Sfi
L
BEHAAL» DEM
IfATISCH WEEKBLAD.
Werkstaking.
w oesle en de
1
r®
W
r'
Jyv^*v^
Prijs 5 centiemen hot nummer
Tweede Jaargang. Nummer 25
Zondag 9 Juni 1907
Medeburgers,
Ons DomokraSiscii
Prog summa.
Belasting op het Inkomen.
Aües voor de Kloosters.
Vlaamsche Kwestie.
De Vleescherisis.
II e t Ma a 1 schappel ij k
vraagstuk.
V;
1111,1
ai
Abonnementsprijs 3 fr. voor de stad en den buiten voorop betaalbaar
Men abonneert zich op alle postkantooren voor den buiten
voor de stad, ten kantore van het blad, Groote Markt, 1, Aalst.
Aalst, 8 Juni 1907.
I>e werkstaking duurt voort.
Vele werklieden onzer partij
sr.fla onverdiend werkeloos en
hroodeloos.
W verzoeken didsigend al
onze lilierale Vrienden, Blur
gers en Werklieden, liimnc
giften te storten voor «le wet
keloozen.
W ij I>etraehtcn iiet einde dier
noodlottige WKS5KSTAKIXfi
maar In afwacliting ntogen en
zullen «le werklieden geen ge
brek lijden.
Verleden zondag beweerden we dat
de patroon de menschlievende pa
troon vriendschap kan aanknoopen
en onderhouden met zijn werklieden
het is de plicht van hem, die de ware
roeping van patroon begrijpt, dit te
doen.
Maar nog een hoogere roeping stel ik
me voor van een patroon "deze dient
te zorgen voor de moreele, verstande
lijke en stoffelijke ontwikkeling van
zijn onderdanen het lot van dezen
moet hem nauw aan het hart liggen.
Zijn het geen menschen, dus zijn broe
ders niet Vat hij het anders op, wil
hij alleen zijn werkvolk uitbuiten,
heeft hij alleen het oog erop hem zoo
veel mogelijk te doen zwoegen en v. er
ken om zijne winsten meer en meer
te vergrooten zonder hen daarvoor
ordentelijk te betalen, dan is hij heel
eenvoudig een slavenhandelaar, een
houder van blanke slaven en slavin
nen, die hij doet werken meer dan
hun krachten het toelaten en hun te
eten geeft, teweinig voor die besteedde
krachten, om er, zoo doende, de groot
ste mogelijke winst uit te trekken.
Zoo'n patroon is ik herhaal het
een slavenhouder, tegenstrijdig met de
wet en de openbare zeden, en daarom
ik zei het vroeger zijn we partij
gangers van de staatstusschenkomst
in de nijverheid.
We willen thans nagaan wat de
echte patroon voor zijn werkvolk, in
ieder opzicht, kan en móet verrichten
Moreele en geestelijke ontwikkeling
gaat doorgaans gepaard. Wie een
sterke opvoeding gehad heeft voor den
geest is meestal ook moreel eenige
uitzonderingen wijzigen die regel niet,
en dat is juist een van de redenen
waarom we voor leerplicht zijn.
De patroon heeft tot plicht de opvoe
ding van zijn arbeiders te voltooien
of ten minste voort te zetten in den
goeden zin. Dit kan men best in een
groote fabriek. De heeren eigenaars
moeten toch eens begrijpen dat die
massa volk geen vee is, dat op gesteld
uur naar eene zekere plaats komt om
zich te laten melken. Dat zijn men
schen, schepselen met denk- en rede-
neerkracht en gevoelen. Maar die
krachten en vermogens moet men doen
ontluiken, en zoo ze reeds ontloken
zijn, ze onderhouden. Wat wosdt er
thans maar al te veel gedaan Die
krachten worden onder den domper
gehouden, of, zoo ze willen leven, bij
de eerste beweging gesmacht. Dat is
een eerste moord, die sommige zelf
zuchtige patroons op 't geweten heb
ben, erger dan een werkdadige moord:
het is een moord begaan op geest en
hart.
Daardoor komt het, dat ons werk
volk ten minste het versmachte
geen zin heeft voor studie, niets be-
I gi ijpt van het schoone, het ware, het
j edele in dit leven, niets heeft aan de
prachtige natuur, noch aan klanken
harmonie, niets geniet van heerlijke
muziek noch van meesterstukken in
schilderkunst of beeldhouwkunst. Het
werkelijke volk staat daar heelemaal
buiten.
Wat is den arme, poëzie
vroeg Multatuli. Antwoord niets,
niets Een starrenhemel is hem
niets.
De ziel en de geest van het kind,
de ziel en de geest van den jongen,
de ziel en de geest van het meisje,
de ziel en de geest van de moeder,
van den vader, van den grijsaard
dat alles wordt gedood in de fabriek
menige geest werd er vernietigd, menig
hart bloedde weg, en in de plaats lag
geld, nog geld, neen meer nog er lag
goud
De werkman is geworden een levende
machine, 's morgens loopende over
straat naar het werkhuis, 's middags
en 's avonds denzelfden weg, eenige
dikke sneden brood, wat aardappels,
een teljoortje pap en naar bed Geen
boek, geen muziek, geen heerlijke wan
deling, niets van het mooie leven
en we spreken nog niet van het noo-
dige voedsel
Aan wien de schuld Niet ik wil ze
dragen, want ze zou me ondragelijk
zijn omdat ik een hart heb.
Vervolg zondag).
Ontegensprekelijk berust ons belasting
stelsel niet gansch op rechtvaardige grond
slagen. Wij weten wel dat het tot "de onmo-
lijkheden behoort, de belastingen derwijze
te heffen dat ze hoegenaamd tot geene be
knibbelingen aanleiding geven doch ons
stelsel zou in alle geval zóó kunnen gewij
zigd worden, dat het de wezentlijke fortuin
treffe om aldus zekere verbruiksbelastin
gen of andere, die den kleinhandel treffen,
te kunnen verminderen.
De belasting op het inkomen is wel de
meest rechtvaardige de middelen van toe
passing echter schrikken sommigen af.
De klerikalen willen er hoegenaamd niet
van hooren en nochtans wordt de belasting
op het inkomen op vele plaatsen, door be
sturen naar hun hart opgelegd.
In tal van gemeenteu bestaat oene belas
ting, door de landlieden octrooige
noemd, elders nog hoofdei ijken omslag en
jaarlijks door den gemeenteraad vastgesteld
volgens het vermoedelijk fortuin of het ver
moedelijk inkomen van den aangeslagene.
Niet zelden speelt in het vaststellen
van elks aandeel de politiek eene groote rol
vriendjes worden voor eene geringe som
getroffen terwijl tegenstrevers een over
dreven aandeel moeten betalen. Wel heeft
men het recht van beroep, doch daarvan
woi'dt weinig gebruik gemaakt.
De klerikale partij zou dus voorzichtig
handelen min verzet aan te teekenen tegen
het invoeren eener belasting, die door be
sturen harer vriendjes onder eenen of ande
ren bedekten naam wordt toegepast.
Treft niet een patent de handelsbedienden,
wier jaarwedde een zeker minimum over
schrijdt Is dit geene belasting rechtstreeks
"eheven op het inkomen
Wat is de taks op de winsten der naam-
looze maatschappijen anders dan eene be
lasting op het inkomen
De taks op de stoomtuigen, welke hier en
elders bestaat, zal men toch niet doen door
gaan als een patent op den arbeid, maar
wordt gewettigd door het vermoeden dat die
stoomtuigen eene meerdere voortbrengst
geven en bijgevolg eene meerdere winst
dus een taks op het inkomen.
De belasting op het inkomen bevat dus
niet zoo iets schrikkelijks en wreeds in zich.
Dat men onderzoeke en dat is de taak der
wetgeving op welke wijze men het
wezentlyk fortuin, het werkelijk inkomen
op de meest juiste manier kan treffen en
niemand, voorzeker niet de kleine burgerij,
zal tegen eene meer rechtvaardige verdee
ling der lasten eenig gegrond bezwaar we
ten in te brengen.
De invoering van elke nieuwigheid brengt
moeilijkheden met zich, die langzamerhand
verdwijnen het betrachten dei' rechtvaar
digheid op elk gebied moet het richtsnoer
wezen der huidige regeeringen.
Prijs der Annoncen: j U centiemen J per drukregel.
Dikwijls te herhalen annoncen, prijs volgens overeenkomst.
Vonnissen op de derde bladzijde, 2 frank
Onder hoofding Een echt sociaal werk
beveelt een klerikaal blad de inrichting aan
van huishoudscholen, waar de jonge meisjes
onzer werkersklas zouden leeren wat hun
noodig zal zijn om eene goede, zorgvuldige
en spaarzame huishoudster te wezen.
Wij stemmen hier volmondig mede in.
De ommekeer in de nijverheid eischt de uit
breiding van het beroepsonderwijs, zoo voor
meisjes als voor jongens en wij zijn zelfs
van oordeel dat de huishoudscholen noodig
zijn voor de dochters der kleine burgerij.
De aap komt nochtans bij het klerikaal
papier uit de mouw waar het schrijft
Tegenwoordig is er op elke parochie een
klooster, men vindt er allicht een begoede
en goedhartige persoon om de inrichtings
kosten te dekken, men verklaart dit aan
den schoolopzichter en jaarlijks trekt men
eene vette toelage van den Staat.
Het komt erMus enkel op aan de toelagen
op te strijken van den Staat ten profijte van
het arm kloosterken dat zelfs de kosten van
eerste inrichting op den hals van begoede
en goedhartige personen wil schuiven.
Alles voor de kloosterscholen de wereld
lijke scholen, al wierden ze bestuurd door
geconfijte kwezels, komen niet in aanmer
king.
Is het daarom misschien, dat de huishoud
school, destijds aan de stadsmeisjesschool
der Schoolstraat toegevoegd, is afgeschaft
en overgebracht naai' de nonnekensschool
der Moorselbaan.
Ons katholiek bestuur schenkt daarvoor
eene toelage van 300 frank, maar we zouden
wel eens willen weten of de Staat er insge
lijks geldelijk tusschenkomt en hoe vet
die toelage is.
Volgens ons onpartijdig bestuur moeten de
meisjes, die de stadsschool volgen, niet lee
ren huishouden.
V ij roepen de aandacht onzer lasthebbers
erop of het niet wenschelijk ware bij de
bespreking der begrooting voor 1908 de
herinrichting van den leergang van huis
houden in de stadsschool voor te stellen.
Uit een gevoel van rechtvaardigheid zou
de heer schepen van onderwijs zich voorze
ker bij dit voorstel aansluiten, tenware zijne
leuze ook luidde Alles voor de kloosters
Vele rechtvaardige zaken heeft Woeste
bestreden in zijne lange parlementaire
loopbaan veel schoons en edels met
zijn nijdig en snauwend redenaarsta
lent doen vallen veel heerlijks onder
zijnen hiel verbrijzeld.
Nog nooit echter heeft hij, in het
bestrijden van een schoone zaak zoo
veel vuur getoond, zooveel gal gespuwd
dan in het criticeeren van het wets
ontwerp Coremans nopens 't Vlaamsch
in het onderwijs.
De ouwe ultramontaan gaf de volle
maat van zijn haat tegen de taal der
Vlamingen.
Woeste was weer de Waal, de oolijke,
onverstandige Waal, die veracht al wat
onzen stam verheffen zou, die verfoeit
wat den Vlaming nauwst aan het harte
ligt zijn moedertaal.
Woeste werd weer eens de ouwe
Jood die alle manlijk pogen met leede
oogen aanziet die alle zucht tot ont
voogding versmachten wil die niet
verkroppen kan dat een vrij volk streeft
met vrijer kracht naar een beter ideaal.
Hij was weer de wereldrijke, geel
groene paus die niet gedoogt dat men
iets te berde brengt zonder zijn per
missie.
Pij Apragam en Isaak, zal 't nie
kepeur En zweepen dat hij deed,
en snauwen, en bijten, hekelen en
spotten dat het een aard had.
Wat'n ellendig tooneel Hij de ge
kozene van een door en door Vlaamsch
arrondissement, hij spuwt zijn kiezers
in 't gezicht ik veracht uw taal, uw
stam, uw droomen en zuchten naar
hooger zijn Die als het kiezing is
zijn tong zeer doet tusschen zijn tanden
om twee woorden Vlaamsch te gabbe-
ren, raapt in de Kamers bijeen al wat
hij nog heeft aan waggelend talent om
de taal zijner kiezers nen bokkenstoot
te geven dat ze tuimelt voor lang.
Ja, wat een tooneel, potsierlijk als
het niet zoo treurig was
Te vergeefs trachten Coremans en
Franck hem te doen zien dat het wets
ontwerp, dat hij nu bekampte met
zoo n heischen drift, hetzelfde was dat
hij weleer verdedigde. Hij wou niet
hooren Menheer Woeste was van ge
dacht veranderd
Hij verandert immers van gedacht
lijk ik en een ander van hemd
En toch zal hij toekomende jaar naar
hier overzeilen om stemmen te bede
len.
Moest een liberaal volksvertegen
woordiger met ziji^. kiezers zwanzen,
lijk Woeste de zijnen voor den aap
houdt, ze kegelden hem met klank aan
de deur Bij de kadodders is dat toe
gelaten Ze houden dat voor een eer
als hunne verkozenen zich op hun pro
gramma nederzetten en hun den rug
toekeeren.
De kerk, die zich de ware kerk van
Christus noemt, veranderde ook reeds
zoo dikwijls van gedachtWoeste volgt
haar na
Kom eens af, toekomend jaar,
vlaamschhater Wij zullen u volgen
overal wij zullen aan u hangen wij
zullen u niet loslaten Wij zullen over
al luide gaan roepen dat gij een vlaamsch
hater zijt Dat gij het Nederlandsch,
onze moedertaal, veracht Dat gij de
taal van Groeningen, de taal der Geu
zen van weleer met slijk hebt gewor
pen Vlamingen, Vlaamsche boe
ren wreekt uw moedertaal Zendt
Woeste naar de Walen
Ouwe draaier, wij verwachten u
Cephas.
De kwestie der prijzen van het Vleesch,
staat tegenwoordig aan de dagorde.
De huismoeders kunnen er zich niet uit
verstaan en leggen al de schuld, ten laste
der Vleeschhouwers.
Doch ze zijn deerlijk mis, want, als men
de zaak nader toeziet, moet men zeggen,
dat het de Vleeschhouwer is, die door"den
Vleescherisis meest lijdt.
Hoeveel vleeschhouwerijen zijn er in het
land niet gesloten, sedert 3 of 4 weken
schrikkelijk veelen bijzonderlijk in Gent,
waar er op het oogenblik meer dan 30 heb
ben toegedaan.
Velen zijn veranderd van verkoop en doen
tegenwoordig de varkensbeenhouwerij;
Anderen slachten de helft van vroeger
of koopen een weinig vleesch, 0111 nog eenige
groote klanten te kunnen gerieven, met
de hoop ze te behouden tegenAlat het vee op
den normalen prijs komt, en zij terug kun
nen slachten.
Elk, den eenen voor den anderen, houdt
het maar uit, zoolang hij eenigzins kan.
Maar hier is geene hoop den toestand te
zion voranuoron, zoolang het goevernement
de wraakroepende maatregelen blijft be
houden aan de grenzen.
De meest weerstandbiedende Vleesch
houwers zullen er moeten bij zwichten.
Onder voorwendsel de besmetting der vee
ziekten tegen te houden, sluit men de gren
zen voor het vreemde vee. Daaruit volgt dat
de veefokkers en groote landbouwers, groo-
tendeels, vriendjes van onze regeerders
meester zijn geworden van de markt, en zich
verrijken ten koste van de Burgerij.
Den invoer van het Amerikaansch vee,
wordt ook erg tegengewerkt.
Inderdaad, te Antwerpen aan wal komend
moet het worden geslacht en de Staat be
schikt over geen ijswagens voor 't vervoer
binnen het land,-zoodat tijdens de hitte
t vleesch toekomt in deerniswaardigen toe-
stant.
En terwijl men al die maatregelen toepast,
laat men toe dat Engeland ons zijne oude af
gesloofde, stinkende karkassen van paarden
invoerd.
Daar kan men de veefokkers geen concu-
rentie mede doen, en het is meer dan o0ed
genoeg, volgens den heer minister (ad inte
rim) voor het werkvolk. Maar goed gezond
fransch, hollandsch en amerikaansch vee, u,
dat niet, want dat zou kunnen besmettelijke
ziekten brengen in de geldbeurs van onze
rijke en machtige veefokkers, de steunpila
ren van ons ministerie, terecht bekend onder
den naam van ministerie der uithongeraars.
Breydel.
Ik, knarsetandt Terror, ik zou er wat
anders mee omspringen, ik liet paleizen en
kasteelen in de lucht vliegen, ik herschiep
parken en lusthoven in weiden en akker
grond, ik zou de dynamiet laten spreken....
En dan
Dan zou ik iedereen verplichten te wer
ken, die niet werkt zou niet eten, werken
zou de wet zijn en wie aan de wet niet zou
gehoorzamen zou onder de zweep komen
En dan?
Ja, dan, al den rommel van koetsenen
prachtgetuig, weelderige spijshuizen en
tooneelzalen, zou 'k naar den bliksen gooien
eik zou hebben wat hjj behoeft maar ook
mets meer dan dat.
En wie zou dat alles zoo schikken
Wel natuurlijk de wet, de nieuwe samen
leving, de hoofden van den wereldstaat,
die met de hedendaagsche Maatschappij
kort spel zouden maken.
En dan...
Terror, zag me verstomd aan. Zoudt gij
nog meer willen, vroeg hij
Ik zou willen weten hoe de hoofden van
don nieuwen stemt na het omkantelen onzer
huidige Maatschappij hun gezag zouden
uitoefenen in den nieuwen Wereldstaat,
want er zouden ongetwijeld weeral mees
ters zijn, er zouden misdadigers zijn, er
zouden straffen toegepast worden...
Laat me gerust, bulderde Terror, we zul
len nooit iets bekomen zonder geweld... en
hij verliet mij met een misprijzend schouder
ophalen...
Een weinig later ontmoette ik Tuli, en
vroeg hem vriend hoe gaat het
Och, zeide hij, niet al te goed, maar ik
schik mij in mijn lot, als ik mijn brood win
heb ik genoeg, en indien de werklieden min
gretig waren naar vermaken, kleeren,
pleizierreizen, de wereld zou veel geruster
zijn.
Ja, maar luli, de menschen die werken
moeten tocli ook wat van het leven genie
ten, ze moeten menschen wordendoor te
zien, te leeren, te lezen...
Wel, zeide hij, waarom hebben werklie
den en boeren al die geleerdheid vandoen
indien ik meester ware er zouden niet half
zoovele scholen zijn, en men zou slechts aan
de menschen loeren dat het grootste geluk
te vinden is 111 de verduldigheid en in het
tevreden zijn met ons lot. De boer die verre
van de stad in 't zweet zijns aanschijns zijn
land beploegt, die nooit de stad bezocht
noch leest, noch schrijft noch pracht, noch
weelden kent, en zonder verder te denken
zijn schamel stuk brood eet...
^Moeten we allen zoo worden Tuli, vroeg
De man scliu ide het hoofd en liet me staan
als iemand die dwaasheid vertelt.
o
Het Maatschappelijk vraagstuk is zoo oud
als de Samenleving zelve en steeds hebben
twee strekkingen zich veropenbaard bij het
streven naar meer gelijkheid en meer se-
luk. 8
De eenen willen met geweld het bestaande
vermewen, zonder te weten wat ze daarna
opbouwen zullen of ze zijn in alles overdre
ven en willen het onmogelijke terstond ver*
wezenlijken.
De anderen zijn te lamlendig om naar be
ter te streven, zij zoeken hun geluk in de
moedelooze onderwerping aan het noodlot,
ze missen de kracht om op den wee te blij
ven, die hen tot meer en waardigermensch-
zyn moet brengen.
Laat ons niet tot eene dezer uitersten ver
vallen. Geweld heeft altijd een verkeerd uit
werksel en leidt tot reactie. Van overdrij
vingen en buitensporigheden blijft erna
korten tijd niets meer over, dan wat de reac
tie er van benuttigen kan om zich tegen den
vooruitgang te verzetten.
Wat is er overgebleven van de Fransche
omwentetmg, die zooveel maatschappelijke
als politieke oorzaken had De terugkeer
der reactie is gevolg op het geweld en na al
het geschreeuw en den bluf, zijn slechts de
practische hervormingen staande gebleven
immers de afschaffing der drie standen dé
gelijkmaking der wetten, de inrichting van
het onderwijs, de politieke rechten des volks
het gebruik van het tiendeelig stelsel enz
enz. hebben aan alles weerstaan.
Wat is integendeel het Muzulmaansche
volk geworden met zjjn fatalism, met zijne
blinde onderwerping aan het noodlot f Na
eens opgefleurd te hebben, door den drans
van het godsdienstig fanatism is het verval
len in een staat van achterlijkheid, die voor
velen de barbaarschheid nabij komt of er ge
lijk mee staat. 8
Buitensporigheid en moedeloosheid bieden
dus dezelfde uitkomsten aan voordeel voor
de reactionnairen, nadeel voor de democratie,
H
I
O
v
1
RÉ
SSBE
>- -t
1 atrcc.11 tcgcnox r Werkman.
bL\