DE BOSCHGEUS In den lijd. Onnoozele Kinderen. NINOVE. Uil Erembodegem. Uit Sottegem. Loon naar behoeften ware een ideaal, kon het verwezenlijkt worden. Hy zegge ons dus hoe hij zijne uitvinding in praktijk wil stellen, dat zal hem toch niet moeilyk zijn, hij heeft gazetten genoeg te zyner beschikking. En zoo familieloon beter is dan loon naar verdiensten zonder overdaad van arbeid, gelijk het door alle volksgezinden gevraagd wordt en betracht, zal hij de kroon spannen. Ik, zei de ekster, ik zwijg nooit, ik spreek den heelen dag, dejheele maand, het heele jaar soms versta ik zelve niet wat ik zeg, maar ik spreek toch, tusschen alles, over alles. Als ik niet meer spreken zal, Wat moet er dan gebeuren met de andere vogelen Als nu de ekster uren lang had door ge klapt, pochend op heur zelve, fier over hare kunst, waar al de snobs voor gaapten, vroeg zij aan 't sysje En gij kameraad wat zegt ge daarvan, ik hoop wel dat gy ook myn talent bewondert. En 't sysje al dat gebabbel moe zei een voudig Veel raas, veel dwaas !I In 't nieuw verschenen voddenbladje der Christene Demokraten De Volkswil opge steld door eenige hersenlooze groote kinde ren, vinden wij een samenspraak tusschen Jef en Lowie. twee geneverheeren, die aan hunne vrouw wys maken dat ze 's mor- gends naar de 6 ure mis gaan en om 11 uren nog in dezelfde herberg zitten te druppelen en dus zattemans praat vertellen. In dit naamloos krapuleus laat ons maar 't ware woord gebruiken epistel, tracht men ons moedige liberale hoofdman nen te bezwadderen. We kunnen op't ge- zeever van twee dronkaards geen acht slaan en vinden het boven onze weerdigheid er op te antwoorden, 't Is toch maar de geuever die spreekt. Alleenlijk halen wy het aan om te doen uitschynen hoe kinderachtig en tevens on- eerlyk het is door kinderen polimiek te laten voeren. In een artikel dat juist voor de tweespraak fed rukt staat, wil een onheduidend opb lazen persoontje ons de les spellen omdat al onze artikels niet geteekenazyn en heel plechtig scheldt hij ons uit voor oneer- «U ke personen. Maar wonder en hier vinden wy het lewys hoe onbezonnen die herselooze groo te kinderen schrijven achter zyn bombast- artikel komt de krapuleuze zattemans sa menspraak van Jef en Lowie en die is nu ook nnnniloos. Een comble is 't, en het blad van Chipka noemt datzeer wel «De Vi*ye Klok» deelde verleden week een brief mede welke haar gezonden werd door een democraat uit Ninove, als antwoord op ons artikel van 25 September 1.1. getiteld M, De Coorde, de armentaksen valsche Katholieke Kattepooten. M. De Coorde zond insgelyks een antwoord aan de Volksgazet, dat we niet opnamen ©mdat het den schryver blootstelde aan rechtsvervolging. De grond van het artikel was overigens dezelfde als deze der Vrije Klok, waarop wjj antwoorden. De Vrye Klok oordeelt dat we onprak tisch gehandeld hebben met in de Volksga zet over de handel wy ze van sommige de mocraten en socios uit den Raad te spre ken, die gedurig wat in te brengen hebben tegen de Liberalen, onder de jubelende goed keuring der Katholieken. Ons schryven heefi nochtans deze prak tische uttkomst gehad ons de reden van die handel wyze te doen kennen De Liberalen, zegt de schryver, zyn alleenheerschers die niets willen toestaan van wat de werkers kandidaten vragen, en hysomtal die vragen op in den slotzin van zyn antwoord De werkerskandidaten vragen le Onderwys voor de Werkmanskinderen 2' On-leraardsche goten voor de stinken de werk mans wijken 3* Verlichting voor voornoemde werk- mans wy ken 4" Meerder loon voorde onderwijzers. 5° Meerder loon voor de kleine bedienden die zich voor spotloonen moeten afbeulen van den morgend tot den avond. De Liberalen zouden al die vragen van de hand hebben gewezen en vandaar de mis noegdheid I? Wel hoe de Liberalen weigeren het onder wys aan de werkmanskinderen omdat, op de herhaalde vragen van een Democraat uit den Raad naar eene nieuwe gemeenteschool, niet seffens een architekt gelast wordt met het opmaken der plans 1 Het voorstel van nieuwe school werd gedaan door de Libera len, het voorbereidend werk is aan den gang, en het aanhoudend praten en vragen van een lid van den Raad kan het WERK niet bevorderen. De Liberalen weigeren onderaardsche goten voor de stinkende werkmanswyken Men bedoelt hier de waterleidingswerken der Geeraardsbergsche- en Herlinckhove- straten, waarvan ae plans in de jongste zit ting van den Raad goedgekeurd werden en de aanvraag toegestaan der noodige leening. Wat kan men meer Dat de werkmanswyken stinken, dit oor deel laten wy voor rekening van den brief wisselaar. Ten derde weigeren de Liberalen meerder loon voor de onderwijzers Maar weet de schryver dan niet wat er in den gemeenteraad van Ninove omgaat Weet hy niet dat verleden jaar, op voorstel der Liberalen, een loonstandaara gestemd werd welke het lot van heel het onderwij zend personeel onzer gemeentescholen ver zekert. De kleine bedienden, zegt de schrijver nog, moeten zich voor spotloonen afbeulen Is dat ernstige praat Welke zyn die kleine bedienden De politie-agenten de nachtwakers de straatkuischers de riool- kuischers Kent de schrijver wel de loonen welke hier betaald worden 't Valt waarlijk te betwijfelen anders zou hij bewust zijn dat sedert de aankomst van het vrijzinnig bestuur al die loonen in groote mate zyn verhoogd, en dat geen enkel hun ner voorstellen van dien aard ooit door de Liberalen van de hand werd gewezen. Eindelyk weigeren de Liberalen de noo dige verlichting aan de werkmanswyken. Op 't oogenblik dat deze woorden geschre- ven werden was men aan 't plaatsen van de laatste elektrische lampen op alle uitkanten der stad, lampen die nu reeds branden, maar zure penningen zullen kosten, dank aan de nadeelige verbintenissen aangegaan door de vroegere weinig vooruitziende katholieke bestuurders. En toch hebben die criticussen van het liberaal bestuur nog nooit het minste woor deken blaam over gehad voor het vroeger katholiek stadsbestuur I Wie deel maakt van eene meerderheid helpt bestieren. Het is de rol der minder heid te critikeeren wat er door de meerder heid gedaan wordt. Die rol hebben de twee criticussen uit den Raad met de minderheid meegespeeld, en 't is daarom dat we ze terecht de verdoolde schapen noemden. Wij bekennen volgaarne dat beknibbelen gemakkelijker valt dnn bestieren, dat vra gen en hervragen zooveel moeite niet kost als zelf met een wel doordacht ontwerp voor den dag te komen. Wat al studie vroeg aan ons Schepen- College in deze laatste inden het afgelegde werk in de nog ter studie liggende kwes ties Pensioenfonds voor politie-agenten en gemeen te beambten verzekering tegen ongevallen van politie en pompiers regle ment, voor het openen van nieuwe straten idem op de bouwingen idem voor het kerkhof; de kwestie der hernieuwing der trottoirs de nieuwe gemeenteschool de voorbereidende klassen der Middelhare school de Handels- en Nijverheidsschool het Werkloozenfonds Onze elektrische verlichting is in deerly - ken toestand en door mangel aan doorzicht van het vroeger bestuur kost ze jaariijks duizenden aan de stad. Is het zonder studie dat het College tot het, besluit kwam dat het bestaande kontrakt dient gebroken te wor den, dat de uitbating voor eigen rekening het voordeeligste middel is en er geen spraak meer zijn kan van gasverlichting De technische dienst is belast met het maken van de plannen der nieuwe straten tusschen Burchtdam en Geeraardsbergsche straat en tusschen Statie en Pamelstraat. Vast zijn er onder die werken welke voorgesteld werden door de werkmanskan didaten namelyk de verordeningen op de bouwingen, bewys te meer dat hunne voor stellen niet van kant gezet worden maar hoeveel minuten, buiten de zittingen van den raad, zouden ze wel aan die ontwerpen hebben besteed Waarom dan gedurig het Liberaal Schepen-college aanvallen dat zich dagelijks met ae bestuurlijke zaken van de stad en de nieuwe plannen onledig houdt I Waarom dat onophoudend vitten Toekomend jaar is er verkiezing. Meenen de criticussen misschien dat de katholieken, uit erkentelijkheid, voor de Democraten en de Socialisten zullen stem men en dat ze de stemmen der Liberalen missen kunnen Wij gelooven het niet en juist daarom was het dat we hunne handelwijze aankloegen als zynde deze van verdoolde schapen. Hoe kunnen ze vragen hunne verkeerde handelwijze eens aan te toonen, wanneer zij er zelf op roemen dat de Liberalen, door den last welke zij hun veroorzaken, daar niet meer op hun gemak zitten lijk vroeger Maar zoo erg is het gelukkig niet, anders liep 't verbond gevaar en daar zouden zy alléén de verantwoordelijkheid van dragen I Voor de eenmaking, de goede samen hang van het Verbond, waarvan de Redaktie der Vrye Klok gewaagt, drin gen we niet verder aan. We bekreunen ons ook niet om de verwytingen waarmeè het schryven van Jan Rechtuit is doorspekt, noch om zyn gezanik over de alleenheer- sching der Liberalen die niets betrachten dan vrienden en partygenooten te bevoor- deeligen. Dit zyn holrammelende woorden welke men gedurig in den mond vindt van ikzuch tige menschen die klagen dat vriefiden en partijgenoten hen niet genoeg bevoordeeli- gen maar die vreemd zouden klinken in den mond van democratische gemeente raadsleden, die onlangs nog, bij eene be noeming, de Liberalen alléén voor den kan didaat der Democraten lieten stemmen. W\| hadden, by de gelegenheid van den prachtigen uitslag door onze Middelba re school behaald in den laatsten Algemee- nen Wedstrijd van 't Middelbaar Onderwys, de vermetelheid begaan van terloops te wij zen op de hardnekkigheid, waarmede alle klerikale besturen, zoowel de Regeering als dé Bestendige Deputatie, het Staatsonder wijs bekampen en namelijk op de hardnek kigheid waarmede zij hier ter stede de her inrichting eener voorbereidende sectie aan onze Middelbare school weigeren of beletten tot stand te brengen. Hierover toont zich Recht en Vrede hevig gebelgd Hy wil wel toegeven dat de school een grooten stap heeft gedaan op den weg des vooruitgangs, sedert ons Staats bestuur aan haar hoofd eenen man geplaatst heeft, die bestuurder is in den vollen zin des woords. Doch wat hy niet verkroppen kan is onze bewering dat ons Staatsbestuur zou zoeken zyn eigene scholen te verdelgen 1 En weet ge, beste lezer, waarop hy zyne gezegden steunt Een 150 tal leeraars waaronder éen van Ninove hebben 200 tot 500 frank opslag gekregen. Ziedaar, roept hij uit, hoe de regeering hare leeraars be zorgt Maar onnoozele snul, zoo handelend doet de Staat enkel zyn plicht. Die verhoogingen zijn wettig en wij mee nen wel, dat het Staatsbestuur de eerste die naar is der wet Het woord vrijheid van denkwijze, dat in ons artikel voorkwam, maakt hem razend, en dan liegt hyliegt hij en scheldt ons uit voor lieden die by de ouders gaan aanbel len om op hen te drukken ten einde voor hunne kinderen de ontslaging der lessen van godsdienst aan te vragen Zou Recht en Vr^de maar een persoon kunnen noe men bij wien wij of onze vrienden dergelyke voetstappen hebben aangewend Doch Rechten Vrede vervalt al spoe dig in zijn gewone kwaal de persoonlykhe- den. Hij is geneigd te gelooven dat wy, bij den lof dien wij spraken over de leeraars der Middelbare school onvry willig (de jesuit laat zijn ooren zien) den huidigen bestuurder vergeten hebben te noemen, en hy vraagt ons hee het komt dat diezelfde leeraars, in een tijdverloop van 25 jaar, welke zy door- ebracht hebben onder den voorgaanden estuurder, slechts eenmaal eenen prys hebben behaald, terwijl zij nu, onder de lei ding van den nieuwen bestuurder, in twee jaar tyd, vier prijzen bekomen hebben. Daar stelt zich Recht en Vrede dus aan als de wreker van den huidigen Bestuurder, jegens wien wij een gemis aan eer betui ging zouden hebben gepleegd, hetwelk echter alleen bestaat in zyn eigen zwarte, boosaardige ziel. Wij zyn overtuigd dat de heer Bestuur der, aan wiens verkleefdheid voor onze Middelbare school wij hier gaarne hulde brengen, het in die zaak heel anders meent en zyn billyk aandeel neemt van dien wel verdienden lof, welken wy toezwaaiden tot het gansche leeraarkorps, tot hetwelk hij gewis behoort, evenals de generaal die deel uitmaakt van het leger dat hy aanvoert. Wat nu de venijnige toespeling betreft die Recht en Vrede maakt op de heeren leeraars, wy teekenen een krachtdadig rotestaan en bevestigen.dat zy gedurende et tijdverloop van 2o jaren dat zy door brachten onder den voorgaanden bestuur der, evenveel iever en toewijding hebben getoond als nu 1 Het is eene gewoonte geworden. Ja, onze dompers hebben als gewoonte aangenomen te zeggen aan iedereen die het een of ander vergrijp is tegengekomen of tegenkomtMaar vriend dat is niets, gaat daar naartoe by Mynheer den.... Alweter en het zal er weldra mede geklonken zyn, en ziehier de wyze hoe zulks geschied Nemen wij hiervoor twee twistende man nen Bijvoorbeeld Charles en Jules Charles heeft hem dunkens aan Jules te zal my dooden herhaalde hy. Hebt mede lijden met my Ja, hernam Bandouin streng, ik heb medelyden met u, wanneer ik bestatig dat gy voor een mensch zooveel schroom opge vat hebt en dat gy nogthans niet vreest God te beleedigen. Meester Michel bezat juist dien graad slimheid welken men by al degenen be merkt, die zich aan een ondergeschikten handel overleveren hy wist den zwakken kant van den geest te vinden en de gevoelige snaar .les harten aan te raken. Laat ons van godsdienst spreken, zegde hij by zich zei ven, de minister zal blyven en de stem ver heffende, antwoordde hy hem een mensch, myn meester, kan in myn hart niet lezen maar God doorgrondt dit en Hij ziet dat ik niets zoek dan nem te dienen. En door welke middels, riep de minister uit Door al de schelmstukken welke hij verboden heeft Helaas meester, spreekt zoo niet, hernam het manneken, met eene gemaakte droefheidik dien hem volgens aen geest zyner wetten en voorschriften, voor zooveel ik ze kan begrijpen. En een arme kleerma ker is, in alle geval, niet strafschuldig om dat hy zich soms misgrijpt in zaken die zoo moeilyk zyn. Niemand heeft my in de gods dienstleer onderwezen en moest ik een ver veel verweten, hij heeft schrik van voor moeder Justicia te moeten verschijnen en hy trekt by mijnheer den Alweter.... Binnen gekomen zegt Charlee wie hy is, en waar voor hy is gekomen, en mijnheer den Alwe ter zegt hem er gerust te mogen op slapen en naar niets meer te moeten omzien. Maar Jules die ook tot die party behoort gaat er ook naartoe Hij ook zegt wie hy is en waarvoor hy is gekomen en even als aan den eersten zegt mynheer den Alweter hem er gerust te mogen van doortrekken. Beide mannen steken nu Mynheer (hun nen redder) op een toreken (want ze weten van elkander niet dat zy er alle twee bij ge weest zyn) en zóó wordt Mijnheer de Alwe ter de populairste man der wereld. Maar terwyl gaat het gerecht zyn gang, en tot groote verwondering van Charleken en Jules, moeten ze eenigen tyd nadien voor de vierschaar verschijnen. Geen van beiden hebben er aan gedacht (en ook mijnheer den Alweter niet) voorzorgen te nemen, en zoo gebeurt het dat niet eenen, maar soms alle twee worden gestraft. En zoo zyn er reeds velen van die goed zakkige lieden gefopt geweest die door den eenen of anderen (die er profijt uit trekt) gestokt zyn geworden bij Mynheer den Al weter te gaan. Wanneer zal ons volk eens voor goed begrijpen dat dit alles niets is dan ellendige domperspropaganda. o— De kermisdagen van Ronsevaal zijn om zoo te zeggen rustig afgeloopen, wel had er hier en daar eene kleine schermutseling plaats tusschen jonge kermisvogels, doch in zijn geheel geno men was het bevredigend. De Liberale Fanfaren onzer gemeente heeft de kermis met hare tegenwoordigheid vereerd, speelde er vroolijke marchen en trok er alzoo eene geheele schaar vrienden naartoe, tot groot profijt der herbergiers van ons Ronsevaal. Wie er schitterde door zijne afwezigheid was al krottende prottende onzer dompers, of ze niet durven komen ol' niet wilden, dit weten wij niet, maar ze waren er niet te zien, dat is zeker. Maar het is waar ook, wij herinneren ons nog goed hoe zij vroeger dit gehucht noemden, het waren zij (onze dompers) die het met den naam van mestplein bestempelden, het waren zij die dierven zeggen dat er niets woonde dan ge spuis, echt krapule en dit is dan ook wel de reden waarom zij de kermis van Ronsevaal tegenwerkten. Dit heeft hen nochtans niet belet er met de gemeen tekiezing door allerlei val sche beloften en gemeene schurkenstreken stemmen te komen bedelen, afpersen op eene eeht schandige wijze, ja, dan mocht dit gsspuis (zooals onzé dompers het noemden) voor hen stemmen, dan vielen die domperssla ven voor dit door hen genoemd gespuis op de knieën be loofden hen hemei en aarde, en eens de kiezing achter den rug was dat volk wederom krapuul, de taksen op de danspartijen blijven bestaan, en de dompers blijven in hun schelp zitten. Ziedaar, volk van Ronsevaal, hoe zij U ge- negon zijn. Zullen er op het vroegsre zoo Libe rale Ronsevaal toekomend jaar met de gemeen- tekiezing nog mannon te vinden ziin die zooals er ongelukkiglijk de laatste maal waren die naar de stem van die valsche dompers zullen luisteren, zullen ze nu nog (zooals er de laatste maal waren) in hunne kiesbrieven blaadjes van roozen en wat weet ik al steken (die er soms in het opendoen uifvielen zonder door de getuigen opgemerkt te worden) om aan die valsche dompers het bewijs hunner stemming te leveren. Neen, niet waar, Ronsevaal zal toekomende jaar weder de for teres der Liberalen zijn, de misleiden zullen tot ons zijn wedergekeerd, en allen zullen fier ziin wederom voorde Liberalen te hebben gestema. Leve de Liberalen, en weg met de dompers, zal de kreet zijn van de mannen van ons Ron sevaal. o— We zegden hier hooger dat de kermis van Ronsevaal rustig was afgeloopen, maar terwijl er langs daar alles rustig toeging, was er langs eene andere zijde van onze gemeente meer la- wijd. Een kerel welke op zwier was geweest kwam eindelijk naar huis, en seffens was het daar niet pluis. Hij wierp langs hier, en keerde langs daar, wat hem niet stond aan en dan deed hij vluchten terstond, zijn eigen bloed, zijn eigen volk. En na dat dien kerel al vloeken en al tieren dit proper werkje had volbracht, trok hij in zijne kamer zonder zich te geneeren, en ont maakte zich daar van zijne kleeren. O daar was het een echt wonder de man stond daar in zijn natuurlijk en volmaakt wezen, een flinke kerel voorwaar, zooals er weinige te vinden zijn. Geburen ooggetuigen van dit zoo zonder linge schouwspel, verwachtten nog andere toe ren van dien vent, want naar hij hem voorstelde schijnt hij hoegenaamd niet versleten te zijn. In de kamer hoorde men hem grollen erger als een beer, maar de vent zat in 't slot gedraaid en zoo dierf ons volk wat nader komen. Naar het schiint waren zijne werken er wel, maar wat er daar verder in die kamer nog is verricht, daarvan kon slechts alleen getuigen, de vrouw van hem die wa3 gebleven alleen ten huize. Hadden wij vroeger do zoo zonderlinge ver schijning van dien zoo naakten kerel vernomen, wij haddon terstond op zoek gegaan naar zijn kostuum, waarmede hij daags na de gemeente- kiezing in den klerikalen stoet ging (om een deftige liberaal trachten te beschimpen) dit zou hem zeer wel van pas ziin gekomen. Het ver wondert ons grootelijks dat zijne dompersvrien den die zijne vertooning weldra hadden verno men geen werk van bérmertigheid deden. Hij moet weinig van tel zijn die zonderlinge kerel, want in de zeven werken van bermertig- heid staat nochtans geschreven de naakten standig man verzoeken mij te verlichten, hij zou mij zonder twijfel verstoeten. Men zou den spot drijven met den kleinen wainbuis- maker. En nogthans, de kleine wambuis maker heeft eene ziel gelyk de edellieden. Broeder Michel, hernam Baudouin vu rig, de bereidwilligheid, waarmede ik daar zoo even tot u gesneld ben. logenstraft uwe woorden. Uwe ziel is zoo kostelijk in de oogen eens hervormden dan degene van een verstandig man, of van den machtigsten koning en moest ik myn leven wagen om uwe ziel te redden, ik zou geen oogenblik aarzelen. Hoe zou ik dit kunnen gelooven, mees ter Iedereen veracht mij. Baudouin, 't hart met evangelischen ijver vervuld, antwoordde met vuur ik veracht u niet Michelmaar ik zou u op den rech ten weg willen helpen. Het zou u misschien maar weinig moeite moeten kosten eenige woorden zouden voldoende wezen, hernam de kleer maker met list. Maar de kleine Michel is mogelyk de eenige woorden niet waard. Ach ware ik ryk en machtig, men zou my'n huis niet ontvluchten Ik zou uw huis niet ontvluchten, zegde de minister, waret gij een christene of dacht gy er enkelijk aan het te worden 1 O meester 1 riep de schijnheilige uit kleeden, en zijne vrienden deden zulks niet, O! kerel wat moet gij laag gevallen zijn. Welnu vrienden wat zegt gij van zulke dom pers Is het waar dat zulko personen met de gemeentokiezing deftige Liberalen durven aan randen ja is dit alles waar zoo ja, allo toe dompers, zeg ons, bekent ons dan maar dat uwe partij laag is gevallen. Dit zal het volk aan kerel doen gevoelen zoo hij nog durft op kiesronde s*aan en ook aan deze die van de zelfde partij aeelmaken. Eene yebuurvrouiv van dien kerel. 't zyn allemaal domkoppen. Onder dezen titel, vermeld Beiaard van Zon dag laatst dat, in den wedstrijd tusschen de Belgissche universiteiten, de hoogeschool van Leuven 5 eerste prijzen bekomt, terwijl aan die van Brussel slechts 1 eerste prijs te beurt viel. Monfreer maakt hier wetens en willens mis bruik van de goede trouw zijner lezers, want hij had er moeten bijvoegen dat de hoogeschool van Leuven ruim 21)00 studenten telt en dat de twee overige hoogescholen van Gent en Luik, onderscheidenlijk I en 6 eerste prijzen in dieii- zelfden wedstrijd behaalden, 't zij dus voor de drie zoogezegde geuzen-hoogeschool met om trent hetzelfde getal studenten als de hooge school van Leuven alleen, 8 eerste prijzen tegen 5. Zeg, Monfreer, wie is er nu eigenlijk geklopt Ons verwondert het dus niet dat er Zondag, in de kerk, ferm gedonderd werd togen de slechte gazetten. Misschien denkt monfreor er anders over, doch door slechte gazetten verstaan wij, zulke die de goede trouw hun ner lezers verschalken door verkeerde inlich tingen en door de waarheid wetens en willens te verdraaien te verzwijgen. En daarin spelen de katholieke bladen in 't algemeen de eersle viool En om maar een enkel voorbeeld onder dui zend andere aan te halen, spreken wij over Congo.* Aan wie is het vooral te wijten dat de Congo in ongehoorde slechte voorwaarden werd overgenomen en dat Popol, wiens heilige nage dachtenis men in alle kerken des lands deed herdenken, het middel vond om een gat van 00 millioen frank in het Congovermogen te boren Zijn het niet in de eerste plaats onze klerikale ministers en vervolgens, weeral de katholieke gazetten die door ongehoorde bokkensprongen hunne lezers op een dwaalspoor brachten Ja wij mogen het zeggen en het kan niet ge noeg herhaald worden, de katholieken bladen hebben er een handje van om hunne lezers om den tuin te leiden, hen als kiesvee te drillen, en 't is dan ook niet te verwonderen dat het deftig en ernstig publiek van dag tot dag meer inge nomen is van de antiklerikale gazetten, dewel ke aan hare lezers een onvervalscht nieuws en wat meer geestesvoedsel ter lezing aanbieden. Men denke toch niet dat een ernstig mensch er ziek zoude kunnen bij neerleggen, enkel katholieke gazetten, genre Beiaard te lezen wier per telefoon uit andere bladen geknipt nieuws door monfreer 's hoofdopsteller op zoo 'n specielc wijzeis aaneengeflanst, dat wij zeer geneigd zijn te veronderstellen dat de man steeds erg lijdend moet zijn aan tandpijn of migraine. Indien zulks het geval mocht wezen en om te toonen dat wij toch zulke groote papenope- ters niet zijn als monfreer het vooruitzet, wil len wij gaarne aan dien zonderlingen hoofd opsteller het eenige, onfeilbare geneesmiddel doen kennen, waarbij zijne genezing volkomen verzekerd is Hij gebruike daarvoor de gemak kelijk om in te nemen, de voor de maag onscha delijke en de snelwerkende zenuw poeiers Voor uil. xoelke onovertrefbaar zyn tegen alle zenuwkoort sen, migraine, tandpijn, hersenverkoudheden en allerhande zenuwziekten. Doch dit zeldzaam en doeltreffend genees middel is alleen te verkrijgen, tegen 50 centie men, in de apotheken Vooruit te Gentmaar mits de klerikalen t thans volop aan 't keulen zijn met de socialen, denken wij dat monfreer 's hoofdopsteller er geene graten zal in vinden om zijne roodc vrienden ook eens nen penntng te jonnen, zooveel te meer dat de eenige kans van genezing ervan afhanht en dat rare vogels als hij, moeilijk te vervangen zijn. 't Een plai- sir is 't ander waard Wij zetten thans ons onderzoek voort en in een nader artikel zullen wij nagaan hoe hot afgeloopen is met den wedstrijd tusschen de Belgische athenea 's en de colleges. De waar heid zal bekend worden, al moesten de kraaien het uitbrengen. Eerstdaags worden de pensioenboekjes aan de belanghebbenden overhandigd. uwe woorden dringen mij in het hart. Gij hebt mij soms goeden raad gegeven dien ik versmaadde, omdat Jeremias' geest my be- heerschte maarthans begint het my te be rouwen. Waarom is het noodig dat gy mij verlatet Waarom is mijn huis niet waar dig u te herbergen Ik kan er nog eenigen tijd vertoeven, broeder Michel, hernam de minister, die zich heel en gansch door dit gewaand be rouw liet misleiden. Ja, zegde Michel, gij zult hier ten mij nent nog wat verblijven maar ziehier dat het uur van het avondmaal aanbreekt en ik ben zeker dat gij van mij nog geen glas water zult aanvaarden. Wat is het ongeluk kig voor ray, maar een arme kleermaker te zijn 1 alle menschen keeren zich van mij af. omdat ik arm ben en een misvormd lichaam heb. Inderdaad, broeder, zegde Baudouin tot medelijden bewogen, een ware christene zou uw gezelschap meer zoeken uit hoofde van uwen nederiger» stand I -- Ol mocht ik die ware christene ziel zien, riep de verkrempeling uit. Indien gy achting genoeg voor my haddet, myn ver standige meester, en gy ook myn grootmoe dige edelman om plaats aan mjjne tafel te willen nemen Maar gy gelooft ongetwijfeld niet dat ik die eer waardig ben gy zyt-ver gramd tegen mij. Wat ben ik ongelukkig l Wordt voortgezet 84 oTde llelglNclie Vaderlnmlers TEN JARE 1580, door J. J. M O KE Vrij in de Volkstaal overgebracht —o Zal ik het kunnen doen, riep de onge- ukkige jongeling uit, wanneer ik aan a ie lnkwisiteurs, aan dien bisschop, aan dit iklooster zal denken Gy zult dit kunnen, wanneer gy de zon zult zien schynen, wanneer gy aan de stem uws geweten gehoor zult leenen. Maar nu. gy zyt ziek. Tracht wat te rusten. Er is hier geene rust voor my, ant woordde Frederik. Laat ons eerst en vooral dit hok van fanatismus verlaten, en myne ziel zal veJkwikt zyn. De minister, hevig bewogen, scheen ge neigd hem hierin te voldoen maar de kleine Michel, dat spijt en nieuwsgierigheid tot op den dorpel der kamer gebracht hadden en die ipet de aandacht der wraak elk woord der twee tusschensprekers afluisterde, ge voelde eene schiefyke huivering by net hooren dezer woorden. Hij had de middel niet, tegen hunnen wil en dank, twee kloek gebouwde mannen op te houden, en wier veropenbaringen hy te vreezen had hadde hij zyne werklieden moeten roepen maar indien Frederik hem ontsnapte, bleef hyaan al het nagevoel van den w reeden Jeremias blootgesteld. Dit gedacht deed hem al zijne zekerheid verliezen hy wierp zich eens klaps met uitgestrekte armen en smeekend gelaat midden der kamer: ach 1 Monseig neur, riep hy uit, wilt gij my dan in den grond helpen Te trotsch om hem te antwoorden, wendde Frederik zich tot den minister. Die man, zegde hij onverschillig, gelooft dat wy be kwaam zijn hem te verklikken. Stel hem gerust. O myn goede edelman, onderbrak de kleine wambuismaker, en naderde hem zoo dicht dat hij bijna zyne knieén aanraakte, ik vraag verschooning aan uw heerschap. Ik vrees niet verklikt te worden want men zou u niet gelooven ik ben als een goede katholyke befaamd. Maar wat mijnen val zou bewerken, ware de gramschap van Jere mias. Hy zal my dooden, indien ik u laat vertrekken. - En zou hij durven beweren dat gy mij tegen wil en dank moet opgesloten houden, riep Frederik met bedreigende stem uit De dwerg begon lafhertig te weenen. Hy

Digitaal krantenarchief - Stadsarchief Aalst

De Volksgazet | 1910 | | pagina 2