H «J - L> f I Prijs ImNL iiMDHnrr Tweede Jaargang. Mummer 9 5 Maai*» 190 De kiezitigcn in Rusland. Vuur en Water. Doctrinairen. Twee zwarle Monsters. Rijk V 4 r&? %ÈËS "^WlUi feat* ikasa Abonnementsprijs 3 fr. voor de stad en den huiten voorop betaalbaar Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten voor de stad, ten kantore van het blad, Groote Markt, i, Aalst. Prijs der Annoncen: j nC^one per drukregel 15 centiemen Reklamen 75 centiemen ik\\ ijls te hei halen annoncen, prijs volgens overeenkomst Vonnissen op de derde bladzijde, 2 frank Aalst, 2 Maart IOOT Nog een vijftigtal uitslagen ont breken van de tweede kiezing der rus- sische Doema (Kamer van volksverte genwoordigers), maar van nu af, mag men bevestigen dat het russisch volk zich gewroken heeft over de schande lijke handelwijze van de reactionnai- ren, die op brutale wijze de eerste Doema ontbonden hadden, omdat zij te vooruitstrevend was. De russische Kamer, die den 5 Maart zal geopend worden, zal zoo tegenstrij dig, zoo liberaal zijn, al- de voorgaan de Tegenwoordig zijn er 472 zetels op de 524, die al bei leed zijn. Van deze 472 zi)n er tot nu toe, dooi' de tegen partijen, liberalen, vooruitstrevers, socialisten 292 veroverd. Zelf mag de oppositie rekenen op 341 stemmen, met de 49 Volksvertegenwoordigers, die aan de oude partijen toebehoorèn, gevormd door de verschillige nationa liteiten. Er blijft dus enkelijk aan de par tijen die tot de regeering behooren (koningsgezinden, octol risten enz.) 131 vertegenwoordigers. Indien aide overblijvende zetels, zijnde 52, vero verd werden door de ministerieelen, dan zouden de tzarye-inden 1104 niet over de meerderheid van da Ka mei- beschikken. Volgens juiste rekeningen zou het blijken, dat de oppositiepar tijen, wanneer gansch de k lezing zal geëindigd zijn, omtrent 370 s'emmen zullen tellen, terwijl het gouverne ment maar zalmegen rekenen op om trent 154 stemmen. Men mag dus rechtuit bekennen dat de kiezing eene wreede nederlaag is voor den I zar, voor M. Stolypine, zijnen eersten mi ister en voor de tal rijke beambten, die getracht hebben, van deze kiezing, eene echte schande lijke comedie te maken. M. Stolypine, geholpen door de gouverneurs, hebben alle listen en la gen uitgevonden om het kiezen van eene liberale Kamer te beletten. Don derde middelen werden ingespannen om de vrijzinnige kiezers te beletten hunne stem uit te brengen. In menige stad, was de schrik zoo groot, dat de vrijzinnige kiezers de stad verlieten, daar hun leven in gevaar was, en zoo dan ook de meerderheid gaven aan de achteruitkruipers. In andere steden, verklaarde de gouverneur opentlijk, dat hij niet zou toelaten, dat men ad- nere kandidaten voorstelde, dan tzar- gezinden. In de dorpen ging het nog wat aaders. De overste (burgemeester), omringd van kozakken, riep de pope (priester) en te samen stelden zij de lijst op der kandidaten. Deze moesten dan nog opentlijk bekennen dat zij hun zeer genegen waren of anders werden zij afgeschrabt en door andere vervan gen. Met duizende kiezers werden verplicht te huis te blijven en met dui zende kiezers ook werden naar Siberië verbannen. En toch, ondanks al deze afschuwe lijkheden, in alle andere landen onmo gelijk, ondanks de verbanningen, de in- kerkeringen, ondanks het doodschieten van duizende kiezers, ondanks de po groms (jodenmoorderijen), ondanks de knoeierijen der kiezerslijsten door de agenten der regeering, die met een pennetrek gansche categorien kiezers deden verdwijnen, ondanks 't kiesstel- sel' no?. ingewikkelder dan dit waar mede wij in Belgie begiftigd zijn, is de vooruitstrevende partij uit den slag, zegevierend gekomen en de tweede Doema verschijnt voor de gansche wereld, getooid met al de macht, ge schonken door de overwinning der wettelijkheid op de afgrijselijkste ver volgingen. Het russisch volk is moede van al dat geweld, van al dien dwang. Het snakt naar meer vrijheid, naar meer broederlijkheid. Door niets laat het zich afschrikken. Al het geknoei, al het bedrog heeft geen vat op hem. Een volk dat daaraan weerstaat, dat voor zulke edele princiepen strijdt, is rijp om van den vooruitgang te genieten en zal zegevierend uit den strijd ko men. Wat zal de tzar nu doen Zal hij de nieuwe Doema bijeenroepen Zal het tzarisme, gelijk zijne partijgenoten hem er in stoken, meteen pennetrek het parlementaire leven, dat het toege staan heeft, vernietigen en zal het te- rugkeeren tot de alleenheersching Zoovele vragen die het volk zich stelt. De klerikalen van alle landen, die in 't stelsel van Rusland, 't bestuur dat zij droomen zien vervvezentlijken, hopen dat de tzar de nieuwe Doema, zal ontbinden. Zoo schreef de kleri kale Jou -na! de Bruxelles. Van nu af moet de k estie van de ontbinding der Doema door de hooger hand, gesteld worden. Maar het volk denkt er gansch an ders over. Moest de tzar gehoor geven aan dien slechten raad, zonder twijfel zou t russisch volk als een man op staan, en door eene onwenteling zijne vrijheid trachten te bekomen. Voor het welzijn van Rusland, voor het welzijn van miljoenen menschen die naar een weinig vrijheid snakken, is het te hopen dat de tzar naar geen slechten raad luiStert. Zijn kroon en de verdwijning van zijn stamhuis hangen van zijn besluit af. der hutten en in alles wat de noodwendig heden vereischten. Maar zekeren dag ontstond er twist over de waarde hunner goden. De eerste zei het vuur is de opperste macht, het is de bron van warmte, van leven, van liefde, het is de oorsprong van al wat is en kan ook alles tot niets verdelgen en verslinden. Neen, zei de tweede, de opperste macht is vertegenwoordigd door het water, zonder water geene vruchten, geen voedsel, geen leven het water is de eeuwige beweging-, het is de band tusschen al de deelen der we reld en wanneer het gram wordt kan niets zijne macht weerstaan. Zekeren dag hadden de geburen weer ge twist over de voortreffelijkheid hunner go den, en de eerste roemde er op dat het vuur op zijn altaar nooit was uitgedoofd. De wa teraanbidder liep naar zijne hut, nam er de kiuik water die er altijd op de eereplaats gevuld stond, trok er mede naar de hut van den vuur-aanbidder, en goot de kruik wa ter over het vuur. Als de mensch na duizenden en duizenden jaren evolutie zich uit zijnen oorspronkelijk! n staat van dierlijkheid en wildheid had ont worsteld en langzamerhand door betere lichaams en geestesontwikkeling zich boven al de dieren had verheven, word zijn aan dacht al spoedig opgewekt door al de groot- scheen zelfs gewone veropenbaringen der natuurkrachten. De mensch zag- zonder te begrijpen de uiting van krachten, die de zijne verre over troffen, waarvan hij geene uitlegging wist te geven, waarvan hij de oorzaak niet kon ontdekken. In zijnen eenvoud verbeeldde hij zich het bestaan van zichtbare of onzichtba re wezens levende buiten zijnen kring en wier invloed en wil alles regelde wat buiten hem en zelfs aan en in hem gebeurde. Men kan denken hoe groot het ontzag was dier onverholpen eerst-menschen voor de eigenaars der krachten waarvan ze de ver openbaring vol verwachting, hoop en schrik gadesloegen. Zoo ontstond het heidendom, de vereering, de aanbidding van de zon, de maan, de sterren, het vuur, het water enz. enz. waaraan door de menschen den oor- sprong van alle goed en van alle kwaad werd toegeschreven alzoo ontstonden de eerste godsdiensten. De eenen beweerden dat de zon de opper ste kracht vertegenwoordigde, de bron was van warmte en leven, de bron van alle goed zonder welke er niets bestaan zou van al wat bestaatvelen hielden het voor de maan, voorde aarde zelve, voor de planten, voor de dieren. Het duurde niet lang (betrekkelijker wij ze gesproken) of er ontstonden tusschen de menschen geschillen en twisten over de waarde der elementen, die zij voor de opper ste kracht vereerden, aanbaden en onder allerlei vormen (putten, eeuwige vuren, dieren, figuren enz.) afbeeldden. Zoo leefden in de hooge oudheid twee ge- buren nevens elkander jaren lang in vrede, de eene aanbad het vuur, de andere het wa ter. De volkomenste vrede heerschte tus schen hen, broederlijk gingen ze samen ter jacht, deelden den buit, hielpen elkaar bij 't vervaardigen van wapens, het herstellen Het vuur was uit, het water liep verloren in de asch maar van dat oogenblik waren de geburen onverzoenlijke vijanden gewor den ze haatten elkander uit al de krachten hunner goden, vermeden elkander, ver- wenschten en vervloekten elkander en zoo ver ging hunnen haat, dat Ze elkander ver moordden en de haat eeuwenlang tusschen hunne afstammelingen bleef bestaan en dui zenden elkander er voor vermoordden. En nochtans al het twisten, al het bloed vergieten bewees niets. Na eeuwen woeden den strijd was 't vuur nog altijd vuur en het water had noch meer noch min kracht dan voorheen Nog bestaan er op aarde meer dan hon derd verschillende godsdiensten, waarvan de aanhangers verklaren dat de hunne de eenige ware, onvervalschte, goede gods dienst is. De priesters van de eene godsdienst vervloeken en verdoemen aide andere de menschen haten elkander, vervolgen elkan deruithoofde van den godsdienst, millioenen zijn vermoord geworden om de meerdere waarde of den voorrang van dezen of genen godsdienst te bewijzen. Nochtans is de kennis van God en van het geen we van hem weten nu niet verder ge vorderd dan duizenden jaren geleden. Gods dienst is eene zaak van geweten en het zijn slechte menschen die een evenmensch ver maledijden ter wille zijner godsdienstige overtuiging. Wij lachen gaarne met den twist tusschen den vuur en den water-aanbidder, maarzij die thans voor godsdienstzaken elkander haat toe dragen, vervolgen en dooden zijn zoo onverstandig als die oorspronkelijke menschen. Slechts een voorschrift past bij de moderne beschaving, dat is de verdraag zaamheid die wij voorstaan en immer zullen verdedigen. 't Is een doctrinair En als een klerikaal of een socialist, gewagende van een liberaal dat woord uitspreekt, dan hebben ze geheel den mond vol, dan spant het woord tus schen hunne tanden alsof ze iemand gingen den kop afbijten, en er klinkt zooveel verachting en misprijzen in den grimmigen toon, als ware de doc trinair het laagste en gemeenste wezen der schepping. M. Hymans, zegde het in de Kamer, doctrinair, ziedaar 't opperste smaad woord. Er zijn echter smaadwoorden, die geheel hunne beteekenis verliezen als ze uit den mond komen van sommige lieden. Hoed leelijken hoed roept men nog achter den reiziger, die zich waagt in zekere verafgelegen uithoeken van Vlaanderen, en de driestheid heeft ge had een hoofddeksel op te zetten dat van vorm afwijkt van de pinnemuts der bewoners dier uithoeken. Nog grover klinkt het u achterna als ge in sommige achterbuurten komt van steden, waar zekere wijfjes op de stoep hunner woning hun toilet ma ken en den helft hunner huisbezighe den verrichten. We zul en de heve benamingen maar liefst niet herhalen. Is 1 niet waar Verliezen de ge bruikte woorden in den mond van die lieden niet alle beteekenis Maakt een verstandig mensch zich boos om die scheldwoorden Bereiken, kleineeren ze iemand Geenzins, men moet re kening houden van den geestes-toe- stand der uitkramers of kraamsters. Als twistende vrouwkens elkanders geweten onderzoeken kunt ge dadelijk uit de scheldwoorden, die ze elkander naar het hoofd slingeren, hunne zede lijke waarde en graad van opvoeding afleiden. Griffier, zei een vermaard gebleven viederechter van Aalst, toen zekeren dag voor hem eene klaagster 't woord panachehaanhaalde, griffier schrijf op, dat is eene soort, welke we no°" niet ontmoet hebben. 't Is een doctrinair klinkt het ook te Aalst uit den mond van sommige bazai-politiekers, met die verachting en dien wrong van haat dien men slechts bij zulke personen aantreft. O dat smaadwoord heeft in onze streken nooit iets beteekend, juist om dat het uitgebraakt werd door loensche politiekei s die er zeiven de beteekenis niet van begrepen hebben. Als ei hedendaags nog doctrinairen zijn, dat wil zeggen aanhangers eener dotti ine, oorst aanders van het dogma, dan zijn het wel de klerikalen en de socialisten, buiten wier doctrine er geene zaligheid is en die zich daaren- boven niet hunne doctrine of leerinp* tevreden houden. De klerikalen zijn de doctrinairen van den geest het is voldoende aan de dogmas der kerk te gelooven aan de onbevlekte ontvangenis, aan de on- feilbaaiheid van den paus enz. enz. en den unerlijken schijn aan te nemen klei ikaal te zijn om aller achtingwaar dig te blijven. De beoefening der deugd de vervulling van mensch-en buroer- plichten, het in praktijk stellen der eenvoudigste voorschriften van eerlijk heid en naastenliefde komt niet in aan merking. het is voldoende de kleri kale doctrine aan te kleven. De socialisten zijn de doctrinairen der maatschappelijke orde. Geheel hunne politiek is gesteund op leeringen, op economische dogma's waarvan de broosheid meer en meer uitschijnt, maar die ze toch als grondslag hunner reden van bestaan moeten behouden, met uitzicht er nieuwe te smeden ge lijk de kerk het heeft gedaan voor de klerikalen. Klerikalism en socialism zijn doctri naire partijen die op dogma's steunen waai van het begrip buiten de grenzen ligt van het menschelijk vermogen de hemel hierna en de hemel hier be neen. Ze doen elkaar concurrencie. De liberale partij erkent noch leering noch dogma, zij is de eenige, die door haren aard zelve niet doctrinair kan zijn. Wij, liberalen, erkennen als de grond slagen der burgerlijke samenleving de vrijheid van geweten, de verdraag zaamheid, de meest mogelijke persoon lijke vrijheid, de beteugeling van alle misbruiken, het nemen van alle maat regelen die op praktische wijze het stoffelijk en zedelijk welzijn der natie kunnen bevorderen. Wat meer is, buiten de groote steden waar het woord zijn oorsprong vond in persoonlijke eer dan politieke be twistingen, laeeft de liberale partij die zoogezegde doctrinairen invloed niet gekend, in Aalst en elders waren en zijn er slechts liberalen, die steeds in de bres staan voor de vrijheid, de rech ten en den voorspoed van gansch het volk. Men zegt dikwijls Het kleed en maakt den monnik niet en Hoe dichter bij den Paus hoe slechter christenen Het volgen de, afschuwelijk feit, dat iedereen niet walg en verontwaardiging vervult, is er een web sprekend bewijs van. De rechtbank van Santa-Maria-Capua- Vetere, in Italië, komt uitspraak te doen te gen twee godvreezende masoeurkens Johanna Bellaroba en Vincente Zampelli. Deze ellendige nonnen hadden twee wees meisjes, twee gezustertjes Villacci geheeten opgenomen, waarvan het eene 7 jaar en het andere 5 jaar oud was. Deze twee kinder tjes zijn het voorwerp geweest van de schan delijkste en harteloosste uitbuiting- die men denken kan. De masoeurkens zonden hunne ongelukkige slachtoffers, half naakt, op den openbaren weg 0111 er de liefdadigheid der voorbijgangers af te smeeken. Wanneer zij minstens geene twee frank binnenbrachten werden zij door de zwarte feeksen op de af schuwelijkste en ongehoordste wijze gemar teld. Met die opbrengst der almoezen leef den intusschen onze goede masoeurkens vroo- lijk met twee prieeters, hunne minnaars. Het jongste der twee kinderen werd den arm met stokslagen gebroken. Op eenen an deren dag maakten hunne gerokte beulen eene ijzeren spil witgloeiend en doorboorden er haar den hiel mee. Haar zustertje was niet gelukkiger voorwaar. Zij werd, gansch naakt, in eene ijskoude kamer gebonden waar zb geheel den nachtdoorbrengen moest. Des morgens was zij versteven en, 0111 haar tot het leven terug te roepen, verbrandden de monsters haar de beenen. Dit ongelukkig schepsel bleef voor gansch zijn leven ver minkt, en kreupel en moest voortaan op krukken springen. Zoo een hartroerend schouwspel was van natuur de milddadig heid en het medelijden der voorbijgangers op te wekken tot groot voordeel der twee helle vegen, die daarenboven hunne slachtoffers nog afzichtelijke wonden met de tanden op gansch het lijf toebrachten, zooals de wets dokter- het heeft verklaard en bestatigd. Alhoewel deze wraakroepende feiten aan de geestelijke overheid werd bekend ge maakt, achtte deze hetniet noodig er tusschen te komen en die twee cc goede masoeurkens zouden in hun walgelijk bedrijf nog niet ver ontrust geweest zijn, indien een dagblad van Napels deze tijgerinnen aan de verontwaar diging van het publiek niet had aangeklaagd. De rechtbank heeft masceur Bellaroba tot 5 jaar en half en masceur Zampelli tot 2 jaar en 4 maand opsluiting- veroordeeld. De openbare opinie in Italië is zoo wan trouwend, wanneer hqt er op aankomt de misdaden der kloosterlingen te beteugelen, dat de dagbladen van Napels, om die mon sters te ontlasten, durven drukken dat onze goede masoeurkens, zoo noemen zij die slangen tegen het vonnis in beroep zullen gaan en van de gelegenheid gebruik maken om naar Amerika over te steken. Goede reis en den wind langs achter, maar een eindje koord en het galghout zou beter passen. zijn. Ik heb in 't vorig nummer mijn artikel moeten afbreken omdat het te lang werd, anders was ik op goeden weg om het maxi mum der menschelijke behoeften vast te stel len en aldus de basis aan te wijzen waarop moet bepaald worden hoe rijk iemand mag zijn. Ik was reeds er toe gekomen dat de beheer der eener coöperatief het niet overdreven vond door het verkrijgen eener vergoeding zoover te geraken, nu en dan bij gelegenheid eens een fleschje wijn te kunnen genieten.... als men mij komt zeggen, dat M. X. die mei den en knechten had, paarden en rijtuig hield, geheel geruïneerd is en geheel zijn in boedel verkocht gaat worden Zijn inkomen was onvoldoende om in zijne behoeften te voorzien. Die tijding wierp me geheel buiten mijne baan, Doch, dat duurde maar een oogenblik en.... M. X. zal seffens wel te pas komen Ik ben aan me zelve. WI 1 <k£ &i 3SfcX 'tun.

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksgazet | 1907 | | pagina 1